Terug
Gepubliceerd op 29/09/2023

Besluit  GEMEENTERAAD

do 28/09/2023 - 19:00

Algemeen reglement betreffende alle gemeentelijke belastingen – Aanslagjaren 2023-2025 - Goedkeuring

Aanwezig: Peter PLESSERS, voorzitter gemeenteraad
Bart LAEREMANS, burgemeester
Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Jean-Paul WINDELEN, schepenen
Eddie BOELENS, William DE BOECK, Caroline DENIL, Linda DE PREE, Isabel GAISBAUER, Tom GAUDAEN, Gilbert GOOSSENS, Brigitte JANSSENS, Katrien LE ROY, Katleen ORINX, Luk RAEKELBOOM, Patricia SEGERS, Chris SELLESLAGH, Vincent VAN ACHTER, Rudi VAN HOVE, Bart VAN HUMBEECK, Yves VERBERCK, Karin VERTONGEN, Patrick VERTONGEN, Elke WOUTERS, gemeenteraadsleden
Muriel VAN SCHEL, algemeen directeur
Verontschuldigd: Trui OLBRECHTS, tweede schepen
Karima MOKHTAR, Gerlant VAN BERLAER, gemeenteraadsleden
Afwezig: Manon BAS, Jean DEWIT, gemeenteraadsleden

De gemeenteraad bevestigt het algemeen reglement betreffende alle gemeentelijke belastingen voor de aanslagjaren 2023-2025.

De volgende bepalingen zijn van toepassing inzake de bevoegdheid:

Artikels 40, §3 en 41, 14° van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).

De beslissing wordt genomen op grond van:
  • Artikel 170, §4 van de Grondwet.
  • DLB.
  • Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
 
  • Besluit van de gemeenteraad van 19 december 2019 houdende de vaststelling van een algemeen reglement betreffende alle gemeentelijke belastingen, aanslagjaren 2020-2025 (dossierstuk 1).
  • Besluit van de gemeenteraad van 16 december 2020 houdende de vaststelling van een algemeen reglement betreffende alle gemeentelijke belastingen, aanslagjaren 2021-2025 (dossierstuk 2).

 
  • Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 11 september 2023 inzake een algemeen reglement betreffende alle gemeentelijke belastingen aanslagjaren 2023-2025 (dossierstuk 3).

De beslissing houdt rekening met volgende adviezen:

/

De beslissing kent volgende inhoudelijke verantwoording:

Het is aangewezen om enkel de afwijkende artikels op te nemen in een algemeen reglement en verder te verwijzen naar het decreet van 30 mei 2008 waarin de procedures en reglementering uitvoerig beschreven staan.

Rekening houdende met de financiële toestand van de gemeente.

 

Aangezien er momenteel nog geen volledige eensgezindheid bestaat op het vlak van rechtspraak inzake de aantekening van de bekendmaking van het belastingreglement in het daarvoor specifiek voorziene register, wordt het belastingreglement voor de aanslagjaren 2023-2025 inhoudelijk ongewijzigd voorgelegd, om vervolgens te worden bekendgemaakt overeenkomstig de voorgeschreven regels.


Raadslid William DE BOECK krijgt het woord en merkt over de komende agendapunten op dat er wordt gesteld dat het reglement wordt voorgelegd, om vervolgens bekendgemaakt te worden overeenkomstig de voorgeschreven regels. Er is echter geen volledige eensgezindheid op het vlak van de rechtspraak m.b.t. het registreren en de aantekening van de bekendmaking. Hij vraagt of de aanstaande bekendmaking correct zal zijn. Hij ontvangt hier graag een toelichting over.

 

Burgemeester Bart LAEREMANS stelt voor dat de algemeen directeur een toelichting geeft, omdat schepen OLBRECHTS afwezig is.

 

Algemeen directeur Muriel VAN SCHEL reageert dat over vorige besluiten inzake de belastingreglementen er juridische onduidelijkheid is. Er is namelijk een uitspraak van het Grondwettelijk Hof geweest. Het is afwachten wat de rechters daarmee gaan doen. Om geen risico te lopen wordt nu al gehandeld conform de nieuwe wetgeving. Het Decreet Lokaal Bestuur werd aangepast, waarbij de regels van de bekendmaking zijn versoepeld. De bedoeling is om deze belastingreglementen conform de nieuwe regels bekend te maken. Of de oude reglementen rechtsgeldig waren, weet de gemeente niet geheel zeker. Deze discussie is nog hangende.

 

Financieel directeur Jan PLETINCKX krijgt het woord en voegt eraan toe dat er in veel gemeenten klachten worden ingediend door belastingplichtigen. Men heeft het vaak gemunt op de al dan niet correct uitgevoerde publicatie. De Vlaamse overheid heeft inmiddels besloten om de bekendmaking aan te passen, zodat het nagenoeg onmogelijk wordt om er fouten in te maken. Gemeenten kunnen op deze manier niet meer afgestraft worden op formaliteiten die incorrect uitgevoerd zouden zijn.

 

Raadslid William DE BOECK wenst het zekere voor het onzekere te nemen. Hij vraagt om bevestiging dat het op de nu voorgestelde wijze correct is, dat vindt hij namelijk niet duidelijk verwoord in de tekst, omdat daarin staat dat er nog onzekerheid is.

 

Financieel directeur Jan PLETINCKX antwoordt dat de nu voorgestelde wijze de zekerheid geeft dat het correct is. Het goede nieuws is dat de mogelijkheid bestaat dat in hangende rechtszaken de nieuwe reglementering meteen intreedt. Dat betekent dat de gemeente zich in hoger beroep wellicht al kan beroepen op de nieuwe reglementering.

 

Raadslid Eddie BOELENS stelt voor om over alle belastingreglementen in één keer te behandelen, op basis van de stemming van de vorige keer.

 

Voorzitter Peter PLESSERS had dit al overwogen, maar de administratieve diensten zijn van mening dat de stemming vlotter verloopt als er per agendapunt wordt gestemd. Hij stelt voor om het advies van de administratie te volgen.

Bijkomende info:

/

Publieke stemming
Aanwezig: Peter PLESSERS, Bart LAEREMANS, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Jean-Paul WINDELEN, Eddie BOELENS, William DE BOECK, Caroline DENIL, Linda DE PREE, Isabel GAISBAUER, Tom GAUDAEN, Gilbert GOOSSENS, Brigitte JANSSENS, Katrien LE ROY, Katleen ORINX, Luk RAEKELBOOM, Patricia SEGERS, Chris SELLESLAGH, Vincent VAN ACHTER, Rudi VAN HOVE, Bart VAN HUMBEECK, Yves VERBERCK, Karin VERTONGEN, Patrick VERTONGEN, Elke WOUTERS, Muriel VAN SCHEL
Voorstanders: Bart LAEREMANS, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Jean-Paul WINDELEN, Eddie BOELENS, William DE BOECK, Caroline DENIL, Linda DE PREE, Isabel GAISBAUER, Tom GAUDAEN, Gilbert GOOSSENS, Brigitte JANSSENS, Katrien LE ROY, Katleen ORINX, Peter PLESSERS, Luk RAEKELBOOM, Patricia SEGERS, Chris SELLESLAGH, Vincent VAN ACHTER, Rudi VAN HOVE, Bart VAN HUMBEECK, Yves VERBERCK, Karin VERTONGEN, Patrick VERTONGEN, Elke WOUTERS
Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
BESLUIT:

Enig artikel.

Onderstaand reglement voor de aanslagjaren 2023-2025 te bevestigen:

Algemeen reglement betreffende alle gemeentelijke belastingen – Aanslagjaren 2023-2025

Hoofdstuk 1 – Toepassingsgebied

Artikel 1.

Dit reglement is van toepassing op iedere gemeentelijke belasting, door de gemeenteraad vastgesteld of vast te stellen, voor zover er niet van afgeweken wordt in het belastingreglement zelf. Dit met ingang van 1 januari 2023 voor een termijn eindigend op 31 december 2025.

 

Art. 2.

Dit reglement is niet van toepassing op de aanvullende belastingen ten gunste van de gemeente.

 

Hoofdstuk 2 – Kohierbelastingen en contantbelastingen

Art. 3.

Het decreet betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen van 30 mei 2008 met latere wijzigingen, verder genoemd het "Invorderingsdecreet", en hierna vernoemde aanvullingen is van toepassing op alle gemeentelijke kohier- en contantbelastingen.

 

Art. 4. - de vaststelling van de aanslag betreffende kohierbelastingen

De kohierbelastingen worden vastgesteld in overeenstemming met een aangifte of aan de hand van de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt.

De toestand op 1 januari van het aanslagjaar wordt in aanmerking genomen, tenzij anders bepaald in het belastingreglement zelf.

De belasting is ondeelbaar.

 

Art. 5. - de ambtshalve inkohiering – verhoging

In een belastingreglement inzake kohierbelastingen kan voorzien worden in een verplichting van aangifte.

De belastingplichtige is verplicht vóór 1 april van het aanslagjaar, tenzij anders bepaald in het belastingreglement, bij het gemeentebestuur spontaan aangifte te doen door middel van een formulier vastgesteld door het college van burgemeester en schepenen. Het aangifteformulier is beschikbaar op het e-loket van de gemeentelijke website www.grimbergen.be of is op eenvoudig verzoek bij het gemeentebestuur verkrijgbaar.

Indien de toestand op 1 januari van het aanslagjaar in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van de aanslag en deze op 1 januari van het aanslagjaar ongewijzigd blijft, dient er geen nieuwe aangifte te gebeuren.

Bij gebrek aan aangifte vóór 1 april van het aanslagjaar of binnen de in de verordening gestelde termijn of bij een onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte kan de belasting ambtshalve gevestigd worden. In geval van een ambtshalve aanslag wordt de belasting gevestigd op basis van gegevens waarover de belastingheffende overheid beschikt.

In het geval van ambtshalve aanslag wordt de belasting verhoogd. De verhoging is gelijk aan het bedrag van de ambtshalve belasting.

Het bedrag van de verhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd.

Voor de belasting ambtshalve wordt gevestigd, brengt de bevoegde overheid, of het personeelslid dat daartoe is aangesteld overeenkomstig artikel 5 van het Invorderingsdecreet, de belastingplichtige met een aangetekende brief op de hoogte van de redenen waarom ze gebruik maakt van deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van die elementen en het bedrag van de belasting.

De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die kennisgeving om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. De belasting mag niet worden gevestigd voor die termijn verstreken is, behoudens als de rechten van de provinciale of gemeentelijke thesaurie in gevaar verkeren ingevolge een andere oorzaak dan het verstrijken van de aanslagtermijnen.

In afwijking van de aanslagtermijn, vermeld in artikel 4 van het Invorderingsdecreet, kunnen ambtshalve belastingen geldig worden ingekohierd gedurende een periode van drie jaar, te rekenen vanaf 1 januari van het aanslagjaar. Die termijn van drie jaar wordt met twee jaar verlengd bij overtreding van de belastingverordening met het oogmerk te bedriegen of met de bedoeling schade te berokkenen.

Als een belasting ambtshalve is gevestigd, moet de belastingplichtige het bewijs leveren van de juistheid van de door hem ingeroepen elementen.

 

Art. 6. – hoofdelijke aansprakelijkheid

De belastingschuldige is hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van de totale belastingschuld.