De voorzitter opent de zitting op 14/12/2023 om 19:03.
De gemeenteraad zet bij hoogdringendheid de agendapunten:
op de agenda van de zitting van heden.
Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.
Tot spoedbehandeling kan alleen worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.
Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door minstens twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
/
Uit een fractie stappen kan enkel door een uitdrukkelijke kennisgeving aan de raad, deze kennisgeving kan schriftelijk via een brief of e-mail aan de raad, gericht aan de raadsvoorzitter waarna de raad er kennis van neemt.
Daarnaast kan deze kennisgeving via een mededeling op de gemeenteraad zelf.
Om die reden werden twee agendapunten bij hoogdringendheid aangemaakt waarin de gemeenteraad dient kennis te nemen van:
Gaat over tot de eerste stemming inzake het bij hoogdringendheid op de agenda van de zitting van heden van het agendapunt "Ontslag van raadslid Manon BAS uit de fractie Open VLD - zetelen als onafhankelijk raadslid - Kennisname" te plaatsen en akkoord te gaan dit punt vooraan de agenda te zetten:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot de tweede stemming inzake het bij hoogdringendheid op de agenda van de zitting van heden van het agendapunt "Ontslag van raadslid Tom GAUDAEN uit de fractie Open VLD - zetelen als onafhankelijk raadslid - Kennisname" te plaatsen en akkoord te gaan dit punt vooraan de agenda te zetten:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
/
Artikel 1.
Het agendapunt "Ontslag van raadslid Manon BAS uit de fractie Open VLD - zetelen als onafhankelijk raadslid - Kennisname" bij hoogdringendheid op de agenda van de zitting van heden te brengen en akkoord te gaan dit punt vooraan de agenda, onder "Politieke organisatie", te plaatsen.
Art. 2.
Het agendapunt "Ontslag van raadslid Tom GAUDAEN uit de fractie Open VLD - zetelen als onafhankelijk raadslid - Kennisname" bij hoogdringendheid op de agenda van de zitting van heden te brengen en akkoord te gaan dit punt vooraan de agenda, onder "Politieke organisatie", te plaatsen.
De gemeenteraad keurt de notulen van de vergadering van 23 november 2023 goed.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
De algemeen directeur woont de vergaderingen van de gemeenteraad bij en is verantwoordelijk voor het opstellen en het bewaren van de notulen en het zittingsverslag ervan. De notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraad worden, na goedkeuring, ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
De notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen. Ze maken melding van alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen. Behalve bij geheime stemming, vermelden de notulen hoe elk lid gestemd heeft. Van die laatste verplichting kan worden afgeweken voor beslissingen die genomen zijn met unanimiteit.
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
/
/
/
Enig artikel.
De notulen van de vergadering van 23 november 2023 goed te keuren.
De gemeenteraad keurt het addendum, aan de exploitatieovereenkomst zwembad Pierebad in Grimbergen zoals initieel afgesloten tussen het AGBG en Lago Pierebad nv en nadien overgedragen naar de gemeente Grimbergen, goed.
Artikel 41 decreet lokaal bestuur 22 december 2017 (DLB).
DLB.
Wet inzake overheidsopdrachten van 17 juni 2016 (Wet OO):
Artikel 41, §1, 2° voor de werken waarvan het geraamde bedrag lager ligt dan 750.000 euro exclusief btw;
artikel 42, §1, 1°, a) de goed te keuren uitgave zonder btw is lager dan 140.000 euro en
artikel 42, §1, 1°, d) de werken alleen door een bepaalde ondernemer kunnen worden verricht omdat mededinging ontbreekt om technische redenen.
Besluit van de gemeenteraad 24 november 2021: Procedure voor de concessie van diensten houdende uitbating van het gemeentelijk zwembad Pierebad: overname exploitatieovereenkomst - vaststelling verval beheersovereenkomst - vervroegde beëindiging erfpachtovereenkomst.
Besluit van het directiecomité van het Autonoom Gemeentebedrijf Grimbergen (AGBG) van 30 september 2021:
Op basis van de inhoudelijke beoordeling van de ingediende offertes aan de hand van de vooropgestelde gunningscriteria, de opdracht voor de concessie van diensten houdende uitbating van het gemeentelijk zwembad Pierebad voor een duurtijd van 20 jaar, toe te wijzen aan de kandidaat met de economisch meest voordelige offerte, zijnde Innopa NV Aarschotsesteenweg 225, 3012 Wilsele (commerciële naam LAGO), waarbij een werkingssubsidie wordt vastgelegd van 850.000,00 euro + index voor het eerste exploitatiejaar en een werkingssubsidie wordt vastgelegd van 715.000,00 euro + index voor de negentien daarop volgende jaren
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 24 april 2023 tot kennisname - LAGO Pierebad - Conditiescore NEN 2767-1 2011 gebouw zwembad - Inspectierapport Plan B:
Kennis te nemen van het globaal resultaat van de conditiescore van het zwembad Pierebad opgesteld door Plan B, Martelarenplein 22 te 3000 Leuven op datum van 19 april 2022 (BIJLAGE 1) en op 29 mei 2022 (BIJLAGE 2). Dit is de technische toestand of staat waarin een bouwdeel verkeer waarbij de objectieve waarde van de conditie uitgedrukt wordt in een zespuntsschaal (1 - uitstekend tem. 6 - zeer slecht).
Kennis te nemen van de geaggregeerde conditiescore 6 van het Pierebad op datum van ter beschikkingstelling aan LAGO.
De raadsman in dit dossier, mr. Wim RASSCHAERT te verzoeken de gemeente te begeleiden op juridische en technische wijze om het zwembad in de gemiddelde score 3 te krijgen.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 04 december 2033 inzake Addendum exploitatieovereenkomst LAGO inzake zwembad Pierebad Grimbergen - Principiële goedkeuring
/
Partijen (gemeente en LAGO) hebben bepaald in de samenwerkingsovereenkomst dat het zwembad zou worden ter beschikking gesteld aan Lago Pierebad in een conditiestaat 3.
Deze conditiestaatmeting was echter niet klaar op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst, aangezien er grote vraag was naar spoedige opening van het zwembad.
Op 24 april 2023 nam het college kennis van de Conditiescore NEN 2767-1 2011 gebouw zwembad - Inspectierapport Plan B, waarbij de score 6 (zeer slecht) werd vastgesteld (DOSSIERSTUK 1 EN 2).
Om deze technische problematiek te kunnen oplossen is een addendum vereist aan de oorspronkelijke overeenkomst (DOSSIERSTUK 3).
Daarnaast werden er in het addendum noodzakelijke afspraken gemaakt inzake compensatieomzetverlies ingevolge laattijdige opening Pierebad, energiecompensatie, verduidelijking van de indexeringsformule en bepalingen inzake organisatorische optimalisaties.
De heer Stijn KNAEPEN, advocaat, geeft een toelichting. Aan LAGO werd een dienstenconcessie verleend voor de exploitatie van het Pierebad, dat houdt in dat een private partij op eigen risico het zwembad exploiteert. Naast de inkomsten die worden gegenereerd door het zwembad, krijgt LAGO jaarlijks een vaste vergoeding. De concessie geldt vanaf 1 januari 2022 en heeft een looptijd van 20 jaar. Tijdens een lang voortraject om de samenwerking op te starten, heeft de gemeente onderzocht of het realistisch was dat een private partij het zwembad zou overnemen, dat reeds tien jaar geëxploiteerd werd door de gemeente. Daarna werd een bestek opgemaakt, wat heeft geleid tot drie offertes. De opdracht werd in 2021 toegewezen aan LAGO.
Om de aanleiding van het addendum te schetsen, wil mr. KNAEPEN stilstaan bij de conditie van het zwembad op het moment dat het werd overgeheveld naar de private partij. Het zwembad werd al tien jaar geëxploiteerd en had diverse technische tekortkomingen. De private marktpartijen hebben tijdens het verkoopproces gesteld dat zij het risico op technische onvolkomenheden niet wilden nemen. Daarom werd destijds afgesproken dat de gemeente ervoor zou zorgen dat het zwembad in goede staat verkeerde. Dat is vertaald in een conditiestaatmeting. Met de private partijen werd afgesproken dat het zwembad werd overgedragen in conditiestaat 3, wat wil zeggen dat er geen acute problemen zijn, maar wel ouderdomsverschijnselen die normaal zijn na tien jaar exploitatie. Alle kosten die gemaakt moeten worden om het zwembad tot conditiestaat 3 te krijgen, zouden daarom voor de gemeente zijn.
Deze afspraak is verwerkt in de samenwerkingsovereenkomst. Omdat er veel behoefte was aan het snel in gebruik nemen van het leegstaande zwembad, werd besloten om de exploitatieovereenkomst op 1 januari 2022 te starten, met de afspraak dat de gemeente de benodigde werkzaamheden, om tot conditiestaat 3 te komen, zou laten uitvoeren.
Omdat de benodigde werkzaamheden verband houden met de onderhoudsplicht van LAGO tijdens de exploitatiefase, werd afgesproken dat de gemeente de werkzaamheden uitbesteedde aan de partijen waaraan LAGO de onderhoudswerken heeft uitbesteed. Er zou daarom een exclusieve onderhandeling gevoerd worden met de onderaannemers van LAGO. Deze situatie zal conform de wetgeving voor overheidsopdrachten gemotiveerd worden.
Eerst zal er een raming worden opgesteld o.b.v. de lijst van de uit te voeren werken met een maximumbudget. Vervolgens is het aan LAGO en zijn onderaannemers om de werken binnen dat budget uit te voeren. De werken zullen in 2024 en 2025 uitgevoerd worden. Er is een gedetailleerde raming opgesteld die circa 2,5 miljoen euro bedraagt, exclusief btw. Om die werkzaamheden uit te voeren, is enig studiewerk nodig om te zien hoe die werken op het terrein zullen uitgevoerd worden. De planning is daarbij belangrijk om de exploitatie zo min mogelijk te verhinderen, maar vroeg of laat zal de exploitatie stilgelegd worden om bepaalde werken te kunnen uitvoeren. Dit kan eventueel samenvallen met andere onderhoudstaken die jaarlijks gepland worden, maar de bedoeling is om de exploitatie zo min mogelijk te hinderen. Daarom is het belangrijk dat LAGO mee aan het stuur zit om de organisatie te behartigen en zit het studiewerk, dat nodig is om die werken uit te voeren, bij LAGO. Op deze manier is er de verantwoordelijkheid dat het studiewerk op een ordentelijke manier gebeurd en afgestemd wordt op de exploitatie. Hiervoor heeft men geen overheidsopdracht moeten sluiten, omdat de manier van samenwerken en de opvolging ervan oorspronkelijk zo was voorzien in de samenwerkingsovereenkomst, ook in functie van de eenheid van het opzet om de exploitatie maximaal af te stemmen op de uitvoering van die werken. Ook het ereloonpercentage wordt vermeld in de samenwerkingsovereenkomst. Er worden twee verschillende percentages vermeld omdat niet alle werken even complex zijn.
Met LAGO werd ook een regeling getroffen om het omzetverlies door de vertraagde opening te compenseren. Deze regeling is gebaseerd op het businessplan dat LAGO had opgesteld. Het komt erop neer dat het inkomstenverlies door de vertraagde opening wordt vastgesteld op 86.000 euro. Door de vertraagde opening heeft LAGO personeelskosten kunnen uitsparen, dat bedrag komt op 21.000 euro. Het nettoverlies bedraagt 65.000 euro en moet door de gemeente gecompenseerd worden.
Daarnaast speelt de energiecrisis een rol bij de exploitatie van het zwembad. In 2022 bedroeg het verschil tussen de begrote en de werkelijke energiekosten 300.000 euro. In het contract werd overmacht voorzien, waaronder externe factoren, waarvan de exploitant geen wetenschap had op het moment dat hij een offerte opstelde, worden bedoeld. De enorm hoge energierekening kan als vorm van overmacht worden beschouwd. Ook in andere zwembaden is deze problematiek aan de orde, omdat er zeer veel energie nodig is en niet van de exploitant kan verwacht worden dat deze voldoende buffers heeft om zulke kosten te dekken. Een tegemoetkoming door de gemeente is daarom onvermijdelijk. Er wordt voorgesteld dat de kosten 50/50 worden verdeeld over gemeente en LAGO. Bovendien wordt voorgesteld dat voor de jaren 2023 en 2024 ook de meerkosten voor energie gelijk worden verdeeld. De gemeente zal de energiefactuur volledig betalen en vervolgens de helft van de kosten terugvorderen van LAGO. Jaarlijks zal 10% van het verschil verrekend worden met de verwerkingssubsidie die de gemeente betaalt. Als LAGO in de toekomst wil investeren in nieuwe energiebesparende maatregelen, dan is de afspraak dat deze maatregelen binnen de concessieperiode moeten worden terugverdiend. In voorkomend geval zullen de studiekosten 50/50 verdeeld worden tussen LAGO en gemeente.
Aan de exploitatieovereenkomst werden nog enkele verduidelijkingen aangebracht. In de exploitatieovereenkomst is voorzien dat de jaarlijkse werkingssubsidie geïndexeerd wordt. De indexatieformule is ook zeer uitvoerig omschreven in de samenwerkingsovereenkomst. Tussen de partijen was er een kleine discussie over de periode dat als referentiepunt wordt genomen voor de aanvangscijfer van de index. Er zijn twee momenten waarbij LAGO een offerte heeft ingediend, de eerste werd in maart 2021 ingediend en de tweede BAFO-offerte in september 2021. Er is afgesproken dat september 2021 als referentiepunt wordt genomen, waardoor de indexatie minder zal zijn. Volgens de vaste regels dient men voor de referentie-index steeds te kijken naar de maand voorafgaand aan de indiening van de offerte en dat is in dit geval augustus 2021.
Tot slot heeft LAGO de intentie om een aantal programmatorische optimalisaties door te voeren. De fitness, die onderdeel is van de exploitatie, is zo succesvol dat deze uitgebreid wordt. Voorts wil men de cafetaria herorganiseren, er zal een zomerbar komen en de passerel die er nu is, zal omgevormd worden naar een toeschouwerspasserel. Wat de cafetaria zelf betreft zal men meer gebruik maken van automaten. Er zal steeds een horeca aanbod blijven, maar deze zal een andere hoedanigheid aannemen die meer is afgestemd op de realiteit.
LAGO ervaart problemen met parkeren, doordat de parkeerplaatsen gebruikt worden door niet-zwembadbezoekers en het zou de bedoeling zijn dat de parkeercapaciteit ten volle ten dienste kan zijn van het zwembad. LAGO wil het parkeerterrein niet afsluiten met een slagboom, maar zal een boog boven de parking aanbrengen, waardoor mensen ontmoedigd worden om er te parkeren als zij niet naar het zwembad gaan. Verder worden er nog een aantal kleine maatregelen getroffen, zoals fietsnietjes, laadpalen voor personeel en de bewegwijzering naar de tweede parking.
Raadslid Katrien LEROY heeft enkele vragen over het addendum. De fractie Groen is geschrokken van het bedrag om naar conditiestaat 3 te gaan, dat in de meerjarenbegroting zal leiden tot een bedrag van 3,5 miljoen euro. Het voorstel voor de energiecompensatie vindt de fractie Groen ook vreemd, want in de oorspronkelijke overeenkomst staat duidelijk dat LAGO verantwoordelijk is voor alle energiekosten. De fractie Groen vraagt zich af of het noodzakelijk is dat de gemeente de helft van de kosten gaat dragen, aangezien de energiecrisis voor iedereen was. De fractie Groen wil weten wat er gebeurt als de energieprijzen de komende jaren sterk gaan dalen. Over de optimalisaties leest men in het addendum dat er nood is aan een extra ruimte “dichtbij het centrum van het zwembad op korte wandelafstand”. Raadslid LEROY vraagt zich af of er plannen zijn om de infrastructuur uit te breiden op het domein van de Piereman. Ook wil zij weten of het klopt dat de cafetaria in de zomer open is en in de winter wordt vervangen door drank- en snackautomaten. Dit zou men zeer betreuren. In de bijlagen stond dat er sprake is van het versterken van de padelfunctie, maar er wordt verder niets over gezegd noch in het addendum, noch in de toelichting van meester KNAEPEN. De fractie Groen wil weten of hiervoor al concrete plannen zijn.
Meester KNAEPEN krijgt het woord en erkent dat in de samenwerkingsovereenkomst is opgenomen dat de energiekosten voor rekening van de exploitant komen. In de oorspronkelijke overeenkomst is echter ook een artikel opgenomen over overmacht. In geval van overmacht dienen beide partijen een oplossing te zoeken. De enorm hoge energiefactor kan beschouwd worden als een overmachtssituatie, want op het moment dat het businessplan werd opgesteld, heeft men gekeken naar het historisch energieverbruik en heeft men geen rekening kunnen houden met de enorme prijsstijging. Het alternatief was geweest dat de exploitant een inschatting had gemaakt van de energiekosten, inclusief elke mogelijke stijging. In dat geval was de offerte veel hoger uitgevallen. LAGO is echter uitgegaan van een realistisch verbruik en realistische marktprijzen. Het lijkt dan niet meer dan redelijk dat de exploitant aan de gemeente vraagt om een deel van de verantwoordelijkheid op zich te nemen. In andere dossiers wordt vaak zelfs opgenomen dat de overheid in geval van overmacht 100% van de kosten betaalt. De 50/50-regeling die overeengekomen is tussen LAGO en de gemeente is dus een positieve, evenwichtige oplossing. Als de energiefactuur of andere kosten ineens zouden dalen tot onder de begrote kosten, dan komt dat ten voordele van het zwembad. In de samenwerkingsovereenkomst is echter ook voorzien in een bepaalde mate van winstdeling. Bij grote voordelen zal de gemeente er daardoor ook van profiteren. Men moet kijken over de periode van 20 jaar, er zullen altijd onvoorziene omstandigheden opduiken en het zal een manier zijn om er zo correct mogelijk mee om te gaan. Het grote voordeel van deze samenwerkingsovereenkomst is dat men een heel uitvoerig businessplan heeft en de komende 20 jaar volledig in beeld brengt waardoor men een heel goed referentiepunt heeft als er in de toekomst onvoorzienbare omstandigheden zijn, om welke reden dan ook, om dan te gaan kijken wat de reële impact is en op welke manier men dit moet correct zetten tussen de partijen. Dit is eigenlijk het traject dat doorlopen is geweest rond de energiekosten.
Schepen Kirsten HOEFS krijgt het woord en reageert dat het schepencollege ook schrok van de extra kosten. Ze herinnert zich dat zij zelf op het moment dat het contract destijds werd ondertekend, dezelfde vragen had gesteld i.v.m. de kosten. Toen werd er gesproken over enkele duizenden euro's en nu blijkt dat het bedrag is opgelopen tot 3 miljoen euro, wat zeer jammer is. Schepen HOEFS benadrukt dat beide partijen al veel uren besteed hebben aan dit dossier en dit is gebeurd met een goed vertrouwen en een zeer goede verstandhouding. Over de bijkomende ruimte zegt ze dat er geen plannen zijn om bij te bouwen. Het gaat om het omvormen van de cafetariaruimte naar een ruimte voor groepslessen. De cafetaria bij het zwembad is op zich prima, maar wordt veel te weinig gebruikt door de gasten. Daardoor is het onvermijdelijk dat er met automaten gewerkt gaat worden. Voor uitbreiding van de padelvelden zijn er geen plannen. Raadslid HOEFS weet niet waar raadslid LE ROY dat gelezen heeft.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK vraagt of er ook andere voorbeelden van overmacht in de sector zijn.
Meester KNAEPEN geeft als voorbeeld de coronacrisis toen de zwembaden gesloten moesten worden, waardoor alle inkomsten wegvielen maar de onkosten doorliepen. Na de coronaperiode moesten alle zwembaden financieel gecompenseerd worden. Doordat de Vlaamse en nationale overheid ook maatregelen troffen, was de factuur voor de lokale overheid redelijk te overzien. Als het zwembad gesloten zou moeten worden als gevolg van technische mankementen, komen de financiële gevolgen voor rekening van de exploitant.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt opnieuw het woord en dankt meester KNAEPEN voor de antwoorden. Over de padelvelden had zij iets gelezen in de PowerPoint in bijlage 4 en wist niet wat ermee bedoeld werd.
Meester KNAEPEN repliceert dat werd bedoeld dat de padelvelden commercieel versterkt zullen worden door communicatieve en commerciële ondersteuning, maar niet op het terrein zelf fysieke ingrepen uitvoeren.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK dankt meester KNAEPEN voor zijn toelichting. Hij begrijpt dat een oorlog of coronacrisis als overmacht wordt gezien, maar concludeert uit de beantwoording dat bijvoorbeeld openbare werken niet als zodanig beschouwd kunnen worden.
Schepen Kirsten HOEFS krijgt tot slot het woord en merkt nog op dat op pagina 9 over de parking een fout in het addendum is blijven staan. Er staat dat de gemeente de fietsnietjes op haar kosten verplaatst. Er is echter afgesproken dat LAGO deze verplaatst.
Budget MJP (voorstel gemeenteraad 14 december 2023)
Enig artikel.
Het addendum, als bijlage gevoegd, aan de exploitatieovereenkomst zwembad Pierebad in Grimbergen zoals initieel afgesloten tussen het AGBG en Lago Pierebad nv en nadien overgedragen naar de gemeente Grimbergen, goed te keuren.
De gemeenteraad keurt de voorgelegde begroting van de politiezone voor het dienstjaar 2024 goed.
De nieuwe gemeentewet.
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid de artikelen 34 en 39.
Het koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het algemene reglement op de boekhouding van de lokale politie.
De ministeriële omzendbrief PLP 63 van 9 november 2023 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2024 ten behoeve van de politiezones.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023.
Het positief advies van 9 november 2023, van de commissie zoals voorzien in artikel 11 van het koninklijk besluit van 5 september 2001, wat betreft de wettelijkheid en de verwachte financiële weerslag van de ontwerpbegroting van 2023.
Op basis van onderling overleg tussen enerzijds de politiediensten en anderzijds het gemeentebestuur, werd met betrekking tot 2024 een ontwerp-begroting opgemaakt.
In deze begroting voorziet de politiezone een exploitatie- en investeringstoelage die van het gemeentebestuur bekomen kan worden. De hierbij weerhouden bedragen zijn volledig in overeenstemming met de toelagen die voorzien zijn in de vijfde aanpassing van het meerjarenplan van de gemeente.
De exploitatie-toelage die met betrekking tot 2024 vanuit de gemeente verstrekt kan worden, bedraagt 6.031.380,65 euro. De investeringstoelage bedraagt 447.000 euro.
De begroting sluit af in evenwicht.
Schepen Trui OLBRECHTS geeft een toelichting over de politiebegroting 2024, die ook al tijdens de commissie Financiën werd besproken. De grootste werkingskosten bestaan uit personeelskosten, namelijk 84%. Dit jaar kwam dit op bijna 8 miljoen euro, door de indexatie. Het deficiet in het korps blijft nog groot, maar wordt wel kleiner. Op dit moment zijn er nu 20 functies vacant tegen 30 vorig jaar. Er wordt sterk ingezet op de werving van medewerkers via infomomenten en sociale media. Burgerpersoneel wordt zoveel mogelijk ingezet om het blauwe personeel te ontlasten, zodat zij zich kunnen concentreren op het blauwe werk.
De tweede grote post in de uitgaven zijn de werkingsuitgaven, te weten 1,46 miljoen euro. In 2023 zijn deze kosten veel gestegen door de ICT-kosten. In 2024 is de stijging eerder beperkt. Het bestuur en de politie blijven sterk inzetten op nieuwe technologie. Ook de telefonie en de huur van de lijnen voor de ANPR-camera’s kosten geld. 60% van de werkingskosten worden betaald uit de gemeentelijke toelage. Voor 2024 bedraagt deze 6 miljoen euro. De rest wordt betaald uit federale dotaties. Er wordt in 2024 ook ongeveer 447.000 euro geïnvesteerd. Dit is vooral bedoeld voor uitrusting, lockers, sleutelbeheer, informatica, voertuigen en meubilair.
Raadslid Chris SELLESLAGH is blij te vernemen dat er altijd budget is om nieuwe medewerkers aan te nemen. Hij vraagt of men achter de schermen bezig is met het creëren van grote politiezones, aangezien het de visie van de federale regering is om naar grotere politiezones te gaan.
Burgemeester Bart LAEREMANS antwoordt dat dit besluit reeds in de gemeenteraad is gepasseerd, in het kader van de haalbaarheidsstudie. Gemeente Grimbergen heeft zelf aangegeven te willen onderzoeken of er betere samenwerking tussen politiezones mogelijk is. Daarnaast merkt men dat er bij de provincie en vanuit de federale overheid gesproken wordt over grotere politiezones. Op termijn zal het onvermijdelijk zijn om te gaan samenwerken met naburige zones. Daarom is inmiddels een haalbaarheidsstudie aangevraagd over mogelijke samenwerkingsvormen, een termijnplanning en een eventuele fusie. Het besluit hiertoe heeft de gemeenteraad afgelopen zomer goedgekeurd. Komende weken zal het onderzoek ten einde lopen en wordt er bijkomend advies gevraagd. Daarna wordt gekeken wie de mogelijke samenwerkingspartners kunnen zijn. Een besluit over samenwerking of fusie zal pas in de volgende legislatuur worden genomen.
Enig artikel.
De voorgelegde begroting van de politiezone voor het dienstjaar 2024 goed te keuren.
De gemeenteraad neemt kennis van de publicatie van vacante betrekkingen van de politiezone Grimbergen in de vijfde mobiliteitscyclus van 2023 van de Geïntegreerde Politie.
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus.
Het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten inzonderheid Deel VI – Het doeltreffende inzetten van personeel, Titel II – De inplaatsstelling van het personeel, Hoofdstuk II – De regeling van de mobiliteit.
Het koninklijk besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
De omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones.
Het besluit van de gemeenteraad van 28 april 2005 over de selectiecommissies van de lokale politie voor de aanwervingen via mobiliteit.
Het besluit van de gemeenteraad van 21 december 2017 over de goedkeuring van de nieuwe personeelsformatie: binding & maatwerk.
Het besluit van de gemeenteraad van 24 september 2020 tot akkoord met de permanente openstelling van de vacant te verklaren betrekkingen in het operationeel en administratief en logistiek kader van de politie te begeven bij de mobiliteitscycli 2020-2024.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 20 november 2023 "Mededeling vacatures in het operationeel en logistiek kader in de vijfde mobiliteitscyclus van 2023 van de Geïntegreerde Politie - Bekrachtiging".
/
De federale politie vroeg om ten laatste op 17 november 2023 de behoeften voor de vijfde mobiliteitscyclus van 2023 kenbaar te maken.
Volgende vacatures in het operationeel en administratief kader werden gepubliceerd:
Volgende vacatures in het operationeel en administratief kader werden gepubliceerd en komen in aanmerking voor externe werving wanneer er geen interne kandidaten zijn:
Het maximaal aantal betrekkingen werd vacant verklaard.
In de begroting van de lokale politie zijn de nodige kredieten voorzien.
Enig artikel.
Kennis te nemen dat de volgende vacante betrekkingen werden overgemaakt aan de directie van de mobiliteit en het personeelsbeheer van de Geïntegreerde Politie voor publicatie in de vijfde mobiliteitscyclus van 2023.
Volgende vacatures in het operationeel en administratief kader werden gepubliceerd:
Volgende vacatures in het operationeel en administratief kader werden gepubliceerd en komen in aanmerking voor externe werving wanneer er geen interne kandidaten zijn:
Het maximaal aantal betrekkingen werd vacant verklaard.
De gemeenteraad neemt kennis van het ontslag van raadslid Manon BAS uit de fractie Open VLD en het feit dat zij als onafhankelijke wenst te zetelen in de gemeenteraad.
Artikel 41 Decreet Lokaal Bestuur 22 december 2017.
E-mail van 13 december 2023 waarin raadslid Manon BAS aan de gemeenteraadsvoorzitter dhr. Peter PLESSERS meldt dat zij met onmiddellijke ingang ontslag neem uit de fractie Open VLD en wenst te zetelen als onafhankelijk raadslid in de Grimbergse gemeenteraad.
/
Op 13 december 2023 diende raadslid Manon BAS haar ontslag uit de fractie Open VLD met onmiddellijke ingang in. Zij wenst te zetelen als onafhankelijke in de gemeenteraad van Grimbergen.
Uit een fractie stappen kan enkel door een uitdrukkelijke kennisgeving aan de raad, deze kennisgeving kan schriftelijk via een brief of e-mail aan de raad, gericht aan de raadsvoorzitter waarna de raad er kennis van neemt.
Daarnaast kan deze kennisgeving via een mededeling op de gemeenteraad zelf.
Om die reden werd op 13 december 2023 een agendapunt bij hoogdringendheid aangemaakt waarin de gemeenteraad dient kennis te nemen van het ontslag van raadslid Manon BAS uit de fractie Open VLD en haar wens om te zetelen als onafhankelijk raadslid in de Grimbergse gemeenteraad.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van het ontslag van raadslid Manon BAS uit de fractie Open VLD.
Art. 2.
Kennis te nemen van het feit dat raadslid Manon BAS als onafhankelijke wenst te zetelen in de gemeenteraad.
De gemeenteraad neemt kennis van het ontslag van raadslid Tom GAUDAEN uit de fractie Open VLD en het feit dat hij als onafhankelijke wenst te zetelen in de gemeenteraad.
Artikel 41 Decreet Lokaal Bestuur 22 december 2017.
E-mail van 13 december 2023 (M2312 1327) waarin raadslid Tom GAUDAEN aan de gemeenteraadsvoorzitter dhr. Peter PLESSERS meldt dat hij met onmiddellijke ingang ontslag neem uit de fractie Open VLD en wenst te zetelen als onafhankelijk raadslid in de Grimbergse gemeenteraad.
/
Op 13 december 2023 diende raadslid Tom GAUDAEN zijn ontslag uit de fractie Open VLD met onmiddellijke ingang in. Hij wenst te zetelen als onafhankelijke in de gemeenteraad van Grimbergen.
Uit een fractie stappen kan enkel door een uitdrukkelijke kennisgeving aan de raad, deze kennisgeving kan schriftelijk via een brief of e-mail aan de raad, gericht aan de raadsvoorzitter waarna de raad er kennis van neemt.
Daarnaast kan deze kennisgeving via een mededeling op de gemeenteraad zelf.
Om die reden werd op 13 december 2023 een agendapunt bij hoogdringendheid aangemaakt waarin de gemeenteraad dient kennis te nemen van het ontslag van raadslid Tom GAUDAEN uit de fractie Open VLD en zijn wens om te zetelen als onafhankelijk raadslid in de Grimbergse gemeenteraad.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van het ontslag van raadslid Tom GAUDAEN uit de fractie Open VLD.
Art. 2.
Kennis te nemen van het feit dat raadslid Tom GAUDAEN als onafhankelijke wenst te zetelen in de gemeenteraad.
De gemeenteraad keurt de verlenging van de projectvereniging IGS Noordrand met 1 jaar (tot 31 december 2026) goed.
/
Door de toekomstige decreetswijzigingen wordt de huidige beleidsperiode van de IGS’en bovenlokale cultuur door de Vlaamse Overheid verlengd met 1 jaar. Normaal startte de nieuwe beleidsperiode op 1 januari 2026. Dat wordt nu 1 januari 2027.
IGS Cultuur Noordrand heeft, zoals de meerderheid van de IGS’en bovenlokale cultuur, de vorm van een projectvereniging.
Die heeft een looptijd van max 6 jaar. De projectvereniging IGS Cultuur Noordrand loopt af in 2025. Door de verlenging van de huidige beleidsperiode voor bovenlokale cultuur moet de looptijd van de projectvereniging ook worden verlengd. Zo is het IGS juridisch in orde. Wat noodzakelijk is om subsidies te ontvangen van de Vlaamse Overheid voor het extra jaar.
De raad van bestuur van IGS Cultuur Noordrand besliste op de RVB van 10 oktober 2023 om de duurtijd van de projectvereniging te verlengen met 1 jaar. Dit werd goedgekeurd op de RVB van dinsdag 10 oktober 2023.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om de verlenging van de projectvereniging IGS Noordrand met 1 jaar (tot 31 december 2026) goed te keuren.
Enig artikel.
De verlenging van de projectvereniging IGS Noordrand met 1 jaar (tot 31 december 2026) goed te keuren.
De gemeenteraad keurt de agendapunten en toelichtingsnota's van de algemene vergadering van het extern verzelfstandigd agentschap Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen van 19 december 2023 goed en stelt het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger in deze algemene vergadering vast.
het aanstellen en ontslaan van de leden van de raad van bestuur van een autonoom gemeentebedrijf, de beslissing tot ontbinding en vereffening van een autonoom gemeentebedrijf, en het aanstellen van de gemeentelijke vertegenwoordigers in de algemene vergadering van een extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm
De vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering van de gemeentelijke vennootschap en vereniging worden door de gemeenteraad uit zijn leden gekozen.
Algemeen:
Titel 3, hoofdstuk 3, DLB.
De wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk.
De wet van 23 maart 2019 tot invoering van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en houdende diverse bepalingen.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023.
Oprichting:
Besluit van de gemeenteraad van 29 augustus 2013 houdende de omvorming van de vzw Cultuurcentrum Strombeek/Grimbergen tot een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm in de zin van de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk en in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van het Gemeentedecreet.
Statuten:
De statuten van de vzw Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen, zoals laatst vastgesteld bij beslissing van de gemeenteraad van 29 augustus 2013 betreffende de omvorming van de vzw Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen tot een gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijk vorm in de zin van de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van het gemeentedecreet, en zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering op 25 november 2013, en goedgekeurd door de algemene vergadering op 3 februari 2014.
Besluit van de gemeenteraad van 27 juni 2019 betreffende Gemeentelijk extern verzelfstandigd agentschap Cultuurcentrum Strombeek/Grimbergen vzw - Aanpassing statuten naar aanleiding van de wijziging van de statuten van de cultuurraad.
Aanduiding gemeentelijke vertegenwoordiger
Besluit van de gemeenteraad van 28 februari 2019 betreffende de aanduiding van een gemeentelijke vertegenwoordiger met meervoudig stemrecht in de algemene vergadering van de vzw Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen.
/
Per e-mail van 22 november 2023 ontvangt het bestuur een uitnodiging voor een algemene vergadering van de vzw Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen op 19 december 2023om 20.00 uur in de Hemmerechtszaal groot deel (M2311 2500).
Agenda:
Mandatering gemeentelijke vertegenwoordiger:
Met toepassing van artikel 246, §2, tweede lid DLB dienen de vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering te handelen overeenkomstig de instructies van de gemeenteraad.
Op 28 februari 2019 werd schepen Philip ROOSEN aangeduid als gemeentelijke vertegenwoordiger met meervoudig stemrecht in de algemene vergadering van de vzw Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen.
De gemeenteraad moet het mandaat van schepen Philip ROOSEN vaststellen.
Stemming:
Gaat over tot de eerste stemming betreffende de goedkeuring van de agendapunten van de AV van het extern verzelfstandigd agentschap vzw Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen van 19 december 2023:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot de tweede stemming betreffende de goedkeuring van de aangepaste statuten:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot de derde stemming betreffende de vaststelling van het mandaat van de aangeduide gemeentelijke vertegenwoordiger om deze agendapunten goed te keuren onder voorbehoud van het specifieke verloop van de besprekingen in de vergaderingen:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
/
Artikel 1.
De volgende agendapunten van de algemene vergadering (AV) van het extern verzelfstandigd agentschap Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen vzw van 19 december 2023 goed te keuren:
Art. 2.
De heer Philip ROOSEN, gemeentelijke vertegenwoordiger met meervoudig stemrecht in de AV van het extern verzelfstandigd agentschap Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen vzw, te machtigen om de in artikel 1 vermelde agendapunten namens de gemeente goed te keuren, onder voorbehoud van het specifieke verloop van de besprekingen in de vergadering.
Art. 3.
Een afschrift van dit besluit te bezorgen aan:
De gemeenteraad keurt de agendapunten en toelichtingsnota's van de algemene vergadering van Heemschut vzw van 16 januari 2024 goed en stelt het mandaat van de aangeduide vertegenwoordiger m.b.t. de te behandelen agendapunten vast.
Het aanstellen en ontslaan van de leden van de raad van bestuur van een autonoom gemeentebedrijf, de beslissing tot ontbinding en vereffening van een autonoom gemeentebedrijf, en het aanstellen van de gemeentelijke vertegenwoordigers in de algemene vergadering van een extern verzelfstandigd agentschap in privaatrechtelijke vorm.
De vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering van de gemeentelijke vennootschap en vereniging worden door de gemeenteraad uit zijn leden gekozen.
/
Op 4 december 2023 ontving het gemeentebestuur een uitnodiging om deel te nemen aan de algemene vergadering (AV) van het extern verzelfstandigd agentschap Heemschut vzw die doorgaat op 16 januari 2024 om 20 uur in het Guldendal met volgende agenda:
De overige bijlagen werden nog niet ontvangen.
Gemeentelijke vertegenwoordiger
Op 28 februari 2019 werd schepen Philip ROOSEN door de gemeenteraad aangeduid als gemeentelijke vertegenwoordiger met meervoudig stemrecht in de algemene vergadering van het extern verzelfstandigd agentschap Heemschut vzw.
Met toepassing van artikel 246, §2, tweede lid DLB dienen de vertegenwoordigers van de gemeente in de algemene vergadering te handelen overeenkomstig de instructies van de gemeenteraad.
Het mandaat van schepen Philip ROOSEN, die door de gemeenteraad op 28 februari 2019 werd aangeduid als gemeentelijke vertegenwoordiger met meervoudig stemrecht in de algemene vergadering, moet door de gemeenteraad vastgesteld worden.
De vertegenwoordiger werd op 5 december 2023 in kennis gesteld van voornoemde uitnodiging.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om:
het mandaat van schepen Philip ROOSEN, gemeentelijk vertegenwoordiger met meervoudig stemrecht in de algemene vergadering van het extern verzelfstandigd agentschap Heemschut vzw, vast te stellen.
Stemming
Gaat over tot de eerste stemming betreffende de goedkeuring van de agendapunten van de AV van het extern verzelfstandigd agentschap Heemschut vzw van 16 januari 2024:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot de tweede stemming betreffende de vaststelling van het mandaat van de aangeduide gemeentelijke vertegenwoordiger om deze agendapunten goed te keuren onder voorbehoud van het specifieke verloop van de besprekingen in de vergaderingen:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
/
Artikel 1.
De agendapunten met toelichtingsnota’s van de algemene vergadering van het extern verzelfstandigd agentschap Heemschut vzw van 16 januari 2024 om 20 uur in het Guldendal met de volgende agendapunten goed te keuren:
Art. 2.
Het mandaat van schepen Philip ROOSEN, gemeentelijk vertegenwoordiger met meervoudig stemrecht in de algemene vergadering van het extern verzelfstandigd agentschap Heemschut vzw, vast te stellen.
Art. 3.
Een afschrift van dit besluit te bezorgen aan:
De gemeenteraad neemt kennis van de klachten alsook van de antwoordbrieven.
Artikels 302 en 303 Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (DLB).
Artikels 302 en 303 DLB.
Het klachtenreglement, goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 25 maart 2021.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 4 december 2023.
/
Conform het klachtenreglement wordt een klacht behandeld door het MAT. Het MAT keurt de door de bevoegde dienst opgestelde antwoordbrief goed, nadat zij beoordeeld hebben of de klacht (on)ontvankelijk dan (on)gegrond is.
Het MAT geeft opdracht aan de bevoegde dienst om de goedgekeurde antwoordbrief aan de klachtindiener op te sturen.
Artikel 13, §2 van het Klachtenreglement stelt:
Jaarlijks wordt aan de gemeenteraad rapport voorgelegd inzake de binnengekomen klachten en de opvolging hiervan.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om kennis te nemen van de ingekomen klachten en de antwoordbrieven:
de klacht van 29 maart 2023 tegen de gemeente (dienst Wegen en Water) inzake verkeerde instructies voor de rioolaansluiting van de woning van de klachtindiener;
de klacht van 27 april 2023 tegen het schoolbestuur;
de klacht van 12 juni 2023 tegen de gemeente (dienst Wegen en Water) inzake de behandeling van een vraag m.b.t. het project Beiaardlaan te Grimbergen;
de klacht van 7 juli 2023 tegen voormalig medewerker van de gemeente (bode);
de klacht van 5 september 2023 tegen de chauffeur(s) van de vuilniskarren (dienst Openbare Reinheid);
de klacht van 9 september 2023 tegen de dienst Wegen en Mobiliteit;
de klacht van 10 september 2023 inzake geluidsoverlast tijdens het festival Voodoo Village;
de klacht van 11 september 2023 inzake geluidsoverlast tijdens het festival Voodoo Village;
de klacht van 15 september 2023 inzake de organisatie van het festival Voodoo Village;
de klacht van 20 september 2023 inzake sluikstort tijdens en na het festival Voodoo Village;
de klacht van 26 september 2023 inzake de organisatie van het festival Voodoo Village en
de klacht van 9 oktober 2023 inzake het onkruid in de Pieter Breughelstraat.
/
Enig artikel.
Kennis te nemen van de klachten en de antwoordbrieven, toegevoegd als bijlage bij dit besluit.
De gemeenteraad gaat akkoord met de aanpassing van het arbeidsreglement en de rechtspositieregeling voor het gemeente- en OCMW-personeel.
Artikels 40-41 en 186 decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
Algemeen
Adviezen MAT:
Protocol vakorganisaties (BIJLAGE 09):
Er wordt voorgesteld om het arbeidsreglement en de rechtspositieregeling aan te passen.
Toelichtende nota's: zie bijlage:
BIJLAGE 02: Toelichtende nota wijziging RPR
BIJLAGE 03: Toelichtende nota wijziging AR
Ontwerpteksten RPR en AR: zie bijlage:
BIJLAGE 04: Ontwerptekst wijziging RPR
BIJLAGE 05: Ontwerptekst wijziging AR
Rechtspositieregeling
Aanleiding
Wijzigingen n.a.v. BVR RPR 20/01/2023
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 januari 2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen
Wijzigingen n.a.v. de wijziging van het decreet lokaal bestuur van 17 februari 2023
Decreet van 17 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur:
Wijzigingen n.a.v. ontslagdecreet (inwerkingtreding 01/10/2023)
Decreet van 16 juni 2023 tot wijziging van het Provinciedecreet van 9 oktober 2005 en het decreet van 22 december 2007 over het lokaal bestuur, wat betreft de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid:
[Onderafdeling 6. Beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid (ing. decr. 16 juni 2023, art. 7, I: 1 oktober 2023)]
Artikel 194/1. (01/10/2023- ...)
Met behoud van de toepassing van artikel 194, vierde lid, van dit decreet zijn voor de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid artikel 15 en titel I, hoofdstuk IV, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, met uitzondering van artikel 33, 37, §1, vijfde lid, §2 tot en met §4, artikel 37/3, 37/5, 37/7, 37/11, 38 en 39bis, van overeenkomstige toepassing.
De beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid mag niet kennelijk onredelijk zijn. De beëindiging is gebaseerd op redenen die verband houden met het gedrag of de geschiktheid van het personeelslid of berusten op noodwendigheden voor de werking van het bestuur. Het mag geen beëindiging zijn waartoe nooit beslist zou zijn door een normaal en redelijk handelend lokaal bestuur.
De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels voor de beëindiging van het statutaire dienstverband.
Artikel 194/2. (01/10/2023- ...)
De rechtbanken, vermeld in artikel 578 en 607 van het Gerechtelijk Wetboek van 10 oktober 1967, zijn bevoegd voor geschillen over de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid, vermeld in artikel 194/1 van dit decreet.
Titel I, hoofdstuk IV van de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 (“Einde van de overeenkomst”) wordt van toepassing op statutairen.
Concreet betekent dit dat de beëindiging van een statutaire tewerkstelling mogelijk is door:Een tuchtprocedure zal niet meer kunnen leiden tot een ontslag van ambtswege of een afzetting;
Arbeidsrechtbanken en -hoven worden bevoegd voor betwistingen over het ontslag van een statutaire medewerker.
Andere juridische wijzigingen
Verlof om dwingende redenen (o.a. 5 dagen zorgverlof voor contractuelen) > Eur Richtlijn;
Flexibele werktijden o.v. zorg (contractuelen) > Eur Richtlijn;
Geen medisch attest 1 dag ziekte (max 3 dagen per jaar);
Nieuwe regelgeving re-integratie en medische overmacht;
Flexijobs in ondersteunende functies zorg > Programmawet 26/12/2022.
Technische wijzigingen:
Wijzigingen die geen impact hebben op de juridisch inhoudelijke finaliteit, maar enkel op de vorm en juridische formulering
Voorliggend voorstel - Plan van aanpak
N.a.v. de goedkeuring van het kaderbesluit BVR RPR 20/01/2023 werden de mogelijke / nuttige wijzigingen voor lokaal bestuur Grimbergen opgelijst door de Personeelsdienst.
Hierbij werd een onderscheid gemaakt in:
“Quick wins”:
Wijzigingen die de bestaande HR-visie ondersteunen;
Wijzigingen die een positief effect hebben op de werking van de organisatie;
Wijzigingen die mogelijk zijn op korte termijn (slechts beperkte juridische of praktische vervolgwerkzaamheden).
Wijzigingen die nog verdere studie vragen:
Bv. op beleidsmatig, juridisch of praktisch vlak (bv. koppeling met de HR-software, juridische vragen, …);
Deze wijzigingen zullen stelselmatig opgepikt worden, desgevallend i.k.v. nieuwe MJP 2026-2031;
Bijvoorbeeld:
De verdere doorvoering van het “Virtueel omgezet budget” heeft – naast de wijziging van de RPR en de financiële aftoetsing - heel wat praktische consequenties / randvoorwaarden:
Overheidsopdracht nodig om een dienst aan te bieden;
Rekenblad maken of laten aanleveren, of HR-software aanpassen;
Interne procedures aanpassen.
Verder werden ook wijzigingen aangebracht omwille van andere gewijzigde regelgeving, evenals technische wijzigingen.
Toelichting bij de wijzigingen
Thema |
Aanpassing RPR / Toelichting |
Gewijzigde artikels
|
Ontslagdecreet |
Van toepassing 01/10/2023
|
Aanpassingen / schrappingen op o.a. de volgende plaatsen:
|
Werving en selectie |
Evenwaardige ervaring i.p.v. diplomavoorwaarde:
|
Art. 3, §1 en 2 Art. 6, §1 Art. 8 geschrapt Art. 19 |
Samenstelling selectiecommissie
|
Art. 14, §1, 3° geschrapt |
|
Permanente publicaties worden voorzien voor moeilijk in te vullen functies |
Art. 30bis |
|
Verkorte selectieprocedure:
|
Art. 32, §2 |
|
Interne personeelsmobiliteit
|
Art. 135-136 Art. 142 (externe mobiliteit) geschrapt |
|
Externe personeelsmobiliteit
|
Art. 142 |
|
Nationaliteitsvereiste:
|
Art. 5, §2 |
|
Specifieke bepalingen voor de aanwerving van maatschappelijk werkers:
|
Art. 30 |
|
Loonhuis |
Er wordt een loopbaanpad mogelijk gemaakt, met als doel knelpuntfuncties in te vullen door het zelf opleiden van medewerkers. Deze medewerkers worden in een basisschaal aangeworven, er wordt een intern en extern opleidingstraject voorzien, waarna ze kunnen doorschalen naar een volgende salarisschaal (doorgroeimogelijkheid voorzien na opleiding, evolueren van “junior” naar “senior”-profiel).
Zie tekst “Aangepaste loopbaanpaden lokaal bestuur Grimbergen – Aanpassing RPR” van Probis. (BIJLAGE 06)
|
Art. 116 bis |
Vorming |
|
Art. 91-108 |
Opvolging en feedback |
|
Art. 51, §2 wordt geschrapt |
Kabinetspersoneel |
|
Art. 32bis |
Overdracht van personeelsleden |
|
Art. 163 |
Terbeschikkingstelling personeel |
|
Art. 165 |
Toelage opdrachthouderschap |
|
Art. 143 Art. 207 |
Anciënniteiten |
De wijze van overname van anciënniteit wordt gelijkgesteld, komende uit de publieke sector, de private sector, of zelfstandige. Toekenning van schaalanciënniteit blijft enkel mogelijk na aanwerving.
Er zal nog verder onderzocht worden of de minimale salarisverhoging bij bevordering kan worden opgetrokken (artikel 177 RPR). |
Art. 111, §6 Art. 112, §2 |
Rechtenopbouw bij langdurige afwezigheid |
Aanpassingen waarbij er begrensd wordt op een afwezigheid van 12 maanden. |
Art. 173 (geldelijke anciënniteit) Art. 188 (vakantiegeld) Art. 192 (EJT) Art. 254 (personeelslid in dispo)
|
IFIC |
Bepalingen IFIC opnemen in RPR
|
Art. 1 bis Bijlage I: IFIC-loonschalen |
Flexijobs |
Sinds 01/01/2023 kunnen flexijobs ook in de zorgsector. In Grimbergen wordt dit tot nu toe nog niet toegepast. Met deze wijziging wordt het wel mogelijk in de toekomst. Flexijobbers worden uitgesloten van de RPR. Voor hen geldt de regelgeving rond flexijobs. |
Art. 1, § 2 |
Jobstudenten |
Terugbetaling dienstreizen aan jobstudenten wordt voorzien
|
Art. 1, § 2 |
Tijdelijke werkloosheid wegens overmacht |
|
Art. 111, §4 |
Regelgeving re-integratie |
|
Art. 149, § 2 |
Bepalingen ecocheques |
|
Art. 226 |
Overloon |
Rechtzetting
Bijgevolg is er een wijziging van artikel 201 RPR nodig. Voor de personeelsleden van het woonzorgcentrum, met uitzondering van de personeelsleden die nachtarbeid verrichten, gelden volgende specifieke regels. Volgende prestaties worden, zowel voor de voltijdse als de deeltijdse personeelsleden, als overuren beschouwd:
Het personeelslid dat overuren presteert, krijgt een compensatie zoals voorzien in de Arbeidswet. De compenserende inhaalrust is gelijk aan de duur van de overuren en dient opgenomen te worden binnen de lopende referentieperiode. Het personeelslid ontvangt 100% zijn loon op het moment dat deze het overuur recupereert.
Naast de inhaalrust heeft het personeelslid ook recht op overloon. Dit bedraagt:
|
Art. 201 |
Carpoolen bij dienstreizen |
|
Art. 211 |
Aanpassingen obv hogere regelgeving |
|
|
Andere technische wijzigingen |
|
|
Arbeidsreglement
Aanleiding
Wijzigingen n.a.v. ontslagdecreet (inwerkingtreding 01/10/2023)
Decreet van 16 juni 2023 tot wijziging van het Provinciedecreet van 9 oktober 2005 en het decreet van 22 december 2007 over het lokaal bestuur, wat betreft de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid:
[Onderafdeling 6. Beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid (ing. decr. 16 juni 2023, art. 7, I: 1 oktober 2023)]
Artikel 194/1. (01/10/2023- ...)
Met behoud van de toepassing van artikel 194, vierde lid, van dit decreet zijn voor de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid artikel 15 en titel I, hoofdstuk IV, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, met uitzondering van artikel 33, 37, §1, vijfde lid, §2 tot en met §4, artikel 37/3, 37/5, 37/7, 37/11, 38 en 39bis, van overeenkomstige toepassing.
De beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid mag niet kennelijk onredelijk zijn. De beëindiging is gebaseerd op redenen die verband houden met het gedrag of de geschiktheid van het personeelslid of berusten op noodwendigheden voor de werking van het bestuur. Het mag geen beëindiging zijn waartoe nooit beslist zou zijn door een normaal en redelijk handelend lokaal bestuur.
De Vlaamse Regering bepaalt de nadere regels voor de beëindiging van het statutaire dienstverband.
Artikel 194/2. (01/10/2023- ...)
De rechtbanken, vermeld in artikel 578 en 607 van het Gerechtelijk Wetboek van 10 oktober 1967, zijn bevoegd voor geschillen over de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid, vermeld in artikel 194/1 van dit decreet.
Titel I, hoofdstuk IV van de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 (“Einde van de overeenkomst”) wordt van toepassing op statutairen.
Concreet betekent dit dat de beëindiging van een statutaire tewerkstelling mogelijk is door: Een tuchtprocedure zal daarentegen niet meer kunnen leiden tot een ontslag van ambtswege of een afzetting;
Arbeidsrechtbanken en -hoven worden bevoegd voor betwistingen over het ontslag van een statutaire medewerker.
Technische wijzigingen
Wijzigingen die geen impact hebben op de juridisch inhoudelijke finaliteit, maar enkel op de vorm en juridische formulering
Overloon (artikel 12)0
Toelichting bij de wijzigingen
Thema |
Aanpassing AR / Toelichting |
Gewijzigde artikels
|
Ontslagdecreet |
Aanpassingen op vlak van:
|
Art. 19-20-21-22 |
Overloon |
Technische wijziging
De personeelsleden van het woonzorgcentrum en het lokaal dienstencentrum vallen onder de toepasselijke regels van de Arbeidswet. Voor de personeelsleden van het woonzorgcentrum, met uitzondering van de personeelsleden die nachtarbeid verrichten, gelden volgende specifieke regels. Volgende prestaties worden, zowel voor de voltijdse als de deeltijdse personeelsleden, als overuren beschouwd:
Het personeelslid dat overuren presteert, krijgt een compensatie zoals voorzien in de Arbeidswet. De compenserende inhaalrust is gelijk aan de duur van de overuren en dient opgenomen te worden binnen de lopende referentieperiode. Het personeelslid ontvangt 100% zijn loon op het moment dat deze het overuur recupereert.
Naast de inhaalrust heeft het personeelslid ook recht op overloon. Dit bedraagt:
|
Art. 12 |
Na overleg met de vakorganisaties werden nog de volgende aanpassingen aan de teksten doorgevoerd:
Art. 4 en art. 20 (ivm capaciteitstest - beide artikels werden in overeenstemming gebracht).
Art. 41 (schrapping verwijzing naar wet AOK gezien ontslagdecreet).
Art. 103 (uitdovend statuut behouden bij bevordering - cf. besluit van de gemeenteraad / raad voor maatschappelijk welzijn van 24/10/2019).
Art. 110 (uitdovend statuut behouden bij interne mobiliteit - cf. besluit van de gemeenteraad / raad voor maatschappelijk welzijn van 24/10/2019).
Raadslid Isabel GAISBAUER krijgt het woord en stelt dat ze graag had gehad dat er een commissievergadering over de regeling en het reglement was georganiseerd, omdat het over technische en juridische complexe materie gaat. De fractie Groen zal zich onthouden bij de stemming en wenst dit toe te lichten. De fractie Groen ziet enkele positieve elementen in de aanpassingen, zoals het kunnen vervangen van een diploma door ervaring, maar heeft echter moeite met het versoepelen van het ontslagrecht voor statutaire ambtenaren, omdat dit eerder bedoeld was om hen te beschermen tegen mogelijke politieke willekeur.
Schepen Karlijne VAN BREE krijgt het oord en dankt de dienst Personeel voor het noteren van wat er zoal wijzigt in de regelgeving. Vandaag worden alle veranderingen opgenomen in de nieuwe rechtspositieregeling en het nieuwe arbeidsreglement. De aanpassingen zijn gebaseerd op een besluit door de Vlaamse regering begin 2023, alsook op het recente ontslagdecreet en het Decreet Lokaal Bestuur. Gemeentelijke overheden krijgen meer autonomie voor het voeren van een lokaal personeelsbeleid. Met een goede personeelsdienst heeft de gemeente goed kunnen nadenken over de richting die de gemeente op wil. Het ontslagdecreet is een belangrijk decreet. De Vlaamse regering heeft besloten dat de nieuwe ontslagregeling op 1 oktober 2023 in werking is getreden. Vakorganisaties hebben er wat problemen mee, zoals uiteengezet in het protocol dat als bijlage bij het besluit zit. Het Agentschap Binnenlandse Bestuur geeft aan dat het beëindigen van statutaire dienstverbanden vanaf deze datum moeten verlopen volgens het nieuwe ontslagdecreet. De gemeente mag en kan daar niet van afwijken en om die reden werd dit verwerkt in de twee teksten. Het afgelopen jaar heeft de personeelsdienst hard gewerkt aan re-integratie. Hiervoor is ook nieuwe regelgeving, waarmee men er al in geslaagd is om enkele langdurig zieken weer terug in het arbeidsproces te krijgen. Voorts werden er ecocheques ingevoerd en is er een regeling voor overloon in woonzorgcentrum Ter Biest. Dit betekent dat de personeelsleden vanaf het eerste uur oproeping, buiten de normale werkuren, recht hebben op overloon. Er werden ten slotte enkele technische aanpassingen in het reglement aangebracht die een positief effect hebben op de organisatie. Een aantal zaken zal men nog bestuderen, maar heeft men toch al willen integreren in deze teksten.
Het principe van ervaring mee te nemen bestond al op heden, uiteraard worden de diploma’s niet afgeschaft en zal het schepencollege steeds zijn toestemming moeten geven over de manier van aanwerving en of er bijvoorbeeld al dan niet een capaciteitstest wordt toegestaan of niet.
De interne personeelsmobiliteit wordt versterkt door een flexibeler opzet met meer oog voor de werknemer. De gemeente wil ook rekening houden met de krapte op de arbeidsmarkt. Er blijft echter altijd veel aandacht voor de kandidaat. Er is voorzien in een loopbaanpad, waardoor bekwame mensen een opleiding aangeboden kan worden, zodat zij geschikt worden voor bepaalde functies. De organisatie kent al diverse succesverhalen op dit gebied.
/
Artikel 1.
Het ontwerp arbeidsreglement voor gemeente- en OCMW-personeel, zoals toegevoegd in bijlage 05 van dit besluit, goed te keuren en bijgevolg in werking te laten treden vanaf 1 januari 2024.
Art. 2.
Het ontwerp rechtspositieregeling voor gemeente- en OCMW-personeel, zoals toegevoegd in bijlage 04 van dit besluit, goed te keuren en bijgevolg in werking te laten treden vanaf 1 januari 2024.
Art. 3.
Dit besluit wordt bekend gemaakt conform de bepalingen van artikel 286 van het decreet lokaal bestuur en conform de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen.
De gemeenteraad wijzigt de personeelsformatie als volgt:
Dienst Vergunningen
Uitbreiding van de contractuele personeelsformatie van de gemeente met:
1 vte expert vergunningen (A1a-A3a).
De toekomstige formatie van de dienst Vergunningen is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd vergunningen |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Expert vergunningen |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige vergunningen |
B1-B3 |
5,00 |
|
5,00 |
Deskundige huisvesting |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
2,00 |
|
2,00 |
TOTAAL |
|
|
|
10,00 |
Dienst Vrije Tijd
De toekomstige formatie van de dienst Vrije Tijd (excl. bibliotheek) is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd vrije tijd | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige cultuur en feestelijkheden | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige jeugd | B1-B3 | 2,00 | 2,00 | |
Deskundige sport | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige toerisme en erfgoed | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige lokale economie | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige UitPas | B1-B3 | 0,50 | 0,50 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 6,00 | 6,00 | |
TOTAAL | 13,50 |
Dienst Magazijn
De toekomstige formatie van de dienst Magazijn is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd magazijn | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Coördinator magazijn | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Magazijnier | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
Meewerkend ploegverantwoordelijke | D4-D5 | 1,00 | 1,00 | |
Vakman | D1-D3 | 11,00 | 11,00 | |
TOTAAL | 16,00 |
Dienst Communicatie
De toekomstige formatie van de dienst Communicatie is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd communicatie | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige communicatie | B1-B3 | 0,50 | 1,00 | 1,50 |
Administratief medewerker | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
TOTAAL | 3,50 |
Stafdienst afdeling Ruimte-Beleid
De toekomstige formatie van de stafdienst - Ruimte-Beleid is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Afdelingshoofd Ruimte - Beleid | A4a-A4b | 1,00 | 1,00 | |
Data-analist / GIS-coördinator (Deze functie wordt geblokkeerd bij invulling van de functie van deskundige GIS) |
A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige GIS (Deze functie wordt geblokkeerd bij invulling van de functie van data-analist) |
B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige patrimoniumbeheer | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
TOTAAL | 5,00 |
Dienst Groen en Openbare reinheid
De toekomstige formatie van de dienst Groen en Openbare reinheid is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd groen en openbare reinheid | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Expert groen | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige groen | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Parkbeheerder / coördinator openbaar domein | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 2,00 | 2,00 | |
Coördinator groen | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Coördinator openbare reinheid | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Meewerkend ploegverantwoordelijke groen | D4-D5 | 3,00 | 3,00 | |
Vakman groen | D1-D3 | 18,00 | 18,00 | |
Vakman openbare reinheid | D1-D3 | 7,00 | 7,00 | |
TOTAAL | 36,00 |
Dienst Evenementen en Vrijetijdsinfrastructuur
De toekomstige formatie van de technische dienst - VTI is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Coördinator vrijetijdsinfrastructuur | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Meewerkend ploegverantwoordelijke vrijetijdsinfrastructuur | D4-D5 | 1,00 | 1,00 | |
Vakman vrijetijdsinfrastructuur | D1-D3 | 3,00 | 3,00 | |
Toezichter-handlanger vrijetijdsinfrastructuur | E1-E3 | 2,00 | 2,00 | |
Medewerker schoonmaak (2 voltijds en 6 halftijds) |
E1-E3 | 5,00 | 5,00 | |
TOTAAL | 12,00 |
Dienst Burgerzaken - cel Onthaal
De toekomstige formatie van de dienst Burgerzaken is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd burgerzaken | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Coördinator onthaal | B4-B5 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige burgerzaken | B1-B3 | 6,00 | 6,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 10,00 | 10,00 | |
TOTAAL | 18,00 |
WZC Ter Biest
De toekomstige formatie van de technische cel van het WZC is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Medewerker technisch onderhoud | IFIC 12 IFIC 10 |
1,60 | 1,60 | |
TOTAAL | 1,60 |
Bodetaken (dienst PAO)
Dienst ICT
Toevoeging van de volgende functie aan de contractuele personeelsformatie van de gemeente:
1 vte coördinator ICT (B4-B5).
De nieuwe personeelsformatie van de ICT-dienst is dan als volgt:
Dienst ICT |
|
|
|
|
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
ICT-beheerder |
A4a-A4b |
1,00 |
|
1,00 |
Coördinator ICT |
B4-B5 |
2,00 |
|
2,00 |
Beleidsmedewerker informatica |
B1-B3 |
0,00 |
|
0,00 |
ICT-helpdeskmedewerker |
C1-C3 |
1,00 |
|
1,00 |
TOTAAL |
|
|
|
4,00 |
Art. 161 Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (hierna: Decreet Lokaal Bestuur):
"De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stellen het gezamenlijk organogram van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vast.
Het organogram geeft de organisatiestructuur van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn weer, duidt de gezagsverhoudingen en de functies aan waaraan het lidmaatschap van het managementteam is verbonden."
Algemeen
Decreet lokaal bestuur.
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 januari 2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen.
Rechtspositieregeling lokaal bestuur Grimbergen, vastgesteld bij besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 17 december 2020 en later gewijzigd.
Meerjarenplan 2020-2025
Beleidsdoelstelling 1: Wij bouwen een moderne en professionele organisatie uit om een antwoord te kunnen bieden op de noden van onze burgers.
AP-1: We vullen het nieuw geïntegreerd organogram in tegen 31/12/2024
ACT-3: We sturen het organogram bij in functie van gewijzigde personeelsbehoeften
Besluiten i.v.m. organogram en personeelsformatie lokaal bestuur Grimbergen
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 24 januari 2019 - project GoGo! (geïntegreerd organogram gemeente en OCMW Grimbergen) - Vaststelling overzichtsstructuur geïntegreerd organogram - Vaststelling structuur afdeling Ruimte (diensten "Wegen en water", "Gebouwen" en "Groen") - Aanduiding van de functies waaraan het lidmaatschap van het managementteam is verbonden. (DOSSIERSTUK 01).
Besluit gemeenteraad van 24 januari 2019 - Aanpassing personeelsformatie i.f.v. de implementatie van de hoofdstructuur van het geïntegreerd organogram en de structuur van de afdeling Ruimte (diensten "Wegen en Water", "Gebouwen" en "Groen"). (DOSSIERSTUK 02).
Besluit gemeenteraad van 25 april 2019 - Aanpassing personeelsformatie ter ondersteuning van de structuur van de afdeling Ruimte (diensten "Wegen en Water", "Gebouwen" en "Groen"). (DOSSIERSTUK 03).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 24 oktober 2019 - Vaststelling geïntegreerd organogram gemeente en OCMW Grimbergen. (DOSSIERSTUK 04).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 24 oktober 2019 - Aanpassing personeelsformatie met het oog op de implementatie van de geïntegreerde dienstenstructuur voor gemeente en OCMW Grimbergen. (DOSSIERSTUK 05)
Besluit gemeenteraad van 24 oktober 2019 - Formatiewijziging voor de administratieve ondersteuning van de bibliotheek. (DOSSIERSTUK 06).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 23 januari 2020 - Aanpassing personeelsformatie - Versterking en integratie van de personeelsdiensten van gemeente en OCMW Grimbergen. (DOSSIERSTUK 07)
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 28 mei 2020 - Aanpassing geïntegreerd organogram gemeente en OCMW Grimbergen. (DOSSIERSTUK 08).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 28 mei 2020 - Aanpassing personeelsformatie met het oog op de implementatie van de geïntegreerde dienstenstructuur voor gemeente en OCMW Grimbergen - Rechtzetting van de beslissingen van de gemeenteraad / raad voor maatschappelijke welzijn van 24 oktober 2019 en 23 januari 2020. (DOSSIERSTUK 09).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 28 mei 2020 - Aanpassing personeelsformatie: afdeling Ruimte - afdeling Mens - Ondersteunende afdelingen. (DOSSIERSTUK 10).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 28 mei 2020 - Aanpassing personeelsformatie administratieve functies - bodefuncties. (DOSSIERSTUK 11).
Besluit gemeenteraad van 27 augustus 2020 - Formatiewijziging voor de administratieve ondersteuning van de bibliotheek - Rechtzetting van de beslissing van de gemeenteraad van 24 oktober 2019. (DOSSIERSTUK 12).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 25 februari 2021 - Personeelsformatie: afdeling Ruimte - afdeling Mens - Ondersteunende afdelingen - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 13).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 22 april 2021 - Personeelsformatie: afdeling Ruimte - afdeling Interne Organisatie - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 14).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 24 juni 2021 - Personeelsformatie Sociaal Huis - Rechtzetting van de beslissing van de gemeenteraad van 28 mei 2020. (DOSSIERSTUK 15).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 24 juni 2021 - Personeelsformatie LDC en GAW Ter Borre - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 16).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 26 augustus 2021 - Personeelsformatie: afdeling Financiën - afdeling Interne organisatie - Afdeling Mens - afdeling Ruimte - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 17).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 25 november 2021 - Personeelsformatie: afdelingen Ruimte en Mens - stafdienst algemeen directeur - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 18).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 16 december 2021 - Organogram en personeelsformatie: afdeling Ruimte - afdeling Mens - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 19).
Besluit gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 24 februari 2022 - Personeelsformatie - Afdeling Mens - Afdeling Interne Organisatie - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 20).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 28 april 2022 - Personeelsformatie - dienst Wegen en Water - dienst Gebouwen - dienst Welzijn en Preventie - afdeling Mens / Welzijn - WZC Ter Biest - dienst Burgerzaken - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 21).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 2 juni 2022 - Personeelsformatie - dienst Gebouwen - dienst Handhaving - Aanpassing. (DOSSIERSTUK 22).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 29 september 2022 - Personeelsformatie - Aanpassing formatie i.f.v. bijkomende personeelsbehoeften - Aanpassing formatie WZC Ter Biest - Invoeren van statutaire betrekkingen - Aanpassing (DOSSIERSTUK 23).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 15 december 2022 - Personeelsformatie - stafdienst Technische diensten - dienst Gebouwen - Technische uitvoeringsdiensten - dienst Evenementen en Vrijetijdsinfrastructuur - Aanpassing (DOSSIERSTUK 24).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 2 maart 2023 - Personeelsformatie - Formatie dienst ICT ingevolge afbouw uitbesteding aan Autonoom Provinciebedrijf VERA - Formatie schoonmaak ingevolge calculatiestudies - Aanpassing (DOSSIERSTUK 25).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 30 maart 2023 - Organogram en personeelsformatie - Aanpassing (DOSSIERSTUK 26).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 22 juni 2023 - Personeelsformatie - LDC en GAW Ter Borre (DOSSIERSTUK 27).
Besluit van de gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn van 31 augustus 2023 -Organogram en personeelsformatie - Dienst Huishoudelijke Hulp - Aanpassing (DOSSIERSTUK 28).
In verband met de syndicale overlegcomités
Het syndicaal statuut:
Wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
Koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.
In verband met het voorstel tot aanpassing van de personeelsformatie
Advies BOC/HOC (Bijlage 05)
In het kader van de uitvoering van het meerjarenplan 2020-2025, in het bijzonder de volgende beleidsdoelstelling:
Beleidsdoelstelling 1: Wij bouwen een moderne en professionele organisatie uit om een antwoord te kunnen bieden op de noden van onze burgers.
AP-1: We vullen het nieuw geïntegreerd organogram in tegen 31/12/2024
ACT-3: We sturen het organogram bij in functie van gewijzigde personeelsbehoeften
worden een aantal wijzigingen aan de personeelsformatie voorgesteld.
In het kader van MJPa5 werd een organisatiebrede oefening uitgevoerd door het MAT en de diensthoofden.
De voorliggende formatiewijziging bevat de wijzigingen die weerhouden werden in MJPa5.
Ook de volgende (lopende en budgetneutrale) wijzigingen worden meegenomen in deze formatiewijziging:
reorganisatie bodetaken;
reorganisatie ICT-dienst.
1. Dienst Vergunningen
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Vergunningen als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met 1 vte expert vergunningen (A1a-A3a).
Doel van deze functie:
Het diensthoofd vergunningen (A1a-A3a) en de deskundigen vergunningen (B1-B3) inhoudelijk ondersteunen in complexe vergunningendossiers.
De toekomstige formatie van de dienst Vergunningen is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd vergunningen |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Expert vergunningen |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige vergunningen |
B1-B3 |
5,00 |
|
5,00 |
Deskundige huisvesting |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
2,00 |
|
2,00 |
TOTAAL |
|
|
|
10,00 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
chaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
A1a-A3a |
€ 89.899,22 |
2. Dienst Vrije Tijd
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Vrije Tijd als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
1 vte administratief medewerker (C1-C3) (lokale economie);
1 vte administratief medewerker (C1-C3) (sport).
Doel van deze functies:
Administratieve ondersteuning van de deskundigen lokale economie en sport
Betreffende het domein lokale economie werd een uitgebreide werklastmeting uitgevoerd i.f.v. de verplichte taken die deze dienst dient uit te voeren (zie bijlage 06).
De toekomstige formatie van de dienst Vrije Tijd (excl. bibliotheek) is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd vrije tijd |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige cultuur en feestelijkheden |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige jeugd |
B1-B3 |
2,00 |
|
2,00 |
Deskundige sport |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige toerisme en erfgoed |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige lokale economie |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige UitPas |
B1-B3 |
0,50 |
|
0,50 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
6,00 |
|
6,00 |
TOTAAL |
|
|
|
13,50 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit) (per vte):
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
C1-C3 |
€ 53.294,27 |
3. Dienst Magazijn
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Magazijn als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
1 vte administratief medewerker (C1-C3).
Doel van deze functie:
Administratieve ondersteuning dienst Magazijn (diensthoofd en coördinator magazijn, en magazijnier).
Meewerken aan de acties i.k.v. de volgende aanbeveling van Audit Vlaanderen:
De toekomstige formatie van de dienst Magazijn is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd magazijn |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Coördinator magazijn |
C4-C5 |
1,00 |
|
1,00 |
Magazijnier |
C1-C3 |
1,00 |
|
1,00 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
1,00 |
|
1,00 |
Meewerkend ploegverantwoordelijke |
D4-D5 |
1,00 |
|
1,00 |
Vakman |
D1-D3 |
11,00 |
|
11,00 |
TOTAAL |
|
|
|
16,00 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
C1-C3 |
€ 53.294,27 |
4. Dienst Communicatie
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Communicatie als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
1 vte administratief medewerker (C1-C3).
Schrapping uit de contractuele personeelsformatie van:
1 vte deskundige (B1-B3).
Doel van deze functie:
Administratieve ondersteuning dienst Communicatie.
De toekomstige formatie van de dienst Communicatie is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd communicatie |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige communicatie |
B1-B3 |
0,50 |
1,00 |
1,50 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
1,00 |
|
1,00 |
TOTAAL |
|
|
|
3,50 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
Uitbreiding personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
C1-C3 |
€ 53.294,27 |
Schrapping personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
B1-B3 |
€ 66.394,14 |
TOTAAL |
-€ 13.099,87 |
5. Stafdienst afdeling Ruimte-Beleid
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de stafdienst - afdeling Ruimte-Beleid als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
1 vte data-analist / GIS-coördinator (A1a-A3a).
De functie van deskundige GIS (B1-B3) blijft behouden in de contractuele personeelsformatie, maar wordt geblokkeerd bij invulling van de functie van data-analist / GIS-coördinator.
Doel van deze functie:
Zie nota als bijlage 07.
Doel is de functie van deskundige GIS te verruimen naar een strategische functie gericht op data-analyses waarbij met de hulp van digitale toepassingen data gestructureerd worden (bv. bouwen van dashboards). Hierdoor kunnen conclusies en inzichten weergegeven worden (strategisch, financieel, ...), of kan er beter samengewerkt worden met verschillende stakeholders (bv. door het koppelen van gegevens, het werken op gemeenschappelijke gegevens, ...). Dit om zowel onze interne werking als de diensten naar klanten / burgers te optimaliseren.
Deze functie is organisatiebreed, en ondersteunt de technische diensten in het bijzonder en bij uitbreiding ook de andere diensten. Functioneel zal dit personeelslid op vlak van data analyse opgevolgd worden door het afdelingshoofd beleidsondersteuning.
Voorbeeldprojecten (zie ook nota als bijlage 02):
Digitaliseringsprojecten ikv dienstverleningsconcept (opzetten chatbots);
TopDesk: verder digitaliseren van de data en de rapporten van Topdesk + koppeling met andere systemen (bv. afsprakensysteem, toekomstig monitoringsysteem, ...);
Digitaliseren van HR-data;
Assetmanagement (i.k.v. aanbeveling Audit Vlaanderen): Koppeling TopDesk met Arinto, GEO-IT, Orbit;
Opmaken van een city dashboard: waarbij data kan verkregen worden over geluids-en lucht kwaliteit, het verkeer, bezetting parkeerplaatsen, waterstanden in grachten, rioleringen, …;
Burgerzaken: in kaart brengen van de dienstverlening, funerair erfgoed, verkiezingen, …;
Financiën: in kaart brengen van de betalingsflow ( X aantal aanmaningen, doorlooptijd van de betalingen, opsporen van dubbele betalingen, ...);
Mobiliteit : data vanuit de telramen en de trafficcounts . Deze data kunnen helpen om een meer op maat gestuurd mobiliteitsbeleid te voeren (zelfs om proactief problemen te detecteren);
Omgeving/ wegen en water : data vanuit de onthardingsstudie. Deze data kan gelinkt worden met de beschikbare data uit de burgerbevraging inzake wateroverlast;
...
De toekomstige formatie van de stafdienst - Ruimte-Beleid is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Afdelingshoofd Ruimte - Beleid |
A4a-A4b |
1,00 |
|
1,00 |
Data-analist / GIS-coördinator |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige GIS (Deze functie wordt geblokkeerd bij invulling van de functie van data-analist) |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige patrimoniumbeheer |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
1,00 |
|
1,00 |
TOTAAL |
|
|
|
5,00 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
Uitbreiding personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
A1a-A3a / A1a-A2a |
€ 89.899,22 |
Schrapping / blokkering personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
B1-B3 |
€ 66.394,14 |
TOTAAL |
€ 23.505,08 |
6. Dienst Groen en Openbare reinheid
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Groen en Openbare reinheid als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
1 vte parkbeheerder / coördinator openbaar domein (C4-C5);
1 vte coördinator openbare reinheid (C4-C5).
schrapping uit de contractuele personeelsformatie van:
1 vte meewerkend ploegverantwoordelijke openbare reinheid (D4-D5).
omzetting van de functietitel van "coördinator groen en openbare reinheid (C4-C5)" naar "coördinator groen (C4-C5)".
Doel van de functie van parkbeheerder / coördinator openbaar domein( C4-C5):
Coördineren - over de verschillende technische ploegen heen - van alle technische taken op openbaar domein (speeltuigen, banken, ...).
Doel van de reorganisatie van de functie van coördinator:
de technische uitvoeringsdiensten "groen" en "openbare reinheid" worden elk opgevolgd door een eigen coördinator (andere technische expertise, andere planning, ...) Hierdoor kunnen deze ploegen ook directer worden aangestuurd.
De toekomstige formatie van de dienst Groen en Openbare reinheid is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd groen en openbare reinheid |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Expert groen |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige groen |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Parkbeheerder / coördinator openbaar domein |
C4-C5 |
1,00 |
|
1,00 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
2,00 |
|
2,00 |
Coördinator groen |
C4-C5 |
1,00 |
|
1,00 |
Coördinator openbare reinheid |
C4-C5 |
1,00 |
|
1,00 |
Meewerkend ploegverantwoordelijke groen |
D4-D5 |
3,00 |
|
3,00 |
Vakman groen |
D1-D3 |
18,00 |
|
18,00 |
Vakman openbare reinheid |
D1-D3 |
7,00 |
|
7,00 |
TOTAAL |
|
|
|
36,00 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
Uitbreiding personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
C4-C5 |
€ 70.837,17 |
C4-C5 |
€ 70.837,17 |
Schrapping personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
D4-D5 |
€ 58.797,98 |
TOTAAL |
€ 82.876,36 |
7. Dienst Evenementen en Vrijetijdsinfrastructuur
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Evenementen en Vrijetijdsinfrastructuur als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
1 vte meewerkend ploegverantwoordelijke (D4-D5).
schrapping / verplaatsing naar de uitdovende personeelsformatie van de volgende functies:
4,25 vte medewerker-schoonmaak (E1-E3).
verplaatsing van de functie van bode (D1-D3) naar de dienst Politiek-Administratieve Ondersteuning (zie verder).
Doel van de functie van meewerkend ploegverantwoordelijke (D4-D5):
Structuur van de technische ploeg VTI aligneren met de structuur van de technische ploegen bij de TD;
Aansturen van de vakmannen op het terrein en meewerken aan het technisch onderhoud.
Reden schrapping / uitdoving functies medewerker-schoonmaak (E1-E3):
Niet al deze functies zijn ingevuld. Nieuwe werklastmeting door de dienst gebeurd;
Op termijn zullen ook de functies van toezichter-handlanger (E1-E3) hervormd worden. Heden is dit een combi-functie van onderhoudstaken en technische taken. Op termijn wilt men dit ook opsplitsen in 1 vte vakman (D1-D3) en 1 vte medewerker schoonmaak (E1-E3).
De toekomstige formatie van de technische dienst - VTI is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Coördinator vrijetijdsinfrastructuur |
C4-C5 |
1,00 |
|
1,00 |
Meewerkend ploegverantwoordelijke vrijetijdsinfrastructuur |
D4-D5 |
1,00 |
|
1,00 |
Vakman vrijetijdsinfrastructuur |
D1-D3 |
3,00 |
|
3,00 |
Toezichter-handlanger vrijetijdsinfrastructuur |
E1-E3 |
2,00 |
|
2,00 |
Medewerker schoonmaak (2 voltijds en 6 halftijds) |
E1-E3 |
5,00 |
|
5,00 |
TOTAAL |
|
|
|
12,00 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
Uitbreiding personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
D4-D5 |
€ 58.797,98 |
Schrapping personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
E1-E3 (4,25 vte) |
€ 187.881,83 |
Totaal |
-€ 129.083,85 |
8. Dienst Burgerzaken - cel Onthaal
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Burgerzaken - cel Onthaal als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
1 vte coördinator onthaal (B4-B5).
Doel van deze functie:
Rechtstreeks aansturen van de onthaalmedewerkers (C1-C3) en coördineren van de activiteiten van het onthaal. Meewerken aan de verdere uitrol van het dienstverleningsconcept.
De toekomstige formatie van de dienst Burgerzaken is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd burgerzaken |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Coördinator onthaal |
B4-B5 |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige burgerzaken |
B1-B3 |
6,00 |
|
6,00 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
10,00 |
|
10,00 |
TOTAAL |
|
|
|
18,00 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
B4-B5 |
€ 78.863,30 |
9. WZC Ter Biest / Dienst Gebouwen
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van WZC Ter Biest als volgt aan te passen:
schrapping de contractuele personeelsformatie van:
0,40 vte verantwoordelijke tuin en onderhoud (IFIC 12).
Deze taken zullen overgenomen worden door de diensten Groen en Openbare reinheid, en Gebouwen, die de aansturing centraal zullen opvolgen, in overleg met de directeur van het WZC.
Hiervoor zal er 1 vte meewerkend ploegverantwoordelijke (D4-D5) - dienst Gebouwen - die tot heden geblokkeerd was in de personeelsformatie na de herplaatsing van een personeelslid - worden gedeblokkeerd en opengesteld.
De toekomstige formatie van de technische cel van het WZC is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Medewerker technisch onderhoud |
IFIC 12 IFIC 10 |
|
1,60 |
1,60 |
TOTAAL |
|
|
|
1,60 |
Budgettair betekent deze formatiewijziging (brutojaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit):
Deblokkering personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
D4-D5 (1 vte) |
€ 58.797,98 |
Schrapping personeelsformatie |
|
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
IFIC 12 (0,80 te) |
€ 53.541,75 |
TOTAAL |
€ 5.256,23 |
* De functie was 0,40 vte voorzien in de formatie, maar 0,80 vte ingevuld (vervanging van loopbaanonderbreking van andere personeelsleden). Deze vervangingen zullen nu niet meer ingevuld worden.
10. Bodetaken (dienst PAO en dienst VTI)
Er wordt voorgesteld de personeelsformatie van de dienst Politiek-Administratieve Ondersteuning als volgt aan te passen:
uitbreiding van de contractuele personeelsformatie met:
3 vte bodes (D1-D3).
Deze functies worden verschoven van andere diensten:
2 vte bodes (D1-D3) worden geschrapt bij de dienst Aankoop en Facility;
1 vte bode (D1-D3) wordt geschrapt bij de dienst vrijetijdsinfrastructuur.
In praktijk werken de bodes reeds centraal vanuit de dienst Politiek-Administratieve Ondersteuning.
11. Dienst ICT
De ICT-dienst bestaat momenteel uit 3 VTE eigen personeelsleden:
1 vte ICT-beheerder( A4a-A4b)
1 vte coördinator ICT (B4-B5)
1 vte beleidsmedewerker informatica (B1-B3) (uitdovende functie)
1 vte ICT-helpdeskmedewerker (C1-C3)
Op vlak van ICT wordt het bestuur verder ondersteund door externe consultancy en dit zowel voor:
helpdesk;
projectbeheer op afroep.
Sinds begin juli 2023 is de outsourcing van ICT verder afgebouwd en wordt er momenteel nog gebruikgemaakt van de ondersteuning van IT-punt (VERA) voor het bemannen van de ICT-helpdesk à rato van 9 dagen per maand.
Ondertussen is de pool van IT-ondersteuners waarover Grimbergen mag beschikken gekrompen tot slechts 1 IT-ondersteuner. Gelet op het verloop binnen VERA waardoor telkens opnieuw de kennis over de organisatie moest worden opgebouwd, en de beschikbaarheid van IT-ondersteuners, wordt voorgesteld het volledige IT-gebeuren opnieuw in eigen handen te nemen.
Wat zijn de voordelen?
op deze manier kunnen we effectief aan interne kennisopbouw doen en aan het documenteren van onze procedures;
kunnen we de coördinatoren laten opleiden om onze organisatie-specifieke applicaties onder de knie te krijgen;
opnieuw grip krijgen op de verwerking van de tickets en dit binnen onze eigen TOPdesk-omgeving;
eigen coördinatoren, die grotendeels fysiek ter plaatse zijn, waardoor een verbeterde permanentie kan aangeboden worden;
hoeven we geen beroep meer te doen op externe consultants voor de reguliere taken en kleinere IT-projecten;
meer mogelijkheden om op geregelde basis op de verschillende locaties aanwezig te zijn vb. loods, Ter Biest, Sociaal huis,...
Dit zal zorgen voor volgende nieuwe rolverdeling binnen de IT-dienst :
Taak |
ICT-beheerder |
Coördinator ICT |
Beleidsmedewerker ICT |
ICT-helpdeskmedewerker |
ICT-infrastructuur: beheer en advies verlenen over het computer -en telefoniepark |
back-up |
verantwoordelijke |
|
|
Samenwerken met leveranciers: duidelijke SLA's en rolverdeling tussen bestuur en leveranciers |
verantwoordelijke |
back-up |
|
|
M365 cloud beheerder : optimaal beheer van de M365-omgeving |
back-up |
verantwoordelijke |
|
|
Strategisch ICT-beleid en beleidsuitvoering |
verantwoordelijke |
|
|
|
Escalatie van gebruikersvragen |
back-up |
verantwoordelijke |
back-up |
back-up |
Coördinatie en leiding van de dienst |
verantwoordelijke |
|
|
|
Aankoop, administratie en analyse van tickets |
|
|
Verantwoordelijke |
Verantwoordelijke |
Er wordt voorgesteld om een voltijdse functie coördinator ICT (B4-B5) toe te voegen aan de personeelsformatie.
Budgettair kan het budget voor deze loonkost in 2024 voorzien worden door verschuiving van budget de ACTIE 10 in het MJP:
BD 01 - We bouwen een moderne en professionele organisatie uit om een antwoord te kunnen bieden op de noden van onze burgers.
AP 02 - We werken op verschillende domeinen samen met externe partners;
ACTIE 10: wij blijven beroep doen op externe consultancy voor IT.
De personeelsformatie van de ICT-dienst zal dan als volgt aangepast worden:
Dienst ICT |
|
|
|
|
Voorzien |
||||
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
ICT-beheerder |
A4a-A4b |
1,00 |
|
1,00 |
Coördinator ICT |
B4-B5 |
2,00 |
|
2,00 |
Beleidsmedewerker informatica |
B1-B3 |
0,00 |
|
0,00 |
ICT-helpdeskmedewerker |
C1-C3 |
1,00 |
|
1,00 |
TOTAAL |
|
|
|
4,00 |
Budgettaire impact (bruto jaarkost werkgever - 12 jaar anciënniteit)
Schaal |
Brutojaarkost werkgever (12 jaar anciënniteit) |
B4-B5 |
€ 78.863,30 |
Het budget voor deze formatiewijziging werd voorzien in ontwerp MJPa5.
Enig artikel.
De personeelsformatie als volgt te wijzigen:
Dienst Vergunningen
Uitbreiding van de contractuele personeelsformatie van de gemeente met:
1 vte expert vergunningen (A1a-A3a).
De toekomstige formatie van de dienst Vergunningen is dan als volgt:
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd vergunningen |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Expert vergunningen |
A1a-A3a |
1,00 |
|
1,00 |
Deskundige vergunningen |
B1-B3 |
5,00 |
|
5,00 |
Deskundige huisvesting |
B1-B3 |
1,00 |
|
1,00 |
Administratief medewerker |
C1-C3 |
2,00 |
|
2,00 |
TOTAAL |
|
|
|
10,00 |
Dienst Vrije Tijd
De toekomstige formatie van de dienst Vrije Tijd (excl. bibliotheek) is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd vrije tijd | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige cultuur en feestelijkheden | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige jeugd | B1-B3 | 2,00 | 2,00 | |
Deskundige sport | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige toerisme en erfgoed | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige lokale economie | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige UitPas | B1-B3 | 0,50 | 0,50 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 6,00 | 6,00 | |
TOTAAL | 13,50 |
Dienst Magazijn
De toekomstige formatie van de dienst Magazijn is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd magazijn | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Coördinator magazijn | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Magazijnier | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
Meewerkend ploegverantwoordelijke | D4-D5 | 1,00 | 1,00 | |
Vakman | D1-D3 | 11,00 | 11,00 | |
TOTAAL | 16,00 |
Dienst Communicatie
De toekomstige formatie van de dienst Communicatie is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd communicatie | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige communicatie | B1-B3 | 0,50 | 1,00 | 1,50 |
Administratief medewerker | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
TOTAAL | 3,50 |
Stafdienst afdeling Ruimte-Beleid
De toekomstige formatie van de stafdienst - Ruimte-Beleid is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Afdelingshoofd Ruimte - Beleid | A4a-A4b | 1,00 | 1,00 | |
Data-analist / GIS-coördinator (Deze functie wordt geblokkeerd bij invulling van de functie van deskundige GIS) |
A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige GIS (Deze functie wordt geblokkeerd bij invulling van de functie van data-analist) |
B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige patrimoniumbeheer | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 1,00 | 1,00 | |
TOTAAL | 5,00 |
Dienst Groen en Openbare reinheid
De toekomstige formatie van de dienst Groen en Openbare reinheid is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd groen en openbare reinheid | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Expert groen | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige groen | B1-B3 | 1,00 | 1,00 | |
Parkbeheerder / coördinator openbaar domein | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 2,00 | 2,00 | |
Coördinator groen | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Coördinator openbare reinheid | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Meewerkend ploegverantwoordelijke groen | D4-D5 | 3,00 | 3,00 | |
Vakman groen | D1-D3 | 18,00 | 18,00 | |
Vakman openbare reinheid | D1-D3 | 7,00 | 7,00 | |
TOTAAL | 36,00 |
Dienst Evenementen en Vrijetijdsinfrastructuur
De toekomstige formatie van de technische dienst - VTI is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Coördinator vrijetijdsinfrastructuur | C4-C5 | 1,00 | 1,00 | |
Meewerkend ploegverantwoordelijke vrijetijdsinfrastructuur | D4-D5 | 1,00 | 1,00 | |
Vakman vrijetijdsinfrastructuur | D1-D3 | 3,00 | 3,00 | |
Toezichter-handlanger vrijetijdsinfrastructuur | E1-E3 | 2,00 | 2,00 | |
Medewerker schoonmaak (2 voltijds en 6 halftijds) |
E1-E3 | 5,00 | 5,00 | |
TOTAAL | 12,00 |
Dienst Burgerzaken - cel Onthaal
De toekomstige formatie van de dienst Burgerzaken is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Diensthoofd burgerzaken | A1a-A3a | 1,00 | 1,00 | |
Coördinator onthaal | B4-B5 | 1,00 | 1,00 | |
Deskundige burgerzaken | B1-B3 | 6,00 | 6,00 | |
Administratief medewerker | C1-C3 | 10,00 | 10,00 | |
TOTAAL | 18,00 |
WZC Ter Biest
De toekomstige formatie van de technische cel van het WZC is dan als volgt:
Functietitel | Schaal | #vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
Medewerker technisch onderhoud | IFIC 12 IFIC 10 |
1,60 | 1,60 | |
TOTAAL | 1,60 |
Bodetaken (dienst PAO)
Dienst ICT
Toevoeging van de volgende functie aan de contractuele personeelsformatie van de gemeente:
1 vte coördinator ICT (B4-B5).
De nieuwe personeelsformatie van de ICT-dienst is dan als volgt:
Dienst ICT |
|
|
|
|
Functietitel |
Schaal |
#vte gemeente |
#vte OCMW |
Totaal |
ICT-beheerder |
A4a-A4b |
1,00 |
|
1,00 |
Coördinator ICT |
B4-B5 |
2,00 |
|
2,00 |
Beleidsmedewerker informatica |
B1-B3 |
0,00 |
|
0,00 |
ICT-helpdeskmedewerker |
C1-C3 |
1,00 |
|
1,00 |
TOTAAL |
|
|
|
4,00 |
De gemeenteraad keurt het gemeentelijk reglement over de opcentiemen van het Vlaamse Gewest op ongeschikt- en onbewoonbare woningen voor de aanslagjaren 2024-2025 goed.
Artikels 40 en 41 van het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
/
Artikel 23 van de Belgische grondwet waarborgt dat iedereen recht heeft op een menswaardig leven waaronder het recht op een behoorlijke huisvesting. Een gezonde en veilige woning met een minimum aan comfort is immers een belangrijke voorwaarde voor een goede levenskwaliteit. Elke woning in Vlaanderen moet daarom voldoen aan een aantal minimumnormen op het vlak van veiligheid, gezondheid en basiscomfort. Die woningkwaliteitsnormen liggen vast in de Vlaamse Codex Wonen.
Een woning die aan de kwaliteitsnormen voldoet, biedt aan de bewoner de zekerheid dat de woning veilig en gezond is en dat ze geschikt is voor bewoning. Als een huurwoning voldoet aan de woningkwaliteitsnormen, kan de gemeente een conformiteitsattest voor de woning afleveren. In bepaalde gevallen kan ook het Agentschap Wonen in Vlaanderen een conformiteitsattest afleveren. Het verhuren, te huur of ter beschikking stellen van een woning die niet aan de woningkwaliteitsnormen voldoet is strafbaar.
Voldoet de woning niet aan de minimale kwaliteitseisen op het vlak van veiligheid, gezondheid en woningkwaliteit (de kwaliteitsnormen), dan kan de gemeente de administratieve procedure tot ongeschikt- of onbewoonbaarverklaring opstarten zoals bepaald in de Vlaamse Codex Wonen (artikel 3.12). Een woningcontroleur van Wonen in Vlaanderen zal een conformiteitsonderzoek uitvoeren en de woning nauwkeurig controleren aan de hand van het technisch verslag.
Wonen in Vlaanderen geeft een advies aan de burgemeester op basis van het resultaat van dit conformiteitsonderzoek.
De woning is:
ongeschikt als ze minstens één gebrek van categorie II of meer dan 6 gebreken categorie I heeft;
ongeschikt en onbewoonbaar als ze minstens een gebrek van categorie III heeft.
Nadat de betrokkenen de kans hebben gehad om gehoord te worden, neemt de burgemeester een beslissing. Als er ernstige gebreken waren kan hij beslissen om de woning ongeschikt of ongeschikt en onbewoonbaar te verklaren. De burgemeester heeft in principe 3 maanden vanaf het verzoek om een beslissing te nemen, maar dit is een termijn van orde. Hij mag dus ook na deze 3 maanden nog beslissen, zolang er geen beroep tegen zijn ‘stilzitten’ werd aangetekend.
Een woning die ongeschikt of ongeschikt en onbewoonbaar wordt verklaard komt terecht op de Vlaamse inventaris voor ongeschikte en onbewoonbare woningen (VIVOO). Voor woningen die op de inventaris staan dient de houder van het zakelijk recht momenteel een Vlaamse heffing te betalen. De Vlaamse heffing op ongeschikte en onbewoonbare woningen is verschuldigd zodra de woning 1 jaar op de inventaris staat, tenzij de inventarisbeheerder een vrijstelling heeft toegekend.
Een lokaal bestuur kan ook optreden bij acuut gevaar conform artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet. In noodsituaties gaat de procedure tot ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring op basis van artikel 3.12 van de Vlaamse Codex Wonen niet snel genoeg. In die nauwkeurig vastgelegde procedure is het immers niet mogelijk om een besluit te nemen zonder een advies van Wonen in Vlaanderen, ook niet onder druk van de omstandigheden. Hij kan hierbij alle maatregelen nemen die hij noodzakelijk acht, waaronder een onbewoonbaarverklaring. Deze woningen worden eveneens opgenomen in VIVOO.
Woningen of kamers die op deze inventaris staan, oefenen een negatieve invloed op een buurt: de woningkwaliteit van de omringende woningen en panden wordt op korte termijn aangetast, terwijl de buurt op middellange termijn een verloederde indruk nalaat.
Er wordt een gewestelijke heffing geheven op woningen die opgenomen zijn op de Vlaamse inventaris voor ongeschikte en onbewoonbare woningen (VIVOO). Als regisseur van het lokaal woonbeleid kan de gemeente invloed hebben op deze heffing. De gemeente heeft 2 opties:
Een eigen heffingsreglement op te maken waardoor de gewestelijke heffing vervalt.
Het heffen van opcentiemen te heffen via de Vlaamse heffing op ongeschikte en onbewoonbare woningen.
Bij een gemeentelijk belastingreglement komt de gehele procedure omtrent het inkohieren en behandelen van bezwaarschriften en vrijstellingen binnen de gemeentelijke administratie. Bij het heffen van opcentiemen, blijft deze zware administratieve last bij de Vlaamse Belastingdienst die nadien de opcentiemen doorstort naar de gemeente.
Rekening houdend met de financiële toestand van de gemeente.
Raadslid Vincent VAN ACHTER krijgt het woord en stelt dat de fractie Groen zich zal onthouden bij de stemming. Men begrijpt dat de regelgeving opgevolgd moet worden, maar soms worden woningen onbewoonbaar verklaard vanwege futiliteiten, die op papier toegepast moeten worden, maar met name de zwakkeren hard treffen. Deze ontwikkeling vindt de fractie Groen ongewenst.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt het woord en is verbaasd over deze tussenkomst. Soms gaat het om futiliteiten, waarbij de gemeente door de wetgeving moet optreden en de eigenaars verplicht worden om aanpassingen uit te voeren. De regelgeving is tamelijk vasthoudend, maar het komt zelden voor dat op vraag van de verhuurders mankementen aan het licht komen. Het zijn juist de huurders die de gemeente inschakelen omdat zij klachten hebben over de woning. Vervolgens is het aan de eigenaar om de woning in orde te maken en de belasting te betalen. Hij begrijpt daarom niet dat de zwakkere, de huurder dus, het slachtoffer zou zijn van het nieuwe beleid. Het is juist de bedoeling dat op korte termijn zaken in orde worden gemaakt.
Raadslid Isabel GAISBAUER krijgt het woord en reageert dat de fractie Groen het grotendeels eens is met het college van burgemeester en schepenen maar kent een aantal gevallen, waarin de eigenaar geen geld heeft om de woning op te knappen en de woning vervolgens onbewoonbaar wordt verklaard. Dat was de aanleiding om te reageren op dit besluit.
Burgemeester Bart LAEREMANS antwoordt dat er manieren zijn om deze eigenaars te helpen, bijvoorbeeld met Warm Nest van 3W-plus. Met behulp van subsidies wordt een woning dan opgeknapt, zodat deze weer aan de eisen voldoet, om vervolgens als sociale woning te verhuren.
Raadslid Isabel GAISBAUER krijgt nogmaals het woord en verklaart dat zij bezorgd is over de arbitraire toepassing. Er wordt sterk gekeken naar de technische vereisten en onvoldoende naar de mogelijkheden die de eigenaar heeft. De fractie Groen heeft dus wat moeite met de implementatie, maar zal desondanks voor het voorstel stemmen.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt een laatste maal het woord en neemt notie van de kritiek op de uitvoering, hij zal deze aan de diensten overmaken.
/
/
Enig artikel.
Onderstaand gemeentelijk reglement goed te keuren:
Opcentiemen op de heffing van het Vlaamse Gewest op ongeschikte en onbewoonbare woningen, aanslagjaren 2024-2025
Artikel 1.
Met ingang van 1 januari 2024 voor een termijn van twee jaar, eindigend op 31 december 2025, worden er honderd (100) opcentiemen geheven op de heffing van het Vlaamse Gewest op ongeschikt en onbewoonbare woningen.
Art. 2.
De gemeente doet een beroep op de medewerking van het Agentschap Vlaamse Belastingdienst voor de inning van deze opcentiemen.
Art. 3.
Dit reglement wordt aan de toezichthoudende overheid en het Agentschap Vlaamse Belastingdienst overgemaakt. Het reglement wordt afgekondigd en bekendgemaakt overeenkomstig het decreet lokaal bestuur.
De gemeenteraad gaat over tot de opheffing van het belastingreglement op de tijdelijke bewegwijzering en signalisatie voor het aanduiden van een reisroute met ingang vanaf 1 januari 2024.
Artikels 40, §3 en 41, 14° van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
/
Voor de aanslagjaren 2020-2025 werd door de gemeenteraad een belastingreglement op tijdelijke bewegwijzering en signalisatie van reisroutes goedgekeurd.
De aanvragen voor het plaatsen van dergelijke signalisatie worden beheerd door de dienst Evenementen.
Dergelijke signalisatie blijkt jaarlijks slechts voor één evenement van toepassing te zijn, namelijk het festival Voodoo Village.
Aangezien er in het belastingreglement echter een vrijstelling van belasting wordt voorzien voor de eerste week van de periode waarvoor de vergunning werd bekomen, wordt deze belasting in werkelijkheid niet gevestigd. De signalisatie wordt immers na afloop van het evenement vrijwel meteen verwijderd, dit vóór het verstrijken van de periode van één week.
Om deze redenen wordt voorgesteld het belastingreglement op tijdelijke bewegwijzering en signalisatie van reisroutes op te heffen met ingang vanaf 1 januari 2024.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt het woord en stelt dat dit agendapunt gelinkt is aan agendapunt 320 i.k.v. van Voodoo Village. In het verleden werd reeds gediscussieerd over dit reglement, maar voor de duidelijkheid wenst de fractie Open VLD mee te delen dat ze niet tegen het afschaffen van belastingen is. De enige vraag is hoe het college van burgemeester en schepenen in de toekomst kan optreden als mensen voor evenementen bewegwijzering en signalisatie willen aanbrengen.
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en antwoordt dat de gemeente dan zal terugvallen op het politiereglement, daarin staat dat bewegwijzering niet is toegestaan zonder toelating van het college van burgemeester en schepenen.
Raadslid Chris SELLESLAGH vraagt of het politiereglement zodanig is opgesteld dat er een GAS-boete kan worden opgelegd of een PV opgemaakt worden als men geen toelating vraagt.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt het woord en repliceert dat dit mogelijk is. Een uitzondering is dat de signalisatie wordt opgelegd in de vergunning vanwege de verkeersveiligheid.
/
Artikel 1.
Het belastingreglement op de tijdelijke bewegwijzering en signalisatie voor het aanduiden van een reisroute met ingang vanaf 1 januari 2024 op te heffen.
Dit besluit bekend te maken overeenkomstig de bepalingen van “Afdeling 2. Bekendmaking en inwerkingtreding, Hoofdstuk 1. Akten van het lokaal bestuur, Titel 5. De werking van het lokaal bestuur" DLB.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd belastingreglement op evenementen, vertoningen en vermakelijkheden voor de aanslagjaren 2024-2025 goed.
Artikel 40, § 3 en artikel 41, 14° van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
/
Evenementen brengen een geconcentreerde publiekstoeloop teweeg binnen een kort tijdsbestek en binnen eenzelfde beperkte ruimte. Voor de gemeente vloeien daaruit extra verplichtingen en kosten voort op het vlak van veiligheid, mobiliteit, handhaving van de openbare rust en orde en onderhoud van het openbaar domein.
Bovendien zorgt een groot aantal bezoekers/toeschouwers voor een maatschappelijke overlast voor de directe en grotere omgeving en haar omwonenden.
Het is billijk om als gemeente een belasting te heffen lastens natuurlijke personen of rechtspersonen die grote evenementen organiseren op Grimbergs grondgebied en hiervoor toegangsgelden ontvangen.
Er wordt een vrijstelling van belasting voorzien voor:
evenementen georganiseerd door een erkende Grimbergse vereniging. Deze evenementen worden vrijgesteld van de belasting aangezien deze georganiseerd worden ter ondersteuning van het lokale verenigingsleven en bijdragen aan het welzijn en de leefkwaliteit binnen de gemeente;
evenementen uitsluitend georganiseerd ten voordele van een goed doel dat zodanig door het college van burgemeester erkend wordt;
betogingen, demonstraties, verkiezingen en referenda;
kermissen, (jaar)markten, kerst- en lentemarkten. Kermissen en markten vallen reeds onder de toepassing van een afzonderlijk belastingreglement en worden aldus vrijgesteld van huidige belasting;
evenementen waarvoor geen tickets aangekocht dienen te worden, noch toegangsgelden betaald dienen te worden.
Gelet op de aanzienlijke hinder (geluid, verkeer, overlast,...) die dergelijke evenementen voor de inwoners met zich meebrengen en vanuit de vaststelling dat de maatschappelijke kost (personeelsinzet, politie,...) doorgaans omvangrijk is, wordt voorgesteld om het huidig tarief te verhogen.
Rekening houdende met de financiële toestand van de gemeente.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt het woord en vraagt waarop het nieuwe tarief is gebaseerd.
Schepen Trui OLBRECHTS antwoordt dat het tarief verhoogd wordt van 0,80 naar 2,00 euro. Iedereen weet dat Voodoo Village een grote belasting is voor de omgeving en voor de gemeentelijke diensten. De politie is er veel mee bezig, alsook veel gemeentelijke medewerkers. Een fractie van de kosten wordt op deze manier verhaald op de organisatie.
/
Artikel 1.
Onderstaand gewijzigd belastingreglement goed te keuren:
Belastingreglement op evenementen, vertoningen en vermakelijkheden, aanslagjaren 2024-2025
Artikel 1. - heffingstermijn en belastbaar feit
Met ingang van 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2025 wordt een belasting geheven op evenementen, vertoningen en vermakelijkheden op het volledige grondgebied van de gemeente Grimbergen met een publiekstoeloop van minimaal 5.000 deelnemers/toeschouwers per dag.
Hierbij wordt een activiteit, die plaatsvindt op een kalenderdag en tot maximaal 4 uur onafgebroken verderloopt in de volgende kalenderdag, beschouwd als betrekking hebbend op slechts één enkele kalenderdag.
Art. 2. - belastbare grondslag en tarief
De belasting wordt vastgesteld op 2,00 euro per deelnemer/toeschouwer per dag.
Als deelnemer/toeschouwer wordt beschouwd: elke persoon die de toegangsrecht tot het evenement bekomen heeft.
Dit wordt voor elke dag afzonderlijk bepaald, waarbij voor een deelnemer/toeschouwer die voor meerdere dagen toegang heeft tot het evenement, de belasting voor elke afzonderlijke dag verschuldigd is, zelfs indien hiervoor slechts één toegangsbewijs werd verleend.
Art. 3. - belastingplichtige
De organisator van het evenement is de belastingplichtige. De eigenaar van het onroerend goed waar het evenement plaatsvindt is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.
Art. 4. - vrijstelling
Zijn vrijgesteld van de belasting:
- evenementen georganiseerd door een erkende Grimbergse vereniging;
- evenementen uitsluitend georganiseerd ten voordele van een goed doel dat zodanig door het college van burgemeester erkend wordt;
- betogingen, demonstraties, verkiezingen en referenda;
- kermissen, (jaar)markten, lente- en kerstmarkten;
- evenementen waarvoor geen tickets aangekocht dienen te worden, noch toegangsgelden betaald dienen te worden.
Art. 5.
De belasting is niet verschuldigd indien het evenement omwille van overmacht niet plaatsvindt. De organisator van het evenement brengt het gemeentebestuur hiervan schriftelijk op de hoogte en dit binnen de veertien dagen na de vooropgestelde startdatum van het evenement.
Art. 6. - aangifteverplichting, ambtshalve vestiging en belastingverhoging
Uiterlijk binnen de 14 dagen na ieder evenement dient de belastingplichtige spontaan aangifte te doen bij het gemeentebestuur van het exacte aantal deelnemers/toeschouwers per dag.
Dit door middel van een aangifteformulier vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen. Het aangifteformulier is beschikbaar via het digitaal loket op de gemeentelijke website https://www.grimbergen.be of is op eenvoudig verzoek verkrijgbaar bij het gemeentebestuur.
Bij gebrek aan aangifte binnen deze termijn of bij een onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte kan de belasting ambtshalve gevestigd worden. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de belastingheffende overheid beschikt.
De ambtshalve ingekohierde belasting zal worden verhoogd met 100%. Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijdig met de ambtshalve belasting ingekohierd.
Art. 7. - wijze van invordering
De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier.
Art. 2.
Dit besluit bekend te maken overeenkomstig de bepalingen van “Afdeling 2. Bekendmaking en inwerkingtreding, Hoofdstuk 1. Akten van het lokaal bestuur, Titel 5. De werking van het lokaal bestuur" DLB.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd reglement inzake verblijfsbelasting, aanslagjaren 2024-2025, goed.
Artikel 40, §3 en artikel 41, 14° van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
/
Exploitanten van toeristische logies ontvangen personen die door hun verblijf gebruik maken van gemeentelijke infrastructuur, gemeentelijke recreatieve voorzieningen en dienstverlening (o.a. inzake veiligheid), waardoor het billijk is om hiervoor een geldelijke bijdrage te vragen.
De gemeente wenst in te zetten op een vereenvoudiging van de belasting, dewelke de controle op een correcte naleving van het belastingreglement eenvoudiger maakt. Hiervoor kan de gemeente ook beroep doen op de informatie die verstrekt wordt door Toerisme Vlaanderen. Het is de bedoeling om ook het informeel logiesaanbod, dat niet aangemeld werd bij Toerisme Vlaanderen, met voorliggend reglement te vatten.
De heffing wordt bepaald op basis van het aantal aangeboden slaapplaatsen en op basis van het logiestype. De heffing gebeurt op die manier op basis van objectieve en zekere criteria. Het basisregister van Toerisme Vlaanderen kan gebruikt worden bij de controle van de belastingaangifte.
Er wordt gekozen om met hogere tariefschijven te werken naarmate het aantal slaapplaatsen toeneemt. Dit vanuit de redenering dat logies die een hogere bezettingscapaciteit hebben doorgaans meer verkeershinder en overlast met zich meebrengen, meer impact hebben op de gemeentelijke infrastructuur en aldus meer inspanningen van de gemeente vergen, onder andere op het vlak van veiligheid.
Het staat de exploitant vrij om de belasting al dan niet gedeeltelijk door te rekenen aan de toerist.
Rekening houdende met de financiële toestand van de gemeente.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt het woord en stelt dat het aantal slaapplaatsen de basis vormt van de belasting, ongeacht hoeveel bedden er bezet zijn. De fractie Open VLD zou het realistischer vinden als de belasting wordt gebaseerd op het aantal mensen dat gebruikmaakt van een slaapgelegenheid.
Schepen Trui OLBRECHTS reageert dat de gemeente niet mag taxeren op basis van omzet, zoals dat nu gebeurt. Ondernemers betalen nu namelijk een dubbele belasting op de inkomsten zijnde een vennootschapsbelasting en een verblijfsbelasting. Toezicht heeft daarom aangegeven dat dit niet meer is toegestaan. De gemeente heeft op deze manier gekozen voor een goed controleerbare belasting.
Schepen Karlijne VAN BREE krijgt het woord en voegt eraan toe dat het ook op verzoek van de ondernemers zelf is gebeurd. Het kostte hen namelijk veel tijd om de omzetgegevens door te geven. Men werkt liever met een forfait. In andere gemeenten is dit ook gebruikelijk. Het is niet zo dat de belasting hoger wordt.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt nogmaals het woord had de vraag gesteld omdat hij een aantal hotels kent, die soms drukbezet zijn en soms helemaal niet. Het lijkt hem niet gemakkelijk als ondernemers belasting moeten betalen, terwijl zij geen klanten hebben. Hij vraagt of ondernemers vrijstelling krijgen in gevallen zoals de coronacrisis.
Schepen Karlijne VAN BREE antwoordt dat dit een vorm van overmacht is. Mocht dit gebeuren, dan zal het college van burgemeester en schepenen een specifiek besluit hierover nemen. Er is ook gekeken naar de cijfers van voor en tijdens de coronaperiode. Ondernemers gaan niet veel meer betalen dan voor de coronacrisis.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt een laatste maal het woord en stelt de vraag of de vrijstelling dan ook bijvoorbeeld geldt als een hotel gaat verbouwen.
Schepen Trui OLBRECHTS repliceert dat het hotel in zo’n geval een bezwaar kan indienen bij het schepencollege, dat vervolgens zal overwegen of vrijstelling mogelijk is.
/
Artikel 1.
Onderstaand gewijzigd reglement goed te keuren:
Gemeentelijk verblijfsbelastingreglement - Aanslagjaren 2024-2025
Artikel 1 – belastbaar feit
Met ingang van 1 januari 2024 voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een gemeentebelasting gevestigd op het verstrekken van toeristische logies.
Vallen onder de toepassing van dit reglement:
- Toeristische logies aangemeld bij Toerisme Vlaanderen overeenkomstig de bepalingen van het Vlaams logiesdecreet. Iedereen in Vlaanderen die toeristen tegen betaling laat overnachten moet zijn of haar logies verplicht aanmelden bij Toerisme Vlaanderen. Het basisregister Vlaams Logiesaanbod bevat een overzicht van alle aangemelde en erkende logies in het Vlaams Gewest;
- Informele toeristische logies, niet aangemeld bij Toerisme Vlaanderen maar die wel tegen betaling aan toeristen worden aangeboden.
Art. 2. Definities
- Toeristische logies: elke constructie, inrichting, ruimte, in eender welke vorm, die aan een of meer toeristen tegen betaling de mogelijkheid tot verblijf biedt voor een of meer nachten;
- Toerisme Vlaanderen: het intern verzelfstandigd agentschap met rechtspersoonlijkheid, opgericht bij decreet van 19 maart 2004;
- Basisregister Vlaams Logiesaanbod: het digitaal dossierbeheerssysteem van Toerisme Vlaanderen in het kader van het logiesdecreet, verder genoemd “het basisregister Toerisme Vlaanderen”;
- Toerist: elke persoon die met het oog op vrijetijdsbesteding, ontspanning, persoonlijke ontwikkeling, beroepsuitoefening of zakelijk contact verblijft in een andere dan zijn/haar alledaagse leefomgeving of woon- of verblijfsadres;
- Exploitant: elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die toeristische logies exploiteert, voor de rekening van wie toeristische logies worden geëxploiteerd of die tot de exploitatie wordt gemachtigd op grond van een rechtsgeldige exploitatieovereenkomst;
- Tussenpersoon: elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die op eender welke wijze tegen betaling bemiddelt bij het aanbieden van toeristische logies, promotie maakt voor toeristische logies of diensten aanbiedt via dewelke exploitanten en toeristen rechtstreeks met elkaar in contact kunnen treden;
- Maximum capaciteit: het maximum aantal personen dat kan overnachten in de toeristische logies, verder uitgedrukt in aantal slaapplaatsen en waarbij een eenpersoonsbed beschouwd wordt als één slaapplaats, een tweepersoonsbed beschouwd wordt als twee slaapplaatsen enzovoort. Ook een divanbed, een stapelbed, een opklapbed, een bedkast of een vergelijkbare voorziening worden mee in aanmerking genomen voor de berekening van het aantal slaapplaatsen;
- Categorie hotel: toeristische logies die worden aangeboden met de benaming hotel, hotellerie, hostellerie, relais, inn, motel, pension of een afgeleide benaming, term, vertaling of schrijfwijze van een van die benamingen en die beantwoorden aan de overeenkomstige openings- en uitbatingsvoorwaarden zoals bepaald in het Vlaams logiesdecreet;
- Categorie gastenkamer en vakantiewoning: toeristische logies die worden aangeboden met de benaming gastenkamer, bed and breakfast, B&B, vakantiewoning, vakantieappartement, vakantiestudio, vakantiebungalow, vakantiehuis, vakantievilla, vakantiechalet, vakantieflat of een afgeleide benaming, term, vertaling of schrijfwijze van een van die benamingen en die beantwoorden aan de overeenkomstige openings- en uitbatingsvoorwaarden zoals bepaald in het Vlaams logiesdecreet.
Art. 3. - aanslagvoet
De belasting wordt vastgesteld afhankelijk van de categorie van de toeristische logies zoals gedefinieerd onder artikel 2.
De berekening gebeurt op basis van de maximum capaciteit (aantal slaapplaatsen) van de toeristische logies.
De gegevens zoals beschikbaar in het basisregister Toerisme Vlaanderen gelden als controle voor de heffing van de belasting. De informele logies, niet aangemeld bij Toerisme Vlaanderen, worden belast op basis van de inlichtingen waarover de gemeente beschikt.
Tarieven:
Categorie hotel:
Aanslagvoet:
0-20ste slaapplaats
250,00 euro per slaapplaats/jaar
21ste-50ste slaapplaats
350,00 euro per slaapplaats/jaar
51ste-75ste slaapplaats
550,00 euro per slaapplaats/jaar
76ste-100ste slaapplaats
650,00 euro per slaapplaats/jaar
101ste-150ste slaapplaats
700,00 euro per slaapplaats/jaar
>150 slaapplaatsen
800,00 euro per slaapplaats/jaar
Categorie gastenkamer en vakantiewoning:
Aanslagvoet:
0-5de slaapplaats
50,00 euro per slaapplaats/jaar
6de-10de slaapplaats
150,00 euro per slaapplaats/jaar
11de-20ste slaapplaats
350,00 euro per slaapplaats/jaar
>20 slaapplaatsen
500,00 euro per slaapplaats/jaar
Art. 4. – indexering
De tarieven zoals vermeld onder artikel 3 worden vanaf 2025 jaarlijks aangepast per 1 januari volgens de stijging van het consumentenindexcijfer volgens volgende formule:
Tarief x indexcijfer van december voorafgaand aan het aanslagjaar / index december 2023.
Art. 5. - belastingplichtige
De belasting is in eerste instantie verschuldigd door de exploitant die de logies zoals vermeld onder artikel 1 van onderhavig reglement aanbiedt en in ondergeschikte orde door de tussenpersoon die bemiddelt, promotie maakt of zijn/haar diensten aanbiedt bij het aanbieden van de logies.
De eigenaar van het gebouw waar de logies zich bevinden is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de belasting.
Art. 6.
De belasting is verschuldigd voor het hele jaar.
Volgende situaties geven geen aanleiding tot een belastingvermindering of belastingverhoging gedurende het aanslagjaar:
- de slaapplaats wordt tijdens het aanslagjaar aangemeld onder een ander logiestype;
- het aantal slaapplaatsen van de logies verandert tijdens het aanslagjaar.
Met eventuele wijzigingen wordt pas rekening gehouden vanaf het aanslagjaar dat volgt op het jaar waarin de wijziging plaatsvond.
Indien er onregelmatigheden worden vastgesteld of indien er een onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige doorgave van het aantal slaapplaatsen of logiestype wordt vastgesteld, zal de belasting ambtshalve worden gevestigd met een verdubbeling van het tarief.
Art. 7. - aangifteverplichting
De belastingplichtige is verplicht vóór 1 februari van het aanslagjaar bij het gemeentebestuur spontaan aangifte te doen door middel van een formulier vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen. Het aangifteformulier is beschikbaar op het e-loket van de gemeentelijke website
https://www.grimbergen.be of is op eenvoudig verzoek bij het gemeentebestuur verkrijgbaar.
Zolang de toestand op 1 januari van het aanslagjaar ongewijzigd blijft dient er geen nieuwe aangifte te gebeuren.
Bij gebrek aan aangifte binnen de in de verordening gestelde termijn of bij een onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte kan de belasting ambtshalve gevestigd worden. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de belastingheffende overheid beschikt.
De ambtshalve ingekohierde belasting zal worden verhoogd met 100%. Het bedrag van deze verhoging wordt gelijktijdig met de ambtshalve belasting ingekohierd.
Art. 8. - vrijstellingen
Zijn vrijgesteld van de belasting:
- Logies die uitsluitend gebruikt worden voor de werking van een jeugdwerkinitiatief dat erkend, gesubsidieerd of georganiseerd is door de Vlaamse Gemeenschap, de Vlaamse Gemeenschapscommissie of door lokale besturen, waarin wordt verbleven door georganiseerde jeugdgroepen die onder toezicht van een of meer begeleiders staan;
- Logies uitsluitend aangeboden in het kader van sociaal toerisme en erkend in het kader van het decreet van 18 juli 2003 betreffende de verblijven en verenigingen die een werking uitoefenen in het kader van "Toerisme voor Allen".
Art. 9. - wijze van invordering
De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier
Art. 2.
Dit besluit bekend te maken overeenkomstig de bepalingen van “Afdeling 2. Bekendmaking en inwerkingtreding, Hoofdstuk 1. Akten van het lokaal bestuur, Titel 5. De werking van het lokaal bestuur" DLB.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd gemeentelijk belastingreglement op huisvuilzakken ter beschikking gesteld door de gemeente en op het ledigen van containers op gewone ophaaldagen voor de aanslagjaren 2024-2025 goed.
Artikel 40, §3 en artikel 41, 14° van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
Artikel 170, §4 van de Grondwet.
DLB.
Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (het Materialendecreet).
Besluit van 17 februari 2012 van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen en latere wijzigingen (hierna Vlarema).
Besluit van de Vlaamse Regering van september 2016 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan huishoudelijk afval en gelijkaardig bedrijfsafval.
De gemeentelijke politieverordening betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen.
De beheersoverdracht die de gemeente heeft verleend aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband Intradura.
Besluit van de gemeenteraad van 19 december 2019 houdende de vaststelling van een gemeentelijk belastingreglement op huisvuilzakken ter beschikking gesteld door de gemeente en op het ledigen van containers op gewone ophaaldagen- Aanslagjaren 2020-2025 (dossierstuk 1).
Besluit van de gemeenteraad van 31 maart 2022 houdende de wijziging van het gemeentelijk belastingreglement op huisvuilzakken ter beschikking gesteld door de gemeente en op het ledigen van containers op gewone ophaaldagen- Aanslagjaren 2022-2025 (dossierstuk 2).
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 4 december 2023 aangaande de wijziging van het gemeentelijk belastingreglement op huisvuilzakken ter beschikking gesteld door de gemeente en op het ledigen van containers op gewone ophaaldagen- Aanslagjaren 2024-2025 (dossierstuk 3).
/
Ter bescherming van het leefmilieu is het noodzakelijk dat het huishoudelijk afval (en het vergelijkbaar bedrijfsafval) tot een minimum beperkt wordt en het afval maximaal selectief ingezameld wordt.
Er dient prioriteit verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen.
In tweede instantie dienst het huishoudelijk afval (en het vergelijkbaar bedrijfsafval) maximaal selectief ingezameld te worden.
Er wordt naar gestreefd om de inzameling van het huishoudelijk afval (en het vergelijkbaar bedrijfsafval) in de gemeenten zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen.
De gemeente wil, in overeenstemming met haar gemeentelijke zorgplicht zoals bepaald in artikel 26 van het decreet betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, het niet aanbieden van huisvuil via de gemeentelijke inzamelkanalen en bijgevolg ontwijkgedrag (zoals sluikstorten, sluikstoken, afvaltoerisme naar buurgemeenten, afvaltoerisme naar de werkgever, …) maximaal voorkomen.
Huisvuil (en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval) wordt huis-aan-huis ingezameld door middel van intergemeentelijke restafvalzakken (60l, 30l, 15l).
Groente-, fruit- en tuinafval (GFT-afval) (en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval) wordt selectief huis-aan-huis ingezameld door middel van intergemeentelijke gft-zakken (60l, 30l, 15l).
Plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons worden selectief huis-aan-huis ingezameld door middel van PMD-zakken.
De kosten van inzameling, hergebruik, recyclage, nuttige toepassing en verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen (en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen) wegen zwaar door op de gemeentelijke financiën.
De kosten van inzameling, hergebruik, recyclage, nuttige toepassing en verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen (en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen) worden verhaald op de aanbieders via een gedifferentieerde contantbelasting.
De invoering van een gedifferentieerde contantbelasting laat de gemeente toe het principe 'de vervuiler betaalt' toe te passen, waarbij prioriteit verleend wordt aan: preventie van afval en efficiënter gebruik van materialen, voorbereiden van afval voor hergebruik, recyclage van afval en sluiten van de materiaalkring en andere nuttige toepassingen zoals energieterugwinning en inzet van materialen als energiebron.
Het is een doelstelling is van het Vlarema om de contantbelasting op het voorbereiden van afval voor hergebruik, de recyclage van afval, andere nuttige toepassingen en ten slotte verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen te harmoniseren.
Gezien de introductie van de unizak vanaf 1 januari 2024 moet het huidig belastingreglement aangepast worden.
De tarieven voor de vuilzakken wijzigen als volgt:
Fractie | Volume (liter) | Oude prijs/zak (€) | Nieuwe prijs/zak (€) |
Restafval | 60l | 2,30 | 2,00 |
30l | 1,15 | 1,00 | |
15l | nvt | 0,50 | |
GFT | 60l | 0,80 | 1,00 |
30l | 0,40 | 0,50 | |
15l | 0,15 | 0,25 | |
PMD | 100l | 0,25 | 0,25 |
60l | 0,15 | 0,15 |
De tarieven voor het ledigen van containers worden ook aangepast conform de nieuwe tarieven/liter.
Rekening houdende met de financiële toestand van de gemeente.
Raadslid Linda DE PREE krijgt het woord en stelt dat de restafvalzak goedkoper wordt, terwijl de GFT-zak duurder wordt. Ze vreest dat mensen daardoor meer afval in de restafvalzak gooien en minder GFT-zakken gebruiken en vraagt hoe de gemeente daarop anticipeert. Ook vraagt ze of de gemeente het ophalen van huisvuil buiten het belastingreglement blijft houden, nu de prijswijzigingen van de zakken ertoe leiden dat de gemeente iets minder inkomsten heeft.
Schepen Chantal LAUWERS antwoordt dat de GFT-zakken nog altijd goedkoper zijn dan de restafvalzakken. De gemeente heeft geen plannen om belasting te gaan heffen op het ophalen van de vuilzakken.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt het woord en sluit zich aan bij de fractie Groen. De gemeente moet het gebruik van de GFT-zakken promoten en dat strookt niet met een prijsverhoging. Hij stelt voor om de oude prijs te handhaven.
Schepen Chantal LAUWERS repliceert dat de prijs niet door de gemeente wordt vastgesteld, maar door de raad van bestuur van Intradura.
Raadslid Linda DE PREE krijgt een laatste maal het woord en meldt dat de fractie Groen zal instemmen met het voorstel omdat dit niet door de gemeente wordt opgelegd.
De handelaars die de zakken te koop aanbieden ontvangen, mits betaling en na opvragen via een aankoopfactuur bij Intradura, een commissieloon van 2% (BTW incl.). Is de handelaar een gemeentelijke instelling dan krijgt hij een financiële korting van 2%.
Artikel 1.
Onderstaand gewijzigd belastingreglement goed te keuren:
Gemeentelijk belastingreglement op huisvuilzakken ter beschikking gesteld door de gemeente en op het ledigen van containers op gewone ophaaldagen - Aanslagjaren 2024-2025
Artikel 1 - heffingstermijn en belastbaar feit
Met ingang van 1 januari 2024 voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een contantbelasting gevestigd op:
- de afname van GFT-, PMD-zakken en restafvalzakken voor de huis-aan-huisinzameling van het GFT-, PMD- en restafval van huishoudelijke en vergelijkbare bedrijfsmatige oorsprong;
- het ledigen van containers op gewone ophaaldagen.
Art. 2. - aanslagvoet, berekening
De hieronder vermelde contantbelasting is verschuldigd door eenieder die gebruik maakt van de intergemeentelijke dienstverlening inzake de huis-aan-huisinzameling van volgende fracties:
Fractie Volume (liter) Prijs per zak Huisvuil (en de vergelijkbare fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval): 60l 2,00 euro 30l 1,00 euro 15l 0,50 euro GFT (en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval): 60l 1,00 euro 30l 0,50 euro 15l 0,25 euro PMD: 100l 0,25 euro 60l 0,15 euro
Voor lediging van containers op gewone ophaaldagen:
Prijs
1.100 litercontainer gevuld met restfractie (prijs per jaar):
1.924,00 euro
1.100 litercontainer gevuld met restfractie (prijs per week):
37,00 euro
Voor ophalingen die starten in de loop van het aanslagjaar worden enkel nog de weken aangerekend volgend op de aanvraag.
Voor stopzetting van ophaling in de loop van het aanslagjaar wordt geen terugbetaling gedaan voor de weken die volgen op de stopzetting. Ook een tijdelijke onderbreking van de ophaling gedurende het aanslagjaar geeft geen recht op terugbetaling.
660 litercontainer gevuld met groenten-, fruit- en tuinafvalfractie (prijs per lediging)
11,00 euro
container gevuld met de fractie papier en karton
gratis
Voor zowel de prijs per zak, als de prijs voor het ledigen van een container kan een tarief van 0 euro worden gehanteerd, indien dit kadert in de ondersteuning van initiatieven die het louter gemeentelijke belang dienen, hetzij plaatsvinden ter onmiskenbare bevordering van het lokale sociale, culturele of sportieve gebeuren, dat niet door winstbejag is ingegeven. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt de bevoegdheid gedelegeerd om te oordelen of aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan. Het college van burgemeester en schepenen dient hiertoe steeds een voorafgaandelijke en gemotiveerde beslissing te nemen.
Art. 3. - wijze van invorderingDe personen die gebruik maken van door de gemeente voorgeschreven zakken zijn de contantbelasting verschuldigd bij de aankoop ervan. De zakken worden per rol verkocht.
Voor de lediging van containers wordt de belasting contant ingevorderd door middel van een factuur.
Als de contante inning niet wordt uitgevoerd wordt de belasting een kohierbelasting.
Art. 2.
Dit besluit bekend te maken overeenkomstig de bepalingen van “Afdeling 2. Bekendmaking en inwerkingtreding, Hoofdstuk 1. Akten van het lokaal bestuur, Titel 5. De werking van het lokaal bestuur" DLB.
Art. 3.
Een afschrift van dit besluit ter kennisname over te maken aan OVAM.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd gemeentelijk reglement inzake de opname van verwaarloosde woningen en gebouwen in het gemeentelijk verwaarlozingsregister en de belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen, aanslagjaren 2024-2025, goed.
Artikels 40, §3 en 41, 14° Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
In overleg met de intergemeentelijke samenwerking Woonwinkel Noord, die belast is met het uitvoeren en het evalueren van het reglement verwaarlozing volgens aanvullende activiteit 2.6 van het lokaal woonbeleid, werd het gemeentelijk reglement verwaarlozing onderzocht en geëvalueerd. Deze evaluatie heeft aangetoond dat wijzingen in de regelgeving een aanpassing van het reglement vraagt.
Volgende wijzigingen worden doorgevoerd:
Verwaarloosde bouwgronden worden uit het verwaarlozingsregister gehaald en worden niet meer belast: volgens de Vlaamse Codex Wonen kan enkel een verwaarloosde woning of gebouw opgenomen worden op het register. Een verwaarloosde bouwgrond kan eventueel wel bestreden worden met een belasting op verwaarloosde terreinen in woongebied.
Er wordt een maximumbedrag vastgesteld voor de jaarlijkse verhoging van de belasting.
Wijzigingen aan het opname-attest:
Identiteit en adres van de zakelijk gerechtigde(n) worden niet meer opgenomen omwille van GDPR.
De woningcontroleurs voegden een nieuwe categorie (categorie II) toe. Zo kan er een beter onderscheid gemaakt worden tussen ernstige en minder ernstige gebreken.
Vanaf 3 gebreken van categorie I zal er automatisch een gebrek van categorie II worden toegekend.
Een woning wordt opgenomen vanaf 3 gebreken van categorie I of 1 gebrek van categorie II.
Het gebrek rond verwaarlozing van de tuin werd geschrapt omdat dit niet kan gebruikt worden voor vaststelling van een verwaarloosde woning of gebouw. De omgeving van het pand is iets anders dan het pand zelf.
Correctie inzake de beslissingsbevoegdheid over vrijstelling van belasting. Het college van burgemeester en schepenen beslist over een vrijstelling en niet de administratie.
De vrijstellingsprocedure wordt aangepast overeenkomstig de regelgeving. Een vrijstelling wordt aangevraagd na inkohiering en via de bezwaarprocedure. Dit sluit het nauwst aan bij het invorderingsdecreet.
Verschillende vrijstellingsmogelijkheden worden geschrapt of gewijzigd:
De vrijstelling voor eigendommen van openbare besturen wordt geschrapt. Omwille van het gelijkheidsbeginsel is dit niet toegelaten.
De vrijstelling voor belastingplichtigen met een beperkte handelingsbekwaamheid of die verblijven in een oudervoorziening of psychiatrische instelling wordt geschrapt. Belangrijk is dat ook deze woningen worden onderhouden.
De vrijstelling omwille van een verzegeling of betredingsverbod in het kader van een strafrechtelijke procedure wordt geschrapt. Er zijn situaties waarbij de zakelijk gerechtigde de verwaarlozing wel mag/kan wegwerken.
De vrijstelling, toegekend aan belastingplichtigen in het kader van renovatiewerken (met indien van toepassing een niet-vervallen stedenbouwkundige of omgevingsvergunning voor renovatiewerken), wordt meer beperkt in tijd en wijzigt van 3 jaar naar maximum 2 jaar.
/
Artikel 1.
Onderstaand gewijzigd reglement goed te keuren:
Gemeentelijk reglement inzake de opname van verwaarloosde woningen en gebouwen in het gemeentelijk verwaarlozingsregister en de belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen – aanslagjaren 2024-2025
Artikel 1: Begripsomschrijvingen
In dit reglement wordt verstaan onder:
1° administratie: de administratieve eenheid van het intergemeentelijk samenwerkingsverband Woonwinkel Noord, belast met de opmaak, de opbouw, het beheer en de actualisering van het register van verwaarloosde woningen en gebouwen, zoals vermeld in artikel 2.15 en artikel 2.20 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
2° beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen:
a) een aangetekend schrijven,
b) een (elektronisch) aangetekende zending,
c) een afgifte tegen ontvangstbewijs,
d) via de gemeentelijke website indien een meldingsformulier voorzien is,
e) elke andere door de administratie toegelaten betekeniswijze waarbij de datum van kennisgeving met zekerheid kan worden vastgesteld;
3° gebouw: elk bebouwd onroerend goed, dat zowel het hoofdgebouw als de bijgebouwen omvat, met uitsluiting van bedrijfsruimten, vermeld in artikel 2, 1° van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, zoals vermeld artikel 1.3, §1, 14° van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
4° houder ((of medehouder)) van het zakelijk recht: de houder van één van de volgende zakelijke rechten:
a) de volle eigendom,
b) het recht van opstal of van erfpacht,
c) het vruchtgebruik;
5° opnamedatum: de datum waarop de woning of het gebouw opgenomen wordt in het verwaarlozingsregister;
6° verjaardag: het ogenblik waarop een nieuwe periode van twaalf maanden verstreken is sinds de opnamedatum, zolang de woning of het gebouw niet uit het verwaarlozingsregister is geschrapt;
7° verwaarlozingsregister: het gemeentelijk register van verwaarloosde woningen en gebouwen, vermeld in artikel 2 van dit reglement;
8° woning: elk onroerend goed of deel ervan dat hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande, zoals vermeld in artikel 1.3, §1, 66° van de Vlaamse Codex Wonen van 2021.
Hoofdstuk 1: Opname
Artikel 2: Verwaarlozingsregister
§1. De administratie houdt een register bij van verwaarloosde woningen en gebouwen.
§2. In het verwaarlozingsregister worden de volgende gegevens opgenomen:
1° het adres van de verwaarloosde woning of het verwaarloosde gebouw,
2° het dossiernummer,
3° de datum van opname in het verwaarlozingsregister.
Artikel 3: Vaststelling van verwaarlozing
§1. Een gebouw, ongeacht of het dienst doet als woning, wordt beschouwd als verwaarloosd, wanneer het ernstige zichtbare en storende gebreken of tekenen van verval vertoont aan buitenmuren, voegwerk, schoorstenen, dakbedekking, dakgebinte, buitenschrijnwerk, kroonlijst of dakgoten. Op basis van het opnameattest (bijlage 1: Model opname attest verwaarlozing) wordt geoordeeld hoeveel indicaties van verwaarlozing aanwezig zijn.
Indien 3 of meer gebreken van categorie I (klein gebrek) of minstens 1 gebrek van categorie II (ernstig gebrek) aanwezig is, is er sprake van verwaarlozing. 3 Gebreken of meer van categorie I leiden automatisch naar een gebrek van categorie II.
§2. Een verwaarloosde woning of gebouw wordt opgenomen in het verwaarlozingsregister aan de hand van een genummerd opnameattest waaraan minstens één foto wordt toegevoegd. Het opnameattest bevat, de kadastrale gegevens en een opsomming van alle gebreken die aanleiding geven tot de opname in het verwaarlozingsregister. De datum van de vaststelling is de datum van het opnameattest en geldt eveneens als opnamedatum in het verwaarlozingsregister.
§3. Een woning die opgenomen is in de gewestelijke inventaris van ongeschikte en onbewoonbare woningen kan eveneens opgenomen worden in het verwaarlozingsregister, en omgekeerd.
§4. Een woning die of een gebouw dat opgenomen is in het gemeentelijke leegstandsregister, kan eveneens opgenomen worden in het verwaarlozingsregister, en omgekeerd.
Artikel 4: Kennisgeving van de opname
Alle houders van het zakelijk recht, zoals bekend bij de administratie van het Kadaster, de Registratie en de Domeinen, worden met een beveiligde zending (zie begripsomschrijving art. 1) in kennis gesteld van de beslissing tot opname in het verwaarlozingsregister.
De beveiligde zending wordt gericht aan de woonplaats van de houder van het zakelijk recht. Is de woonplaats van een houder van het zakelijk recht niet bekend, dan wordt de beveiligde zending gericht aan zijn verblijfplaats. Is de verblijfplaats van een houder van het zakelijk recht niet bekend, dan wordt de beveiligde zending gericht aan het adres van de woning of het gebouw waarop het opnameattest betrekking heeft.
Artikel 5: Beroep tegen de opname
§1. Binnen een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de beveiligde verzending van de kennisgeving vermeld in artikel 4, kan een houder van het zakelijk recht bij het college van burgemeester en schepenen beroep aantekenen tegen de beslissing tot opname in het verwaarlozingsregister. Het beroepschrift moet ondertekend zijn en moet minimaal volgende gegevens bevatten:
1° de identiteit en het adres van de indiener,
2° de vermelding van het nummer van het opnameattest en het adres van de woning of het gebouw waarop het beroepschrift betrekking heeft,
3° de bewijsstukken die aantonen dat de opname van de woning of het gebouw in het verwaarlozingsregister ten onrechte is gebeurd. De opname kan betwist worden met alle bewijsmiddelen van gemeen recht, uitgezonderd de eed.
Als datum van het beroepschrift geldt de datum van de beveiligde zending.
Als het beroepschrift ingediend wordt door een persoon die optreedt namens de houder van het zakelijk recht, voegt hij bij het dossier een schriftelijke machtiging tot vertegenwoordiging, tenzij hij optreedt als raadsman die ingeschreven is aan de balie als advocaat of als advocaat-stagiair.
§2. Het beroepschrift is onontvankelijk als het niet is ingediend overeenkomstig de bepalingen in paragraaf 1.
§3. Als het beroepschrift onontvankelijk is, deelt het college van burgemeester en schepenen dit mee aan de indiener. Het indienen van een aangepast of nieuw beroep is mogelijk zolang de beroepstermijn van §1 niet verstreken is.
§4. Het college van burgemeester en schepenen beslist over de gegrondheid van de ontvankelijke beroepschriften. De beslissing gebeurt op stukken als de feiten vatbaar zijn voor directe, eenvoudige vaststelling. Als een beslissing op stukken niet volstaat, wordt een feitenonderzoek uitgevoerd door de met de opsporing van verwaarloosde woningen en gebouwen belaste personeelsleden.
§5. Het college van burgemeester en schepenen doet uitspraak over het beroep en betekent zijn beslissing aan de indiener ervan binnen een termijn van negentig dagen, die ingaat op de dag na de indiening van het beroepschrift. De uitspraak wordt per beveiligde zending betekend.
§6. Als beroep van de houder van het zakelijk recht onontvankelijk of ongegrond verklaard wordt, blijft de woning of het gebouw opgenomen in het verwaarlozingsregister.
Artikel 6: Schrapping uit het verwaarlozingsregister
§1. Een woning of gebouw wordt uit het verwaarlozingsregister geschrapt als de houder van het zakelijk recht bewijst dat de woning of het gebouw twee of minder gebreken van categorie I en geen gebreken categorie II vertoont die bij quotering in het model van opnameattest, vermeld in artikel 3, tot verwaarlozing zou leiden. ln geval van sloop moet alle puin geruimd zijn.
De houder van het zakelijk recht kan dit aantonen door het aanleveren van bewijsstukken. Als een onderzoek op stukken niet volstaat, wordt een feitenonderzoek ter plaatse uitgevoerd door de met de opsporing van verwaarloosde woningen en gebouwen belaste personeelsleden.
§2. Voor de schrapping uit het verwaarlozingsregister richt de houder van het zakelijk recht een ondertekend en gemotiveerd verzoek aan de administratie via beveiligde zending. Dit verzoek bevat:
1° de identiteit en het adres van de indiener,
2° de vermelding van het nummer van het opnameattest en het adres van de woning of het gebouw waarop de vraag tot schrapping betrekking heeft,
3° de bewijsstukken overeenkomstig paragraaf 1 die aantonen dat de woning of het gebouw geschrapt mag worden uit het verwaarlozingsregister. Als datum van het schrappingsverzoek geldt de datum van de beveiligde zending.
Als het verzoek ingediend wordt door een persoon die optreedt namens de houder van het zakelijk recht, voegt hij bij het dossier een schriftelijke machtiging tot vertegenwoordiging, tenzij hij optreedt als raadsman die ingeschreven is aan de balie als advocaat of als advocaat-stagiair.
§3. De administratie onderzoekt of er redenen zijn tot schrapping uit het verwaarlozingsregister en neemt een beslissing binnen een termijn van negentig dagen na de ontvangst van het verzoek. De administratie brengt, na een kennisgeving van haar beslissing aan het college van burgemeester en schepenen, de verzoeker op de hoogte van haar beslissing met een beveiligde zending.
Wordt het verzoek ingewilligd, dan wordt de woning of het gebouw geschrapt uit het verwaarlozingsregister. De indieningsdatum van het schrappingsverzoek geldt als datum waarop de woning of het gebouw uit het verwaarlozingsregister wordt geschrapt.
§4. Tegen de beslissing over het verzoek tot schrapping kan de houder van het zakelijk recht beroep aantekenen volgens de procedure, vermeld in artikel 5.
Hoofdstuk 2: Belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen
Artikel 7: Belastbaar voorwerp en belastingtermijn
§1. Met ingang van 1 januari 2024 voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een gemeentebelasting gevestigd op de woningen en gebouwen die gedurende minstens twaalf opeenvolgende maanden opgenomen zijn in het verwaarlozingsregister.
§2. De belasting is voor het eerst verschuldigd vanaf het ogenblik dat de woning of het gebouw gedurende twaalf opeenvolgende maanden opgenomen is in het verwaarlozingsregister.
Zolang de woning of het gebouw niet is geschrapt uit het verwaarlozingsregister, blijft de belasting jaarlijks verschuldigd bij elke verjaardag van de opname.
Artikel 8: Belastingplichtige
§1. De belasting is verschuldigd door de houder van het zakelijk recht op de verwaarloosde woning of het verwaarloosd gebouw op de verjaardag van de opname.
§2. Indien er meerdere houders van het zakelijk recht zijn, zijn zij allen hoofdelijk gehouden tot betaling van de totale belastingschuld.
§3. ln geval van overdracht van het zakelijk recht stelt de verkoper of zijn notaris de verkrijger van het zakelijk recht er voorafgaandelijk van in kennis dat het goed is opgenomen in het verwaarlozingsregister. De verkoper of zijn notaris stelt de administratie binnen twee maanden na het verlijden van de authentieke overdrachtsakte via beveiligde zending in kennis van de overdracht en de identiteitsgegevens van de nieuwe houder van het zakelijk recht. In elk geval wordt geen rekening gehouden met de tussen partijen gesloten overeenkomst aangaande de verschuldigde belasting.
Artikel 9: Tarief van de belasting
De belasting bedraagt jaarlijks:
- 2000 euro voor een verwaarloosde woning of gebouw;
- 800 euro voor een verwaarloosd appartement, studio of studentenkamer.
De hierboven vermelde basisbedragen worden jaarlijks vermeerderd met 500,00 euro per bijkomende termijn van twaalf maanden dat de woning of het gebouw in het verwaarlozingsregister opgenomen staat. Het basisbedrag kan maximaal verhoogd worden tot een bedrag van 5.000,00 euro, waarna jaarlijks het maximumbedrag van 5.000,00 verschuldigd is bij elke nieuwe verjaardag van opname in het verwaarlozingsregister.
Het aantal termijnen dat een woning of gebouw in het register staat vervalt bij overdracht van het zakelijk recht op de verwaarloosde woning of gebouw, met uitzondering van: een overdracht aan een vennootschap die door de overdrager rechtstreeks of onrechtstreeks gecontroleerd wordt; een overdracht die het gevolg is van een fusie, splitsing of andere overgang ten algemene titel; een overdracht in het kader van een openstaande nalatenschap met betrekking tot de woning of het gebouw.
Artikel 11: Wijze van inning
De belasting wordt ingevorderd bij wege van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
De kohierbelasting wordt betaald binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 12: Bezwaarprocedure
§1. De indiening en de behandeling van het bezwaar gebeurt volgens de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Het bezwaar moet schriftelijk worden ingediend, ondertekend en gemotiveerd zijn en op straffe van
verval worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag
volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag of
vanaf de datum van de contante inning.
§2. De belastingplichtige kan beroep doen op de volgende persoonsgebonden of woning- of gebouw gebonden vrijstellingsmogelijkheden.
De persoonsgebonden vrijstellingen gaan niet over op nieuwe zakelijk gerechtigden in geval van overdracht.
Van de belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen is vrijgesteld:
1° De belastingplichtige die sinds minder dan één jaar houder van het zakelijk recht is over de woning of het gebouw, met dien verstande dat deze vrijstelling slechts geldt voor het belastingjaar dat volgt op het verkrijgen van het zakelijk recht. Dit bewijs moet geleverd worden door het voorleggen van een attest van de notaris of de notarisakte waaruit blijkt vanaf welke datum de belastingplichtige eigenaar is geworden.
Deze vrijstelling geldt niet voor:
- de overdracht aan een vennootschap die door de overdrager rechtstreeks of onrechtstreeks gecontroleerd wordt;
- de overdracht die het gevolg is van een fusie, splitsing of andere overgang ten algemene titel;
- wanneer de belastingplichtige deel uitmaakt van een openstaande nalatenschap met betrekking tot de woning of het gebouw.
2° De belastingplichtige die een gedetailleerd renovatieschema voorlegt waaruit blijkt dat er renovatiewerken werden uitgevoerd om de vastgestelde gebreken weg te werken. De werken moeten uitgevoerd zijn gedurende het jaar waarop de belastingaanslag betrekking heeft.
Het gedetailleerde renovatieschema bevat volgende bewijsstukken:
- indien van toepassing een niet-vervallen goedgekeurde stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning (behalve een sloopvergunning).
- een tekening of schets van de woning of het gebouw met aanduiding van de geplande werken;
- een volledige opsomming en korte beschrijving van alle geplande werken, vergezeld van een kostenraming en eventuele reeds opgevraagde offertes;
- facturen van de uitgevoerde werken;
- een fotoreportage van de renovatiewerken.
De vrijstelling geldt voor één aanslagjaar. Deze vrijstelling kan maximaal één maal verlengd worden en dit enkel bij grondige renovatiewerken. Grondige renovatiewerken houden in dat de woning tijdens het uitvoeren van de werken onmogelijk te bewonen is omwille van het gebrek aan basiscomfort.
Van de belasting op verwaarloosde woningen en gebouwen is het gebouw en/of woning vrijgesteld dat:
3° Gelegen is binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd onteigeningsplan, of geen voorwerp meer kan uitmaken van een stedenbouwkundige vergunning of omgevingsvergunning omdat een voorlopig of definitief onteigeningsplan is vastgesteld;
4° Vernield of beschadigd werd ten gevolge van een plotse ramp, met dien verstande dat deze vrijstelling geldt voor het eerst aanslagjaar volgend op de datum van vernieling of beschadiging. De vrijstelling kan worden toegekend n.a.v. een besluit van de burgemeester op basis van artikel 135 van de Nieuwe Gemeentewet. Onder een ramp wordt verstaan elke gebeurtenis die uiterlijk waarneembare schade veroorzaakt aan de woning of het gebouw, waardoor de bewoning van de woning of het gebruik van het gebouw geheel of ten dele onmogelijk wordt. Bewijs van schade door ramp dient voorgelegd te worden. Enkel van toepassing wanneer de woning of het gebouw voordien niet werd opgenomen in het register van verwaarloosde woningen en gebouwen.
Artikel 13: Overgangsbepaling
§1. Het gemeentelijk belastingreglement op verwaarloosde woningen en bouwgronden, goedgekeurd door de gemeenteraad op 19 december 2019 voor de aanslagjaren 2020-2025 en goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 september 2023 voor de aanslagjaren 2023-2025 wordt volledig opgeheven bij het in werking treden van huidig reglement.
§2. Woningen en gebouwen die werden geregistreerd in het verwaarlozingsregister overeenkomstig alle voorgaande reglementen en die nog niet geschrapt zijn blijven opgenomen, met behoud van de oorspronkelijke opnamedatum.
§3. De zakelijk gerechtigde van de woning of het gebouw die een lopende vrijstelling heeft bekomen dient, indien zij een aanslagbiljet ontvangen, een nieuwe vrijstelling of schrapping aan te vragen binnen de nieuwe bezwaartermijn en volgens de bepalingen van dit reglement anders wordt de zakelijk gerechtigde belastingplichtig.
§4. Vrijstellingsmogelijkheden waarbij een maximaal aantal verleningen werd vastgelegd houden ook rekening met toegekende vrijstellingen in het verleden onder voorgaande verwaarlozingsreglementen.
§5. Voor de bepaling van het tarief van de belasting zal er nog steeds gekeken worden naar de oorspronkelijke opnamedatum. Ook de belastingverhoging die werd opgebouwd n.a.v. het verstrijken van een nieuwe termijn van 12 maanden opname in het verwaarlozingsregister blijft van toepassing.
§6. De houders van het zakelijk recht van elke woning of gebouw opgenomen in het gemeentelijke verwaarlozingsregister zullen op de hoogte gebracht worden van het nieuwe reglement via beveiligde zending.
§7. Verwaarloosde bouwgronden die volgens het vorig reglement opgenomen werden in het verwaarlozingsregister zullen geschrapt worden met ingang van dit reglement.
Dit besluit bekend te maken overeenkomstig de bepalingen van “Afdeling 2. Bekendmaking en inwerkingtreding, Hoofdstuk 1. Akten van het lokaal bestuur, Titel 5. De werking van het lokaal bestuur" DLB.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd retributiereglement op de verkoop van toeristische folders en promotionele artikels voor de periode 1 januari 2024 tem. 31 december 2025 goed.
Artikel 41, 14° van het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
/
Bij de vorige aanpassing van het retributiereglement werd reeds de mogelijkheid ingebouwd om promotionele artikelen te koop aan te bieden. Toeristen vragen geregeld naar gadgets, postkaarten, e.d.
De gemeente wil hierop inspelen en op die manier ook de gemeente Grimbergen op toeristisch vlak extra in de kijker zetten. Met de verkoop van producten in het kader van citymarketing wenst men de identiteit van de gemeente te promoten.
Op dit moment wordt nog geen toeristisch promotiemateriaal te koop aangeboden. Het eerste artikel dat te koop zal aangeboden worden is een stormparaplu met logo van Grimbergen. Dit type paraplu werd in 2022 aangekocht als relatiegeschenk voor de gemeentelijke gidsen. Men wil deze paraplu nu ook aanbieden aan bewoners van Grimbergen en toeristen.
Het aanbod gadgets zal met de tijd toenemen en kan ook wijzigen in de tijd.
De verkoopprijs van de producten wordt berekend op basis van de reële kostprijs (aankoopprijs of aanmaakprijs) van het product, verhoogd met 30%. De producten worden verkocht aan afgeronde prijzen: afgerond naar een veelvoud van 10 cent.
/
Artikel 1.
Onderstaand gewijzigd reglement goed te keuren:
Gemeentelijk retributiereglement op de verkoop van toeristische folders en promotionele artikels, periode 1 januari 2024 t.e.m. 31 december 2025
Artikel 1 – grondslagMet ingang van 1 januari 2024 voor een termijn eindigend op 31 december 2025 wordt een retributie gevestigd op de verkoop van toeristische folders en promotionele artikels.
Art. 2. - aanslagvoet, berekening
De tarieven worden als volgt vastgesteld:
§1. Drukwerk uitgegeven of verspreid door vzw Toerisme Vlaams-Brabant en/of de provincie Vlaams-Brabant en/of door andere gemeenten worden verkocht aan het tarief dat door deze andere instanties werd vastgesteld.
§2. Grimbergse vlaggen van 1 m x 1,50 m worden verkocht aan 30,00 euro per vlag.
§3. De verkoopprijs van publicaties uitgegeven door andere partners dan die vermeld in §1 bedraagt de reële kostprijs van de publicatie (aankoopprijs), verhoogd met 20%.
§4. De verkoopprijs van promotionele artikelen bedraagt de reële kostprijs (aankoopprijs of aanmaakprijs) van het product, verhoogd met 30%. De producten worden verkocht aan afgeronde prijzen.
Art. 3. - wijze van invordering
De retributie wordt ingevorderd door middel van contante of elektronische betaling.
Bij gebrek aan betaling in der minne zal de retributie ingevorderd worden volgens de modaliteiten bepaald in artikel 177, 2° van het Decreet Lokaal Bestuur.
Dit besluit bekend te maken overeenkomstig de bepalingen van “Afdeling 2. Bekendmaking en inwerkingtreding, Hoofdstuk 1. Akten van het lokaal bestuur, Titel 5. De werking van het lokaal bestuur" DLB.
De gemeenteraad keurt het retributiereglement op de inzameling, het hergebruik, de recyclage, de nuttige toepassing en de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen voor de periode 1 januari 2024 tem. 31 december 2025 goed.
Artikels 40, §3 en 41, 14°van het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
Artikel 173 van de Grondwet.
DLB.
Besluit van de gemeenteraad van 19 december 2019 inzake het retributiereglement betreffende het verzamelen en ophalen van afvalstoffen 2020-2025 (dossierstuk 1).
Besluit van de gemeenteraad van 16 december 2021 inzake de contantbelasting op de inzameling, het hergebruik, de recyclage, de nuttige toepassing en de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen, aanslagjaren 2022-2025 (dossierstuk 2).
Besluit van de gemeenteraad van 30 maart 2023 inzake de opheffing van de contantbelasting op de inzameling, het hergebruik, de recyclage, de nuttige toepassing en de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen, aanslagjaren 2022-2025 (dossierstuk 3).
Besluit van de gemeenteraad inzake de retributie op de inzameling, het hergebruik, de recyclage, de nuttige toepassing en de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen, periode 1 april 2023 tem. 31 december 2025 (dossierstuk 4).
Besluit van het college van burgemeester en schepenen inzake de goedkeuring van het retributiereglement op de inzameling, het hergebruik, de recyclage, de nuttige toepassing en de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen, periode 1 januari 2024 tem. 31 december 2025 (dossierstuk 5).
/
Vanaf 1 januari 2024 zal de uitbating van het recyclagepark van Grimbergen overgedragen worden van Incovo naar Intradura. Het retributiereglement dient in die zin aangepast te worden. Voor het overige worden er geen wijzigingen doorgevoerd inzake de tarieven of de berekeningswijze van de tarieven.
De Vlaamse regelgeving verplicht lokale besturen om bij de aanrekening van dienstverlening rond huishoudelijk afval de werkelijke kost aan te rekenen.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt het woord en merkt op dat met de wijziging van Intradura naar Incovo diverse tarieven zijn aangepast en vraagt waarom de tarifering met de wijziging terug naar Intradura niet gewoon wordt teruggedraaid. Ook vraagt ze wat er is overgebleven van de eerdere intenties van Intradura over het gebruikmaken van weegbruggen in het recyclagepark.
Schepen Chantal LAUWERS antwoordt dat de recyclageparken nooit in handen van Intradura zijn geweest. Ze waren in handen van de gemeente, totdat het beheer is overgedragen aan Incovo. De gemeente heeft besloten om de tarieven te handhaven om het de burger niet te ingewikkeld te maken. In tegenstelling tot de prijzen van de huisvuilzakken is het aan het gemeentebestuur om te beslissen wat de tarieven van het recyclagepark zijn. Het college van burgemeester en schepenen heeft besloten om niet met weegbruggen te gaan werken en de huidige tarifering te handhaven. Het klopt dat sommige afvalstoffen vroeger gratis konden worden aangeleverd, maar dat is niet meer toegestaan.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt opnieuw het woord en dankt de schepen voor de beantwoording en erkent dat zij over het hoofd had gezien dat de recyclageparken niet van Intradura waren.
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt het woord en vindt het systeem te ingewikkeld en zal daarom tegen het voorstel stemmen.
/
Artikel 1.
Onderstaand retributiereglement goed te keuren:
Retributiereglement op de inzameling, het hergebruik, de recyclage, de nuttige toepassing en de verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen - periode 1 januari 2024 tem. 31 december 2025
Artikel 1.
Met ingang van 1 januari 2024, voor een termijn eindigend op 31 december 2025, wordt een retributie gevestigd voor het aanbieden van groot restafval, groenafval, houtafval, harde plastics, zuiver steenpuin, gemengd bouwafval en bouwafval met hechtgebonden asbest op de recyclageparken op het Grimbergs grondgebied.
Het groot restafval, groenafval, houtafval, harde plastics, zuiver steenpuin, gemengd bouwafval en bouwafval met hechtgebonden asbest kunnen tegen betaling aangeboden worden op het recyclagepark in samenwerking met en volgens de voorschriften van Intradura. De wijze van betaling geschiedt op de door Intradura voorgeschreven wijze, door middel van afgifte van een betaalbewijs conform de regels van Intradura of door elektronische betaling via betaalautomaat.
Art. 2. - berekening en tarieven
De basis van de tarifering wordt gevormd door het volume van het aangeboden afval volgens de geldende tariefcategorie. Dit volume wordt bepaald als het volume van de meetkundige balk gevormd door de uiteindes van het afval in de verschillende dimensies.
Volgende categorieën worden onderscheiden:
- Categorie 1: Volume tot 0,25 m3
- Categorie 2: Volume tussen 0,25 en 0,5 m3
- Categorie 3: Volume tussen 0,5 en 1 m3
- Categorie 4: Volume tussen 1 en 1,5 m3
- Categorie 5: Volume tussen 1,5 en 2 m3
- Categorie 6: Volume tussen 2 en 3 m3
Volgende tarieven worden gehanteerd in euro.
Groot restafval en asbest
Recycleerbaar (groen, harde plastics, hout en zuiver steen)
Gemengd bouwafval
Cat 1
5,00
2,50
6,25
Cat 2
10,00
5,00
12,50
Cat 3
20,00
10,00
25,00
Cat 4
30,00
15,00
37,50
Cat 5
40,00
20,00
50,00
Cat 6
60,00
30,00
75,00
In afwijking van bovenstaande tarieven wordt voor zetels en sanitair porselein (WC, lavabo) een vast tarief gehanteerd van 5,00 euro, voor meerpersoons zetels geldt een vast tarief van 10,00 euro.
Ieder gezin heeft recht op een jaarlijkse vrijstelling van 25,00 euro voor de aanvoer van recycleerbaar afval en 25,00 euro voor de aanvoer van asbesthoudend afval.
Bij een jaarlijkse aanvoer per gezin voor meer dan 100,00 euro (inclusief de jaarlijkse vrijstelling van 25,00 euro), worden de tarieven verhoogd met 50 %. Zowel de vrijstelling als de verhoging worden berekend per kalenderjaar.
Voor de aanvraag van een toegangsbadge voor KMO’s en voor personen met eigendom of verblijf in de gemeente zonder domicilie wordt een éénmalige administratieve kost van 20,00 euro aangerekend.
Er wordt aan de KMO's enkel toegang (en een toegangsbadge) tot het recyclagepark verleend voor het aanbieden van vergelijkbaar bedrijfsafval en niet voor het aanbieden van gelijkaardig bedrijfsafval.
Vergelijkbaar bedrijfsafval is afval afkomstig van bedrijven dat in de aard en hoeveelheid vergelijkbaar is aan wat een huishouden produceert. Gelijkaardig bedrijfsafval is in hoeveelheid niet vergelijkbaar met huishoudelijk afval en wordt niet aanvaard op het recyclagepark.
Art. 3. - wijze van invordering
De retributie wordt contant betaald door middel van afgifte van een betaalbewijs conform de regels van Intradura of door elektronische betaling via betaalautomaat.
Bij gebrek aan betaling zal de retributie ingevorderd worden via dwangbevel overeenkomstig artikel 177 van het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, of in voorkomend geval langs gerechtelijke weg.
Art. 4.
Gedurende de overgangsperiode waarbij nog gebruik gemaakt wordt van het Incovo-recyclagepark te Koningslo, wordt het intergemeentelijk samenwerkingsverband Incovo verder gemachtigd om de retributies voor het recyclagepark te Koningslo te innen. De ontvangen gelden worden door Incovo bijgehouden en verrekend met de vergoedingen die haar verschuldigd zijn door het lokaal bestuur.
Art. 5. - inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2024.
Art. 6. - opheffingsbepaling
Het retributiereglement op inzameling, hergebruik, recyclage, nuttige toepassing en verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen, goedgekeurd door de gemeenteraad op 30 maart 2023 wordt opgeheven bij het in werking treden van huidig reglement.
Art. 7.
Een afschrift van dit besluit wordt ter kennisgeving toegezonden aan Intradura en OVAM.
Art. 2.
Dit besluit bekend te maken overeenkomstig de bepalingen van “Afdeling 2. Bekendmaking en inwerkingtreding, Hoofdstuk 1. Akten van het lokaal bestuur, Titel 5. De werking van het lokaal bestuur" DLB.
De gemeenteraad keurt de vijfde aanpassing aan het meerjarenplan 2020-2025 van Autonoom gemeentebedrijf Grimbergen goed.
Artikel 242 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
/
Het meerjarenplan bestaat uit drie onderdelen: de strategische nota, de financiële nota en de toelichting. Daarenboven wordt tevens aanvullende documentatie bezorgd die achtergrondinformatie bevat die nuttig is om het meerjarenplan te beoordelen:
Het meerjarenplan moet financieel in evenwicht zijn. Dat is het geval als het voldoet aan de volgende voorwaarden:
De twee bovenvermelde evenwichtsvoorwaarden worden aangevuld met indicatoren over het geconsolideerde evenwicht en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge, een indicator die abstractie maakt van de gekozen financieringswijze. Deze indicatoren betreffen echter geen afdwingbare normen.
De staat van het financieel evenwicht van de gemeente en het OCMW toont ook het beschikbaar budgettair resultaat, de autofinancieringsmarge en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge van het autonoom gemeentebedrijf, en het totaal voor elk van die indicatoren voor de hele groep. Die financiële evenwichtsindicatoren geven de raadsleden inzicht in de gezondheid van de financiën van de hele groep.
Het meerjarenplan van het autonoom gemeentebedrijf dient, nadat het is vastgesteld door de raad van bestuur, voor goedkeuring te worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
De beschreven procedure en de samenstelling van het beleidsrapport hebben niet enkel betrekking op de initiële vaststelling van het meerjarenplan, maar tevens op alle latere wijzigingen ervan.
Raadslid Isabel GAISBAUER krijgt het woord en stelt dat de fractie Groen wil stemmen over dit agendapunt.
Het meerjarenplan van het autonoom gemeentebedrijf (alsook de aanpassing ervan) dient, nadat het is vastgesteld door de raad van bestuur, voor goedkeuring te worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Om de definitieve cijfers voor de autonome bedrijven correct te kunnen opnemen in het meerjarenplan van het gemeentebestuur, is het aangewezen dat de vaststelling en/of goedkeuring van het meerjarenplan van het autonome bedrijf plaatsvindt vóór de vaststelling van het meerjarenplan van de gemeente en het OCMW.
Enig artikel.
De vijfde aanpassing aan het meerjarenplan 2020-2025 van Autonoom gemeentebedrijf Grimbergen goed te keuren.
De gemeenteraad keurt de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 goed, door enerzijds het eigen gemeentelijk deel vast te stellen en anderzijds het gedeelte van het OCMW goed te keuren.
Artikels 41, 3° en 23° van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
Het meerjarenplan bestaat uit drie onderdelen: de strategische nota, de financiële nota en de toelichting. Daarenboven wordt tevens aanvullende documentatie bezorgd die achtergrondinformatie bevat die nuttig is om het meerjarenplan te beoordelen:
De strategische nota legt de focus op de prioritaire acties die bijdragen aan de realisatie van de prioritaire doelstellingen. De aanduiding van prioritaire acties en beleidsdoelstellingen dient de raadsleden toe te laten om het beleid te sturen op hoofdlijnen en om te focussen op de aspecten van het beleid die essentieel zijn.
De financiële nota bevat de financiële vertaling van de beleidsopties van de strategische nota en verduidelijkt hoe het financiële evenwicht in de periode van 2020 tot en met 2025 wordt gehandhaafd.
De toelichting bevat alle informatie over de verrichtingen in het meerjarenplan die relevant is voor de raadsleden om met kennis van zaken een beslissing te kunnen nemen. Een belangrijk onderdeel van de toelichting is het overzicht met de beschrijving van de financiële risico’s die het bestuur loopt; dit is onontbeerlijk om een correcte inschatting te kunnen maken van de werkelijke toestand van de financiën van het bestuur.
De gemeenten en de OCMW’s hebben een geïntegreerd meerjarenplan, maar hebben hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn dienen eerst het eigen deel van het meerjarenplan vast te stellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor het meerjarenplan definitief is vastgesteld.
In het meerjarenplan van de gemeente en het OCMW worden afzonderlijke kredieten per rechtspersoon ingeschreven. De gemeente en het OCMW blijven immers twee afzonderlijke budgettaire entiteiten. De kredieten worden duidelijk toegewezen aan elke rechtspersoon afzonderlijk, ook al wordt het beleid van beide als één geheel voorgesteld.
Het meerjarenplan moet financieel in evenwicht zijn. Dat is het geval als het voldoet aan de volgende voorwaarden:
Het geraamde beschikbaar budgettair resultaat is in geen enkel jaar negatief;
De geraamde autofinancieringsmarge voor 2025 is minstens gelijk aan nul.
Omdat de gemeente en het OCMW een geïntegreerd meerjarenplan maken, wordt het financiële evenwicht voor die twee besturen als één geheel gepresenteerd en beoordeeld.
De twee bovenvermelde evenwichtsvoorwaarden worden aangevuld met indicatoren over het geconsolideerde evenwicht en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge, een indicator die abstractie maakt van de gekozen financieringswijze. Deze indicatoren betreffen echter geen afdwingbare normen.
De staat van het financieel evenwicht van de gemeente en het OCMW toont ook het beschikbaar budgettair resultaat, de autofinancieringsmarge en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge van het autonoom gemeentebedrijf, en het totaal voor elk van die indicatoren voor de hele groep. Die financiële evenwichtsindicatoren geven de raadsleden inzicht in de gezondheid van de financiën van de hele groep.
De beschreven procedure en de samenstelling van het beleidsrapport hebben niet enkel betrekking op de initiële vaststelling van het meerjarenplan, maar tevens op alle latere wijzigingen ervan.
Schepen Trui OLBRECHTS krijgt het woord en geeft een toelichting. In de commissie Financiën werd de gelegenheid geboden om technische vragen te stellen. Het verslag daarvan werd ook reeds bezorgd door de financieel directeur. Schepen OLBRECHTS stelt voor om beide entiteiten, zowel gemeente als OCMW, samen te bekijken en de vragen in dit agendapunt te bespreken.
In de budgetaanpassing werd getracht om realistischer te budgetteren, waarbij rekening gehouden moet worden met tal van factoren, zoals het toekennen van subsidies, het vertragen van de uitvoering door beperkte personeelscapaciteit en prijsherzieningen.
De gemeente heeft de belastingen en heffingen voor inwoners niet gewijzigd. De hoge inflatie heeft als positief effect dat de personenbelastinginkomsten hoger zijn, namelijk 17,3 miljoen euro. Ook de onroerende voorheffing is hoger, namelijk 15 miljoen euro. De evenementenbelasting is verhoogd van 0,80 naar 2 euro per bezoeker, wat neerkomt op 54.000 euro. Op parking C waren er door corona minder activiteiten, maar nu gebeurt er weer van alles en kunnen de inkomsten van de parkeerbelasting verhoogd worden met 200.000 euro. Vorig jaar werd aangegeven dat de gemeente overgaat naar een herziening van de lage kadastrale inkomens (KI’s), de Vlaamse administratie is daarmee bezig. De gemeente kan daarna extra inkomsten voorzien van 70.000 euro in 2024, 219.000 euro in 2025 en 224.000 euro in 2026. Uit de GAS-5 boetes voorziet de gemeente 2 miljoen euro in 2024, tegen kosten van 1,8 miljoen euro. De netto-opbrengsten van verkeersboetes zullen aangewend worden voor mobiliteitsgerelateerde aanpassingen en verkeersveiligheid.
De gemeente zal minder uitgaven doen als gevolg van de prijsdaling voor energie. De post voor energiekosten is met 1,6 miljoen euro verlaagd ten opzichte van vorig jaar. De gemeente blijft inzetten op minder energieverbruik door het ’s nachts doven van de openbare verlichting en door ingrepen in het kader van het ESCO-programma. In de gemeentelijke gebouwen wordt minder verlichting en verwarming gebruikt.
Projecten worden in de tijd verspreid, doordat er onvoldoende personeel is om alles meteen op te pakken. Voor de vleugel aan het gemeentehuis en de school zullen de werkzaamheden eind 2024 worden gestart. In het Pierebad worden in 2024 uitgaven voorzien van 1,3 miljoen euro. De renovatie van het Vredegerecht zal starten in 2024. Doordat de gemeente geen inschrijver heeft gehad op de ondergrondse parking in Strombeek-Bever is dit project uitgesteld. Voor de nieuwe invulling van de site van het OCMW wil de gemeente graag studiewerk laten uitvoeren in 2024 en 2025, zodat het project in 2026 voor 1,2 miljoen euro kan worden uitgevoerd. Ook de werken in GRUP Beigem worden uitgevoerd na de afkoppelingswerken van de Warande en de Zijpstraat.
De gemeente heeft ook te maken gehad met financiële tegenvallers. De inflatie heeft een positief effect op de inkomstenbronnen van de gemeente, maar een negatief effect op de loonkosten en de leeflonen. Ook wordt de gemeente bij bouwprojecten geconfronteerd in hogere bouwkosten en loonkosten. Het bestuur geeft veel geld uit aan dotaties aan andere entiteiten, zoals de politie en de brandweer. Ook daar zijn de personeelskosten uiteraard sterk gestegen. Voor het Cultuurcentrum (CC) wordt een dotatie van ruim 2 miljoen euro verwacht. Voor Heemschut werd 519.000 euro ingeschreven. Andere werkingssubsidies zijn onder andere aan de kerken. De exploitatie is met 77.000 euro gedaald, maar er zijn wel enkele investeringstoelagen voorzien in 2024. Een derde grote uitgave is planschade. Er lopen een aantal procedures, waarvan de gemeente in 2024 een uitspraak van de rechter verwacht. Hiervoor wordt 1,5 miljoen euro gereserveerd.
De gemeente heeft desondanks financiële ruimte gevonden om het personeelskader uit te breiden. Het is moeilijk geweest om een raming te maken, omdat er veel problemen waren met de softwareleverancier die de cijfers moest aanleveren. De gemeente heeft een ingebrekestelling gedaan en zal het contract binnenkort opzeggen. Er is daardoor weinig zicht op de uitgaven in het afgelopen jaren. De gemeente is echter aan een inhaalbeweging bezig. In 2023 zijn er 17 personeelsleden in dienst getreden. Voor 2024 wordt er een uitbreiding met 20 VTE’s verwacht.
Consultancy is een steeds terugkerende post, omdat sommige functies niet ingevuld kunnen worden. De kosten bedragen circa 1 miljoen euro. Voor de personeelsleden werden er ecocheques geïntroduceerd en er wordt een fietsleaseplan uitgerold.
De gemeente heeft circa 31 miljoen euro aan investeringen voorzien, onder andere voor sport, te weten het Pierebad, een extra kunstgrasveld bij Voetbal Ter Willigen en een nieuw hockeyveld in Populierendal. Ook de sportsite in Humbeek wordt grondig aangepakt via het AGB. Voor milieu wordt ingezet in het Lokaal Energie en Klimaatplan (LEKP) en het Grimbergse klimaatplan. Er wordt gewerkt aan ontharding, vergroening en aan mobiliteit. Ook werd budget voorzien voor de werken in de Maalbeekvallei, voor verledding en de plaatsing van zonnepanelen via de projectvennootschap die we recent hebben opgericht. Voor infrastructuur worden de werken afgerond aan de Beiaardlaan en de Lagesteenweg. Met de zijvleugel van het gemeentehuis wordt in 2024 gestart, alsook met de werken aan de Veldkantstraat. Ook zal het nieuwe park in Borrekensveld aangelegd worden.
Voor het contactpunt voor de politie en het CC werd budget voorzien in 2024. In 2024 zal ook een inhaalbeweging worden gedaan voor afkoppelingswerken en wordt er hiervoor 675.000 euro voorzien. Voor de aankoop van een loods ten behoeve van de collectie van het MOT werd 400.000 euro voorzien.
Er gaan veel ontwerpers aan de slag om te werken aan de toekomst van Grimbergen, bijvoorbeeld voor de bibliotheek in de kerk, de herbestemming van de site Verbeytstraat. Ook komt er een plan voor het oude gemeentehuis in Beigem en voor de renovatie van de loods in Strombeek voor de jeugdsite.
Voor erfgoed zijn er werken bezig aan het Prinsenkasteel, de liermolen en de vliegtuigloodsen. Het mobiliteitsplan wordt verder uitgewerkt door meer zones 30 te realiseren en snelheidsremmende maatregelen te treffen. Op diverse plekken komen nieuwe fietspaden en voetgangerspaden. Ook komt er geld beschikbaar voor extra fietsenstallingen.
Voor de uitvoering van het sociale beleid is voorzien in een verhoging van de sociale uitkeringen. In Ter Biest zullen de daken vernieuwd worden en voorzien worden van zonnepanelen. Ook wordt gewerkt aan nieuwe software en inloopdouches in het woonzorgcentrum. In Ter Borre worden een nieuw barmeubel en terrasmeubilair aangekocht en kleine renovatiewerken uitgevoerd.
Voor de investeringen zullen bijkomende leningen worden verhoogd met een bedrag van 31 miljoen euro met een rentevoet van 2,5%. De leningen worden alleen opgenomen als dat nodig is.
De aanpassing van het meerjarenplan voldoet aan beide noodzakelijke evenwichten. Bovendien is de uitstaande schuld per inwoner in 2022 923 euro, terwijl dat in Vlaanderen gemiddeld 1.184 euro is. In 2023 had de gemeente voor 23 miljoen euro aan leningen voorzien, maar tot nu toe slechts 5 miljoen euro opgenomen.
De schepen dankt de financieel directeur en zijn team voor hun grote inzet en engagement bij de opmaak van de vijfde aanpassing.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt het woord dankt schepen OLBRECHTS omdat het geen eenvoudige opdracht was om de meerjarenbegroting op te stellen. Vorig jaar had de gemeente een grote financiële meevaller met de personenbelasting waardoor we ongeveer 3,5 miljoen euro extra hadden inzake de aanvullende personenbelasting, terwijl er dit jaar juist een grote extra kostenpost was, namelijk die voor planschadevergoeding. Schepen OLBRECHTS heeft samen met de dienst Financiën bijzonder veel tijd en energie gestoken in het opstellen van de begroting en wordt hiermee gefeliciteerd.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt het woord en dankt de financieel directeur en zijn afdeling voor de duidelijke toelichting tijdens de commissie Financiën. Het valt de fractie Open VLD op dat er veel wordt ingezet op veiligheid, niet alleen bij de uitgaven maar ook bij de inkomsten. Ook valt op dat de leningen voor investeringen sterk oplopen, tot aan 111 miljoen euro in 2026. Raadslid SELLESLAGH gaat in op enkele projecten die betrekking hebben op wegen en water. Het waterzuiveringsstation krijgt onvoldoende vuil water binnen. Daarom is het spijtig dat de werkzaamheden in de Warandestraat worden uitgesteld. Ook in de Veldkantstraat zijn er problemen met het rioolwater, dus ook daar zijn de werkzaamheden urgent. De fractie Open VLD wil graag in het algemeen weten hoe het zit met rioleringen, want er worden afkoppelingen opgelegd, terwijl de mensen niet niet de gelegenheid krijgen om DWA’s en RWA’s aan te leggen.
Schepen Trui OLBRECHTS reageert dat het totaalbedrag van 111 miljoen euro nooit geheel opgenomen zal worden. Voor 2023 werd een bedrag van 23 miljoen euro voorzien en daarvan heeft men maar 5 miljoen euro geleend. Men wordt door de hogere overheid verplicht om te voldoen aan twee evenwichten en men kan als bestuur niet meer lenen dan wat financieel verstandig is.
Schepen Kirsten HOEFS krijgt het woord en voegt eraan toe dat het waterzuiveringsstation inderdaad meer water nodig heeft. Het afkoppelen van woningen is daarvoor nodig. Voor 2024 wordt een grote inhaalactie hiervoor voorzien. Voor de Warandestraat is het dossier al lang geleden opgestart. Het is echter niet de gemeente die het project steeds uitstelt, maar andere betrokken partijen. In 2023 wordt het project nog gepubliceerd, waarna in het voorjaar 2024 de omgevingsvergunning wordt aangevraagd. De schepen verwacht dat eind 2024 met de uitvoering wordt gestart. Aan de Veldkantstraat lopen twee projecten. De budgetten voor het tweede deel van de Veldkantstraat zijn echter geschrapt.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt nogmaals het woord en reageert dat er voor de Veldkant al lang geleden een ontwerper is aangesteld, maar begrijpt dat het moeilijk is om een aannemer te vinden voor de uitvoering.
Raadslid Isabel GAISBAUER krijgt het woord en dankt de dienst Financiën. De fractie Groen maakt zich wel degelijk zorgen over de financiële gezondheid van de gemeente. In de vorige legislatuur werd nog ingezet op schuldenafbouw, maar nu lopen ze flink op van 39 miljoen naar 111 miljoen euro in 2026. De schuld per inwoner stijgt daarmee van 923 naar ruim 2.500 euro. Dat lijkt de fractie Groen niet houdbaar. Dat er gezegd wordt dat het zo’n vaart niet loopt, vindt de fractie Groen niet getuigen van een transparant bestuur. Het leidt ook tot de vraag welke projecten de gemeente de komende jaren gaat uitvoeren. Vorig jaar heeft de fractie Groen ook al aangegeven dat de meerjarenbegroting vooral een lege doos is, met projecten die niet worden uitgevoerd. Het vele spreken over projecten is ook een kostbare zaak, zo blijkt uit de advocatenkosten en andere kosten voor niet gerealiseerde projecten, alsook de hoge consultancy kosten van de afgelopen jaren. Ook nu ziet men dat deze opnieuw ingeschreven worden bij de investeringen.
Een verdrievoudiging van de schuldenlast zal leiden tot een verdubbeling van de jaarlijkse aflossing, van 3,5 miljoen naar 6,7 miljoen euro. De fractie Groen vindt het niet verstandig om te werken met een rentevoet van 2,5% omdat dit geen realistisch percentage is. Dat de gemeente er ook vanuit gaat dat de realisatiegraad laag is, vindt de fractie verwarrend. Het laat niet zien wat de werkelijke schuldenaflossing zal zijn.
De fractie Groen heeft moeite met een aantal eerdere wijzigingen. Ten eerste is dat de eerder goedgekeurde verhoging van de gemeentelijke retributies en tarieven, waardoor iedereen dezelfde kosten draagt en volgens de fractie Groen niet sociaal is. Ook heeft de fractie moeite met de verkoop van gronden en gebouwen, die zich goed lenen voor een publieke functie, zoals de Wereldwinkel en villa Rijckendael. Ten derde vindt de fractie Groen het lastig dat in de begroting 1,5 miljoen euro is opgenomen voor GAS 5-boetes, omdat de gemeente zich daarmee financieel afhankelijk maakt van onveilig verkeer.
Ten derde liggen de prioriteiten voor het uitgeven van gemeentegeld voor de fractie Groen iets anders. De fractie staat achter een aantal investeringen, zoals voor de fiets- en voetgangersinfrastructuur, isolatie en zonnepanelen, maar zou nog meer willen inzetten op het verbeteren van de mobiliteit, meer sociale maatregelen, meer proactief aan de slag gaan met kinderopvang, armoede beter ondersteunen en meer klimaatmaatregelen. Het verhogen van de verdeelsleutel van de kinderopvang kost slechts 65.000 euro per jaar maar dat heeft het college van burgemeester en schepenen niet beslist, terwijl het wel miljoenen aan stenen besteedt.
Vanwege deze drie kanttekeningen zal de fractie Groen tegen stemmen bij de goedkeuring van de meerjarenbegroting.
Schepen Trui OLBRECHTS krijgt opnieuw het woord en is ervan overtuigd dat de gemeente wel financieel gezond is. De schuldenlast is nog altijd lager dan 1.000 euro per inwoner. De 111 miljoen euro is slechts een raming, maar dat bedrag wordt nooit in zijn geheel opgenomen. Het gemeentebestuur probeert zoveel mogelijk projecten uit te voeren, maar de gemeente is daarbij van veel externe factoren afhankelijk, daardoor is de realisatiegraad altijd lager dan 100%. Ze betreurt dat de fractie Groen het proces niet transparant vindt, want het college van burgemeester en schepenen probeert juist zoveel mogelijk informatie te delen. Het klopt dat de kosten voor advocaten en consultants hoog zijn. Dat komt vooral doordat de gemeente een aantal vacatures niet ingevuld krijgt en daarvoor extern personeel moet inhuren.
Er werd een groot bedrag voor GAS 5-boetes ingeschreven. Dit bedrag is een percentage van de boetes die opgelegd zullen worden, gebaseerd op ervaringen in andere gemeenten.
Dat de fractie Groen andere beleidskeuzes maakt, vindt schepen OLBRECHTS evident. De meerderheid denkt echter dat er veel zaken in het meerjarenprogramma zijn opgenomen, waar de gehele gemeenteraad achter staat.
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en voegt eraan toe dat in het mobiliteitsplan al werd aangegeven dat de gemeente strikt zal gaan handhaven op snelheidsovertredingen. Er ging echter een lang traject aan vooraf, waardoor er nu pas opbrengsten uit de GAS 5-boetes konden worden opgenomen in het meerjarenprogramma. Dit is niet iets wat we nu hebben uitgevonden om de cijfers te doen kloppen.
Raadslid Isabel GAISBAUER krijgt nogmaals het woord en dankt de schepenen voor de antwoorden. Haar kritiek op de transparantie betrof vooral het aantal projecten dat wordt opgenomen in verhouding tot de projecten die daadwerkelijk worden uitgevoerd. Tegen schepen ROOSEN zegt ze dat de fractie Groen het cynisch vindt dat de GAS 5-boetes worden gebruikt om de begroting rond te krijgen.
Schepen Philip ROOSEN reageert dat men in Vlaanderen vindt dat het geld van snelheidscontroles gebruikt moet worden om de verkeersveiligheid te vergroten. Het lijkt hem niet fout om de inkomsten van degenen die overtredingen begaan in te zetten voor het algemeen nut.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt het woord en merkt op dat de oppositie altijd aangeeft dat het proces niet transparant genoeg is en dat er overbegroot wordt, waarna er maar een gedeelte wordt gerealiseerd. Er zijn echter grote inspanningen gedaan om realistischer te begroten en projecten meteen te spreiden in de tijd.
Schepen Trui OLBRECHTS krijgt wederom het woord en reageert nog op de kritiek op de transparantie. In de jaarrekening wordt minutieus gerapporteerd over welke werkzaamheden wel en niet zijn uitgevoerd, daarin kan de gemeenteraad zien wat er met de ingeschreven budgetten is gebeurd.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt het woord en vraagt naar de inschrijving van de eerste uitbetaling van planschade. In het besluit van het schepencollege van 6 november staat dat het grootste bedrag pas in de volgende bestuursperiode uitbetaald hoeft te worden. Ze vraagt waarom er dan voor de begroting voor de komende jaren al 1,5 miljoen euro wordt ingeschreven.
Schepen Trui OLBRECHTS antwoordt dat er momenteel enkele procedures lopen. Van de eerste zaak is al een pleitdatum bepaald. Op basis daarvan werd een raming opgesteld. Er zal nog een expert worden ingeschakeld die een effectieve raming gaat maken van de planschade. Op basis van dat bedrag zal per dossier gekeken worden wat de verwachting is. Als er vertraging optreedt in het proces, zal de post naar het volgende jaar verschoven worden, maar de gemeente wilde er zeker van zijn dat er budget beschikbaar is op het moment dat de rechter een uitspraak doet.
Raadslid Jean DEWIT krijgt het woord en heeft al vele keren tijdens gemeenteraden van alles gehoord over waterbeheer, ontdubbeling en waterzuivering. De laatste tijd zijn in de Brusselse agglomeratie echter diverse malen kanalisaties verbroken, waardoor de ondergrond is weggespoeld en wegverzakkingen zijn opgetreden. In Strombeek zou de situatie niet veel beter zijn dan in de Brusselse agglomeratie. Over dat probleem wordt nooit gesproken. Er worden regelmatig werken uitgevoerd en er wordt ontdubbeld, maar het is niet duidelijk of men de oorzaak goed in het oog heeft. Hij wil graag weten hoe de politiek hierover denkt en of men zich zorgen maakt over de situatie.
Schepen Kirsten HOEFS repliceert dat de gemeente zich zeer bewust is van de situatie en er druk mee bezig is. In projecten waar de riolering vervangen wordt, worden ook alle nutsleidingen vervangen. De planningen van de diverse partijen wordt zoveel mogelijk op elkaar afgestemd. Het probleem van de onderspoelingen in de omgeving van Brussel zal vooral worden veroorzaakt door de riolering. Die is in Strombeek-Bever in slechtere conditie dan elders in Grimbergen. Het kost echter veel tijd en geld om deze geheel te vervangen. Het wordt wel goed gemonitord door onder andere de Watergroep en indien nodig, dan wordt er een vervanging ingepland.
De goedkeuring van de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt.
Die besluitvorming kan het best als volgt verlopen:
de raad voor maatschappelijk welzijn stelt eerst zijn deel van het meerjarenplan vast;
de gemeenteraad stelt vervolgens zijn deel van het meerjarenplan vast;
de gemeenteraad keurt ten slotte het deel goed dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld.
Als de gemeenteraad het deel van het meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, niet goedkeurt, vervalt de vaststelling van het deel door de raad voor maatschappelijk welzijn en moet de procedure herhaald worden.
(Uit navraag bij de toezichthoudende overheid blijkt dat de gemeenteraad, qua chronologie, het deel van het OCMW ook kan goedkeuren vooraleer de raad voor maatschappelijk welzijn dit deel heeft vastgesteld. In deze situatie dient de goedkeuring door de gemeenteraad te worden beschouwd als zijnde verleend onder de voorwaarde dat de raad voor maatschappelijk welzijn het bewuste deel effectief vaststelt.)
Artikel 1.
Het zuiver gemeentelijk deel van de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025, met inbegrip van de beginkredieten voor boekjaar 2024, vast te stellen.
Art. 2.
Het deel van het OCMW Grimbergen van de vijfde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 goed te keuren, indien dit door de raad voor maatschappelijk welzijn vastgesteld wordt.
Art. 3.
Het vaststellen van de wijze van gunnen en het bepalen van de voorwaarden, voor alle in het aangepaste meerjarenplan voorziene leveringen van goederen, diensten en werken, te delegeren aan het college van burgemeester en schepenen.
De gemeenteraad keurt het budget 2024 van het EVA Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen goed.
Artikel 41, 9° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de overheidsuitgaven, voornamelijk wat de toelagen aan de door de gemeenten gesubsidieerde rechtspersonen betreft (dossierstuk 1).
De omzendbrief BA 93/03 van 21 april 1993 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden inzake de vereisten omtrent openbaarheid en inzagerecht bij de uitoefening van gemeentelijke en provinciale belangen in samenwerking met private rechtspersonen aangaande toelagen (dossierstuk 2).
Deel 2, titel 3 - de extern verzelfstandigde agentschappen, hoofdstuk 3 DLB (dossierstuk 4).
Artikel 3 van de concessieovereenkomst van 2 november 1992 tussen het gemeentebestuur Grimbergen en de toenmalige V.Z.W. Cultureel Centrum (dossierstuk 3).
Het ontwerp van budget 2024 van het EVA Cultuurcentrum Grimbergen/Strombeek (1 A4 rekenblad) met inhoudelijke toelichtende nota, binnengekomen via elektronische verzending op 21 november 2023 (bijlage 1 en 2).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de goedkeuring van het budget 2024 van het EVA Cultuurcentrum Grimbergen/Strombeek (dossierstuk 5).
/
Het ontwerp van de budgetten van het EVA Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen (CC) moet jaarlijks aan de goedkeuring van de gemeenteraad worden onderworpen.
Het decreet omtrent de integratie van sectorale subsidies in het Gemeentefonds - Cultuur is in werking getreden op 1 januari 2016.
Het budget wordt toegelicht in een begeleidende nota.
Overzicht van de geraamde uitgaven:
werkingskosten: 1.257.000,00 euro;
personeelskosten: 2.081.919,46 euro;
afschrijvingen CC / investeringen: 140.000,00 euro.
Totaal: 3.478.919,46 euro.
Overzicht van de geraamde ontvangsten (exclusief gemeentelijke toelage):
Dit budgetplan wordt sluitend gemaakt in ontvangsten en uitvangen dankzij een gemeentelijke toelage, goed voor 2.037.410,17 euro.
Na bespreking en goedkeuring door de gemeenteraad zal de gemeentelijke vertegenwoordiger dit al dan niet kunnen goedkeuren op de algemene vergadering van deze instelling.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt het woord en constateert dat er geen indexering op de lonen wordt doorgevoerd bij de toelage voor het CC voor volgend jaar. De gemeentelijke toelage is niet voldoende om alle personeelskosten te dekken. De geraamde werkingskosten worden ook nauwelijks gedekt door de eigen ontvangsten. In het overzicht van de geraamde kosten is een post opgenomen uit het reservefonds. De fractie Groen vraagt wat dit voor fonds is, wat de bedoeling ervan is en hoeveel geld er nog in zit.
Daarnaast dient de fractie Groen het volgende amendement in: “De gemeentelijke toelage voor het Cultuurcentrum voor 2024 wordt verhoogd met het bedrag overeenkomstig de indexering van de lonen”.
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en antwoordt dat het niet nieuw is dat de inkomsten van het CC niet gedekt worden door de inkomsten, dat is in andere cultuurcentra ook het geval. Het reservefonds is de spaarpot die het CC heeft en die wordt aangewend om de werking te subsidiëren. In het CC heeft men een oefening gemaakt waarbij men 275.000 euro vroeg om toe te voegen aan de 1,9 miljoen euro die men reeds had, maar de meerjarenbegroting van dit jaar is een zeer moeilijke oefening geweest, niet enkel voor ons maar dit blijkt ook bij andere gemeenten en steden. Men moet in een organisatie zoals een gemeente vaak water bij de wijn doen en dit betekent concreet dat men maar 40.000 euro heeft toegevoegd aan het bedrag van 1,9 miljoen euro. Een deel van de investeringen van het CC zal hierdoor door de gemeente gefinancierd worden en dit voor een bedrag van ongeveer 140.000 euro en is dit een manier om het een beetje te compenseren.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK krijgt het woord en voegt eraan toe dat het reservefonds voor het CC 313.000 euro bevat. Dat geld wordt gebruikt om het tekort van het CC aan te vullen. De personeelskosten zijn overigens geraamd op basis van een volledig kader. Tweemaandelijks wordt gekeken hoeveel personeelskosten uitbetaald moeten worden. De ervaring is dat de werkelijke loonkosten aanzienlijk lager zijn dan de begrote kosten.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt nogmaals het woord en vraagt of het reservefonds na 2024 leeg is.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK antwoordt dat dit klopt als de begroting volledig wordt gerealiseerd.
Raadslid Katrien LE ROY vraagt hoe het fonds is ontstaan en of het weer aangevuld wordt.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK antwoordt dat in 2022 een overschot op de jaarrekening is ontstaan, waarmee het reservefonds is gevuld.
Schepen Philip ROOSEN licht nog toe dat in het verleden jaarlijks geld van de begroting overbleef. Dat kan de gemeente laten terugbetalen, of het kan als spaarpotje behouden blijven. Er is altijd voor geopteerd voor de laatste optie, zodat er wat budget is om onverwachte uitgaven te doen. Om de reserve niet te hoog te laten oplopen, wordt het fonds ingezet om de begroting rond te krijgen. Indien het reservefonds eind 2024 leeg zou zijn en er treedt alsnog een onverwachte uitgave op, dan zal binnen het gemeentebestuur besproken worden hoe dit opgelost wordt. De werking moet immers te allen tijde gecontinueerd worden.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt voor een laatste maal het woord en heeft er wat moeite mee dat er jaarlijks grote bedragen uit het reservefonds worden gehaald om de begroting rond te krijgen en hierdoor de gemeentelijke toelage niet hoger te moeten zetten door het reservefonds te gebruiken.
Schepen Philip ROOSEN merkt op dat het CC graag dit reservepotje wilde hebben, terwijl andere EVA's niet over een reservebudget beschikken. De gemeente is er juist voorstander van om het reservepotje zo klein mogelijk te houden.
Voorzitter Peter PLESSERS sluit het debat en legt het amendement ter stemming voor.
/
Amendement ingediend door de fractie Groen:
De gemeentelijke toelage voor het Cultuurcentrum voor 2024 wordt verhoogd met het bedrag overeenkomstig de indexering van de lonen.
Met 6 stemmen voor (Linda DE PREE, Jean DEWIT, Isabel GAISBAUER, Katrien LE ROY, Vincent VAN ACHTER, Gerlant VAN BERLAER), 23 stemmen tegen (Bart LAEREMANS, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Trui OLBRECHTS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Jean-Paul WINDELEN, Manon BAS, Tom GAUDAEN, Gilbert GOOSSENS, Brigitte JANSSENS, Katleen ORINX, Peter PLESSERS, Luk RAEKELBOOM, Patricia SEGERS, Chris SELLESLAGH, Rudi VAN HOVE, Bart VAN HUMBEECK, Yves VERBERCK, Karin VERTONGEN, Patrick VERTONGEN, Elke WOUTERS)
Het amendement wordt verworpen.
Enig artikel.
Het ontwerp van het budget 2024 van het EVA Cultuurcentrum Strombeek / Grimbergen goed te keuren.
De gemeenteraad keurt het ontwerp van de budgetwijziging 2023 van het EVA Heemschut goed.
Artikel 41, 9° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
/
Het ontwerp van budgetwijziging 2023 van EVA Heemschut (bijlage 1) moet aan de goedkeuring van de gemeenteraad worden onderworpen en is bij de gemeente via elektronische verzending binnengekomen op 9 november 2023.
Na bespreking en goedkeuring door de gemeenteraad zal de gemeentelijke vertegenwoordiger dit ontwerp mee kunnen goedkeuren op de algemene vergadering van deze instelling.
Onderstaande herschikkingen in uitgaven en ontvangsten worden doorgevoerd en worden in de verklarende nota verder toegelicht (bijlage 2).
De gemeentelijke exploitatietoelage (509.380,00 euro), alsook de gemeentelijke investeringstoelage (41.500,00 euro) blijven ongewijzigd.
A. Wijzigingen uitgaven
1. Werking vzw / museum | Budget 2023 (euro) | Budgetwijziging 2023 (euro) |
Materiaal voor kennisoverdracht | 20.000,00 | 26.000,00 |
Stage bouw zelf je oven | 0,00 | 6.000,00 |
Bouw vakwerkplaats | 0,00 | 36.836,00 |
Investeringen L, T en G | 41.500,00 | 4.664,00 |
Onderhoud/kosten onroerend goed | 2.000,00 | 3.000,00 |
Onderhoud materiaal | 1.500,00 | 500,00 |
Water | 1.000,00 | 8.000,00 |
Verwarming en verlichting | 30.000,00 | 22.000,00 |
Verwarming en verlichting Liermolen | 5.0000,00 | 10.000,00 |
Drukwerk | 3.000,00 | 6.000,00 |
Erelonen | 4.000,00 | 7.000,00 |
Telecommunicatie | 3.500,00 | 5.000,00 |
Promotie | 5.000,00 | 8.000,00 |
2. Personeel | Budget 2023 (euro) | Budgetwijziging 2023 (euro) |
Verplaatsingen personeel | 1.500,00 | 2.000,00 |
Diverse kosten personeel | 2.500,00 | 3.500,00 |
Vergoeding woon-werkverkeer | 5.000,00 | 8.000,00 |
Wedden | 475.000,00 | 460.000,00 |
Werkgeversbijdrage RSZ | 145.000,00 | 140.000,00 |
Onkosten Sociaal Secretariaat | 5.000,00 | 8.500,00 |
Bedrijfsverzekering | 4.800,00 | 6.000,00 |
Veiligheid en gezondheid | 1.400,00 | 3.000,00 |
3. Taksen en diverse kosten | Budget 2023 (euro) | Budgetwijziging 2023 (euro) |
Onvoorziene kosten | 500,00 | 697,00 |
4. Gesubsidieerde projecten | ||
Vakwerk in beeld | 0,00 | 450,00 |
B. Wijzigingen inkomsten
1. Subsidies en werkingsinkomsten | Budget 2023 (euro) | Budgetwijziging 2023 (euro) |
Vlaamse gemeenschap | 152.000,00 | 168.020,00 |
SF Socio-Culturele Sector | 26.000,00 | 50.000,00 |
Toegangsgeld museum | 10.000,00 | 12.000,00 |
Ateliers | 25.000,00 | 26.000,00 |
Stage bouw zelf je oven | 0,00 | 11.000,00 |
Huur Tommenmolen - Café | 10.000,00 | 10.300,00 |
Huur Liermolen - Café en woning | 2.000,00 | 3.500,00 |
Restorno op uitbating T | 15.000,00 | 0,00 |
Onvoorziene opbrengsten | 3.807,00 | 21.500,00 |
Inkomsten afstootbeleid | 500,00 | 1.000,00 |
Sociale Maribel | 20.400,00 | 22.680,00 |
Terugbetaling Liermolen - energie | 0,00 | 750,00 |
2. Gesubsidieerde projecten | Budget 2023 (euro) | Budgetwijziging 2023 (euro) |
Vakwerk in beeld | 0,00 | 4.116,00 |
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Enig artikel.
Het ontwerp van de budgetwijziging 2023 van het EVA Heemschut goed te keuren.
De gemeenteraad keurt het budget 2024-2026 van het EVA Heemschut goed onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Deel 2, titel 3 - de extern verzelfstandigde agentschappen, hoofdstuk 3 DLB (dossierstuk 3).
De wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de overheidsuitgaven, voornamelijk wat de toelagen aan de door de gemeenten gesubsidieerde rechtspersonen betreft (dossierstuk 1).
De omzendbrief BA 93/03 van 21 april 1993 van de Vlaamse minister van Binnenlandse Aangelegenheden inzake de vereisten omtrent openbaarheid en inzagerecht bij de uitoefening van gemeentelijke en provinciale belangen in samenwerking met private rechtspersonen aangaande toelagen (dossierstuk 2).
Besluit van de gemeenteraad van 18 december 1980 betreffende de overeenkomst met de vzw Heemschut (dossierstuk 4).
Het ontwerp van budget 2024-2026 van EVA Heemschut, via elektronische verzending binnengekomen op 6 november 2023, samen met een verklarende nota (bijlage 1 en 2).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 20 november 2023 inzake de goedkeuring van het ontwerp van budget 2024-2026 van EVA Heemschut (dossierstuk 5).
/
Het ontwerp van het budget van het EVA Heemschut (bijlage 1) moet jaarlijks aan de goedkeuring van de gemeenteraad worden onderworpen. Bij het budgetplan wordt een begeleidende nota bijgevoegd (bijlage 2).
Na bespreking en goedkeuring door de gemeenteraad van voorliggend ontwerp budget 2024-2026, zal de gemeentelijke vertegenwoordiger dit mee kunnen goedkeuren op de algemene vergadering van deze instelling.
Overzicht van de gebudgetteerde uitgaven en ontvangsten voor de periode 2024-2026:
|
2024 |
2025 |
2026 |
Uitgaven: |
|
|
|
Werkingskosten |
268.300,00 euro |
238.720,00 euro |
240.300,00 euro |
Personeelskosten |
780.800,00 euro |
796.138,00 euro |
811.991,00 euro |
taksen en diverse kosten |
850,00 euro |
850,00 euro |
850,00 euro |
Totaal |
1.049.950,00 euro |
1.035.708,00 euro |
1.053.141,00 euro |
|
|
|
|
Ontvangsten: |
|
|
|
Werkingsinkomsten en subsidies |
450.383,00 euro |
475.750,00 euro |
482.584,00 euro |
Gemeentelijke exploitatietoelage |
519.567,00 euro |
529.958,73 euro |
540.557,90 euro |
Gemeentelijke investeringstoelage |
80.000,00 euro |
30.000,00 euro |
30.000,00 euro |
Totaal |
1.049.950,00 euro |
1.035.708,73 euro |
1.053.141,90 euro |
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Raadslid Linda DE PREE krijgt het woord en benadrukt dat de fractie Groen zojuist het ontwerp van de budgetwijziging 2023 heeft goedgekeurd. Vorig jaar heeft de fractie Groen zich onthouden bij de stemming over de meerjarenbegroting voor EVA Heemschut, omdat men veronderstelde dat er onvoldoende geld gebudgetteerd was. De fractie Groen zal zich onthouden over het budget voor 2024-2026, omdat veel posten opnieuw te laag zijn ingeschat. Er is wel een hogere post voor de loonkosten gebudgetteerd, maar de meeste andere posten zijn gelijk aan die van voorgaande jaren. De fractie Groen vreest dat er volgend jaar opnieuw een budgetwijziging nodig is.
Raadslid Chris SELLESLAGH krijgt het woord en vraagt naar de verhoging van de post RSZ naar 84.000 euro.
Schepen Philip ROOSEN antwoordt dat de landelijke overheid het MOT dit jaar erkent als museum op een veel hoger niveau als enkele jaren geleden. De toelage van de Vlaamse overheid wordt daarom de komende vier jaar verdubbeld om het museum te professionaliseren. Er wordt extra personeel aangenomen om de doelstellingen van het museum te realiseren. Bovendien zorgt de extra subsidie voor een marge, zodat de begroting in 2024 in zijn geheel kan worden uitgevoerd. In 2025 zullen de werkzaamheden in de Liermolen afgerond worden, waardoor EVA Heemschut ook weer inkomsten gaat genereren. Er wordt verwacht dat de financiële situatie door deze twee ontwikkelingen een stuk gunstiger zal worden dan in voorgaande jaren.
/
Enig artikel.
Het ontwerp van het budget 2024-2026 van het EVA Heemschut goed te keuren onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging van de gemeente door de gemeenteraad.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 11 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek), goed en dit onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Artikel 43 van het Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten en bijhorende aanpassingen, titel II, hoofdstuk III, afdeling 1 (dossierstuk 1):
De meerjarenplannen en de wijzigingen zijn onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan en aan de goedkeuring van de gemeenteraad.
Bij ontstentenis van het versturen van zijn advies naar de gemeenteraad binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na het inkomen bij het erkend representatief orgaan van de meerjarenplannen, wordt het voornoemd orgaan geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de goedkeuring binnen een termijn van honderd dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het advies van het erkend representatief orgaan bij de gemeenteoverheid of de dag na het verstrijken van de termijn van vijftig dagen, en verstuurt zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan. De gemeenteraad kan het meerjarenplan goedkeuren, niet goedkeuren of aanpassen aan wat in het overleg, vermeld in artikel 33, besproken werd.
Als binnen de termijn van honderd dagen, bedoeld in het derde lid, geen besluit naar de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan is verstuurd, wordt de gemeenteraad geacht zijn goedkeuring aan de meerjarenplannen te hebben verleend.
Besluit Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 over het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en bijhorende aanpassingen (dossierstuk 2).
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst (dossierstuk 3).
Het financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Rumoldus (Humbeek), goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 november 2019 (dossierstuk 4).
De wijziging van het financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Rumoldus (Humbeek), goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 november 2020 (dossierstuk 5).
De wijziging van het financieel meerjarenplan 2022-2025 van het kerkbestuur Sint-Rumoldus (Humbeek), goedgekeurd door de gemeenteraad op 24 november 2022 (dossierstuk 6).
De wijziging van het financieel meerjarenplan 2023-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek) op 11 oktober 2023 en ingediend bij het gemeentebestuur op 25 oktober 2023 via de software van Religio (bijlage 1 en 2).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de goedkeuring van de wijziging van het financieel meerjarenplan 2023-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek) op 11 oktober 2023 (dossierstuk 8).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 7).
Een formele wijziging van het financieel meerjarenplan is noodzakelijk wanneer in de financiële nota van het meerjarenplan de exploitatietoelage wordt vermeerderd of het totaal van de uitgaven van een van de hoofdfuncties van de investeringen vermeerdert.
In dat geval zal het gemeentebestuur immers meer moeten betalen dan afgesproken was.
In voorliggend ontwerp is dit het geval. De exploitatietoelagen worden voor de periode 2024-2025 verhoogd. Ook worden er investeringstoelagen gevraagd voor de periode 2024-2025 (in het laatst goedgekeurde meerjarenplan waren er geen investeringstoelagen voorzien voor 2024-2025).
Een meerjarenplanwijziging bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een strategische nota (bijlage 2).
1. Overzicht van de gevraagde verhoogde gemeentelijke exploitatietoelagen:
Verhoogde exploitatie-uitgaven worden voorzien voor:
2. Overzicht van de gevraagde gemeentelijke investeringstoelagen:
De investeringstoelagen zijn bedoeld om volgende werken uit te voeren:
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt het woord en meldt dat hij tegen de meerjarenplanwijzigingen en budgetwijzigingen van de kerkraden zal stemmen, omdat hij tegen een verhoging van de kilometervergoeding is. Bij de begrotingen die budgetneutraal zijn, zal hij niet tegenstemmen, maar zich onthouden.
Raadsleden Isabel GAISBAUER, Linda DE PREE en Vincent VAN ACHTER sluiten zich hierbij aan.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt het woord en wenst te stemmen tegen het meerjarenplan- en begrotingswijzigingen van de kerkraden, met uitzondering van die voor kerkraad Sint-Servaas, vanwege de erfgoedstatus van het kerkgebouw.
Raadslid Jean DEWIT wenst voor te stemmen, behalve voor de agendapunten 380 en 381.
Voorzitter PLESSERS stelt voor dat er voor elk punt afzonderlijk gestemd zal moeten worden, zodat men zeker is dat de juiste stemmen worden genoteerd.
/
Artikel 1.
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 11 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek), goed te keuren en dit onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt de budgetwijziging 2023, vastgesteld op 11 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek), voor akteneming.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 13 november 2023 (dossierstuk 7).
Een budget(wijziging) bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Een budgetwijziging in de exploitatie is noodzakelijk als het totaal van de ontvangsten of de uitgaven van een hoofdfunctie wijzigt. Bij de investeringen moet er ook voor elke wijziging een budgetwijziging worden opgemaakt.
Voorliggende budgetwijziging wordt voorgelegd n.a.v. het investeringstekort van 4.282,31 euro in de jaarrekening 2022. Dit tekort was het gevolg van een overschrijving in 2022 van gelden uit het privaat patrimonium naar de werkingsrekening. Dit om een tijdelijk kastekort op te vangen.
Het aanwenden van patrimoniummiddelen om exploitatie-uitgaven te financieren is in principe niet toegelaten. Om deze reden werden de gelden in 2023 teruggestort naar het privaat patrimonium.
Deze overschrijving (rechtzetting) wordt geformaliseerd via voorliggende budgetwijziging. Er worden geen andere wijzigingen doorgevoerd voor 2023. Deze rechtzetting houdt dan ook geen wijziging in van de reeds goedgekeurde exploitatietoelage voor 2023.
Deze budgetwijziging beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek waarvan de laatste wijziging werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 24 november 2022, past binnen het laatst goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente en kan zonder meer voor akteneming worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
De budgetwijziging 2023, vastgesteld op 11 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek), voor akteneming te aanvaarden.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt het budget 2024, vastgesteld op 11 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek), voor akteneming onder voorbehoud van de goedkeuring door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek) op 11 oktober 2023, en onder voorheboud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Het besluit van het college van Burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van het budget 2024 van de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek), vastgesteld op 11 oktober 2023 (dossierstuk 9).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 8).
Een budget bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Er wordt voor 2024 een gemeentelijke exploitatietoelage gevraagd van 38.567,91 euro.
Er wordt voor 2024 een gemeentelijke investeringstoelage gevraagd van 60.000,00 euro.
De investeringstoelagen zijn bedoeld om volgende werken uit te voeren:
Het budget 2024 beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek waarvan de laatste wijziging ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad op huidige zitting en past binnen de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente dewelke eveneens ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad op huidige zitting.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het budget 2024, vastgesteld op 11 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek), voor akteneming te aanvaarden onder voorbehoud van de goedkeuring door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Rumoldus (Humbeek) op 11 oktober 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 24 augustus 2023 door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), goed mits aanpassing en dit onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
De meerjarenplannen en de wijzigingen zijn onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan en aan de goedkeuring van de gemeenteraad.
Bij ontstentenis van het versturen van zijn advies naar de gemeenteraad binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na het inkomen bij het erkend representatief orgaan van de meerjarenplannen, wordt het voornoemd orgaan geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de goedkeuring binnen een termijn van honderd dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het advies van het erkend representatief orgaan bij de gemeenteoverheid of de dag na het verstrijken van de termijn van vijftig dagen, en verstuurt zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan. De gemeenteraad kan het meerjarenplan goedkeuren, niet goedkeuren of aanpassen aan wat in het overleg, vermeld in artikel 33, besproken werd.
Als binnen de termijn van honderd dagen, bedoeld in het derde lid, geen besluit naar de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan is verstuurd, wordt de gemeenteraad geacht zijn goedkeuring aan de meerjarenplannen te hebben verleend.
Besluit Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 over het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en bijhorende aanpassingen (dossierstuk 2).
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst (dossierstuk 3).
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025 van de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 november 2020 (dossierstuk 5).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de goedkeuring mits aanpassing van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek) op 24 augustus 2023 (dossierstuk 7).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 6).
Een formele wijziging van het financieel meerjarenplan is noodzakelijk wanneer in de financiële nota van het meerjarenplan de exploitatietoelage wordt vermeerderd of het totaal van de uitgaven van een van de hoofdfuncties van de investeringen vermeerdert.
In dat geval zal het gemeentebestuur immers meer moeten betalen dan afgesproken was.
In voorliggend ontwerp is dit het geval. Er worden voor de periode 2024-2025 investeringstoelagen gevraagd (in het laatst goedgekeurde meerjarenplan waren er geen investeringstoelagen voorzien voor 2024-2025).
Een meerjarenplanwijziging bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een strategische nota (bijlage 2).
Overzicht van de gevraagde gemeentelijke investeringstoelagen:
2024: 251.450,00 euro;
2025: 78.000,00 euro.
De gevraagde investeringstoelagen zijn bedoeld om volgende werken uit te voeren:
2024: 196.250,00 euro - werken aan het kerkgebouw: herstellingen dak (lekkende dakgoten, nokken op dakvlakken onderaan de torenspits en metselwerk aan pinakels van de toren), vochtplekken in de zijbeuken, plaatsen duivenwering, herstellen ommuring tussen kerk en pastorij en herstellen van houtwerk voor klopkever;
2024: 55.200,00 euro - energiezuiniger maken van de pastorij: nieuwe beglazing, plaatsing LED-verlichting, plaatsing warmtepomp, nieuwe dorpel aan hoofdingang om inkomhal tochtvrij te maken en herstelling van de ommuring van de buitenmuur;
2025: 78.000,00 euro - werken aan de pastorij: verbeteren toegankelijkheid voor mindervaliden (vervanging ingangsdeur achteraan + plaatsen van hellend vlak), plaatsing zonnepanelen, conceptstudie van een architect voor het gebouw, herstellingen en ontroesting in de kelder, herstellen voegwerk aan binnenmuur op zolder / aan gebroken dorpels / aan de schoorsteen en het plaatsen van een velux op zolder.
De meerjarenplanwijziging 2020-2025 zoals deze werd ingediend door de kerkraad kan niet volledig ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Dit aangezien de gevraagde investeringstoelagen niet volledig passen binnen de vijfde meerjarenplanwijziging van de gemeente. Bovendien werden verschillende van bovenvermelde investeringswerken niet besproken tijdens het jaarlijks overleg tussen het gemeentebestuur en het centraal kerkbestuur van Grimbergen.
Om deze redenen wordt het ontwerp van het gewijzigd financieel meerjarenplan ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad mits volgende wijzigingen:
2024
investeringsontvangsten: MAR 3100 de gemeentelijke investeringstoelage dient gewijzigd te worden van 196.250,00 euro naar 50.000,00 euro ( = bestemd voor dringende dakherstellingen aan het kerkgebouw);
investeringsontvangsten: MAR 3120 de gemeentelijke investeringstoelage dient gewijzigd te worden van 55.200,00 euro naar 37.000,00 euro ( = 35.000,00 bestemd voor het plaatsen van nieuwe beglazing in de pastorij en 2.000,00 euro bestemd voor het tochtvrij maken van de inkomhal in de pastorij);
investeringsuitgaven: MAR 4100 de investeringsuitgaven aan het kerkgebouw dienen gewijzigd te worden van 205.000,00 euro naar 50.000,00 euro;
investeringsuitgaven: MAR 4129 de investeringsuitgaven aan de pastorij dienen gewijzigd te worden van 57.000,00 euro naar 37.000,00 euro.
2025
De toekenning van de gemeentelijke investeringstoelagen ontslaat de kerkfabriek niet van haar verplichting andere subsidiemogelijkheden te onderzoeken én te gebruiken.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 24 augustus 2023 door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), goed te keuren mits volgende aanpassingen en dit alles onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad:
2024
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad keurt het budget 2024, vastgesteld op 24 augustus 2023 door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), goed mits aanpassing en dit onder voorbehoud van de goedkeuring mits aanpassing door de gemeenteraad van de meerjarenplanwijziging 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek) op 24 augustus 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Besluit Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 over het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en bijhorende aanpassingen (dossierstuk 2).
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst (dossierstuk 3).
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025 van de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 november 2020 (dossierstuk 5).
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek) op 24 augustus 2023 en ingediend bij het gemeentebestuur op 25 oktober 2023 via de software van Religio (dossierstuk 6).
Het budget 2024 van de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), vastgesteld op 24 augustus 2023 en bij de gemeente door het centraal kerkbestuur ingediend op 10 november 2023 via de software van Religio (bijlage 1 en 2).
Het besluit van het college van Burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van het budget 2024 van de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), vastgesteld op 24 augustus 2023 (dossierstuk 8).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 7).
Een budget bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Er wordt voor 2024 aan de gemeente een exploitatietoelage gevraagd van 48.237,60 euro.
Er wordt voor 2024 aan de gemeente een investeringstoelage gevraagd van 251.450,00 euro.
De gevraagde investeringstoelagen zijn bedoeld om volgende werken uit te voeren:
Het budget 2024 zoals ingediend door de kerkraad kan niet volledig ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Dit aangezien de gevraagde investeringstoelagen niet volledig passen binnen de vijfde meerjarenplanwijziging van de gemeente. Bovendien werden verschillende van bovenvermelde investeringswerken niet besproken tijdens het jaarlijks overleg tussen het gemeentebestuur en het centraal kerkbestuur van Grimbergen.
Om deze redenen wordt het ontwerp van het budget 2024 ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad mits volgende wijzigingen:
De toekenning van de gemeentelijke investeringstoelagen ontslaat de kerkfabriek niet van haar verplichting andere subsidiemogelijkheden te onderzoeken én te gebruiken.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het budget 2024, vastgesteld op 24 augustus 2023 door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek), goed te keuren mits volgende aanpassingen en onder voorbehoud van de goedkeuring mits aanpassing door de gemeenteraad van de meerjarenplanwijziging 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Amandus (Strombeek) op 24 augustus 2023 en onder voorbehoud van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad:
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 24 september 2023 door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), goed en dit onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 6).
Een formele wijziging van het financieel meerjarenplan is noodzakelijk wanneer in de financiële nota van het meerjarenplan de exploitatietoelage wordt vermeerderd of het totaal van de uitgaven van een van de hoofdfuncties van de investeringen vermeerdert.
In dat geval zal het gemeentebestuur immers meer moeten betalen dan afgesproken was.
In voorliggend ontwerp is dit het geval. De exploitatietoelagen worden voor de periode 2023-2025 verhoogd.
Een meerjarenplanwijziging bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een strategische nota (bijlage 2).
Overzicht van de gevraagde gemeentelijke exploitatietoelagen:
Verhoogde exploitatie-uitgaven worden voorzien voor:
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 24 september 2023 door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), goed te keuren en dit onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt de budgetwijziging 2023, vastgesteld op 21 juni 2023 door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), voor akteneming en dit onder voorbehoud van de goedkeuring door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug) op 24 september 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van de budgetwijziging 2023 van de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), vastgesteld op 21 juni 2023 (dossierstuk 9).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 8).
Een budget(wijziging) bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Een budgetwijziging in de exploitatie is noodzakelijk als het totaal van de ontvangsten of de uitgaven van een hoofdfunctie wijzigt. Bij de investeringen moet er ook voor elke wijziging een budgetwijziging worden opgemaakt.
In de voorliggende budgetwijziging worden volgende herschikkingen tussen de hoofdrubrieken van de exploitatie-uitgaven doorgevoerd:
Hoofdrubriek 20 "Eredienst": de exploitatie-uitgave wordt verhoogd met 1.000,00 euro;
Hoofdrubriek 21 "Gebouwen van de eredienst": de exploitatie-uitgave wordt verhoogd met 22.826,48 euro.
De verhoogde exploitatie-uitgaven zijn bedoeld voor:
Deze wijzigingen houden een verhoging van de gemeentelijke exploitatietoelage voor 2023 in voor een totaalbedrag van 23.826,48 euro.
De budgetwijziging 2023 beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek waarvan de laatste wijziging ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad op huidige zitting en past binnen de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente dewelke eveneens ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad op huidige zitting.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
De budgetwijziging 2023, vastgesteld op 21 juni 2023 door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), voor akteneming te aanvaarden onder voorbehoud van de goedkeuring door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug) op 24 september 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt het budget 2024, vastgesteld op 21 juni 2023 door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), voor akteneming en dit onder voorbehoud van de goedkeuring door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug) op 24 september 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van het budget 2024 van de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), vastgesteld op 21 juni 2023 (dossierstuk 8).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 7).
Een budget bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Er wordt voor 2024 een gemeentelijke exploitatietoelage gevraagd van 19.531,21 euro.
Er wordt geen gemeentelijke investeringstoelage gevraagd.
Het budget 2024 beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek waarvan de laatste wijziging ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad op huidige zitting en past binnen de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente dewelke eveneens ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de gemeenteraad op huidige zitting.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Opmerking dienst Financiën:
De kerkfabriek heeft in het budgetontwerp 2024 geen budget voorzien voor de verhoogde kilometervergoeding voor de bedienaar van de eredienst (verhoging van 1.000,00 euro naar 2.000,00 euro).
In het gewijzigd financieel meerjarenplan 2023-2025, vastgesteld door de kerkraad op 24 september 2023, werd dit bedrag voor 2024 wel voorzien.
Normaliter zal de kerkfabriek dit dus wel kunnen opvangen binnen de grenzen van het meerjarenplan mits een interne kredietaanpassing of een budgetwijziging.
Artikel 1.
Het budget 2024, vastgesteld op 21 juni 2023 door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug), voor akteneming te aanvaarden, onder voorbehoud van de goedkeuring door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Heilig Hart & Sint-Jozef (Verbrande Brug) op 24 september 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad keurt het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), goed mits aanpassing en onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
De meerjarenplannen en de wijzigingen zijn onderworpen aan het advies van het erkend representatief orgaan en aan de goedkeuring van de gemeenteraad.
Bij ontstentenis van het versturen van zijn advies naar de gemeenteraad binnen een termijn van vijftig dagen, die ingaat op de dag na het inkomen bij het erkend representatief orgaan van de meerjarenplannen, wordt het voornoemd orgaan geacht een gunstig advies te hebben uitgebracht.
De gemeenteraad spreekt zich uit over de goedkeuring binnen een termijn van honderd dagen die ingaat op de dag na het inkomen van het advies van het erkend representatief orgaan bij de gemeenteoverheid of de dag na het verstrijken van de termijn van vijftig dagen, en verstuurt zijn besluit uiterlijk de laatste dag van deze termijn aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan. De gemeenteraad kan het meerjarenplan goedkeuren, niet goedkeuren of aanpassen aan wat in het overleg, vermeld in artikel 33, besproken werd.
Als binnen de termijn van honderd dagen, bedoeld in het derde lid, geen besluit naar de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan is verstuurd, wordt de gemeenteraad geacht zijn goedkeuring aan de meerjarenplannen te hebben verleend.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de goedkeuring mits aanpassing van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Salvator (Borcht) op 19 oktober 2023 (dossierstuk 8).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 18 oktober 2022 (dossierstuk 7).
Een formele wijziging van het financieel meerjarenplan is noodzakelijk wanneer in de financiële nota van het meerjarenplan de exploitatietoelage wordt vermeerderd of het totaal van de uitgaven van een van de hoofdfuncties van de investeringen vermeerdert.
In dat geval zal het gemeentebestuur immers meer moeten betalen dan afgesproken was.
In voorliggend ontwerp is dit het geval. Er wordt voor 2023 een hogere exploitatietoelage gevraagd.
Een meerjarenplanwijziging bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een strategische nota (bijlage 2)
Volgende wijzigingen worden doorgevoerd m.b.t. de gemeentelijke exploitatietoelage:
2023: verhoging van 12.421,42 euro naar 16.372,29 euro;
2024: verlaging van 12.572,98 euro naar 4.877,79 euro;
2025: verlaging van 12.726,34 euro naar 12.688,65 euro.
De exploitatietoelage voor 2023 wordt verhoogd om volgende redenen:
verhoogde kilometervergoeding voor bedienaar van de eredienst;
verhoogde uitgaven nutsvoorzieningen en onderhoudskosten kerkgebouw;
verhoogde uitgaven onderhoudskosten pastorij;
verhoogde uitgaven informatica.
Voor het overige vindt er ook een verschuiving plaats van de gemeentelijke investeringstoelagen die reeds goedgekeurd werden in het verleden voor de periode 2022-2024.
Voor de periode 2022-2024 werden op 25 november 2021 volgende investeringstoelagen goedgekeurd door de gemeenteraad:
2022: 13.807,81 euro: metselwerken aan de buitenstructuur. Deze werken omvatten het herstellen van verweerde baksteen en voegwerk aan plinten en steunberen, herstellen van blauwe stenen dorpel en herstellen van de ommuringen van de buitentrappen;
2023: 34.631,86 euro: metselwerken aan torenstructuur. Deze werken omvatten het herstellen van de dekstenen en het muurwerk bovenaan de topgevels en het aanbrengen van een duivenwering aan de galmgaten;
2024: 9.140,95 euro: dossier muurankers en metalen onderdelen / houten buitenschrijnwerk. Deze werken omvatten het ontroesten en schilderen van muurankers / diefijzers en het herschilderen van de houten buitenschrijnwerkerij. Dossier glas-in-lood-ramen / kruis op koor. Deze werken omvatten het herstellen van glas-in-lood-ramen en herstellen kruis op koor en roestwerende behandeling.
De werken die gepland waren in 2022 hebben vertraging opgelopen waardoor deze pas beëindigd werden eind 2022/begin 2023. De kosten die voor 2022 gebudgetteerd waren werden pas in 2023 betaald. Gezien de vertragingen wordt ook een deel van het budget 2023 overgeheveld naar 2024.
De dienst Financiën merkt op dat de verschuivingen van de investeringstoelage (en de investeringsuitgaven) niet correct werden opgenomen in de meerjarenplanwijziging. In de boekhouding van de erediensten wordt aan de zijde van de investeringen, net zoals aan de zijde van de exploitatie, een evenwichtsverplichting opgelegd.
De evenwichtsvoorwaarde in de investeringen kan schematisch als volgt weergegeven worden :
+ investeringsontvangsten |
|
- investeringsuitgaven |
|
|
= investeringen voor overboekingen |
+ overboekingen uit exploitatie |
|
|
= nul of groter dan nul |
Om deze redenen wordt het ontwerp van de financiële meerjarenplanwijziging ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad mits volgende wijzigingen:
2023
Investeringsontvangsten: MAR 3100 (gem. investeringstoelage) dient gewijzigd te worden van 13.511,68 euro naar 17.170,87 euro (voor 2023 werd er immers reeds voor een totaalbedrag van 17.170,87 euro uitbetaald aan gemeentelijke investeringstoelage);
Investeringsontvangsten: MAR 3109 dient gewijzigd te worden van 7.312,42 euro naar 8.740,46 euro (betreft terugbetaling in 2023 van foutieve overschrijving van werkingsrekening naar patrimoniumrekening in 2022);
Investeringsuitgaven: MAR 4100 dient gewijzigd te worden van 27.261,86 naar 25.920,87 euro (= betaling facturen investeringswerken 2023 met gem. toelage van 17.170,87 euro en gebudgetteerde provinciale toelage van 8.750,00 euro);
Investeringsuitgaven: MAR 436 dient gewijzigd te worden van 1.283,68 euro naar 1.283,69 euro ( = betreft aangelegde reserve van 15% uit privaat patrimonium, dit bedrag is in principe hetzelfde bedrag zoals vermeld onder boekingen MAR 29 en MAR 39).
Het budget 2023 eindigt voor wat betreft de investeringen met een financieel overschot van 8.740,46 euro. Hierdoor zal ook het tekort op investeringen in de jaarrekening 2022 aangezuiverd worden.
2024
Investeringsontvangsten: MAR 3100 (gem. investeringstoelage) dient gewijzigd te worden van 44.148,94 euro naar 40.409,75 euro ( = saldo van toegestane gem. investeringstoelage: 13.807,81 + 34.631,86 + 9.140,95 - 17.170.87);
Investeringsuitgaven: MAR 4100 dient gewijzigd te worden van 57.820,94 euro naar 52.766,78 euro ( = voor betaling facturen resterende investeringswerken in 2024 met gem. toelage van 40.409,75 euro en gebudgetteerde provinciale toelage van 12.357,03 euro).
Het budget 2024 eindigt voor wat betreft de investeringen in evenwicht (= saldo 0).
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), goed te keuren mits volgende aanpassingen en onder voorbehoud van goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad:
2023
2024
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad keurt de budgetwijziging 2023, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), goed mits aanpassing en onder voorbehoud van de goedkeuring mits aanpassing door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Salvator Borcht op 19 oktober 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de goedkeuring mits aanpassing van de budgetwijziging 2023 van de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), vastgesteld op 19 oktober 2023 (dossierstuk 10).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 9).
Een budget(wijziging) bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Een budgetwijziging in de exploitatie is noodzakelijk als het totaal van de ontvangsten of de uitgaven van een hoofdfunctie wijzigt. Bij de investeringen moet er ook voor elke wijziging een budgetwijziging worden opgemaakt.
In de voorliggende budgetwijziging worden volgende herschikkingen tussen de hoofdrubrieken van de exploitatie-ontvangsten doorgevoerd:
In de voorliggende budgetwijziging worden volgende herschikkingen tussen de hoofdrubrieken van de exploitatie-uitgaven doorgevoerd:
Deze wijzigingen houden een verhoging van de gemeentelijke exploitatietoelage voor 2023 in voor een totaalbedrag van 3.950,87 euro ten opzichte van het laatst goedgekeurde meerjarenplan.
De hogere exploitatie-uitgaven worden voorzien voor:
Ook aan de zijde van de investeringen worden wijzigingen doorgevoerd. Dit n.a.v. de vertraging die de geplande investeringswerken hebben opgelopen in de periode 2022-2023. Om deze reden wordt een deel van het investeringsbudget verschoven van 2023 naar 2024.
Deze verschuivingen hebben geen verhoging van de gemeentelijke investeringstoelage tot gevolg.
De dienst Financiën merkt op dat de verschuivingen van de gemeentelijke investeringstoelage (en de investeringsuitgaven) niet correct werden opgenomen in de budgetwijziging 2023.
Om deze redenen wordt het ontwerp van de budgetwijziging 2023 ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad mits volgende aanpassingen:
Het budget 2023 eindigt voor wat betreft de investeringen met een financieel overschot van 8.740,46 euro. Hierdoor zal ook het tekort op investeringen in de jaarrekening 2022 aangezuiverd worden.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
De budgetwijziging 2023, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), goed te keuren mits volgende aanpassingen en onder voorbehoud van de goedkeuring mits aanpassing door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Salvator Borcht op 19 oktober 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad:
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad keurt het budget 2024, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), goed mits aanpassing en onder voorbehoud van de goedkeuring mits aanpassing door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Salvator Borcht op 19 oktober 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de goedkeuring mits aanpassing van het budget 2024 van de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), vastgesteld op 19 oktober 2023 (dossierstuk 9).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 8).
Een budget bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Er wordt voor 2024 aan de gemeente een exploitatietoelage gevraagd van 4.877,79 euro.
Er wordt voor 2024 aan de gemeente een investeringstoelage gevraagd van 44.148,94 euro.
Voor de periode 2022-2024 werden op 25 november 2021 volgende investeringstoelagen goedgekeurd door de gemeenteraad:
2022: 13.807,81 euro: metselwerken aan de buitenstructuur. Deze werken omvatten het herstellen van verweerde baksteen en voegwerk aan plinten en steunberen, herstellen van blauwe stenen dorpel en herstellen van de ommuringen van de buitentrappen;
2023: 34.631,86 euro: metselwerken aan torenstructuur. Deze werken omvatten het herstellen van de dekstenen en het muurwerk bovenaan de topgevels en het aanbrengen van een duivenwering aan de galmgaten;
2024: 9.140,95 euro: dossier muurankers en metalen onderdelen / houten buitenschrijnwerk. Deze werken omvatten het ontroesten en schilderen van muurankers / diefijzers en het herschilderen van de houten buitenschrijnwerkerij. Dossier glas-in-lood-ramen / kruis op koor. Deze werken omvatten het herstellen van glas-in-lood-ramen en herstellen kruis op koor en roestwerende behandeling
Aangezien de investeringswerken die op de planning stonden voor 2022-2023 vertraging hebben opgelopen, wordt een deel van het investeringsbudget verschoven naar 2024. Deze verschuivingen hebben geen verhoging van de gemeentelijke investeringstoelage tot gevolg.
De dienst Financiën merkt op dat de verschuivingen van de investeringstoelage (en de investeringsuitgaven) niet correct werden opgenomen in het budget 2024. In de boekhouding van de erediensten wordt aan de zijde van de investeringen, net zoals aan de zijde van de exploitatie, een evenwichtsverplichting opgelegd.
Het ontwerp van het budget 2024 zoals ingediend door de kerkraad, kan dan ook niet volledig ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Om deze redenen wordt het ontwerp van het budget 2024 ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad mits volgende aanpassingen:
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het budget 2024, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Salvator (Borcht), goed te keuren mits volgende aanpassingen en onder voorbehoud van de goedkeuring mits aanpassing door de gemeenteraad van het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de kerkraad Sint-Salvator Borcht op 19 oktober 2023, en onder voorbehoud van de goedkeuring van de vijfde meerjarenplanwijziging 2020-2025 van de gemeente door de gemeenteraad:
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt de budgetwijziging 2023, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), voor akteneming.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Besluit Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 over het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en bijhorende aanpassingen (dossierstuk 2).
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst (dossierstuk 3).
Het financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Cornelius (Molenveld), goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 november 2019 (dossierstuk 4).
De budgetwijziging 2023 van de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), vastgesteld op 19 oktober 2023 en bij de gemeente door het centraal kerkbestuur ingediend op 15 november 2023 via de software van Religio (bijlage 1 en 2).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van de budgetwijziging 2023 van de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), vastgesteld op 19 oktober 2023 (dossierstuk 9).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 7).
Een budget(wijziging) bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Een budgetwijziging in de exploitatie is noodzakelijk als het totaal van de ontvangsten of de uitgaven van een hoofdfunctie wijzigt. Bij de investeringen moet er ook voor elke wijziging een budgetwijziging worden opgemaakt.
In de voorliggende budgetwijziging worden volgende herschikkingen tussen de hoofdrubrieken van de exploitatie-uitgaven doorgevoerd:
Hoofdrubriek 20 "Eredienst": de exploitatie-uitgave wordt verhoogd met 97,97 euro;
Hoofdrubriek 22 "Bestuur van de eredienst": de exploitatie-uitgave wordt verlaagd met 96,94 euro.
De herschikking wordt doorgevoerd om de verhoogde kilometervergoeding voor de bedienaars van de eredienst (verhoging van 1.000,00 euro naar 2.000,00 euro) op te vangen.
Deze verschuivingen hebben geen verhoging van de gemeentelijke exploitatietoelage tot gevolg.
Deze budgetwijziging beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek waarvan de laatste wijziging werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 24 november 2022, past binnen het laatst goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente en kan zonder meer voor akteneming worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
De Z-waarde (=overschot/tekort luik investeringen) is niet correct. Deze zal normaliter automatisch terug rechtgezet worden bij de volgende jaarrekening (2023) indien de kastoestand klopt.
Correcte Z-waarde = overschot van 41,88 euro.
Artikel 1.
De budgetwijziging 2023, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), voor akteneming te aanvaarden.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt het budget 2024, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), voor akteneming.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Besluit Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 over het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en bijhorende aanpassingen (dossierstuk 2).
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst (dossierstuk 3).
Het financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Cornelius (Molenveld), goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 november 2019 (dossierstuk 4).
Het budget 2024 van de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), vastgesteld op 19 oktober 2023 en bij de gemeente door het centraal kerkbestuur ingediend op 10 november 2023 via de software van Religio (bijlage 1 en 2).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van het budget 2024 van de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), vastgesteld op 19 oktober 2023 (dossierstuk 8).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 7).
Een budget bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Er wordt voor 2024 een gemeentelijke exploitatietoelage gevraagd van 16.579,95 euro.
Er wordt geen gemeentelijke investeringstoelage gevraagd.
Het budget 2024 beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur waarvan de laatste wijziging werd goedgekeurd bij gemeenteraadsbeslissing van 24 november 2022 en past binnen het laatst goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente en kan zonder meer voor akteneming worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het budget 2024, vastgesteld op 19 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Cornelius (Molenveld), voor akteneming te aanvaarden.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt de budgetwijziging 2023, vastgesteld op 3 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen), voor akteneming.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten en bijhorende aanpassingen, titel II, hoofdstuk III, afdeling 2 (dossierstuk 1).
Besluit Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 over het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en bijhorende aanpassingen (dossierstuk 2).
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst (dossierstuk 3).
Het financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Servaas (Grimbergen), goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 november 2019 (dossierstuk 4).
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Servaas (Grimbergen), goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 november 2020 (dossierstuk 5).
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Servaas (Grimbergen), gewijzigd en goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 april 2023 (dossierstuk 6).
De budgetwijziging 2023, vastgesteld door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen) op 3 oktober 2023 en bij de gemeente door het centraal kerkbestuur ingediend op 15 november 2023 via de software van Religio (bijlage 1 en 2).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van de budgetwijziging 2023, vastgesteld door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen) op 3 oktober 2023 (dossierstuk 10)
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 7).
Een budget(wijziging) bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Op 27 april 2023 keurde de gemeenteraad de budgetwijziging 2022, vastgesteld door de kerkraad Sint-Servaas, goed. In deze budgetwijziging werd voor 2022 nog een bijkomende gemeentelijke exploitatietoelage van 42.500,00 euro goedgekeurd.
Aangezien deze extra toelage niet meer uitbetaald werd in 2022 maar pas in 2023, werd deze betaling niet mee verrekend in het oorspronkelijk budget van 2023.
Dit wordt rechtgezet met voorliggende budgetwijziging. Er worden geen andere wijzigingen doorgevoerd voor 2023. Deze rechtzetting houdt dan ook geen wijziging in van de reeds goedgekeurde exploitatietoelage voor 2023.
Deze budgetwijziging beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek waarvan de laatste wijziging werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 april 2023, past binnen het laatst goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente en kan zonder meer voor akteneming worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
De Z-waarde (=overschot/tekort luik investeringen) is niet correct. Deze zal normaliter automatisch rechtgezet worden bij de volgende jaarrekening (2023) indien de kastoestand klopt.
Correcte Z-waarde = overschot van 76.458,23 euro.
Artikel 1.
De budgetwijziging 2023, vastgesteld op 3 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen), voor akteneming te aanvaarden.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt het budget 2024, vastgesteld op 3 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen), voor akteneming.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten en bijhorende aanpassingen, titel II, hoofdstuk III, afdeling 2 (dossierstuk 1).
Besluit Vlaamse Regering van 13 oktober 2006 over het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de eredienst en bijhorende aanpassingen (dossierstuk 2).
Omzendbrief BB 2013/01 van 1 maart 2013 betreffende de boekhouding van de besturen van de eredienst (dossierstuk 3).
Het financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Servaas (Grimbergen), goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 november 2019 (dossierstuk 4).
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Servaas (Grimbergen), goedgekeurd door de gemeenteraad op 26 november 2020 (dossierstuk 5).
Het gewijzigd financieel meerjarenplan 2020-2025 van het kerkbestuur Sint-Servaas (Grimbergen), gewijzigd en goedgekeurd door de gemeenteraad op 27 april 2023 (dossierstuk 6).
Het budget 2024, vastgesteld door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen) op 3 oktober 2023 en bij de gemeente door het centraal kerkbestuur ingediend op 10 november 2023 via de software van Religio (bijlage 1 en bijlage 2).
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van het budget 2024, vastgesteld door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen) op 3 oktober 2023 (dossierstuk 8).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 7).
Een budget bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Er wordt voor 2024 een gemeentelijke exploitatietoelage gevraagd van 112.826,26 euro.
Er wordt geen gemeentelijke investeringstoelage gevraagd.
Het budget 2024 beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente, past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek waarvan de laatste wijziging werd goedgekeurd bij gemeenteraadsbeslissing van 27 april 2023 en past binnen het laatst goedgekeurde meerjarenplan 2020-2025 van de gemeente en kan zonder meer voor akteneming worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
De Z-waarde (=overschot/tekort luik investeringen) is niet correct. Deze zal normaliter automatisch terug rechtgezet worden bij de volgende jaarrekening (2023) indien de kastoestand klopt.
Correcte Z-waarde = overschot van 83.933,84 euro.
Artikel 1.
Het budget 2024, vastgesteld op 3 oktober 2023 door de kerkraad Sint-Servaas (Grimbergen), voor akteneming te aanvaarden.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad aanvaardt het budget 2024, vastgesteld op 9 oktober 2023 door de kerkraad Onze-Lieve-Vrouw (Beigem), voor akteneming.
Artikel 41, 9° Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 inzake de akteneming van het budget 2024 van de kerkraad Onze-Lieve-Vrouw (Beigem), vastgesteld op 9 oktober 2023 (dossierstuk 6).
Gunstig advies van het erkend representatief orgaan (bisdom) van 26 oktober 2023 (dossierstuk 5).
Een budget bestaat uit een financiële nota (bijlage 1) en een beleidsnota (bijlage 2).
Er wordt noch een exploitatietoelage, noch een investeringstoelage aan het gemeentebestuur gevraagd.
Dit budgetplan beantwoordt aan de bepalingen van de afsprakennota tussen het centraal kerkbestuur en de gemeente en past binnen het meerjarenplan 2020-2025 van de kerkfabriek dat door de gemeenteraad werd goedgekeurd op 28 november 2019.
Aangezien het momenteel zelfbedruipend is en de financiële belangen van de gemeente niet worden geschonden, mag hiervan zonder meer akte worden genomen.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Het budget 2024, vastgesteld op 9 oktober 2023 door de kerkraad Onze-Lieve-Vrouw (Beigem), voor akteneming te aanvaarden.
Art. 2.
De dienst Financiën maakt voor kennisgeving een exemplaar van deze beslissing over aan de provinciegouverneur, het centraal kerkbestuur, de kerkfabrieken in kwestie en het erkend representatief orgaan.
De gemeenteraad keurt het aangepast gemeentelijk premiereglement voor het plaatsen van buitenmuurisolatie langs de buitenzijde goed.
Artikel 41 Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (DLB).
/
De Mijn VerbouwPremie combineert sinds 1 oktober 2022 de meeste energiepremies van Fluvius en de Renovatiepremie van Wonen in Vlaanderen tot één online loket.
Er wordt een protocol opgemaakt tussen Wonen in Vlaanderen, VEKA, Fluvius en het lokaal bestuur voor de elektronische mededeling van persoonsgegevens. De DPO heeft reeds advies gegeven en het lokaal bestuur heeft het protocol ondertekend en overgemaakt aan Team Mijn VerbouwPremie van de Vlaamse overheid.
Het platform voor de gegevensuitwisseling is momenteel nog in ontwikkeling. De effectieve gegevensuitwisseling van Mijn VerbouwPremie naar de gemeente zal daarom pas eind 2023 kunnen starten. Zodra de uitwisseling mogelijk is, zal de gemeente de gegevens van burgers met terugwerkende kracht vanaf 1 oktober 2022 ontvangen.
N.a.v. de opmaak van het protocol kreeg Woonwinkel Noord op 19 juni 2023 een mail van de Vlaamse overheid waarin zij aangeven dat het gemeentelijk reglement dient aangepast te worden naar de huidige wetgeving. De gemeentelijke rechtsgrond kan namelijk niet dienen voor de uitwisseling van de gegevens van Mijn VerbouwPremie naar de gemeente.
Het gemeentelijk reglement verwijst namelijk niet specifiek naar Mijn VerbouwPremie en wel naar de voorwaarden opgelegd door Fluvius.
Wijzigingen tegenover huidig reglement:
De verwijzing naar (netbeheerder) Fluvius wordt vervangen door Wonen in Vlaanderen en Mijn VerbouwPremie.
De verplichting voor eigenaars om een woningkwaliteitsonderzoek aan te vragen wordt geschrapt omdat het resultaat een heel stuk lager ligt dan de kosten en de werklast die de hoeveelheid aan technische controles met zich meebrengt.
Om de woningkwaliteit van het patrimonium verder te bewaken, blijft het uitvoeren van een kwaliteitsonderzoek en het afleveren van een conformiteitsattest (CA) een voorwaarde voor woningen die verhuurd (zullen) worden om de gemeentelijke premie te ontvangen. Aan de hand van een kwaliteitsonderzoek wordt het CA afgeleverd, als de huurwoning geen gebreken van categorie II of III en minder dan 7 gebreken van categorie I vertoont.
In artikel 12 van het Vlaams woninghuurdecreet staat dat een huurovereenkomst die wordt gesloten voor een goed dat niet voldoet aan de vereisten inzake woningkwaliteit nietig is, met uitzondering volgens artikel 13 bij het sluiten van een renovatiehuurovereenkomst. Omwille van deze bepaling wordt de mogelijkheid om een kwaliteitsonderzoek met 1 jaar uit te stellen eruit gehaald. Indien een procedure tot ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring opgestart wordt heeft de eigenaar-verhuurder nog steeds ongeveer anderhalf jaar de tijd (indien er geen acuut veiligheids- of gezondheidsrisico aanwezig is) voordat Wonen in Vlaanderen een aanslagbiljet verstuurt indien de eigenaar-verhuurder weigerde om de nodige herstellingen uit te voeren waardoor de woning ongeschikt en/of onbewoonbaar werd verklaard.
Naast de minimale woningkwaliteitsnormen dienen de vergunningen bij eigenaars- en huurwoningen steeds in orde te zijn om in aanmerking te komen voor de gemeentelijke premie.
Hieronder een overzicht per jaar hoeveel aanvragen er waren en het totaal uitbetaald premiebedrag.
Sinds de invoering van het verplicht conformiteitsattest werden er 33 conformiteitsonderzoeken uitgevoerd waarvan 4 huurwoningen.
|
2019 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
Aantal aanvragen |
13 |
5 |
8 |
11 |
12 |
Totaal uitbetaald premiebedrag |
4815,4 euro |
1708,4 euro |
2688 euro |
4.573,85 euro |
3.762,56 euro |
/
Artikel 1.
Het aangepast premiereglement voor het plaatsen van buitenmuurisolatie langs de buitenzijde goed te keuren.
Premiereglement voor het plaatsen van buitenmuurisolatie langs de buitenzijde
Artikel 1. - begripsomschrijving
- Administratie: de interlokale vereniging ‘Woonwinkel Noord’, wordt door het gemeentebestuur belast met de administratieve uitwerking van dit premiereglement.
- Conformiteitsattest (CA): attest zoals bedoeld in artikel 3.6 van de Vlaamse Codex Wonen.
- Huurwoning: een woning die verhuurd wordt of te huur of ter beschikking gesteld wordt, of een woning die behoort tot een specifieke categorie van woningen die de Vlaamse Regering nader kan bepalen.
- Kwaliteitsnormen: de minimale kwaliteitsnormen zoals bepaald in artikel 3.1 van de Vlaamse Codex Wonen.
- Kwaliteitsonderzoek: een onderzoek ter plaatse uitgevoerd door een woningcontroleur waarin wordt nagegaan of de woning voldoet aan de minimale kwaliteitsnormen zoals bepaald in artikel 3.1 van de Vlaamse Codex Wonen.
- Procedure tot ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring: kwaliteitsbewaking zoals bepaald in artikel 3.12 van de Vlaamse Codex Wonen.
- Technisch verslag: een woningcontroleur voert het kwaliteitsonderzoek uit aan de hand van een controlelijst waarin eventuele gebreken worden aangeduid. Deze ingevulde controlelijst, is het technisch verslag.
- Waarschuwingsprocedure: kwaliteitsbewaking zoals bepaald in artikel 3.10 van de Vlaamse Codex Wonen. De gegeven hersteltermijn eindigt binnen de drie maanden na aanvraag kwaliteitsonderzoek.
Art. 2. - voorwaarden
De procedure tot toekenning van de gemeentelijke premie gebeurt in volgende stappen:
- De aanvraag wordt door de investeerder ingediend via het digitaal loket van de Mijn VerbouwPremie.
- Het onroerend goed of een deel ervan hoofdzakelijk bestemd is voor de huisvesting van een gezin of alleenstaande;
- Wonen in Vlaanderen verwerkt de aanvraag en meldt de investeerder of een premie al dan niet wordt toegekend.
- De gemeente ontvangt via een digitaal beveiligde omgeving van Wonen in Vlaanderen de contactgegevens van investeerders die de Mijn VerbouwPremie ontvingen. Er wordt door de administratie een onderverdeling tussen eigenaars- en huurwoningen gemaakt.
- Eigenaar-bewoner:
A.1. Een eigenaar-bewoner dient geen verdere stappen te ondernemen. De administratie verwerkt de gegevens en indien aan alle voorwaarden zoals omschreven in artikel 2 werden voldaan ontvangt de eigenaar-bewoner de gemeentelijke premie na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen.
- Eigenaar-verhuurder:
B.1. Indien de administratie beschikt over het e-mailadres wordt de investeerder op de hoogte gebracht via e-mail.
Indien de administratie niet beschikt over een e-mailadres wordt de investeerder op de hoogte gebracht via brief verstuurd naar het adres van de aanvrager.
B.2. De administratie brengt de investeerders waarvan het vermoeden is dat de woning waarvoor een premie werd aangevraagd verhuurd wordt of zal worden op de hoogte dat zij een procedure om een conformiteitsattest af te leveren dienen op te starten binnen de 30 dagen na verzending van de e-mail of na postdatum zoals beschreven in B.1.
B.3. De administratie plant met de investeerder een afspraak in om de huurwoning te controleren. De woningcontroleur stelt een technisch verslag op. Indien op basis van het technisch verslag blijkt dat de woning:
- voldoet aan de minimale kwaliteitsnormen. Dan zal de gemeente na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen, de premie uitbetalen.
- niet voldoet aan de minimale kwaliteitsnormen. Dan wordt de waarschuwingsprocedure opgestart. Indien dit niet voldoende is, wordt de procedure tot ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring opgestart.
- Indien de woning binnen een termijn van 1 jaar (te rekenen vanaf de datum van het eerste technisch verslag) en na een nieuw kwaliteitsonderzoek, blijkt te voldoen aan de minimale kwaliteitsnormen, zal de gemeente na goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen, de premie uitbetalen.
- Indien er een acuut veiligheids- of gezondheidsrisico is, dienen de nodige werken binnen de 3 maanden uitgevoerd te worden.
B.4. Ontvangt de administratie binnen de termijn van 30 dagen geen reactie van de aanvrager, dan kan er geen aanspraak meer gemaakt worden op de premie.
Art. 4. - conformiteitsattest
Het conformiteitsattest is gratis bij de aanvraag van een gemeentelijke premie voor buitenmuurisolatie geplaatst langs de buitenzijde.
Art. 5. - premiebedrag
Binnen de perken van de begrotingskredieten van de door het lokaal bestuur goedgekeurde begroting wordt bovenop de Mijn VerbouwPremie van de Vlaamse Overheid een premie verleend, voor het plaatsen van buitenmuurisolatie langs de buitenzijde van de muur.
Deze premie bedraagt 4 euro per m² met een maximum van 500 euro per woning of gebouw.
Art. 6. - kredieten
Dit reglement geldt zolang er kredieten worden voorzien in de gemeentelijke begroting. Bij wegvallen van de kredieten, vervalt ook dit reglement. Indien de Vlaamse Overheid zijn premieregeling vroeger stopzet, dan wordt automatisch en op dezelfde datum de gemeentelijke premieregeling opgeheven.
Indien het aantal aanvragen het totaal in de begroting voorziene bedrag overstijgt, zal het toekennen van de premies verlopen in functie van de datum van aanvraag tot uitputting van het totaal in de begroting voorziene bedrag voor het betrokken dienstjaar.
Art. 7. - aansprakelijkheid
De gemeente wordt niet verantwoordelijk geacht voor eventuele negatieve gevolgen voor, tijdens en na de plaatsing van de buitenmuurisolatie.
Art. 8. - overgangsbepaling
Het premiereglement goedgekeurd op de gemeenteraad van 25 juni 2020 blijft van toepassing voor aanvragen waarvoor voor 1 oktober 2022 bij Fluvius een werd aangevraagd. Zodra de laatste aanvraag behandeld is vervalt dit reglement.
Art. 2.
Het reglement, zoals voorzien in artikel 1, vervangt integraal het reglement over de toekenning van premies voor het plaatsen van buitenmuurisolatie langs de buitenzijde, goedgekeurd op de gemeenteraad van 25 juni 2020.
Art. 3.
Het reglement, zoals voorzien in artikel 1, treedt in werking met terugwerkende kracht voor aanvragen waarvoor vanaf 1 oktober 2022 de Mijn VerbouwPremie werd aangevraagd, voor een termijn eindigend op 31 december 2025.
De gemeenteraad keurt het ontwerp van RUP Beigem Centrum goed en stelt het ruimtelijk uitvoeringsplan voorlopig vast.
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009 (VCRO) en zijn uitvoeringsbesluiten, in het bijzonder artikel 2.2.21 dat bepaalt dat de gemeenteraad gemeentelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen voorlopig en definitief vaststelt.
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, TITEL II Planning.
Decreet van 1 juli 2016 tot wijziging van de regelgeving voor ruimtelijke uitvoeringsplannen teneinde de planmilieueffectenrapportage en andere effectbeoordelingen in het planningsproces voor ruimtelijke uitvoeringsplannen te integreren door wijziging van diverse decreten, en haar uitvoeringsbesluiten.
Besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2017 betreffende het geïntegreerde planningsproces voor ruimtelijke uitvoeringsplannen, planmilieueffectrapportage, ruimtelijke veiligheidsrapportage en andere effectbeoordelingen.
Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van 27 januari 2011. (WEBSITE)
Doorlopen procedurestappen van het RUP Beigem Centrum. (DSI)
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 30 juli 2018 waarmee de opdracht tot opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan 'Beigem Centrum' werd toegewezen aan Haviland.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 17 augustus 2020 waarmee de opdracht herop gestart werd.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 24 januari 2022 waarmee de startnota van het RUP Beigem-Centrum werd goedgekeurd.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 11 april 2022 waarmee kennis werd genomen van de adviezen over en de reacties op de startnota van het RUP Beigem-Centrum.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 1 januari 2023 waarmee de scopingnota van het RUP Beigem Centrum werd goedgekeurd.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 12 juni 2023 waarmee het voorontwerp van het RUP Beigem Centrum werd goedgekeurd.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 17 juli 2023 waarmee kennis werd genomen van de resultaten van de adviesronde over het voorontwerp van RUP Beigem Centrum.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 waarmee het ontwerp van RUP Beigem Centrum werd goedgekeurd.
Ontvangen adviezen, beschikbaar op het DSI-loket (bij "Informatie omtrent adviesverlening"):
Het gemeentebestuur maakt een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) op ter vervanging van het BPA Beigem (1999).
Het RUP heeft als doelstelling de lange termijnvisie en de ontwikkelingsperspectieven van het GRS uit te voeren. Dit betekent dat de landschappelijke en historische identiteit van het dorp wordt behouden zonder daarom nieuwe activiteiten uit te sluiten. Wonen in de kern blijft de hoofdactiviteit, gekoppeld aan kleinschalige, woonondersteunende functies die hiermee verweefbaar zijn. Daarnaast wenst dit RUP in te spelen op de huidige maatschappelijke uitdagingen en noden door gericht in te zetten op de versterking van de open ruimte en van het landelijke dorp. Gezien maatschappelijke trends onderhevig zijn aan veranderingen, dient dit RUP voldoende flexibiliteit in te bouwen om ruimte te laten voor toekomstige noden en inzichten. Verder wil de gemeente met dit RUP inspelen op een aantal concrete vraagstukken en knelpunten. Voor een aantal percelen komt geregeld de vraag naar duidelijkheid omtrent de ontwikkelingsmogelijkheden naar boven. Enkele percelen bevinden zich in een ruimtelijk onduidelijke situatie en de mogelijkheden voor deze percelen dienen eveneens nader bekeken te worden.
Het planteam maakte een voorontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan op. Over dit voorontwerp werd een adviesronde georganiseerd.
De ontvangen adviezen werden verwerkt door het planteam en een ontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan werd opgesteld.
De gemeenteraad sluit zich aan bij de verwerking van de adviezen in het ontwerp (bijlage 4 toelichtingsnota).
Het ruimtelijk uitvoeringsplan bevat (VCRO art. 2.2.5):
1° een beschrijving en verantwoording van de doelstellingen van het plan;
2° een grafisch plan dat aangeeft voor welk gebied of welke gebieden het plan van toepassing is;
3° de bijbehorende stedenbouwkundige voorschriften inzake de bestemming, de inrichting of het beheer en, in voorkomend geval, de normen, vermeld in artikel 5.96 en 5.97 van de Vlaamse Codex Wonen van 2021;
4° een weergave van de juridische toestand;
5° een weergave van de feitelijke ruimtelijke toestand en de toestand van het leefmilieu, de natuur en andere relevante feitelijke gegevens;
6° de relatie met het ruimtelijk structuurplan of ruimtelijk beleidsplan of de ruimtelijke structuurplannen of ruimtelijke beleidsplannen waarvan het een uitvoering is en, in voorkomend geval, een omschrijving van andere relevante beleidsplannen;
7° in voorkomend geval, een zo mogelijk limitatieve opgave van de voorschriften die strijdig zijn met het ruimtelijk uitvoeringsplan en die opgeheven worden;
8° de kwaliteitsbeoordeling en, in voorkomend geval, de verklaring, vermeld in artikel 4.2.11, § 7, eerste lid, 2°, van het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, en, in voorkomend geval, een overzicht van de conclusies van de volgende effectbeoordelingen waarbij aangegeven wordt hoe die geïntegreerd zijn in het plan :
a) het planmilieueffectrapport;
b) de passende beoordeling;
c) het ruimtelijk veiligheidsrapport;
d) andere verplicht voorgeschreven of gemaakte effectenrapporten;
in voorkomend geval de monitoringsmaatregelen in het kader van de uitgevoerde effectbeoordelingen;
9° in voorkomend geval, een register, al dan niet grafisch, van de percelen waarop een bestemmingswijziging wordt doorgevoerd die aanleiding kan geven tot een planschadevergoeding als vermeld in artikel 2.6.1 van deze codex, een planbatenheffing als vermeld in artikel 2.6.4 van deze codex, of een compensatie als vermeld in boek 6, titel 2 of titel 3, van het decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid;
10° in voorkomend geval, een register, al dan niet grafisch, van de percelen waarop een bestemmingswijziging wordt doorgevoerd of een overdruk wordt toegevoegd die aanleiding kan geven tot gebruikerscompensatie als vermeld in het decreet van 27 maart 2009 houdende vaststelling van een kader voor de gebruikerscompensatie bij bestemmingswijzigingen;
11° voor de gewestelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen, in voorkomend geval, een overzicht van de geheel of gedeeltelijk gewijzigde of opgeheven erkennings-, rangschikkings- en beschermingsbesluiten inzake onroerend erfgoed, samen met de gegevens, vermeld in artikel 6.2.5 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met uitzondering van de aanduiding van de plaats van de aanplakking van het bericht over het openbaar onderzoek op het gegeorefereerde plan;
12° in voorkomend geval, het grondruilplan, vermeld in artikel 2.1.65 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting;
13° in voorkomend geval, de inrichtingsnota, vermeld in artikel 4.2.1 van het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting;
14° in voorkomend geval, een overzicht van de instrumenten waarover samen met het ruimtelijk uitvoeringsplan een beslissing genomen wordt door de bevoegde overheid om die aspecten te regelen of om de maatregelen of voorwaarden te bepalen die de bevoegde overheid op basis van het planningsproces, in het bijzonder de effectbeoordelingen, noodzakelijk acht voor de vaststelling van het ruimtelijk uitvoeringsplan en die niet geregeld worden met toepassing van punten 1° tot en met 13°;
15° in voorkomend geval het rooilijnplan, vermeld in het decreet van 8 mei 2009 houdende vaststelling en realisatie van de gewestelijke rooilijnen en het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.
Voorafgaandelijk aan of gelijktijdig met de beslissing over het ruimtelijk uitvoeringsplan kan de bevoegde overheid overeenkomsten met publiekrechtelijke rechtspersonen, met privaatrechtelijke rechtspersonen of met natuurlijke personen afsluiten om het ruimtelijk uitvoeringsplan te kunnen realiseren.
Het ontwerp bestaande uit een grafisch plan, stedenbouwkundige voorschriften, toelichtingsnota en procesnota ligt voor ter goedkeuring ("voorlopige vaststelling RUP").
Conform art. 2.2.21 van de VCRO zal na de voorlopige vaststelling het ontwerp van ruimtelijk uitvoeringsplan gedurende 60 dagen aan een openbaar onderzoek worden onderworpen.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt het woord en merkt op dat pagina 28 van het stedenbouwkundige voorschrift een materiële fout bevat. Er staat “maximaal 18 meter breed voor percelen in Ten Doorn”. Dit moet echter zijn: “minimaal 18 meter breed voor percelen in Ten Doorn”.
Raadslid Gilbert GOOSSENS krijgt het woord en stelt dat in de evaluatie van de documenten en het geografische plan positieve elementen staan. De fractie Open VLD zet echter vraagtekens bij de invulling van bepaalde gebieden. Er wordt vastgesteld dat percelen die in het BPA als bouwzone waren aangegeven, nu als agrarisch gebied bestemd worden. De fractie Open VLD vraagt naar het grote verschil in percentage bouwzone in de verschillende parkzones. De fractie zal omwille van deze opmerkingen tegen het RUP stemmen.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt het woord en begrijpt de noodzaak om met het RUP het bestaande BPA te actualiseren. Een belangrijk doel daarbij is het landelijk karakter van Beigem te behouden. De definitie van dat landelijke karakter is echter niet geheel duidelijk. Groen heeft bedenkingen over drie aspecten. Ten eerste betreft dit de bestemming van de Kerselaer. Groen kan zich niet vinden in de plannen voor dit perceel. In het RUP wordt een deel van de groene zone bestemd voor wonen met integratie van gemeenschapsfuncties. Het bestuur zou er ook voor kunnen kiezen om de gehele groene zone te vrijwaren, want het betreft grond dat in eigendom van de gemeente is.
Het tweede punt gaat over de meergezinswoningen. In deze nota staat dat Beigem onder druk staat door een toenemend aantal meergezinswoningen. Het BPA laat het opsplitsen van woningen nagenoeg overal toe, maar met het RUP zal dit niet overal meer kunnen. Bij het opsplitsen van bestaande panden ervaart de gemeente als knelpunt dat er meer parkeervoorziening nodig is en dat er meer verhardt wordt. Bovendien wordt gesteld dat meergezinswoningen het landelijk karakter van Beigem bedreigen. De fractie Groen herkent zich niet geheel in de probleemstelling en benadrukt dat er toenemende nood is aan betaalbare woningen. Het opsplitsen van woningen is hier een goede oplossing voor. In het RUP worden te grote beperkingen opgelegd, waardoor het ontwikkelen van een duurzame en toekomstgerichte visie op wonen bemoeilijkt wordt.
Het derde punt betreft de parkgebieden. Het RUP wil men ruimte laten voor vernieuwing in diverse parkzones. Met name voor het park Hof van Bentinck wordt gekeken naar een beperkte verhoging van het aantal woonentiteiten en een gedeeltelijke openstelling voor publiek. Dat laatste zou de fractie Groen graag nadrukkelijk vermeld zien als voorwaarde voor het ontwikkelen van het gebied.
Tot slot vraagt raadslid LE ROY hoe de buurtwegen door de parkgebieden worden uitgevoerd en of een beschrijving van deze wegen in het RUP kan worden opgenomen.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt het woord en reageert dat een aparte werkgroep werd opgericht om de buurtwegen in de gemeente te inventariseren en te bepalen wat de haalbaarheid is om ze opnieuw open te stellen. Sommige zijn verdwenen, maar zijn de moeite waard om te herstellen. Dat geldt echter niet voor alle buurtwegen die in de atlas zijn opgenomen, want sommige zijn bij eerdere verkavelingen verdwenen en bebouwd. In het RUP wordt van enkele wegen voorgesteld om ze te herstellen en er een verbinding voor langzaam verkeer van te maken. De uitwerking wordt door Haviland opgepakt.
Het college van burgemeester en schepenen is van mening dat het opdelen van woningen niet overal even wenselijk is. Het leidt tot extra verkeersdrukte en meer verharding. Er werd vastgesteld dat “appartementisering” op diverse plaatsen onwenselijk is, maar dat het op veel plaatsen nog mogelijk is om een woning in tweeën te delen. Een grote toename van het aantal inwoners van Beigem leidt volgens het college van burgemeester en schepenen tot een te grote belasting op de beperkte voorzieningen in het dorp. Doordat het splitsen op diverse locaties wel mogelijk is, vindt het college van burgemeester en schepenen dat het wel degelijk betaalbaar wonen mogelijk maakt. Over de parken zegt de burgemeester dat de vraag om woningbouw groter was. Het studiebureau heeft geadviseerd om tot vier wooneenheden te gaan in Hof van Bentinck. Ter compensatie kunnen delen van het park opengesteld worden voor publiek. Dit zal in de omgevingsvergunning afgestemd worden. Bij Ten Berge wil de gemeente het groen behouden. Om dat te compenseren, worden er in het park zelf beperkte bouwmogelijkheden geboden. Van het terrein De Kerselaer wordt circa 60% definitief als natuurgebied bestemd. Dat gedeelte is dus geen woonuitbreidingsgebied meer. Alleen langs de Heirbaan liggen nog enkele percelen waar gebouwd mag worden. Concrete bouwplannen zijn er echter nog niet.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt nogmaals het woord en merkt op dat het opsplitsen van woningen niet hetzelfde is als “appartementisering”. Een grote woning kan ook in tweeën gesplitst worden. Dat woningen niet gesplitst mogen worden omdat Beigem onvoldoende draagkracht heeft voor uitbreiding vindt zij tegenstrijdig met de plannen om een deel van De Kerselaer tot woonzone te bestemmen. Dat het aantal woningen in de parkgebieden tot vier wordt beperkt, vindt de fractie Groen een goede ontwikkeling. De fractie zou de woningbouw echter in het RUP al willen koppelen aan de verplichting om het park publiek toegankelijk te maken. Over de Kerselaer zegt ze dat de fractie Groen liever had gezien dat het hele gebied een natuurbestemming zou krijgen.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt opnieuw het woord en weet uit ervaring dat de meeste aanvragen voor het opsplitsen van een woning extra woonlagen of extra appartementen op het kavel betreffen. Om het karakter van Beigem te behouden, wordt nu duidelijker aangegeven waar dat geoorloofd is en waar niet.
Het college van burgemeester en schepenen heeft nagevraagd of het mogelijk is om ontwikkelaars verplicht te stellen dat de parkzone voor publiek toegankelijk wordt gesteld. Het lukt juridisch niet om dit in het RUP vast te leggen. Tijdens de vergunningsfase zal de gemeente daarom in overleg treden met de ontwikkelaar om tot een gezamenlijk plan te komen.
Raadslid Katrien LE ROY krijgt een laatste maal het woord en benadrukt dat de fractie Groen ook geen voorstander is van het bouwen van appartementencomplexen, maar dat het splitsen van bestaande woningen nu ook wordt verboden.
Burgemeester Bart LAEREMANS reageert dat het splitsen op veel locaties mogelijk blijft. Hij benadrukt dat deze vorm van splitsing ook zorgt voor meer parkeerdrukte, daarom zal het op sommige plekken onmogelijk gemaakt worden.
/
Enig artikel.
Het ontwerp van RUP Beigem Centrum goed te keuren en het ruimtelijk uitvoeringsplan dus voorlopig vast te stellen.
De gemeenteraad keurt de aanstelling van een ambtenaar van OVAM, als GAS-vaststeller goed en gaat akkoord dat hij ook kan verbaliseren op artikels 9, 13, 294 en 300 van het algemeen politiereglement van 28 januari 2021 en latere wijzigingen.
Artikel 41 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
"Geacht college
De Vlaamse overheid wenst de lokale besturen te ondersteunen in de handhaving op zwerfvuil via de GAS-reglementering. Bij de OVAM worden gedurende drie jaar 30 handhavers aangeworven die zich uitsluitend zullen bezig houden met het controleren op zwerfvuil. Dit zal gebeuren in samenwerking met de lokale besturen.
Als bijlage vindt u een gezamenlijke brief van mevrouw Zuhal Demir, Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme, VVSG en OVAM met meer uitleg over het project handhaving zwerfvuil.
Wij kijken uit naar een toekomstige samenwerking in kader van dit project.
Met vriendelijke groeten
Danny Wille Adjunct-directeur-generaal OVAM"
/
Het project loopt van midden 2021 tot midden 2024.
Werkwijze
De lokale besturen kunnen gratis een beroep doen op het team handhavers zwerfvuil ter ondersteuning van een handhavingsactie inzake zwerfvuil op uw grondgebied. De handhavers zwerfvuil zullen worden aangestuurd vanuit het team terreincontrole bij de afdeling algemene diensten van de OVAM.
Er zal gewerkt worden met een aanvraagformulier via de website van de OVAM. Daarbij kan het lokaal project omschreven worden (doelplaats, geografische afbakening /oppervlakte, evenement, doelgroep, tijdstip, aantal handhavers). Deze lokale projecten worden ingepland naast de overkoepelende projecten op Vlaams niveau.
Via patrouilles op het terrein, ook ’s avonds en in het weekend, zal getracht worden overtreders op heterdaad te betrappen.
In overleg met de lokale besturen kan er een aanpak op maat afgesproken worden. Dit in overleg en in samenwerking met de lokale GAS-vaststellers, de GAS-sanctioneringsambtenaar, de milieudienst en de lokale politie.
De handhavers zwerfvuil worden niet ingezet voor controles op sluikstorten of andere afvalovertredingen (bijvoorbeeld het foutief aanbieden van afval bij huis-aan-huisophaling). Na benoeming tot GAS-vaststeller is het de bedoeling om in de eerste plaats handhavend op te treden via GAS en niet enkel sensibiliserend.
Vóór de start van een samenwerking dienen de handhavers zwerfvuil van OVAM als GAS-vaststeller door de gemeenteraad te worden aangesteld.
De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (GAS) voorziet in artikel 21, §1 2° voor gewestelijke ambtenaren de mogelijkheid om inbreuken vast te stellen die het voorwerp kunnen uitmaken van administratieve sancties. De intercommunale ambtenaren moeten voldoen aan een aantal minimumvoorwaarden vastgelegd in een Koninklijk Besluit.
Deze voorwaarden zijn de volgende:
Het gaat om een 40 uur durende opleiding die vier verschillende onderdelen omvat:
Gezien de ambtenaren voldoen aan de minimumvoorwaarden vastgelegd in het Koninklijk Besluit van 21 december 2013, kunnen zij door de gemeenteraad worden aangesteld om inbreuken vast te stellen die aanleiding kunnen geven tot het opleggen van een gemeentelijke administratieve sanctie.
Alle betrokken personen voldoen aan alle vier de voorwaarden en kunnen dus aangesteld worden als GAS-vaststeller. Na hun aanstelling als GAS-vaststeller kunnen betrokkenen vaststellingen doen in het kader van de opdracht rond het handhaven van de regels in het politiereglement inzake zwerfvuil.
Om de continuïteit van de GAS-dienstverlening te blijven garanderen, voorziet OVAM een team van handhavers (30 GAS-vaststellers) ter ondersteuning van de Vlaamse lokale besturen. Deze handhavers zijn gestaag de vereiste opleiding aan het volgen zodat zij nadien kunnen worden aangesteld door de lokale besturen.
Enig artikel.
De aanstelling van Baram MAARUF, ambtenaar van OVAM, als GAS-vaststeller goed te keuren en akkoord te gaan dat hij kan verbaliseren op artikels 9, 13, 294 en 300 van het algemeen politiereglement van 28 januari 2021 en latere wijzigingen.
Hij vervoegt zijn collega’s:
De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst inzake GAS 5 tussen de gemeente Grimbergen en Haviland goed. Bovendien worden de personeelsleden van Haviland aangesteld als sanctionerend ambtenaren.
Artikel 40 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017:
§ 1. Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden, vermeld in artikel 2.
§ 2. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
§ 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente. Een afschrift van elk reglement waarin een strafbepaling of een administratieve sanctie wordt opgenomen, wordt dadelijk verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank
SPECIFIEK
Besluit van 23 maart 2005 van de raad van bestuur van Intercommunale HAVILAND (HAVILAND) houdende het voorstel tot aanpassing van de statuten van HAVILAND, inzonderheid met betrekking tot de duurtijd van de vereniging.
Besluit van 27 november 2013 van de raad van bestuur met betrekking tot de omschrijving van de diensten waarop de deelnemers beroep kunnen doen in het
kader van wederzijdse exclusiviteit.
Besluit van 26 maart 2014 van de buitengewone algemene vergadering van HAVILAND waarbij de statutenwijziging met unanimiteit werd goedgekeurd.
Wet van 16 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer (de Wegverkeerswet), meer in het bijzonder artikel 29quater.
Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties; dat deze wet ertoe strekt de oude regelgeving inzake gemeentelijke administratieve sancties te moderniseren en te verduidelijken; dat o.m. aan de gemeenten bijkomende middelen ter beschikking worden gesteld om sneller en efficiënter op te treden tegen de openbare overlast op hun grondgebied en tegen gedragingen die niet als zeer ernstig kunnen worden beschouwd maar toch in het dagelijkse leven als bijzonder hinderlijk worden ervaren.
Decreet van 9 oktober 2020 houdende diverse bepalingen over het gemeenschappelijk vervoer, het algemeen mobiliteitsbeleid, de weginfrastructuur en het wegenbeleid, en de waterinfrastructuur en het waterbeleid, meer in het bijzonder artikel 6.
Koninklijk Besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de kwalificatie en onafhankelijkheidsvoorwaarden van de ambtenaar belast met de oplegging van de administratieve geldboete en tot inning van de boetes in uitvoering van de wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
/
In de statuten van HAVILAND wordt, onder meer, als doel van HAVILAND het leveren van diensten van algemeen belang aan haar deelnemers vermeld, onder meer in het beleidsdomein van de ruimtelijke ordening/het milieu/gemeentelijke administratieve sancties.
Deze dienstverlening kan volgens de statuten van HAVILAND, onder meer, de vorm aannemen van de aanstelling van een personeelslid van HAVILAND als sanctionerend ambtenaar en bijkomende ondersteunende diensten waarvoor de gemeente exclusiviteit verleent en dit op basis van een kosten- en expertise delend principe.
In de statuten van HAVILAND worden onder het werkgebied “Gemeentelijke administratieve sancties” het “ter beschikking stelling van GAS-ambtenaren” en de daarbij horende ondersteunende diensten, vermeld als diensten die aan de deelnemers van HAVILAND in exclusiviteit kunnen worden aangeboden door HAVILAND.
De gemeente kan, als deelnemer van HAVILAND als dienstverlenende vereniging, beroep doen op de diensten van haar intercommunale en kan ook diensten in exclusiviteit geven aan HAVILAND. Bij de uitvoering van deze diensten door HAVILAND in opdracht van een deelnemer is deze er zelf toe gehouden om de overheidsopdrachtenwetgeving na te leven. De prestaties verleend in het kader van exclusiviteit hebben, onder meer, tot voordeel dat er in beginsel, behoudens andersluidend standpunt van de BTW administratie, bij toepassing van het kosten- en expertise delend principe, op de door eigen personeelsleden van HAVILAND geleverde prestaties geen BTW dient te worden doorgerekend naar de gemeente toe. Op alle andere prestaties en kosten blijft uiteraard wel BTW verschuldigd.
Er zal inzonderheid bij exclusiviteit worden gewerkt op basis van een kosten- en expertise delend principe. Voor de aanrekening van de prestaties verleend in het kader van de exclusiviteit, zal worden gewerkt met een open boekhouding.
Per e-mail van 27 november 2023 maakt HAVILAND de geactualiseerde overeenkomst voor GAS 5 over (zie bijlagen). Deze zijn uitgesplitst op basis van de relevante bepalingen voor de respectievelijke GAS inbreuken en verwerkt in de globale standaardovereenkomst van HAVILAND die werd opgesteld door de juridische dienst. In de overeenkomsten wordt er melding gemaakt van de huidige dossiertarieven.
Deze tarieven worden met ingang van 1 januari 2021 met 10% herleid, ten gevolge van een grondige interne analyse en optimalisatie van de interne en externe dienstverlening (cfr. beslissing van de raad van bestuur van Haviland van 19 oktober 2020).
In concreto komt dit erop neer dat met ingang van 1 januari 2021 de volgende dossierkosten automatisch zullen worden toegepast:
In deze vergoeding is inbegrepen:
In deze vergoeding is niet inbegrepen:
Prestaties buiten de normale operationele werking worden aangerekend tegen het in nagemeld artikel 6.2 vermelde uurtarief.
Het afsluiten van deze exclusiviteitsovereenkomsten heeft tevens tot gevolg dat de gemeente zich ertoe verbindt om voor de diensten dewelke in deze overeenkomst worden omschreven, indien ze deze niet in eigen beheer wenst uit te voeren, uitsluitend een beroep dient te doen op de diensten van HAVILAND, behoudens wat betreft voormelde 4 supplementaire geleverde prestaties waarvoor geen exclusiviteit aan HAVILAND wordt verleend.
De gemeente kan aldus kiezen om voor de betrokken diensten een beroep te doen op HAVILAND dan wel om deze diensten zelf uit te oefenen, doch hierbij wel afziet van de mogelijkheid om de dienst, gedurende de looptijd van de exclusiviteit, te laten uitvoeren door derden.
Het gebruik van de diensten van HAVILAND intercommunale zal vanaf het in werking treden van het nieuw algemeen politiereglement (streefdatum is 1 mei 2024 - uiterlijk op 1 juni 2024) gebeuren tot 1 januari 2025 (onder voorbehoud van verlenging van de bestaansduur van de dienstverlenende vereniging HAVILAND) en eindigt in volgende gevallen:
Voor de uitvoering van deze exclusieve taken zal worden gewerkt overeenkomstig de in bijlage toegevoegde samenwerkingsovereenkomst.
De gemeenteraad acht het aangewezen acht om voornoemde diensten van de sanctionerend ambtenaar en de daarbij horende ondersteunende taken aan HAVILAND bij exclusiviteit toe te kennen, behoudens wat betreft voormelde supplementaire geleverde prestaties waarvoor geen exclusiviteit aan HAVILAND wordt verleend
/
Artikel 1.
De samenwerkingsovereenkomst dienstverlening aanstelling sanctionerend ambtenaar (GAS 5) tussen de gemeente Grimbergen en HAVILAND, toegevoegd als bijlage, aangaande de aanstelling van een sanctionerend ambtenaar en de levering van bijkomende ondersteunende taken in verband met de taken van de sanctionerend ambtenaar goed te keuren. De algemeen directeur en de burgemeester, of hun vertegenwoordigers, te machtigen om deze overeenkomst te tekenen.
Art. 2.
Mevrouw An VAN DEN STOCKT, Nikita VANSCHAEMELHOUT en Jasmine DE WACHTER, personeelsleden van HAVILAND , aan te stellen als sanctionerend ambtenaar vanaf de inwerkingtreding van de politieverordening voor GAS 5 (streefdatum is 1 maart 2024 - uiterlijk op 1 april 2024) tot 1 januari 2025.
Art. 3.
Een afschrift van dit besluit reeds over te maken aan:
De gemeenteraad neemt kennis van het financieel verslag en de evaluatie van de besteding van € 30.000,00 in 2023 door de adviesraden jeugd, sport, cultuur en senioren inzake de verdere besteding van de resterende middelen van het noodfonds.
De gemeenteraad gaat akkoord om via de adviesraden jeugd, sport, cultuur en senioren de resterende middelen van het noodfonds in te zetten om gemeenschapsvormende initiatieven financieel te ondersteunen en stort een tweede schijf van € 30.000,00 op de rekening van de seniorenraad die bereid is om de administratieve opvolging m.b.t. de beschikbare middelen te doen.
Artikel 40, §2 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017
/
Historiek
N.a.v. de coronacrisis richtte de Vlaamse Regering een noodfonds op voor de cultuur-, jeugd- en mediasector.
Grimbergen kreeg in 2020 € 641.159,00 van Vlaanderen uit het noodfonds om de vrijetijdsverenigingen te ondersteunen bij de doorstart en relance. Daartoe werd een bestedingskader uitgewerkt dat werd goedgekeurd op de gemeenteraad van 26 november 2020. Binnen dat bestedingskader werden erkende verenigingen (jeugd, sport, cultuur en senioren) financieel en logistiek ondersteund in 2020, 2021 en 2022.
De resterende middelen die niet werden ingezet via het bestedingskader (€ 92.318,90), werden opnieuw ingeschreven in de begroting van 2023.
Op 2 maart 2023 besliste de gemeenteraad - na advies van de betrokken adviesraden - om de resterende middelen van het noodfonds in te zetten om gemeenschapsvormende initiatieven financieel te ondersteunen en hiertoe € 30.000,00 te storten op de rekening van de seniorenraad die bereid was om de administratieve opvolging m.b.t. de beschikbare middelen te doen.
De adviesraden oordeelden gezamenlijk en unaniem op basis van criteria welke initiatieven in aanmerking kwamen om ondersteuning te krijgen via deze middelen. Het belangrijkste criterium was dat de middelen werden ingezet om het verenigingsleven te ondersteunen, meer bepaald voor gemeenschapsvormende initiatieven. De adviesraden rapporteerden hierover tussentijds aan de dienst Vrije Tijd, zodat deze te allen tijde inzage had in de manier waarop de dossiers behandeld werden.
Aan de adviesraden werd ook gevraagd in november 2023 een evaluatie met inbegrip van financieel verslag voor te leggen.
Evaluatie en vraag tot verlenging voor 2024
De dienst Vrije Tijd ontving de gevraagde evaluatie met inbegrip van financieel verslag op 7 november 2023 (BIJLAGE 4 en BIJLAGE 5)
Samengevat:
In 2023 dienden 22 verenigingen een aanvraag. De aanvraagformulieren van de verenigingen die een project indienden voor 2023 zijn opgenomen in bijlagen (samengevoegd in BIJLAGE 6).
Op 10 juli 2023 kwamen de adviesraden een eerste keer samen om 8 aanvragen te beoordelen (BIJLAGE 7). Deze eerste 8 initiatieven kregen ook al hun subsidie uitbetaald na indienen en controle van de stavingsdocumenten.
Op 23 oktober 2023 kwam de adviesraden een 2de keer samen waar de volgende 14 aanvragen werden beoordeeld (BIJLAGE 8).
Deze 14 verenigingen krijgen hun subsidie pas na het indienen en de controle van de stavingsdocumenten.
De activiteit van Terpsichore werd door de vereniging zelf geannuleerd, de aan hen toegekende subsidie zal dan ook niet uitbetaald worden (brief aan Terpsichore BIJLAGE 10).
Samen met dit verslag vragen de betrokken adviesraden om ook voor werkjaar 2024 een schijf van € 30.000,00 over te maken aan de seniorenraad:
"We vragen om deze regeling verder te zetten in het werkjaar 2024 en een tweede schijf van € 30.000,00 uit de resterende middelen ter beschikking te stellen door deze over te maken aan de seniorenraad. De middelen zullen worden besteed met dezelfde doelstellingen en via dezelfde werkwijze."
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen wordt aan de gemeenteraad gevraagd kennis te nemen van het financieel verslag.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om akkoord te gaan dat de de adviesraden in 2024 kunnen beschikken over een 2de schijf van € 30.000,00 om gemeenschapsversterkende activiteiten van verenigingen financieel te ondersteunen en dit met dezelfde doelstellingen en via dezelfde werkwijze als in 2023 (BIJLAGE 9) formulering toe te voegen aan de beslissing:
Het lokaal bestuur kan ook gebruik maken van de resterende middelen indien er zich opportuniteiten voordoen die passen binnen de geest van het oorspronkelijke bestedingskader en wanneer het over gemeenschapsversterkende initiatieven gaat.
Middelen beschikbaar op JBR GBB-NF/0490-00/6159900/GEMEENTE/CBS/0/IP-GEEN/U
Artikel 1.
Kennis te nemen van het financieel verslag en de evaluatie van de besteding van € 30.000,00 in 2023 door de adviesraden jeugd, sport, cultuur en senioren inzake de verdere besteding van de resterende middelen van het noodfonds.
Art. 2.
Akkoord te gaan met de vraag van de adviesraden, inclusief de werkwijze om de resterende middelen van het noodfonds in te zetten om gemeenschapsvormende initiatieven financieel te ondersteunen, als bijlage toegevoegd bij dit besluit.
Art. 3.
Akkoord te gaan om ter uitvoering artikel 2 een tweede schrijf van € 30.000,00 te storten op de rekening van de seniorenraad die bereid is om de administratieve opvolging met betrekking tot de beschikbare middelen te doen en aan de adviesraden te vragen om begin november 2024 een evaluatie met inbegrip van financieel verslag voor te leggen.
Art. 4.
Vast te stellen dat het lokaal bestuur ook gebruik kan maken van de resterende middelen, indien er zich opportuniteiten voordoen die passen binnen de geest van het oorspronkelijke bestedingskader en wanneer het over gemeenschapsversterkende initiatieven gaat.
Art. 5.
Dit besluit te communiceren aan de adviesraden.
De gemeenteraad keurt de subsidies aan de seniorenraad, verenigingen voor de derde leeftijd en verenigingen en instellingen voor gezondheidszorg en gehandicapten voor 2023 goed.
Artikel 41, 23° van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
"Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
het vaststellen van subsidiereglementen en het toekennen van nominatieve subsidies."
Besluit van de gemeenteraad van 26 januari 2023 aangaande de goedkeuring van subsidies aan de seniorenraad, verenigingen voor derde leeftijd en vereniging en instellingen voor gezondheidszorg en gehandicapten (dossierstuk 3).
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 15 mei 2017 waarin beslist werd € 0,40 per Grimbergse inwoner te betalen aan de vzw Levedale.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 4 december 2023 aangaande de toekenning van subsidies aan de seniorenraad, verenigingen voor de derde leeftijd en verenigingen en instellingen voor gezondheidszorg en gehandicapten (dossierstuk 2).
/
Jaarlijks subsidieert het Lokale Bestuur de verenigingen voor de derde leeftijd, de seniorenraad en de verenigingen ten dienste van gezinnen, gehandicapten en zieken. De verenigingen worden jaarlijks uitgenodigd een subsidieaanvraag in te vullen.
1. Verenigingen voor de derde leeftijd
Zeven seniorenverenigingen dienden een aanvraag in.
Iedere vereniging krijgt een forfaitair bedrag van € 100,00. De rest wordt verdeeld op basis van de volgende formule:
resterende bedrag subsidie x aantal leden vereniging
totaal aantal leden verenigingen
2. Seniorenraad
De seniorenraad krijgt een bedrag van € 1250.
3. De verenigingen ten dienste van gezinnen/ gehandicapten en zieken en vzw Levedale
De verenigingen ten dienste van (gezinnen van) gehandicapten en zieken krijgen een forfaitair bedrag van € 200,00.
De ziekenzorgorganisaties krijgen ook een forfaitair bedrag sinds het gemeenteraadsbesluit van 26 januari 2023, de kleine ziekenzorgorganisaties een forfaitair bedrag van € 100,00 en de grote ziekenzorgorganisatie krijgen een forfaitair bedrag van € 200,00
De vzw Levedale krijgt een bedrag van €0,40 cent/ Grimbergse inwoner ( 2022: 39.400).
4. De Welzijnsraad
Gezien de Welzijnsraad niet werd heropgericht, wordt er geen subsidiebedrag uitbetaald.
In het budget 2023 staat onder AR ACT338/0959-00/6493000 een bedrag van € 6.300,00 ingeschreven voor subsidies aan verenigingen voor de derde leeftijd.
In het budget 2023 staat onder AR 0911-00/6493000 een bedrag van € 17.300,00 ingeschreven voor de verenigingen met als doelstelling hulp aan gezinnen, gehandicapten en zieken.
Na de berekening hebben we een tekort van € 960,00. Dit bedrag voorzien we via IKA 852 van ACT-211/0759-01/6150005.
Artikel 1.
De subsidies aan de seniorenraad en de verenigingen voor de derde leeftijd als volgt te verdelen:
Seniorenraad |
€ 1.250,00 |
Okra Grimbergen |
€ 835,90 |
Okra Strombeek-Bever |
€ 1.293,80 |
Okra Beigem |
€ 388,91 |
Okra Humbeek |
€ 917,67 |
Neos |
€ 988,53 |
Socialistisch gepensioneerden Borgt |
€ 236,28 |
Kennisbeurs Grimbergen |
€ 388,91 |
Totaal |
€ 6.300,00 |
Art. 2.
De subsidies aan de vzw Levedale en de verenigingen en instellingen ten dienste van gezinnen, gehandicapten en zieken als volgt te verdelen:
Samana Grimbergen Centrum |
€ 200,00 |
Samana Strombeek-Bever |
€ 200,00 |
Samana Beigem |
€ 100,00 |
Samana Humbeek |
€ 100,00 |
Samana Verbrande Brug |
€ 100,00 |
Trefpunt Verstandelijke Handicap |
€ 200,00 |
Blindenzorg Licht en Liefde |
€ 200,00 |
Eigen Thuis |
€ 200,00 |
Vzw Villa NJAM |
€ 200,00 |
Het Vlaamse Kruis afdeling Grimbergen |
€ 200,00 |
Vzw Totaal |
€ 200,00 |
Diepen Boomgaard |
€ 200,00 |
Huppeldepup Zorgboerderij |
€ 200,00 |
Het Raster |
€ 200,00 |
Vzw Levedale |
€ 15.760,00 |
Totaal |
€ 18.260,00 |
Art.3.
Het subsidiebedrag vanaf 2024 te verhogen met € 1.000,00 omwille van een jaarlijks weerkerend tekort als gevolg van het groeiend aantal inwoners.
De gemeenteraad bepaalt de capaciteit voor de gemeentelijke basisscholen voor schooljaar 2024-2025 als volgt:
GBS Beigem:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
48 |
2021 |
48 |
2020 |
48 |
2019 |
48 |
1ste leerjaar |
48 |
2de leerjaar |
48 |
3de leerjaar |
48 |
4de leerjaar |
48 |
5de leerjaar |
48 |
6de leerjaar |
48 |
GBS Borcht:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
24 |
2021 |
24 |
2020 |
24 |
2019 |
24 |
1ste leerjaar |
24 |
2de leerjaar |
24 |
3de leerjaar |
24 |
4de leerjaar |
24 |
5de leerjaar |
24 |
6de leerjaar |
24 |
GBS Humbeek:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
48 |
2021 |
48 |
2020 |
48 |
2019 |
48 |
1ste leerjaar |
48 |
2de leerjaar |
48 |
3de leerjaar |
48 |
4de leerjaar |
48 |
5de leerjaar |
48 |
6de leerjaar |
48 |
GBS Strombeek-Bever:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
48 |
2021 |
48 |
2020 |
48 |
2019 |
48 |
1ste leerjaar |
48 |
2de leerjaar |
48 |
3de leerjaar |
48 |
4de leerjaar |
48 |
5de leerjaar |
48 |
6de leerjaar |
48
|
Artikel 37novies, eerste lid van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 dat bepaalt dat het schoolbestuur de capaciteit voor al hun scholen moet bepalen voor de start van het schooljaar, waarbij onder capaciteit moet worden begrepen: het totaal aantal leerlingen dat het schoolbestuur per niveau als een maximaal aantal leerlingen ziet.
Het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, en latere wijzigingen.
Omzendbrief BaO/2012/01 van 5 juni 2012 met betrekking tot het inschrijvingsrecht en de aanmeldingsprocedures in het basisonderwijs voor inschrijvingen voor het schooljaar 2022-2023 in het gewoon basisonderwijs en voor de schooljaren 2022-2023, 2023-2024 en 2024-2025 in het buitengewoon basisonderwijs.
Het besluit van de gemeenteraad van 15 december 2022 met betrekking tot de capaciteitsbepaling in de gemeentelijke basisscholen voor schooljaar 2023-2024.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 27 november 2023 met betrekking tot de vaststelling van de capaciteit voor schooljaar 2024-2025.
/
Grimbergen ging vanaf schooljaar 2019-2020 van start met de digitale aanmeldingsprocedure.
Om de aanmeldingsprocedure voor de inschrijvingen van 2024-2025 te kunnen opstarten, is het aangewezen om nu reeds het aantal beschikbare plaatsen voor volgend schooljaar vast te stellen.
Hierbij worden de volgende doelen nagestreefd:
Tijdens de gemeenteraadszitting van 15 december 2022 werd de capaciteit voor alle gemeentelijke basisscholen als volgt vastgesteld voor het schooljaar 2023-2024:
Na het verkrijgen van het advies van de verschillende directeurs, stelt het college van burgemeester en schepenen voor om de capaciteit voor de gemeentelijke basisscholen voor schooljaar 2024-2025 ongewijzigd te behouden en dus als volgt vast te stellen:
/
Artikel 1.
De capaciteit van de gemeentelijke basisschool Beigem voor het schooljaar 2024-2025 als volgt vast te stellen:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
48 |
2021 |
48 |
2020 |
48 |
2019 |
48 |
1ste leerjaar |
48 |
2de leerjaar |
48 |
3de leerjaar |
48 |
4de leerjaar |
48 |
5de leerjaar |
48 |
6de leerjaar |
48 |
Art. 2.
De capaciteit van de gemeentelijke basisschool Borcht voor het schooljaar 2024-2025 als volgt vast te stellen:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
24 |
2021 |
24 |
2020 |
24 |
2019 |
24 |
1ste leerjaar |
24 |
2de leerjaar |
24 |
3de leerjaar |
24 |
4de leerjaar |
24 |
5de leerjaar |
24 |
6de leerjaar |
24 |
Art. 3.
De capaciteit van de gemeentelijke basisschool Humbeek voor het schooljaar 2024-2025 als volgt vast te stellen:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
48 |
2021 |
48 |
2020 |
48 |
2019 |
48 |
1ste leerjaar |
48 |
2de leerjaar |
48 |
3de leerjaar |
48 |
4de leerjaar |
48 |
5de leerjaar |
48 |
6de leerjaar |
48 |
Art. 4.
De capaciteit van de gemeentelijke basisschool Strombeek-Bever voor het schooljaar 2024-2025 als volgt vast te stellen:
Klas |
Capaciteit |
2022 |
48 |
2021 |
48 |
2020 |
48 |
2019 |
48 |
1ste leerjaar |
48 |
2de leerjaar |
48 |
3de leerjaar |
48 |
4de leerjaar |
48 |
5de leerjaar |
48 |
6de leerjaar |
48 |
Art. 5.
Indien de in artikel 1, 2, 3 en 4 bepaalde capaciteit wordt bereikt, bijkomende inschrijvingen, al dan niet van leerlingen uit voorrangsgroepen, te weigeren.
De gemeenteraad nam kennis van de mondelinge vragen door de raadsleden op de zitting gesteld en verwijst voor het overige naar het zittingsverslag, oftewel de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
§ 1. Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden, vermeld in artikel 2.
§ 2. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
§ 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
Een afschrift van elk reglement waarin een strafbepaling of een administratieve sanctie wordt opgenomen, wordt dadelijk verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
Voor het stellen van een vraag als vermeld in het eerste lid, is geen toegelicht voorstel van beslissing vereist.
(...)
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
(...)
/
Raadslid Katrien LE ROY:
/
Enig artikel.
Kennis te nemen van de mondelinge vragen door de raadsleden ter zitting gesteld en voor het overige te verwijzen naar het zittingsverslag, zijnde de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
De voorzitter sluit de zitting op 14/12/2023 om 23:54.
Namens GEMEENTERAAD,
Muriel VAN SCHEL
algemeen directeur
Peter PLESSERS
voorzitter gemeenteraad