Besluit  BESLUIT BURGEMEESTER

De volgende bepalingen zijn van toepassing inzake de bevoegdheid:

• Artikel 63 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017.

• Artikel 134 van de nieuwe gemeentewet:

In geval van oproer, kwaadwillige samenscholing, ernstige stoornis van de openbare rust of andere onvoorziene gebeurtenissen, waarbij het geringste uitstel gevaar of schade zou kunnen opleveren voor de inwoners, kan de burgemeester politieverordeningen maken, onder verplichting om daarvan onverwijld aan de gemeenteraad kennis te geven , met opgave van de redenen waarom hij heeft gemeend zich niet tot de raad te moeten wenden. Die verordeningen vervallen dadelijk, indien zij door de raad in de eerstvolgende vergadering niet worden bekrachtigd.

• Artikel 135 §2 van de nieuwe gemeentewet:

De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.

Meer bepaald, en voor zover de aangelegenheid niet buiten de bevoegdheid van de gemeenten is gehouden, worden de volgende zaken van politie aan de waakzaamheid en het gezag van de gemeenten toevertrouwd :

1° alles wat verband houdt met een veilig en vlot verkeer op openbare wegen, straten, kaden en pleinen, hetgeen omvat de reiniging, de verlichting, de opruiming van hindernissen, het slopen of herstellen van bouwvallige gebouwen, het verbod om aan ramen of andere delen van gebouwen enig voorwerp te plaatsen dat door zijn val schade kan berokkenen, of om wat dan ook te werpen dat voorbijgangers verwondingen of schade kan toebrengen of dat schadelijke uitwasemingen kan veroorzaken; voor zover de politie over het wegverkeer betrekking heeft op blijvende of periodieke toestanden, valt zij niet onder de toepassing van dit artikel;

2° het tegengaan van inbreuken op de openbare rust, zoals vechtpartijen en twisten met volksoploop op straat, tumult verwekt in plaatsen van openbare vergadering, nachtgerucht en nachtelijke samenscholingen die de rust van de inwoners verstoren;

3° het handhaven van de orde op plaatsen waar veel mensen samenkomen, zoals op jaarmarkten en markten, bij openbare vermakelijkheden en plechtigheden, vertoningen en spelen, in drankgelegenheden, kerken en andere openbare plaatsen;

4° het toezicht op een juiste toemeting bij het slijten van waren (waarvoor meeteenheden of meetwerktuigen gebruikt worden) en op de hygiëne van openbaar te koop gestelde eetwaren;

5° het nemen van passende maatregelen om rampen en plagen, zoals brand, epidemieën en epizoötieën te voorkomen en het verstrekken van de nodige hulp om ze te doen ophouden;

6° het verhelpen van hinderlijke voorvallen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven. 

7° het nemen van de nodige maatregelen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast. 

De beslissing wordt genomen op grond van:

• Artikel 26 van de Grondwet.
• Wet van 6 maart 1818 betreffende de straffen uit te spreken tegen de overtreders van algemene verordeningen op te stellen bij provinciale of plaatselijke reglementen, in het bijzonder de artikelen 1 en 2 gewijzigd door de wet van 5 juni 1934, en door de wet van 14 juni 1963 betreffende de overtredingen van administratieve reglementen.
• Artikels 11 tem. 16 van de Wet van 5 augustus 1992 op het politieambt.
• Wet van 29 juli 1934 houdende het verbod op private milities.
• Artikel 406 van het Strafwetboek.
• Omzendbrief van de Minister van Binnenlandse Zaken van 18 juli 2002 met betrekking tot gebeurtenissen die met de openbare orde samenhangen en die op de autosnelwegen plaatsvinden.
• Overleg van het Nationaal Crisiscentrum van de Regering (NCCN), de Algemene Directie van het Crisiscentrum onder leiding van de minister van Binnenlandse Zaken, op 30 september 2025 met de Federale Politie en de gouverneurs tot coördinatie van de handhaving van de openbare orde.

De beslissing houdt rekening met volgende adviezen:

/

De beslissing kent volgende inhoudelijke verantwoording:

Uit de inmiddels verzamelde informatie blijkt dat de aangekondigde actiedagen van 10 tem. 13 oktober 2025 zich vooral zullen richten tegen de ‘logistieke’ bedrijven die Israël van wapens voorzien, of toeleverancier zijn aan o.m. het Israëlisch leger, en op het grondgebied van de gemeente Grimbergen er in dit opzicht punten van belang zijn.

De organisatoren hebben hun actie niet voorafgaandelijk hebben aangemeld bij de bevoegde bestuurlijke overheid (cf. concept “New Way of Protesting”) en er werd geen verantwoordelijke naar voren werd geschoven waarmee de nodige afspraken konden gemaakt worden (cf. omzendbrieven CP4 bis en OOP41 bis van 30 januari 2025).

De analyse wijst uit dat parallellen vast te stellen zijn tussen het intiatief ‘Stop Arming Israel’ en het actiecollectief Code Rood, zowel naar voorbereiding, als naar training en organisatie toe, en de actievoerders van Code rood in het verleden duidelijke aangeleerde, geoefende tactieken en technieken gebruiken om targets te benaderen, te penetreren en de ordediensten te misleiden.

Het is niet ondenkbeeldig dat er infiltraties mogelijk zijn van actievoerders die geweld en vandalisme niet schuwen en het geweldloze karakter van de actie willen uitdagen of ondergraven.

Uit de informatie die over de actie ‘Code Rood / Stop Arming Israel’ beschikbaar is, en ook uit eerdere acties in de voorbije maanden, blijkt dat binnen de bewegingen die deelnemen aan de acties de ‘burgerlijke ongehoorzaamheid’ die initieel het uitgangspunt was, steeds meer plaats ruimt voor een meer radicale opstelling, zowel in discours als in methoden.

De gehanteerde methodologie van de actievoerders kan erop gericht zijn om zich vastketenen aan andere actievoerders of installaties, blokkeren van verkeer, doorgangen of toegangen, het zich vastlijmen en andere creatieve manieren om het de ordediensten moeilijk te maken de actievoerders van de plaats te verwijderen.

Tijdens voorgaande vergelijkbare / gelijkaardige acties in het kader van Code Rood vielen schadegevallen (aan o.a. hekkens en machines), vernielingen en sabotage te betreuren.

Sommige voorbije (vergelijkbare / gelijkaardige) manifestaties van Code Rood zijn gepaard gegaan met een aantal incidenten waarbij het soms zelfs tot fysieke confrontatie en/of rellen is gekomen, dat in enkele gevallen personen verwondingen opliepen, waarvan een aantal zelfs gehospitaliseerd diende te worden. Daarenboven werden ernstige beschadigingen aan openbare gebouwen, domeinen en particuliere goederen aangericht die als disproportioneel kunnen worden beschouwd, ook voor wat betreft de sociaaleconomische impact.

Uit voorgaande acties blijkt dat de actievoerders zich voorafgaandelijk organiseren; de manifestanten kunnen aankomen in de treinstations en bushaltes op het grondgebied van de gemeenten, om zich van daaruit te verplaatsen in de richting van het beoogde doelwit.

Uit vorige acties is gebleken dat de actievoerders door hun juridisch team geadviseerd worden om geen drager te zijn van hun identiteitskaart, smartphone of nota’s die kunnen leiden tot hun gerichte identificatie.

De politie, in het kader van genegotieerd beheer van de openbare orde, wil een escalatie op het moment zelf voorkomen. Er moet dus preventief in de diepte kunnen worden opgetreden tegen de actievoerders voorzien van kleding en materiaal om over de omheining te klimmen of deze open te knippen en zich voor lange tijd vast te kleven.

Iedereen moet ertoe bijdragen om manifestaties zonder incidenten te laten verlopen, zodat de openbare orde en de individuele rechten en vrijheden van de bevolking maximaal worden gevrijwaard.

Derhalve bestaat er aanleiding om alle nodige maatregelen te treffen teneinde de openbare orde te handhaven ter gelegenheid van de acties ‘Code Rood / Stop Arming Israel’ op de actiedagen van 10 tem. 13 oktober 2025.

Daarbij wordt onverminderd toepassing gemaakt van de principes van het genegotieerd beheer van de publieke ruimte, waarbij er op voorhand zo duidelijk mogelijk afspraken worden gemaakt met de vertegenwoordigers van de manifestanten over bijvoorbeeld een manifestatiezone, de plaatsen en de omstandigheden waarin acties en betogen voor vrede kunnen worden geduld, beperkt in tijd en ruimte, en bij voorkeur op een plaats met symbolische waarde voor de actievoerder die ruimte biedt voor de vrijheid van vergaderen en vrije meningsuiting.

Bijkomende info:

/