De gemeenteraad neemt kennis van de voorgestelde wijzigingen aan het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, zoals uiteengezet in het besluit, en keurt deze goed. De gemeenteraad keurt het gewijzigd huishoudelijk reglement, toegevoegd als Bijlage 1 bij dit besluit, goed.
Artikel 38 Decreet lokaal bestuur 22 december 2017 (DLB):
De gemeenteraad stelt bij de aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement vast waarin aanvullende maatregelen worden opgenomen voor de werking van de raad en waarin minstens bepalingen worden opgenomen over:
1° de vergaderingen waarvoor presentiegeld wordt verleend, het bedrag van het presentiegeld en de nadere regels voor de eventuele terugbetaling van specifieke kosten die verband houden met de uitoefening van het mandaat van gemeenteraadslid of lid van het college van burgemeester en schepenen;
2° de wijze van verzending van de oproeping en de terbeschikkingstelling van het dossier aan de gemeenteraadsleden, alsook de wijze waarop de algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden, aan de raadsleden die erom verzoeken, technische inlichtingen verstrekken over die stukken;
3° de wijze waarop de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergaderingen van de gemeenteraad openbaar worden gemaakt;
4° de voorwaarden voor het inzagerecht en het recht van afschrift voor gemeenteraadsleden en de voorwaarden voor het bezoekrecht aan de instellingen en diensten die de gemeente opricht en beheert;
5° de voorwaarden waaronder de gemeenteraadsleden hun recht uitoefenen om aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen;
6° de wijze van notulering en de wijze waarop de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering ter beschikking worden gesteld van de gemeenteraadsleden;
7° de nadere regels voor de samenstelling en de werking van de commissies en de fracties;
8° de wijze waarop en de persoon door wie de stukken van de gemeente, vermeld in artikel 279, worden ondertekend;
9° de nadere voorwaarden waaronder het recht om verzoekschriften in te dienen, wordt uitgeoefend, en de wijze waarop de verzoekschriften worden behandeld;
10° de wijze van het ter kennis brengen van de beslissingen, vermeld in artikel 50, vijfde lid.
De gemeenteraad kan het huishoudelijk reglement op elk moment wijzigen.
/
Het huishoudelijk reglement werd aangepast o.b.v. het nieuwe modelreglement van de VVSG (in bijlage) alsook werden er bepalingen aangepast o.b.v. andere huishoudelijke reglementen die als inspiratie dienden en dit alles om de zittingen zo vlot mogelijk te laten verlopen.
Verder werd, o.b.v. andere reglementen die handelen over inspraak en participatie, een nieuwe categorie opgemaakt en toegevoegd.
Het ontwerp werd overlopen tijdens een overleg tussen de voorzitter van de gemeenteraad en de fractievoorzitters, o.b.v. dit overleg werden er nog een aantal aanpassingen aan het ontwerp aangebracht.
Het college van burgemeester en schepenen keurde het ontwerp principieel goed in zitting van 7 april 2025.
Overzicht wijzigingen:
OUD | NIEUW |
Art. 1. § 1. De gemeenteraad vergadert zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen en ten minste tienmaal per jaar. § 2. De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op. De agenda bevat in ieder geval de punten die door het college van burgemeester en schepenen aan de voorzitter worden meegedeeld. § 3. De voorzitter van de gemeenteraad is verplicht de gemeenteraad bijeen te roepen op verzoek van: 1° een derde van de zittinghebbende leden; 2° een vijfde van de zittinghebbende leden als zes weken na de datum van de vorige gemeenteraad nog geen bijeenroeping is gebeurd. De periode van zes weken wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus; 3° het college van burgemeester en schepenen; 4° de burgemeester voor zover het verzoek uitsluitend betrekking heeft op de eigen bevoegdheden van de burgemeester. In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de gemeenteraadsvoorzitter. Deze aanvraag moet ingediend worden, zodanig dat de voorzitter de oproepingstermijnen bepaald in artikel 2 van dit reglement, kan nakomen. De voorzitter roept de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda.
|
Art. 1. De raad vergadert zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen en dit ten minste tienmaal per jaar.
|
Art. 2. § 1. De oproeping geschiedt via e-notulen ten minste acht dagen vóór de dag van de vergadering. De termijn van acht dagen wordt berekend door terug te tellen vanaf de dag van de gemeenteraad. De dag van de gemeenteraad wordt meegeteld, de dag van verzending van de oproeping wordt niet meegeteld. Er kan gemotiveerd afgeweken worden van zowel de oproepingsperiode als de wijze waarop de oproeping geschiedt: 1° bij de installatievergadering; 2° bij overmacht; 3° in spoedeisende gevallen. § 2. De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda voor de vergadering en bevat een toegelicht voorstel van beslissing bij elk agendapunt. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn. § 3. De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden ter beschikking gesteld op de wijze voorzien in art. 9 van dit reglement.
|
Art. 2. §1. De voorzitter van de raad beslist tot bijeenroeping van de raad en stelt de agenda van de vergadering op. §2. De oproeping geschiedt via e-notulen ten minste acht dagen vóór de dag van de vergadering. De termijn van acht dagen wordt berekend door terug te tellen vanaf de dag van de raad. De dag van de raad wordt meegeteld, de dag van verzending van de oproeping wordt niet meegeteld. Er kan gemotiveerd afgeweken worden van zowel de oproepingsperiode als de wijze waarop de oproeping geschiedt: 1° bij de installatievergadering; 2° bij overmacht; 3° in spoedeisende gevallen. §3. De voorzitter van de raad is verplicht de raad bijeen te roepen op verzoek van: 1° een derde van de zittinghebbende leden; 2° een vijfde van de zittinghebbende leden als zes weken na de datum van de vorige raad nog geen bijeenroeping is gebeurd. De periode van zes weken wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus; 3° het college van burgemeester en schepenen; 4° de burgemeester voor zover het verzoek uitsluitend betrekking heeft op de eigen bevoegdheden van de burgemeester. In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de voorzitter van de raad. Deze aanvraag moet ingediend worden, zodanig dat de voorzitter de oproepingstermijnen bepaald in artikel 2, §2 van dit reglement, kan nakomen. De voorzitter roept de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda. §4. De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn. §5. De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden ter beschikking gesteld op de wijze voorzien in artikel 10 van dit reglement.
|
Art. 3. § 1. Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. Hiertoe bezorgen de belanghebbende gemeenteraadsleden:
Onder interpellatie wordt hierbij verstaan: een verzoek om uitleg aan het college van burgemeester en schepenen over het beleid. Een verzoek om uitleg aan het college van burgemeester en schepenen over een bepaalde toestand zal behandeld worden als een schriftelijke vraag met de bijhorende procedure. Hiertoe bezorgen de belanghebbende gemeenteraadsleden hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur via e-mail op volgend adres gemeentebestuur@grimbergen.be met in het onderwerp ‘Toegevoegd agendapunt gemeenteraad’, die deze bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad. Noch een lid van het college van burgemeester en schepenen, noch het college als orgaan, kan van deze mogelijkheid gebruik maken. § 2. De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten, zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen binnen 24 uur mee aan de gemeenteraadsleden en dit via e-notulen.
|
Art. 3. §1. Raadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda van de raad toevoegen. Hiertoe bezorgen de belanghebbende raadsleden: 1° een toegelicht voorstel met het oog op het nemen van een beslissing. Dit wordt als ter stemming voorgelegd punt toegevoegd aan de agenda van de raad; 2° een interpellatie:
Vragen over bevoegdheden van de gemeente worden op de gemeenteraad geagendeerd, vragen over bevoegdheden van het OCMW op de raad voor maatschappelijk welzijn. §2. De belanghebbende raadsleden bezorgen hun toe te voegen punten aan de algemeen directeur via e-mail op volgend adres gemeentebestuur@grimbergen.be met in het onderwerp ‘Toegevoegd agendapunt gemeenteraad’, die deze bezorgt aan de voorzitter van de raad. Noch een lid van het college van burgemeester en schepenen, noch het college als orgaan, kan van deze mogelijkheid gebruik maken. §3. De algemeen directeur deelt de toegevoegde agendapunten, zoals vastgesteld door de voorzitter van de raad, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen uiterlijk 2 dagen voor de zitting mee aan de raadsleden en dit via e-Notulen.
|
FYSIEK OF DIGITAAL Art. 4. §1. De raad kan enkel digitaal vergaderen in volgende uitzonderlijke omstandigheden:
Pas nadat de raadsvoorzitter vastgesteld heeft dat een dergelijke uitzonderlijke omstandigheid zich effectief voordoet, wordt overgegaan tot een digitale vergadering van de raad. §2. Dezelfde voorwaarden voor de oproeping gelden als in artikel 2 van dit reglement, met daarbij de duidelijk vermelding dat het om een digitale vergadering gaat, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering. §3. Is de oproeping voor vergadering reeds verstuurd, dan blijft die geldig, maar wordt op dezelfde wijze een aanvulling gestuurd die duidelijk maakt dat de vergadering enkel digitaal zal doorgaan, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering. Van die aanvulling kan geen gebruik gemaakt worden om nog bijkomende punten aan de agenda toe te voegen. Ook de bekendmaking voor het publiek wordt op dezelfde wijze als in artikel 2 van dit reglement aangevuld. §4. De voorwaarden uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2021 over de voorwaarden voor digitaal vergaderen voor de organen van de lokale besturen gelden onverminderd.
|
|
Informatie voor raadsleden en publiek
|
INFORMATIE VOOR HET PUBLIEK |
Art. 8. § 1. De gemeente maakt aan iedere natuurlijke persoon en aan iedere rechtspersoon of groepering die erom verzoekt, de agenda van de gemeenteraad en de stukken die erop betrekking hebben, openbaar door er inzage in te verlenen, er uitleg over te verschaffen of er een afschrift van te overhandigen overeenkomstig de regels openbaarheid van bestuur. § 2. De beslissingen van de gemeenteraad worden binnen de tien dagen nadat ze genomen zijn, bekendgemaakt door de burgemeester op de gemeentelijke website.
|
Art. 9. §1. De gemeente maakt aan iedere natuurlijke persoon en aan iedere rechtspersoon of groepering die erom verzoekt, de agenda en de stukken die erop betrekking hebben, openbaar door er inzage in te verlenen, er uitleg over te verschaffen of er een afschrift van te overhandigen overeenkomstig de regels openbaarheid van bestuur. § 2. De besluitenlijst van de raad wordt binnen de tien dagen nadat ze genomen zijn, bekendgemaakt door de burgemeester op de gemeentelijke website.
|
INFORMATIE VOOR RAADSLEDEN |
|
Art. 9. § 1. Voor elk agendapunt worden de dossiers, in het bijzonder de feitelijke gegevens, de eventueel verleende adviezen en de ontwerpen van beslissing betreffende de op de agenda ingeschreven zaken, vanaf de verzending van de oproeping, via e-notulen ter beschikking gehouden van de raadsleden. Deze kunnen er voor de vergadering kennis van nemen. § 2. Elk ontwerp van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening, worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop het ontwerp besproken wordt aan ieder lid van de gemeenteraad bezorgd. Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld. Deze stukken worden op dezelfde wijze bezorgd aan de raadsleden zoals de oproeping in art. 2 van dit reglement. § 3. Aan de raadsleden moet, op hun verzoek, zo snel mogelijk, uiterlijk de eerste werkdag na het verzoek en ten laatste de dag voor de gemeenteraad, door de algemeen directeur of de door hem/haar aangewezen ambtenaren technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de vergadering van de gemeenteraad. Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure. De raadsleden richten hun verzoek aan de algemeen directeur via e-mail op het volgende adres gemeentebestuur@grimbergen.be met in het onderwerp ‘Vraag tot technische toelichting over…’. Op dergelijke schriftelijke vraag wordt schriftelijk geantwoord, tenzij het raadslid een mondelinge toelichting wenst. De mondelinge toelichting gebeurt tijdens de kantooruren tenzij anders wordt overeengekomen.
|
Art. 10. § 1. Voor elk agendapunt worden de dossiers, in het bijzonder de feitelijke gegevens, de eventueel verleende adviezen en de ontwerpen van beslissing betreffende de op de agenda ingeschreven zaken, vanaf de verzending van de oproeping, via e-Notulen ter beschikking gehouden van de raadsleden. Ook de nog goed te keuren notulen en het nog goed te keuren zittingsverslag van de vorige vergadering worden op dezelfde wijze ter beschikking gesteld. Deze kunnen er voor de vergadering kennis van nemen. § 2. Elk ontwerp van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening, worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop het ontwerp besproken wordt aan ieder lid van de gemeenteraad bezorgd. Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld. Deze stukken worden op dezelfde wijze bezorgd aan de raadsleden zoals de oproeping in artikel 2 van dit reglement. § 3. Aan de raadsleden moet, op hun verzoek, zo snel mogelijk, uiterlijk de eerste werkdag na het verzoek en ten laatste de dag voor de raad, door de algemeen directeur of de door hem/haar aangewezen ambtenaren technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de vergadering van de raad. Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure. De raadsleden richten hun verzoek aan de algemeen directeur of via e-mail op het volgende adres: gemeentebestuur@grimbergen.be, met in het onderwerp ‘Vraag tot technische toelichting over…’. Op dergelijke schriftelijke vraag wordt schriftelijk geantwoord, tenzij het raadslid een mondelinge toelichting wenst. De mondelinge toelichting gebeurt tijdens de kantooruren tenzij anders wordt overeengekomen. De voorzitter van de raad ontvangt een overzicht van vragen die de raadsleden stellen aan de algemeen directeur.
|
Art. 10. § 1. De gemeenteraadsleden hebben het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten, ongeacht de drager die het bestuur van de gemeente betreffen. § 2. De notulen van het college van burgemeester en schepenen worden uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het college volgend op deze waarop de notulen werden goedgekeurd, via e-notulen verstuurd aan de gemeenteraadsleden. § 3. De raadsleden hebben via e-notulen steeds toegang tot: 1° de agenda en de gekoppelde documenten die betrekking hebben tot de gemeenteraad; 2° de goedgekeurde notulen van de gemeenteraad vanaf deze bekendgemaakt kunnen worden; 3° de goedgekeurde notulen van het college van burgemeester en schepenen vanaf deze bekendgemaakt kunnen worden. Verder hebben de raadsleden steeds toegang via de gemeentelijke website tot: 1° een lijst met de besluiten van de gemeenteraad; 2° een lijst met de besluiten van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf; 3° een lijst met de besluiten van het college van burgemeester en schepenen; 4° een lijst met de besluiten van de burgemeester; 5° de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad, van het college van burgemeester en schepenen en van de burgemeester; 6° de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel en de wijzigingen ervan; 7° de beleidsrapporten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn en de beleidsrapporten van het autonoom gemeentebedrijf; 8° de besluiten van de gemeenteraad over de beleidsrapporten van het autonoom gemeentebedrijf; 9° de oprichtingsakte van het autonoom gemeentebedrijf; 10° de statuten en de wijzigingen ervan van het autonoom gemeentebedrijf; 11° de oprichtingsakte van de extern verzelfstandige agentschappen in privaatrechtelijke vorm; 12° de statuten van de extern verzelfstandige agentschappen in privaatrechtelijke vorm; 13° de oprichtingsakte van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid; 14° de statuten van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid; het besluit van de gemeenteraad tot oprichting van districten; 15° de goedgekeurde notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad. § 4. Alle andere documenten en dossiers dan die in art. 9 en art. 10, §2 en §3, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, kunnen door de raadsleden ter plaatse geraadpleegd worden. Het college van burgemeester en schepenen zal de dagen en uren bepalen waarop de raadsleden deze andere documenten kunnen raadplegen. Om het college in de mogelijkheid te stellen te onderzoeken of de gevraagde stukken of akten betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, delen de raadsleden aan het college schriftelijk mee welke documenten zij wensen te raadplegen. Aan de raadsleden wordt uiterlijk binnen acht werkdagen na de ontvangst van de aanvraag meegedeeld waar en wanneer de stukken kunnen worden ingezien. Het raadslid, dat de in deze § bedoelde stukken niet is komen raadplegen tijdens de week volgend op het tijdstip waarop hem/haar is meegedeeld dat ze ter inzage liggen, wordt geacht af te zien van inzage. § 5. De gemeenteraadsleden kunnen een afschrift verkrijgen van die dossiers, akten en stukken. De vergoeding die eventueel wordt gevraagd voor het afschrift, mag in geen geval meer bedragen dan de kostprijs. De raadsleden doen hun aanvraag tot het verstrekken van een afschrift via een formulier dat hen daartoe ter beschikking wordt gesteld. § 6. De gemeenteraadsleden hebben het recht de gemeentelijke inrichtingen en diensten die de gemeente opricht en beheert te bezoeken. Om het college in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden minstens acht werkdagen vooraf schriftelijk mee welke instelling zij willen bezoeken en op welke dag en uur. Tijdens het bezoek van een gemeentelijke inrichting mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking. De raadsleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker.
|
Art. 11. §1. De raadsleden hebben het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten, ongeacht de drager, die het bestuur van de gemeente en het autonoom gemeentebedrijf betreffen. § 2. De notulen van het college van burgemeester en schepenen worden uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het college volgend op deze waarop de notulen werden goedgekeurd, via e-Notulen gedeeld met de raadsleden. §3. De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de raad en die bestemd is voor de raad, wordt op de eerstvolgende zitting van de raad meegedeeld aan de raadsleden. § 4. De raadsleden hebben via e-Notulen steeds toegang tot: 1° de agenda en de gekoppelde documenten die betrekking hebben tot de gemeenteraad; 2° de goedgekeurde notulen en het uitgetypt zittingsverslag van de gemeenteraad vanaf deze bekendgemaakt kunnen worden; 3° de goedgekeurde notulen van het college van burgemeester en schepenen vanaf deze bekendgemaakt kunnen worden. Verder hebben de raadsleden steeds toegang via de gemeentelijke website tot: 1° een lijst met de besluiten van de gemeenteraad; 2° een lijst met de besluiten van de raad van bestuur van het autonoom gemeentebedrijf; 3° een lijst met de besluiten van het college van burgemeester en schepenen; 4° een lijst met de besluiten van de burgemeester; 5° de reglementen en de verordeningen van de gemeenteraad, van het college van burgemeester en schepenen en van de burgemeester; 6° de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel en de wijzigingen ervan; 7° de beleidsrapporten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn en de beleidsrapporten van het autonoom gemeentebedrijf; 8° de besluiten van de gemeenteraad over de beleidsrapporten van het autonoom gemeentebedrijf; 9° de oprichtingsakte van het autonoom gemeentebedrijf; 10° de statuten en de wijzigingen ervan van het autonoom gemeentebedrijf; 11° de oprichtingsakte van de extern verzelfstandige agentschappen in privaatrechtelijke vorm; 12° de statuten van de extern verzelfstandige agentschappen in privaatrechtelijke vorm; 13° de oprichtingsakte van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid; 14° de statuten van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden met rechtspersoonlijkheid; het besluit van de gemeenteraad tot oprichting van districten; 15° de goedgekeurde notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad. § 5. Alle andere documenten en dossiers dan die in artikels 10 en 11, §§2 en 4, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, kunnen door de raadsleden ter plaatse geraadpleegd worden. Het college van burgemeester en schepenen zal de dagen en uren bepalen waarop de raadsleden deze andere documenten kunnen raadplegen. Om het college in de mogelijkheid te stellen te onderzoeken of de gevraagde stukken of akten betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, delen de raadsleden aan het college schriftelijk mee welke documenten zij wensen te raadplegen. Het moet gaan om een vraag die niet kennelijk onredelijk is. Aan de raadsleden wordt uiterlijk binnen acht werkdagen na de ontvangst van de aanvraag meegedeeld waar en wanneer de stukken kunnen worden ingezien. Het raadslid, dat de in deze § bedoelde stukken niet is komen raadplegen tijdens de week volgend op het tijdstip waarop hem/haar is meegedeeld dat ze ter inzage liggen, wordt geacht af te zien van inzage. Ook als de inzage geweigerd wordt, antwoordt de algemeen directeur binnen dezelfde termijn via een e-mail met daarin de motivering waarom de inzage geweigerd wordt. § 6. De raadsleden kunnen een afschrift verkrijgen van die dossiers, akten en stukken. De vergoeding die eventueel wordt gevraagd voor het afschrift, mag in geen geval meer bedragen dan de kostprijs. De raadsleden doen hun aanvraag tot het verstrekken van een afschrift per e-mail gericht naar gemeentebestuur@grimbergen.be, zij maken daarbij duidelijk van weke stukken zij een afschrift wensen te bekomen. Indien een raadslid vermoedt dat een opgevraagd stuk onvolledig is, meldt het raadslid dit onmiddellijk aan de algemeen directeur. § 7. De raadsleden hebben het recht de gemeentelijke inrichtingen en diensten die de gemeente opricht en beheert, te bezoeken. Dat geldt ook voor de instellingen en diensten van de autonome gemeentebedrijven. Om het college in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden minstens acht werkdagen vooraf schriftelijk mee welke instelling zij willen bezoeken en op welke dag en uur. Tijdens het bezoek van een gemeentelijke inrichting mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking. De raadsleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker. §8. De raadsleden zijn tot geheimhouding verplicht en zijn persoonlijk aansprakelijk voor het gebruik van inlichtingen die zij bij de uitoefening van hun inzagerecht verkregen hebben. De raadsleden behandelen de verkregen inlichtingen met de nodige discretie. Ze verspreiden geen gegevens die het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer kunnen schenden of de mededinging bij openbare opdrachten kunnen vervalsen. De schending van het beroepsgeheim kan aanleiding geven tot strafrechtelijke en burgerrechtelijke vervolging. §9. Raadsleden worden op de hoogte gebracht de publieke infovergaderingen die de gemeente voor haar inwoners organiseert. |
Art. 11. § 1. De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen. Daarvoor is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig. Op schriftelijke vragen van raadsleden wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord. § 2. Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering van de gemeenteraad kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan. Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord. Dit recht wordt verleend onder de volgende voorwaarden: 1° enkel aangelegenheden van algemeen gemeentelijk belang komen in aanmerking voor vraagstelling; 2° de vragen moeten kort en bondig zijn evenals de antwoorden van de leden van het college; 3° als geen antwoord of slechts een gedeeltelijk antwoord kan gegeven worden, komt het college hierop terug bij de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad; 4° het recht om mondelinge vragen te stellen, mag niet misbruikt worden om over wat dan ook discussies of beslissingen uit te lokken. § 3. De mondelinge vragen worden beknopt genotuleerd, met name het onderwerp, de vraag en de vraagsteller worden opgenomen in de notulen. De tussenkomst en antwoorden worden opgenomen in het zittingsverslag. § 4. Het is voor raadsleden en voor publiek niet toegestaan om audiovisuele opnames te maken tijdens de gemeenteraad zonder voorafgaandelijke toestemming van de voorzitter.
|
Art. 12. §1. Raadsleden hebben het recht om schriftelijke en mondelinge vragen te stellen aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen over gemeentelijke aangelegenheden. Daarvoor is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig. §2. Schriftelijke vragen zijn (niet-limitatief):
§3. De schriftelijke vragen kunnen ingediend worden bij de algemeen directeur via het e-mailadres gemeentebestuur@grimbergen.be. Op schriftelijke vragen wordt binnen de maand na ontvangst schriftelijk geantwoord. De schriftelijke vragen worden niet geagendeerd en/of beantwoord op een raadszitting. §4. Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering van de raad, kunnen de raadsleden beknopte mondelinge vragen stellen over gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de raad staan. Op deze mondelinge vragen wordt ten laatste tijdens de volgende zitting geantwoord. Vragen over dossiers die op de agenda staan, worden gesteld op het ogenblik dat het betrokken agendapunt op de zitting behandeld wordt. De procedure van de mondelinge vragen is beperkt tot de vraagstelling en het eventuele onmiddellijke antwoord van een lid van het college van burgemeester en schepenen en kan op de zitting geen aanleiding geven tot een uitgebreid debat, noch discussies of beslissingen uitlokken, hiertoe is vereist dat het onderwerp als agendapunt is vermeld. Dit recht wordt verleend onder de volgende voorwaarden: 1° enkel aangelegenheden van algemeen gemeentelijk belang komen in aanmerking voor vraagstelling; 2° de vragen moeten kort en bondig zijn evenals de antwoorden van de leden van het college; 3° als gevraagd wordt naar bepaalde intenties van het college, heeft dit het recht pas te antwoorden tijdens de volgende zitting. Het college moet immers de mogelijkheid krijgen om een collegiaal standpunt voor te bereiden; 4° de vragen mogen niet verplichten tot opzoekingen, het doorvoeren van kostelijke studies, het opmaken van dure statistische gegevensbestanden of het houden van enquêtes; 5° als geen antwoord of slechts een gedeeltelijk antwoord kan gegeven worden, wordt de vraag volgens de procedure van een schriftelijke vraag zo spoedig mogelijk en uiterlijk voor de volgende zitting van de raad beantwoord; 6° is het conform artikel 5, §2 van dit reglement niet mogelijk de vraag te behandelen in het openbare deel van de vergadering, dan wordt die behandeld bij de start van het besloten deel. Na dit antwoord van de burgemeester of een schepen tot wiens bevoegdheid het onderwerp van de vraag behoort, heeft de vraagsteller nog een kort repliekrecht (max. 1 min). De burgemeester of bevoegde schepen mogen daarop nog kort antwoorden (max. 1 min). De vraagsteller krijgt steeds het laatste woord (max. 1 min.), waarna de behandeling van de vraag als gesloten wordt beschouwd. §5. De voorzitter van de raad oordeelt zonder verhaal over de ontvankelijkheid van alle mondelinge vragen. Als de vraag onontvankelijk wordt verklaard, dan meldt de voorzitter dit onmiddellijk aan het raadslid met vermelding van de motivering. Bij ontstentenis van een beslissing van de voorzitter is de vraag van rechtswege ontvankelijk. Vragen die niet voldoen aan de voorwaarden van §4, 1°, 2° en 4° zijn onontvankelijk net zoals vragen m.b.t. particuliere aangelegenheden of persoonlijke gevallen. §6. De mondelinge vragen worden beknopt genotuleerd: zo worden de vraag en de vraagsteller opgenomen in de notulen. De tussenkomst en antwoorden worden opgenomen in het zittingsverslag. §7. Het is voor raadsleden en voor publiek niet toegestaan om audiovisuele opnames te maken tijdens de raad zonder voorafgaandelijke toestemming van de voorzitter, behalve voor wie verantwoordelijk is voor het opmaken van de notulen en het zittingsverslag en tijdens ceremoniële aangelegenheden zoals de installatievergadering.
|
Art. 14. De voorzitter zit de vergaderingen van de gemeenteraad voor, opent en sluit de vergaderingen.
Art. 15. § 1. De voorzitter van de gemeenteraad geeft kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen. De gemeenteraad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist. § 2. Een punt dat niet op de agenda voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen. Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door minstens twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
Art. 24. De voorzitter kan op eigen initiatief of op vraag van een fractie beslissen om de vergadering te schorsen. De voorzitter bepaalt in dit geval de duur van de schorsing.
|
Art. 15. §1. De raadsvoorzitter zit de vergaderingen van de raad voor, en opent en sluit de vergaderingen. §2. Op gemotiveerde vraag van een raadslid, of op eigen initiatief en zonder verhaal, kan de voorzitter de vergadering schorsen als dat wenselijk is. De duur van de schorsing wordt bepaald door de voorzitter van de raad. Van deze schorsing wordt melding gemaakt in de notulen. §3. Het laten deelnemen van derden aan de vergadering is slechts toegelaten in de gevallen bepaald in het DLB en de reglementen van de raad. Buiten deze gevallen kunnen derden bij de behandeling van een bepaald agendapunt slechts toegelaten worden met het oog op het verstrekken van informatie, toelichtingen en/of technische adviezen inzake materies, waarin zij uit hoofde van hun vorming, kwalificatie en/of beroepservaring als deskundig worden erkend. De voorzitter kan derden uitnodigen. Derden kunnen in geen geval deelnemen aan de besluitvorming en mogen het besloten deel van de vergadering enkel bijwonen gedurende de toelichting die ze geven. De voorzitter bepaalt wanneer een derde tijdens de raad het woord krijgt. §4. De voorzitter van de raad geeft bij het begin van de raad kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen. De raad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist. §5. Een punt dat niet op de agenda van de raad voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen. Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
|
Art. 16. § 1. Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter of een lid aan het woord wenst te komen over het voorstel. De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen. Deze volgorde wordt automatisch bepaald door het zgn. first in– first out- principe waarbij raadsleden die wensen te interveniëren de spreektoets van de microfoon induwen en waarbij het systeem automatisch de volgorde registreert. § 2. De voorzitter kan aan de algemeen directeur, de financieel directeur, de korpschef van de lokale politie of een aangewezen personeelslid vragen om toelichtingen te geven. Indien de raad andere deskundigen wenst te horen, bepaalt de voorzitter van de raad wanneer deze aan het woord komen.
Art. 19. Niemand mag onderbroken worden wanneer hij/zij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde. Als een gemeenteraadslid, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem/haar tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem/haar het woord door de voorzitter ontnomen worden. De voorzitter zal dit doen door de microfoon van het lid dat aan het woord is, uit te schakelen. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt beschouwd als ordeverstoorder. Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter. Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden beschouwd als ordeverstoring.
Art. 21. Geen enkel raadslid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter er anders over beslist.
|
Art. 16. §1. Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter of een lid aan het woord wenst te komen over het voorstel en of er amendementen zijn op het voorstel van beslissing. Als er amendementen zijn, worden deze schriftelijk bezorgd aan de voorzitter en de raadsleden bij voorkeur 24 uur vóór de start van de vergadering, maar ten laatste vóór de stemming over het punt, door het (sub)amendement in te geven als annotatie in e-Notulen bij het desbetreffende agendapunt en de annotatie te delen met de beheerders, secretaris en leden van de vergadering. Ze worden mondeling toegelicht door de indiener wanneer die het woord krijgt. §2. De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen. Deze volgorde wordt automatisch bepaald door het zgn. first in– first out- principe waarbij raadsleden die wensen te interveniëren de spreektoets van de microfoon induwen en waarbij het systeem automatisch de volgorde registreert. §3. Geen enkel raadslid mag meer dan tweemaal het woord nemen over hetzelfde onderwerp, tenzij de voorzitter er anders over beslist, bijvoorbeeld bij nieuwe elementen in de discussie. De voorzitter kan de tijdsduur van de bespreking van een punt tot een redelijke termijn beperken. §4. Niemand mag onderbroken worden wanneer hij/zij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde. Als een raadslid, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem/haar tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem/haar het woord door de voorzitter ontnomen worden. De voorzitter zal dit doen door de microfoon van het lid dat aan het woord is, uit te schakelen. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt beschouwd als ordeverstoorder. Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter. Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden beschouwd als ordeverstoring.
|
Art. 18. §1. Een amendement is een voorstel tot wijziging van de voorgestelde beslissing bij een agendapunt, zonder dat de voorgestelde beslissing daardoor fundamenteel verandert. Wordt er twijfel geuit of het wel gaat om een amendement of een nieuw agendapunt, dan beslist de raad of het om een amendement gaat. Meent de raad dat dit niet het geval is, dan wordt het ingediende amendement als onbestaande beschouwd. §2. De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.
|
|
Art. 19. De voorzitter kan op elk moment in de vergadering het woord geven aan de algemeen en financieel directeur of haar/zijn gedelegeerde.
|
|
Art. 20. § 1. De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering. Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen. Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt. Van de handelingen die de voorzitter in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen. § 2. De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen. De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene.
Art. 22. Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij/zij, bij voortduring van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten. Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij/zij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten. Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.
|
Art. 21. §1. De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering. Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen. Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt. Van de handelingen die de voorzitter in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen. §2. Tijdens de zitting zorgen de aanwezigen ervoor dat toestellen zoals gsm’s, smartphones, tablets, enz. geen geluid produceren. De raadsleden houden hun aandacht bij de debatten in de raad. §3. De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen. De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene. §4. Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij/zij, bij voortduring van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten. Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij/zij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten. Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.
|
Art. 25. § 1. Voor elke stemming omschrijft de voorzitter duidelijk het voorwerp van de bespreking en de formulering waarover de vergadering zich moet uitspreken. § 2. De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de uitgebrachte stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.
Art. 27. § 1. De leden van de gemeenteraad stemmen niet geheim, behalve in de gevallen bedoeld in §4. § 2. Er zijn vier mogelijke werkwijzen van stemmen: 1° de elektronisch uitgebrachte stemming op tablet of PC; 2° de handopsteking; 3° de mondelinge stemming; 4° de geheime stemming. § 3. De gemeenteraadsleden stemmen elektronisch behalve: 1° als een derde van de aanwezige leden de mondelinge stemming vraagt; 2° als de voorzitter vaststelt dat het noodzakelijk is om met handopsteking te stemmen. Dit kan onder meer het geval zijn bij het stemmen voor een verdaging of de verplaatsing van een agendapunt, de stemming van een amendement enz. § 4. Over de volgende aangelegenheden wordt geheim gestemd: 1° de vervallenverklaring van het mandaat van gemeenteraadslid en van schepen; 2° het aanwijzen van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen; 3° individuele personeelszaken. Als individuele personeelszaken worden o. m. beschouwd: voordrachten van kandidaten, benoemingen tot ambten, tijdelijke aanstellingen, bevorderingen, terbeschikkingstellingen, preventieve schorsingen in het belang van de dienst en tuchtstraffen, enz….
|
Art. 22. §1. Voor elke stemming omschrijft de voorzitter duidelijk het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken. §2. De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de uitgebrachte stemmen, onthoudingen, blanco en ongeldige stemmen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen. §3. De leden van de gemeenteraad stemmen niet geheim, behalve in de gevallen bedoeld in §6. §4. Er zijn vier mogelijke werkwijzen van stemmen: 1° de elektronisch uitgebrachte stemming op elektronische drager; 2° de handopsteking; 3° de mondelinge stemming; 4° de geheime stemming. §5. De raadsleden stemmen elektronisch behalve: 1° als een derde van de aanwezige leden de mondelinge stemming vraagt; 2° als de voorzitter vaststelt dat het noodzakelijk is om met handopsteking te stemmen. Dit kan onder meer het geval zijn bij het stemmen voor een verdaging of de verplaatsing van een agendapunt, de stemming van een amendement enz. §6. Over de volgende aangelegenheden wordt geheim gestemd: 1° de vervallenverklaring van het mandaat van raadslid en van schepen; 2° het aanwijzen van de leden van de gemeentelijke bestuursorganen en van de vertegenwoordigers van de gemeente in overlegorganen en in de organen van andere rechtspersonen en feitelijke verenigingen; 3° individuele personeelszaken. Als individuele personeelszaken worden o. m. beschouwd: voordrachten van kandidaten, benoemingen tot ambten, tijdelijke aanstellingen, bevorderingen, terbeschikkingstellingen, preventieve schorsingen in het belang van de dienst en tuchtstraffen, enz….
|
Art. 28. De elektronische stemming op de tablet of PC geschiedt als volgt. Nadat de voorzitter het voorwerp van de stemming en een duidelijke formulering waarover de vergadering zich moet uitspreken, heeft omschreven zoals bepaald in art. 25, §1 van dit reglement, maakt elk raadslid een keuze tussen ja, neen of onthouding. Elk gemeenteraadslid kan slechts éénmaal een selectie maken om zijn keuze duidelijk te maken.
|
Art. 23. De elektronische stemming op de tablet of PC geschiedt als volgt: nadat de voorzitter het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken, beschrijft, zoals bepaald in artikel 22 van dit reglement, maakt elk raadslid een keuze tussen ja, neen of onthouding. Zolang de stemming nog niet afgesloten is, kan een raadslid eenmaal een andere selectie maken.
|
|
Art. 24. De stemming bij handopsteking geschiedt als volgt: nadat de waarover de vergadering zich moet uitspreken, zoals bepaald in artikel 22 van dit reglement beschrijft, vraagt de voorzitter achtereenvolgens welke raadsleden ‘voor’ stemmen, welke ‘tegen’ stemmen en welke zich onthouden. Elk raadslid kan per stemming slechts eenmaal zijn hand opsteken om zijn keuze duidelijk te maken.
|
Art. 29. § 1. De mondelinge stemming geschiedt door elk raadslid ‘voor’, ‘tegen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken. Zij doen dat volgens hun plaats in de vergaderzaal, te beginnen rechts van de algemeen directeur en met de klok mee. § 2. De voorzitter stemt het laatst, behalve bij geheime stemming. Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen (behalve in de gevallen van art. 32 van dit reglement). De stem van de voorzitter is niet doorslaggevend bij staking van stemmen.
|
Art. 25. § 1. De mondelinge stemming geschiedt door elk raadslid ‘voor’, ‘tegen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken. Zij doen dat volgens hun plaats in de vergaderzaal, te beginnen links van de algemeen directeur en met de klok mee. § 2. De voorzitter stemt als laatste, behalve bij geheime stemming. Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen (behalve in de gevallen van artikel 27 van dit reglement). De stem van de voorzitter is niet doorslaggevend bij staking van stemmen.
|
Art. 26. § 1. De gemeenteraad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport. Nadat zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad elk hun deel van het beleidsrapport hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goed zoals vastgesteld door de OCMW-raad. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de OCMW-raad niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad. § 2. De gemeenteraad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk gemeenteraadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij/zij aanwijst in het gemeentelijke deel van het beleidsrapport. In dat geval mag de gemeenteraad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de gemeenteraad. Als de OCMW-raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt de OCMW-raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
|
Art. 28. §1. De gemeenteraad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport. Nadat zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn elk hun deel van het beleidsrapport hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goed zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad. §2. De gemeenteraad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport. In afwijking daarvan kan elk raadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij/zij aanwijst in het gemeentelijke deel van het beleidsrapport. In dat geval mag de gemeenteraad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming. Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van het beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de gemeenteraad. Als de raad voor maatschappelijk welzijn voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt de raad voor maatschappelijk welzijn het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
|
Notulen en zittingsverslag Art. 33. § 1. De notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat werd gegeven aan die punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen. Ze maken eveneens melding van alle beslissingen. Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of hij/zij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield. Op verzoek van een gemeenteraadslid wordt de essentie van de tussenkomst van een raadslid in verband met de besluitvorming in de notulen vermeld. § 2. De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. Een raadslid kan ter zitting vragen om in het zittingsverslag de rechtvaardiging van zijn stemgedrag op te nemen. § 3. Het zittingsverslag van de openbare zitting van de gemeenteraad wordt conform art. 278 DLB vervangen door een audio-opname. De audio-opname wordt binnen de 10 dagen na de vergadering ter beschikking gesteld op de gemeentelijke website. § 4. Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 4, §2 en artikel 5 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
Art. 34. § 1. De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het DLB.
|
NOTULEN, ZITTINGSVERLAG EN ONDERTEKENING Art. 29. §1. De notulen van de raad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de raad geen beslissing heeft genomen. Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen. Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of die voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield. Een raadslid kan vragen om, beknopt, in de notulen de rechtvaardiging van zijn of haar stemgedrag op te nemen. §2. De zittingsverslagen van de vergaderingen van de raad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. §3. De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de raad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikels 277 en 278 DLB. §4. Als de raad een aangelegenheid overeenkomstig artikels 5 en 6 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt over die aangelegenheid geen zittingsverslag opgesteld noch een audiovisuele opname gemaakt.
|
Art. 33. § 3. Het zittingsverslag van de openbare zitting van de gemeenteraad wordt conform art. 278 DLB vervangen door een audio-opname. De audio-opname wordt binnen de 10 dagen na de vergadering ter beschikking gesteld op de gemeentelijke website.
|
Art. 30. Het zittingsverslag van de openbare zitting van de raad bestaat enerzijds uit een audiovisuele opname, conform art. 278 DLB, en anderzijds uit een uitgetypt zittingsverslag. De audiovisuele opname wordt via de gemeentelijke website ter beschikking gesteld aan raadsleden en publiek.
|
Art. 34. § 1. De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het DLB. § 2. Behalve in spoedeisende gevallen, worden de notulen van de vorige vergadering ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering via e-notulen ter beschikking gesteld aan de gemeenteraadsleden. § 3. Elk gemeenteraadslid heeft het recht om tijdens de openbare vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige openbare vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast. Opmerkingen over de redactie van de notulen van de vorige besloten vergadering worden tijdens de besloten vergadering gemaakt. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast. Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur ondertekend. In het geval dat de gemeenteraad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de gemeenteraad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering. In e-notulen wordt steeds een agendapunt ‘Goedkeuren notulen’ opgemaakt. Dit zal steeds op de agenda van de besloten zitting staan. § 4. Zo dikwijls de gemeenteraad het gewenst acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en door algemeen directeur en de meerderheid van de aanwezige raadsleden ondertekend.
|
Art. 31. § 1. Behalve in spoedeisende gevallen, worden de notulen van de vorige vergadering en het uitgetypt zittingsverslag ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering via e-Notulen ter beschikking gesteld aan de raadsleden. §2. Elk raadslid heeft het recht om tijdens de openbare vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige openbare vergadering. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast. §2. Elk raadslid heeft het recht om tijdens de openbare vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige openbare vergadering. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast. Opmerkingen over de redactie van de notulen van de vorige besloten vergadering worden tijdens de besloten vergadering gemaakt. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast. §3. Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de raad en de algemeen directeur ondertekend. In het geval de raad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de raad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering. In e-Notulen wordt steeds een agendapunt ‘Goedkeuren notulen’ opgemaakt. §4. Als de raad het gewenst acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en door algemeen directeur en de meerderheid van de aanwezige raadsleden ondertekend. §5. Het zittingsverslag wordt samen met de notulen actief openbaar gemaakt via de bekendmaking op de webtoepassing van de gemeente.
|
Art. 37. § 1. De raad richt de volgende zes commissies op die zijn samengesteld uit gemeenteraadsleden: 1° personeel en organisatie; 2° financiën; 3° infrastructuur; 4° omgeving; 5° mobiliteit; 6° een commissie die waakt over de afstemming van het gemeentelijk beleid op het beleid van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Deze commissies hebben als taak het voorbereiden van de besprekingen in de gemeenteraadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De commissies kunnen steeds deskundigen en belanghebbenden horen. § 2. Iedere commissie is samengesteld uit 13 stemgerechtigde raadsleden. De voorzitter kan worden aangewezen onder de raadsleden die geen lid zijn van de commissie. In dat geval heeft de voorzitter geen stemrecht. De mandaten van lid van iedere commissie worden volgens het stelsel D’Hondt evenredig verdeeld over de fracties waaruit de gemeenteraad is samengesteld. De evenredigheid vereist in ieder geval dat de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen steeds hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties. De gemeenteraadsleden behoren tot de fracties zoals werd vastgesteld op de installatievergadering of bij vervanging of opvolging op een latere gemeenteraad. § 3. Elke fractie wijst de mandaten toe, die haar overeenkomstig de berekeningswijze van de evenredige vertegenwoordiging toekomen, door middel van een voordracht, gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Om ontvankelijk te zijn moet de akte van voordracht voor elk van de kandidaat-commissieleden ten minste ondertekend zijn door een meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-commissielid deel van uitmaakt. Indien de fractie van het kandidaat-commissielid slechts uit twee verkozenen bestaat, volstaat de handtekening van één van hen. Niemand kan meer dan één akte ondertekenen per beschikbaar mandaat voor de fractie. § 4. Als de voorzitter van de gemeenteraad voordrachten ontvangt voor meer kandidaten dan er mandaten te begeven zijn voor een fractie, dan worden de mandaten toegewezen volgens de volgorde van voorkomen op de akte van voordracht. § 5. Als ten gevolge van de toepassing van de evenredige vertegenwoordiging een fractie niet vertegenwoordigd is in een commissie, kan de fractie een raadslid aanwijzen dat als lid met raadgevende stem in de commissie zetelt. § 6. Tot de eerstvolgende volledige vernieuwing van de gemeenteraad wordt een fractie geacht eenzelfde aantal leden in de commissies te behouden. Indien één of meerdere leden verklaren niet meer te behoren tot de fractie kan dit lid niet meer zetelen, noch als lid van deze fractie, noch als lid van een andere fractie. Niettemin behouden deze fracties het oorspronkelijke aantal leden in de commissie. § 7. Elke commissie wordt voorgezeten door een gemeenteraadslid. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen voorzitter zijn van een commissie. De gemeenteraad duidt de voorzitters van de commissies aan. § 8. De gemeenteraadscommissies worden bijeengeroepen door de voorzitters van de commissies en dit op vraag van het college van burgemeester en schepenen. Behalve in spoedeisende gevallen, geschiedt de bijeenroeping via e-notulen aan alle leden van de gemeenteraadscommissie (effectieve leden en leden die als waarnemer kunnen zitting hebben), ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering. De oproeping vermeldt de agenda, dag, uur en plaats van de vergadering. Deze informatie wordt eveneens bekendgemaakt aan het publiek door publicatie op de gemeentelijke website. § 9. De gemeenteraadscommissies kunnen geldig vergaderen, ongeacht het aantal aanwezige leden. Commissieleden kunnen zich tijdens een vergadering laten vervangen door raadsleden van dezelfde fractie. § 10. De gemeenteraadscommissievergaderingen zijn in principe openbaar onder dezelfde voorwaarden als voor de gemeenteraad (zie art. 4 tem. 6 van dit reglement). De raadsleden kunnen, zonder stemrecht, de vergaderingen van de commissies waarvan zij geen deel uitmaken, bijwonen. De leden van het college en de algemeen directeur kunnen als waarnemend lid de gemeenteraadscommissievergaderingen bijwonen. § 11. Vooraleer aan vergaderingen deel te nemen, tekenen de leden van elke gemeenteraadscommissie een aanwezigheidslijst, die aan de algemeen directeur wordt bezorgd.
|
Art. 34. § 1. De raad richt de volgende commissies op die zijn samengesteld uit raadsleden: 1° financiën; 2° mens; 3° ruimte en 4° verenigde commissie. Deze commissies hebben als taak het voorbereiden van de besprekingen in de raadszittingen, het verlenen van advies en het formuleren van voorstellen over de wijze waarop vorm wordt gegeven aan de inspraak van de bevolking telkens als dat voor de beleidsvoering wenselijk wordt geacht. De commissies kunnen steeds deskundigen en belanghebbenden horen. §2. De verenigde gemeenteraadscommissie is samengesteld uit alle leden van de gemeenteraad. Alle andere commissies zijn samengesteld uit 13 stemgerechtigde raadsleden. De voorzitter kan worden aangewezen onder de raadsleden die geen lid zijn van de commissie. In dat geval heeft de voorzitter geen stemrecht. De mandaten van lid van iedere commissie worden volgens het stelsel D’Hondt evenredig verdeeld over de fracties waaruit de gemeenteraad is samengesteld. De evenredigheid vereist in ieder geval dat de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de fracties waarvan leden deel uitmaken van het college van burgemeester en schepenen steeds hoger is dan de som van het aantal mandaten dat toekomt aan de andere fracties. De raadsleden behoren tot de fracties zoals werd vastgesteld op de installatievergadering of bij vervanging of opvolging op een latere gemeenteraad. §3. Elke fractie wijst de mandaten toe, die haar overeenkomstig de berekeningswijze van de evenredige vertegenwoordiging toekomen, door middel van een voordracht, gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Om ontvankelijk te zijn moet de akte van voordracht voor elk van de kandidaat-commissieleden ten minste ondertekend zijn door een meerderheid van de leden van de fractie waarvan het kandidaat-commissielid deel van uitmaakt. Indien de fractie van het kandidaat-commissielid slechts uit twee verkozenen bestaat, volstaat de handtekening van één van hen. Niemand kan meer dan één akte ondertekenen per beschikbaar mandaat voor de fractie. §4. Als de voorzitter van de gemeenteraad voordrachten ontvangt voor meer kandidaten dan er mandaten te begeven zijn voor een fractie, dan worden de mandaten toegewezen volgens de volgorde van voorkomen op de akte van voordracht. §5. Als ten gevolge van de toepassing van de evenredige vertegenwoordiging een fractie niet vertegenwoordigd is in een commissie, kan de fractie een raadslid aanwijzen dat als lid met raadgevende stem in de commissie zetelt. § 6. Tot de eerstvolgende volledige vernieuwing van de gemeenteraad wordt een fractie geacht eenzelfde aantal leden in de commissies te behouden. Indien één of meerdere leden verklaren niet meer te behoren tot de fractie kan dit lid niet meer zetelen, noch als lid van deze fractie, noch als lid van een andere fractie. Niettemin behouden deze fracties het oorspronkelijke aantal leden in de commissie. Raadsleden die op basis van artikel 12 DLB tijdelijk in de raad zetelen ter vervanging van een verhinderd raadslid, vervangen dat raadslid tijdens de periode van verhindering ook in de commissies waar het verhinderd lid normaal gezien zetelt. §7. Elke commissie wordt voorgezeten door een raadslid. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen voorzitter zijn van een commissie. De gemeenteraad duidt de voorzitters van de commissies aan. §8. De gemeenteraadscommissie wordt bijeengeroepen door de commissievoorzitter en dit op vraag van het college van burgemeester en schepenen, op dezelfde wijze als de raad bijeengeroepen wordt in artikel 2 van dit reglement. De stukken die bij de agenda horen, worden op dezelfde wijze bekend gemaakt aan de raadsleden. Behalve in spoedeisende gevallen, geschiedt de bijeenroeping via e-Notulen aan alle leden van de gemeenteraadscommissie (effectieve leden en leden die als waarnemer kunnen zitting hebben), ten minste acht dagen voor de dag van de vergadering. De oproeping vermeldt de agenda, dag, uur en plaats van de vergadering. Deze informatie wordt eveneens bekendgemaakt aan het publiek door publicatie op de gemeentelijke website raadpleegomgeving. §9. De commissies vergaderen fysiek. §10. De gemeenteraadscommissies kunnen geldig vergaderen, ongeacht het aantal aanwezige leden. Commissieleden kunnen zich tijdens een vergadering laten vervangen door raadsleden van dezelfde fractie. §11. De gemeenteraadscommissievergaderingen zijn in principe openbaar onder dezelfde voorwaarden als voor de raad (zie artikels 5 en 6 van dit reglement). De raadsleden kunnen, zonder stemrecht, de vergaderingen van de commissies waarvan zij geen deel uitmaken, bijwonen. De leden van het college en de algemeen directeur kunnen als waarnemend lid de gemeenteraadscommissievergaderingen bijwonen. §12. Vooraleer aan vergaderingen deel te nemen, tekenen de leden van elke gemeenteraadscommissie een aanwezigheidslijst, die aan de algemeen directeur wordt bezorgd.
|
Art. 39. Het ambt van secretaris van elke raadscommissie wordt waargenomen door één of meer personeelsleden van de gemeente, op voorstel van de algemeen directeur, aangewezen door het college van burgemeester en schepenen. Een afschrift van het verslag wordt via e-notulen verzonden aan ieder commissielid en aan elke fractieleider.
|
Art. 36. Het ambt van secretaris van elke raadscommissie wordt waargenomen door één of meer personeelsleden van de gemeente, op voorstel van de algemeen directeur, aangewezen door het college van burgemeester en schepenen. Een afschrift van het verslag wordt via e-Notulen gedeeld met de leden van de commissie en ook bekendgemaakt op de gemeentelijke website.
|
Art. 37. De deontologische commissie is geen commissie zoals bedoeld in dit hoofdstuk. De samenstelling, werking en bevoegdheid van de deontologische commissie wordt geregeld in de deontologische code voor mandatarissen.
|
|
Art. 40. § 1. Aan de gemeenteraadsleden, met uitzondering van de burgemeester en de schepenen, wordt een presentiegeld verleend voor de volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn: 1° de vergaderingen van de gemeenteraad; 2° de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies (incl. deze waarvoor raadsleden overeenkomstig art. 37, §3, vierde lid van het DLB zijn aangewezen als leden met raadgevende stem). § 2. Het presentiegeld bedraagt 213,32 euro voor de vergaderingen van de gemeenteraad. Voor de andere vergaderingen uit de lijst bedraagt het resp. 152,37 euro (voor commissieleden) en 213,32 euro (voor voorzitters van commissies). De voorzitter van de gemeenteraad ontvangt een dubbel presentiegeld voor de vergaderingen van de gemeenteraad die hij/zij voorzit. § 3. De hierboven vermelde bedragen zijn bedragen aan 100%, van toepassing vanaf 1 oktober 2018. Zij zijn gekoppeld aan spilindex 138,01.
|
Art. 38. § 1. Aan de raadsleden, met uitzondering van de burgemeester en de schepenen, wordt een presentiegeld verleend voor de volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn: 1° de vergaderingen van de raad; 2° de vergaderingen van de gemeenteraadscommissies (incl. deze waarvoor raadsleden overeenkomstig art. 37, §3, vierde lid DLB zijn aangewezen als leden met raadgevende stem). §2. Het presentiegeld bedraagt 265,25 euro voor de vergaderingen van de gemeenteraad. Voor de andere vergaderingen uit de lijst bedraagt het resp. 189,46 euro voor commissieleden en 265,25 euro voor voorzitters van commissies. De voorzitter van de gemeenteraad ontvangt een dubbel presentiegeld voor de vergaderingen van de gemeenteraad die hij/zij voorzit. § 3. Deze bedragen worden jaarlijks geïndexeerd. |
Art. 41. § 1. Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de gemeenteraadsleden op het gemeentehuis toegang tot telefoon en internet en kunnen ze kopieën bekomen van gemeentelijke bestuursdocumenten. Alle raadsleden krijgen ook een beveiligde toegang tot het intranet en e-notulen van de gemeente. De raadsleden beschikken over een tablet zodat de agenda’s, ontwerpbesluiten en de gekoppelde documenten en notulen op een veilige manier kunnen geconsulteerd worden.
|
Art. 39. Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de raadsleden op het gemeentehuis toegang tot internet en kunnen ze kopieën bekomen van gemeentelijke bestuursdocumenten alsook van bestuursdocumenten van het Autonoom Gemeentebedrijf Grimbergen. Alle raadsleden krijgen ook een beveiligde toegang tot e-Notulen van de gemeente.
|
Art. 41. § 1. Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de gemeenteraadsleden op het gemeentehuis toegang tot telefoon en internet en kunnen ze kopieën bekomen van gemeentelijke bestuursdocumenten. Alle raadsleden krijgen ook een beveiligde toegang tot het intranet en e-notulen van de gemeente. De raadsleden beschikken over een tablet zodat de agenda’s, ontwerpbesluiten en de gekoppelde documenten en notulen op een veilige manier kunnen geconsulteerd worden. (...) § 5. Voor alle raadsleden wordt ten laste van het gemeentebestuur een e-mailadres voornaam.achternaam@grimbergen.be aangemaakt.
|
Art. 40. §1. Aan alle raadsleden wordt een tablet ter beschikking gesteld. Dat toestel wordt gebruikt voor het raadswerk in de gemeente en het OCMW. Het toestel beschikt over een beveiligde toegang tot het netwerk van de gemeente en het OCMW. Toegang tot de teams en Sharepointomgeving van de gemeente is niet toegestaan. Het toestel is voorzien van de software die nodig is om de taken die horen bij het raadslidmaatschap goed te kunnen uitoefenen, en dat binnen een beveiligde omgeving. Een raadslid bewaart geen persoonsgegevens of vertrouwelijke informatie lokaal op het toestel. §2. Elk raadslid krijgt een mailbox en e-mailadres van de gemeente. Raadsleden gebruiken enkel dit e-mailadres voor e-mails die te maken hebben met het raadslidmaatschap en gebruiken het e-mailadres ook enkel daarvoor. Gebruik van het emailadres voor privédoeleinden geschiedt op eigen risico. §4.Wanneer het mandaat ten einde komt, hebben de raadsleden 14 dagen tijd om het toestel terug te bezorgen en eventuele private berichten, die toch in de mailbox terechtgekomen zouden zijn, te wissen. Het is verboden om informatie en berichten te wissen die rechtstreeks of onrechtstreeks te maken hebben met het raadslidmaatschap of de gemeente.
|
Art. 41. §1. Aan de leden van het college van burgemeester en schepenen en de voorzitter van de raad wordt een laptop ter beschikking gesteld. Dat toestel wordt gebruikt voor het raadswerk in de gemeente en het OCMW. Het toestel beschikt over een beveiligde toegang tot het netwerk van de gemeente en het OCMW. Leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen toegelaten worden tot de overleg -en projectteams indien nodig. Zij hebben geen toegang tot organisatieteams. Het toestel is voorzien van de software die nodig is om de taken die horen bij het raadslidmaatschap goed te kunnen uitoefenen, en dat binnen een beveiligde omgeving. Een raadslid bewaart geen persoonsgegevens of vertrouwelijke informatie lokaal op het toestel. §2. De leden van het college van burgemeester en schepenen en de voorzitter van de raad kunnen het ICT-materiaal, aangeboden door het bestuur, weigeren en ter compensatie een vergoeding krijgen ten belope van het aankoopbedrag van laptop en muis voor de andere leden van het college van burgemeester. De volgende voorwaarden zijn daarbij van toepassing:
§3. Wanneer het mandaat ten einde komt, hebben de leden van het college van burgemeester en schepenen en de voorzitter van de raad 14 dagen tijd om het toestel terug te bezorgen en eventuele private berichten, die toch in de mailbox terechtgekomen zouden zijn, te wissen. Het is verboden om informatie en berichten te wissen die rechtstreeks of onrechtstreeks te maken hebben met hun mandaat of de gemeente. |
|
Art. 41. § 3. Gemeenteraadsleden, met inbegrip van de leden van het college van burgemeester en schepenen, kunnen aanspraak maken op de terugbetaling van verplaatsingsonkosten om redenen die verband houden met en noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun mandaat, en voor zover het verplaatsingen buiten de gemeente betreft. De kosten moeten bewezen worden. De terugbetaling gebeurt op basis van de regeling die van toepassing is op het gemeentepersoneel. De algemeen directeur beslist in functie van de bovenvermelde criteria of tot terugbetaling van ingebrachte kosten kan worden overgegaan. Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen. Dat document is openbaar. § 4. Gemeenteraadsleden, met inbegrip van de leden van het college van burgemeester en schepenen, kunnen de algemeen directeur verzoeken om didactisch materiaal aan te kopen. Zij dienen hiervoor een aanvraag in op het adres gemeentebestuur@grimbergen.be met in het onderwerp ‘Aankoop didactisch materiaal’. Het aangekocht didactisch materiaal is beschikbaar voor alle raadsleden en ligt ter inzage bij de dienst Secretarie en Algemene Zaken.
|
Art. 42. §1. Raadsleden, met inbegrip van de leden van het college van burgemeester en schepenen, kunnen de kosten van studiedagen of vormingscursussen, (ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of de VVSG), terugvorderen van het gemeentebestuur, voor zover deze cycli of studiedagen noodzakelijk of verrijkend zijn voor de uitoefening van hun mandaat. Deze kosten moeten worden verantwoord met bewijsstukken. §2. De terugvorderbare kosten mogen niet buitensporig zijn en moeten vergelijkbaar zijn met deze van vormingsinitiatieven voor gemeente- en OCMW-personeel. Ze betreffen in principe enkel vormingscycli of studiedagen in het binnenland. Er worden geen kosten vergoed voor het behalen van bijkomende diploma’s. De algemeen directeur beslist in functie van de bovenvermelde criteria of tot terugbetaling van ingebrachte kosten kan worden overgegaan. Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen. Dat document is openbaar. §2. Verplaatsingskosten van raadsleden, met inbegrip van de leden van het college van burgemeester en schepenen, noodzakelijk voor de uitoefening van hun mandaat, en voor zover het verplaatsingen buiten de gemeente betreft, worden door het gemeentebestuur terugbetaald na voorlegging van bewijsstukken. De terugbetaling gebeurt op basis van de regeling die van toepassing is op het gemeentepersoneel. Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de terugbetaling van de kosten van de mandatarissen. Dat document is openbaar.
|
Art. 41. § 6. Aan de leden van het college van burgemeester en schepenen wordt de mogelijkheid gegeven om in te tekenen op een GSM-abonnement ten laste van de gemeente waarbij de kosten voor de schepenen boven de 50 euro per maand als privégebruik worden aangerekend en voor de burgemeester boven de 100 euro per maand.
|
Art. 43. Aan de leden van het college van burgemeester en schepenen wordt de mogelijkheid gegeven om in te tekenen op een GSM-abonnement ten laste van de gemeente. Hierbij gelden de bepalingen van bijlage 14 van het arbeidsreglement (GSM-reglement) (goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 23 november 2023) ook voor de leden van het college van burgemeester en schepenen, waarbij voor de burgemeester dezelfde voorwaarden gelden als voor de algemeen directeur, en voor de schepenen dezelfde voorwaarden als de MAT-leden.
|
Art. 41. § 7. De gemeente sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden. De gemeente sluit daarnaast ook een verzekering af voor ongevallen die de gemeenteraadsleden overkomen in het kader van de normale uitoefening van hun ambt.
|
Art. 44. De gemeente sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden. De gemeente sluit daarnaast ook de volgende verzekeringen af:
|
Verzoekschriften aan de gemeente
Art. 42. § 1. Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen. Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn. De organen van de gemeente zijn de gemeenteraad, het college van burgemeester en schepenen, de voorzitter van de gemeenteraad, de burgemeester, de algemeen directeur en elk ander orgaan van de gemeente dat als overheid optreedt. § 2. De verzoekschriften worden aan het orgaan van de gemeente gericht tot wiens bevoegdheid de inhoud van het verzoek behoort. Komt een verzoekschrift niet bij het juiste orgaan aan, dan bezorgt dit orgaan het verzoek aan de juiste bestemmeling. § 3. Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van de gemeente behoort, zijn onontvankelijk. § 4. Een schriftelijke vraag wordt niet als verzoekschrift beschouwd als: 1° de vraag onredelijk is of te vaag geformuleerd; 2° het louter een mening is en geen concreet verzoek; 3°de vraag anoniem, d.w.z. zonder vermelding van naam, voornaam en adres, werd ingediend; 4° het taalgebruik ervan beledigend is. Het orgaan of de voorzitter van het orgaan maakt deze beoordeling. Hij/zij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen dat wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet.
Art. 43. § 1. Is het een verzoekschrift voor de gemeenteraad, dan plaatst de voorzitter van de gemeenteraad het verzoekschrift op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad indien het minstens 1 maand vóór de vergadering werd ontvangen. Wordt het verzoekschrift later ingediend, dan komt het op de agenda van de volgende vergadering. § 2. De gemeenteraad kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het college van burgemeester en schepenen of naar een gemeenteraadscommissie verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken. § 3. De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meerdere personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door het betrokken orgaan van de gemeente. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze. § 4. Het betrokken orgaan van de gemeente verstrekt, binnen drie maanden na de indiening van het verzoekschrift, een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift.
Agenderen van voorstellen en vragen Art. 44. § 1. De gemeenteraad voert een beleid op het vlak van de betrokkenheid en de inspraak van de burgers of van de doelgroepen, met inbegrip van een regeling over het recht van de inwoners om voorstellen en vragen op de agenda van de gemeenteraad te zetten. § 2. Overeenkomstig artikel 28 van de Grondwet, heeft iedereen het recht verzoekschriften in te dienen bij de organen van de gemeente. § 3. Onder voorbehoud van de wettelijke en decretale bepalingen die op dit gebied gelden, kan alleen de gemeenteraad overgaan tot de organisatie van raden en overlegstructuren die als opdracht hebben op regelmatige en systematische wijze het gemeentebestuur te adviseren. Ten hoogste twee derde van de leden van de raden en de overlegstructuren, vermeld in het eerste lid, is van hetzelfde geslacht. Als dat niet het geval is, kan niet op rechtsgeldige wijze advies worden uitgebracht. Gemeenteraadsleden en leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen stemgerechtigd lid zijn van de raden en de overlegstructuren, vermeld in het eerste lid. § 4. De gemeenteraad kan ook andere initiatieven nemen om de inspraak van de burgers te bevorderen. § 5. De gemeenteraad bepaalt bij reglement de wijze waarop concreet vorm gegeven wordt aan de inspraak, vermeld in §1 tem. 4, voor de gemeente en haar organen. Het reglement “inspraak” waarvan sprake in §5 gaat ruimer dan het recht van inwoners om voorstellen en vragen op de agenda van de gemeenteraad te zetten.
|
INSPRAAK EN PARTICIPATIE Inleidende bepalingen
Art. 45. De hieronder opgenomen artikels geven, in toepassing van artikel 304 DLB, nadere invulling aan een aantal vormen van inspraak, betrokkenheid en participatie vanwege de burgers en doelgroepen ten aanzien van het beleid, de besluitvorming en de dienstverlening. Deze regeling is welteverstaan niet beperkend bedoeld: naast de inspraakvormen die in dit reglement uitdrukkelijk worden genoemd, zal het bestuur steeds ook nog op andere manieren zijn belanghebbenden kunnen informeren, consulteren en betrekken.
Adviesraden en andere overlegstructuren Art. 46. §1. De gemeenteraad bepaalt welke adviesraden of andere overlegstructuren met burgers, verenigingen en/of doelgroepen officieel ingesteld worden met als opdracht om het gemeentebestuur op regelmatige en systematische wijze te adviseren. §2. Op voorstel van elke raad stelt de gemeenteraad binnen de twaalf maanden na het begin van elke nieuwe legislatuur, voor elke adviesraad of overlegstructuur statuten of een organiek reglement vast, met daarin: 1° nadere aanduiding van het adviesdomein, 2° de (wijze van) samenstelling, 3° de voornaamste werkingsregels, 4° de wijze het gevolg dat aan de adviezen wordt gegeven, zal worden meegedeeld.
Art. 47. De wijze van samenstelling wordt door de gemeenteraad bewaakt in functie van voldoende representativiteit voor het betrokken domein. Raadsleden en leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen stemgerechtigd lid zijn.
Art. 48. Het lokaal bestuur informeert de inwoners actief over het bestaan en de inhoud van de verschillende adviesraden in de gemeente. Ze doet hierbij een actieve oproep naar de inwoners om zich kandidaat te stellen voor een of meerdere adviesraden.
Art. 49. Voor adviesorganen of andere overlegstructuren die door specifieke hogere regelgeving ingesteld zijn, gelden de betreffende hogere voorschriften inzake taak, bevoegdheid, samenstelling en werking.
Art. 50. Een overzicht van de adviesraden wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website samen met de samenstelling, de contactpersoon, de vergaderfrequentie, de verslagen en de organieke reglementen of statuten.
Inspraakvergaderingen, enquêtes, openbare onderzoeken Art. 51. Het bestuur kan zowel over algemene thema’s als over specifieke dossiers inspraakvergaderingen, bewonersbevragingen, enquêtes en dergelijke organiseren. Hun praktische organisatie gebeurt in functie van een maximaal bereik van de betrokken doelgroep(en). Zij worden goed gecommuniceerd. Hun praktische modaliteiten (vorm, plaats, tijdstip, termijn, …) zijn voldoende laagdrempelig en burgervriendelijk.
Art. 52. Openbare onderzoeken die voorgeschreven zijn door bijzondere regelgevingen (bijv. inzake ruimtelijke ordening, …) worden georganiseerd overeenkomstig de bijzondere bepalingen daaromtrent.
Meldingen, vragen, suggesties en klachten Art. 53. Via de gemeentelijke website kan iedereen meldingen doen, suggesties formuleren, vragen stellen of klachten indienen. De behandeling gebeurt volgens interne procesafspraken en servicenormen.
Art. 54. Formele klachten worden door de klachtencoördinator behandeld volgens de bepalingen van het Reglement voor Klachtenbehandeling.
Participatietrajecten Art. 55. Het lokaal bestuur implementeert alle decretaal verplichte participatieprocessen en -trajecten in haar interne en externe werking.
Art. 56. Het lokaal bestuur kan bijkomend op eigen initiatief voor zowel grote als kleine projecten en over algemene thema’s of specifieke dossiers een participatietraject uitwerken. Het bestuur houdt daarbij rekening met de aard van het project, het mogelijke resultaat en de impact op de buurt, de betrokkenen en de hele gemeente.
Art. 57. De praktische organisatie van een participatietraject gebeurt in functie van een maximaal bereik van de betrokken doelgroep(en). Dit gaat gepaard met een duidelijk communicatieplan. §1. De praktische modaliteiten (vorm, plaats, tijdstip, termijn,…) zijn voldoende laagdrempelig en begrijpelijk. §2. De praktische uitvoering van bovenstaande initiatieven wordt gedelegeerd aan het college van burgemeester en schepenen. §3. Elk participatietraject is maatwerk waarbij de praktische modaliteiten, zoals hierboven vermeld, kunnen variëren. §4. Het lokaal bestuur maakt gebruik van zowel online als offline vormen van participatiemogelijkheden.
Verzoekschriften en voorstellen aan de bestuursorganen Art. 58. §1. Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen. Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn. De organen van de gemeente zijn de gemeenteraad, het college van burgemeester en schepenen, de voorzitter van de gemeenteraad, de burgemeester, de algemeen directeur en elk ander orgaan van de gemeente dat als overheid optreedt. §2. Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van de gemeente behoort, zijn onontvankelijk. §3. Wordt niet als een verzoekschrift beschouwd: 1° verzoeken die kennelijk onredelijk of te vaag geformuleerd zijn. Een verzoek is onredelijk wanneer de behandeling ervan de werking van de overheidsdienst verstoort; 2° verzoeken die anoniem werden ingediend, zonder vermelding van naam, voornaam en adres; 3° verzoeken die beledigend taalgebruik bevatten of die kennelijk niet ernstig zijn; 4° documenten die weliswaar als verzoekschrift werden ingediend, maar geen concreet verzoek om iets te doen of iets te laten bevatten, zoals documenten die:
5° aanvragen, bezwaren of beroepen in aangelegenheden waarvoor een specifieke aanvraag-, bezwaar- of beroepsprocedure bestaat. 6° klachten, zoals omschreven in het klachtenreglement en 7° verzoeken die handelen over lopende administratieve en gerechtelijke procedures en uitspraken. Het orgaan beoordeelt de ontvankelijkheid van het verzoekschrift. Aan de indiener kan gevraagd worden om een nieuw geformuleerd verzoekschrift dat wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet.
Art. 59. Het verzoekschrift, voorstel of vraag moet schriftelijk ingediend worden en ondertekend zijn, met vermelding van naam, voornaam, geboortedatum en adres van de indiener. Als er meerdere indieners, zijn, moet voor allen naam, voornaam, adres en handtekening vermeld staan. Men vermeldt bovenaan duidelijk dat het om een verzoekschrift, voorstel of vraag in het kader van dit inspraakreglement gaat. Men voegt alle nuttige informatie of stukken bij voor een juiste beoordeling van wat precies voorgesteld of gevraagd wordt.
Art. 60. De verzoekschriften worden aan het orgaan van de gemeente gericht tot wiens bevoegdheid de inhoud van het verzoek behoort. Komt een verzoekschrift niet bij het juiste orgaan aan, dan bezorgt dit orgaan het verzoek aan de juiste bestemmeling.
Behandeling verzoekschriften, vragen en voorstellen Art. 61. §1. Is het een verzoekschrift voor de raad, dan plaatst de voorzitter van de raad het verzoekschrift op de agenda van de eerstvolgende raad indien het minstens 1 maand vóór de vergadering werd ontvangen. Wordt het verzoekschrift later ingediend, dan komt het op de agenda van de volgende vergadering. §2. De raad kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het college van burgemeester en schepenen of naar een gemeenteraadscommissie verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken of deze te behandelen indien deze tot hun bevoegdheid behoren. §3. De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meerdere personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door het betrokken orgaan van de gemeente indien de voorzitter van het betrokken orgaan dit opportuun acht. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze. De verzoeker kan worden gehoord, maar mag niet deelnemen aan de debatten.
Art. 62. De voorzitter van het behandelend orgaan verstrekt, binnen drie maanden na het indienen van het verzoekschrift, de vraag of het voorstel, een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker of, indien het verzoekschrift, vraag of voorstel door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar.
Behandeling verzoekschriften, vragen en voorstellen met spreekrecht Art. 63. De raad behandelt de verzoekschriften, voorstellen en vragen die inhoudelijk tot zijn beslissingsbevoegdheid behoren én ondertekend zijn door ten minste 450 inwoners van Grimbergen, minstens 16 jaar oud op de datum van indiening.
Art. 64. Verzoekschriften, voorstellen en vragen die door de raad te behandelen zijn, worden verplicht door de voorzitter geagendeerd uiterlijk op de tweede reguliere raadszitting na de indiening.
Art. 65. In het verzoekschrift, voorstel of vraag kan men uitdrukkelijk vragen tijdens de raad gehoord te worden voor nadere toelichting. De indieners kunnen daartoe dan maximaal 2 personen afvaardigen; de toelichting mag hoogstens 15 min. duren.
Art. 66. De raad beslist over het gemotiveerde gevolg/antwoord dat aan het verzoekschrift, voorstel of vraag wordt gegeven. Als de raad het aangewezen acht, kan deze, voor eerst nog bijkomend onderzoek door het college van burgemeester en schepenen, de beslissing over het gevolg/antwoord verdagen naar zijn eerstvolgende vergadering. Het door de raad bepaalde gevolg/antwoord (alsook de eventuele beslissing tot verdaging naar de eerstvolgende vergadering) wordt onverwijld aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, voorstel of vraag meegedeeld.
|
In bijlage het huishoudelijk reglement met wijzigingen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd deze wijzigingen goed te keuzen en het gewijzigd reglement goed te keuren.
Voorzitter Daan VERTONGEN dankt meerderheid, oppositie en de administratie voor de constructieve input die er gegeven is om te komen tot deze tekst.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt het woord en vermeldt dat er discussie was over artikel 63, waarvoor hij een annotatie heeft ingediend. Het ging over het aantal mensen dat een vraag tot mondelinge tussenkomst moet steunen. Dit werd vastgelegd op het gemiddelde van het aantal voorkeursstemmen van de verkozenen, die rond de tafel zitten. Zijn fractie vindt dat cijfer veel te hoog omdat zij participatie van de bevolking belangrijk vindt. Zij hebben daarom een annotatie ingediend die zegt dat de voorstellen slechts moeten ondertekend worden door 300 inwoners van Grimbergen, in plaats van 450.
Voorzitter Daan VERTONGEN legt uit dat dit over het hoorrecht gaat: als burger kan je vragen om gehoord te worden. Door de formule van het gemiddelde van het aantal voorkeursstemmen van de verkozenen aan tafel kwam men afgerond op 450 inwoners. Hij verwelkomt echter het voorstel van de fractie Groen+Vooruit.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK krijgt het woord en vindt dat het democratisch gehalte van het getal dat voorligt zowel rationeel als rekenkundig te verdedigen valt. Hij leidt af uit het betoog van raadslid BOELENS dat hij van mening is dat de gemeenteraad de participatie niet hoog in het vaandel zou dragen. Het is ook de overtuiging van zijn fractie dat een redelijk aantal handtekeningen nuttig kan zijn om de hoorgerechtigde een draagvlak te geven. Hij vindt daarom het getal van 450 niet te hoog.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt een tweede maal het woord en spreekt tegen dat hij zou hebben gezegd dat een aantal mensen participatie niet belangrijk vindt. Hij vindt echter dat de drempel wat lager gelegd moet worden. Hij denkt dat dit bij de vorige gemeenteraad rond de 250 was. Hij heeft dit ook vergeleken met andere gemeenten. Om 300 handtekeningen te verzamelen van inwoners van de gemeente, moet men al een inspanning leveren. De fractie Groen+Vooruit wil die inspanning dragelijker maken. Als er zich een probleem stelt in Beigem, een kleine deelgemeente, of in Borgt, een kleine wijk, is het niet vanzelfsprekend om andere burgers van Grimbergen hiervoor te motiveren.
Raadslid Dieter GOOVAERTS krijgt het woord en sluit zich hierbij aan, hij vraagt zich bovendien af hoe men gaat controleren dat de handtekeningen effectief van bewoners van Grimbergen komen. Als men een bepaalde controle wil toepassen is het cijfer van 450 of zelfs 300 niet evident.
Voorzitter Daan VERTONGEN verklaart dat dit uitgewerkt moet worden door de diensten. Een voornaam en een naam zou voldoende moeten zijn om een opzoeking te doen in het register. Meer gegevens maken de taak wel minder arbeidsintensief, dus hij doet de oproep om meer gegevens te verschaffen.
Raadslid Dieter GOOVAERTS krijgt een tweede maal het woord en wil de voorzitter nog bedanken voor de uitnodiging voor de constructieve en transparante vergadering. De fractie SamenGrootGrimbergen is tevreden dat het over participatie gaat, en wil ook de bevoegde schepen daarvoor bedanken. Hij gaf tijdens de vergadering al aan dat hij een persoonlijke terughoudendheid had over de presentiegelden vermeld in artikel 38. Die worden nu opgetrokken naar het wettelijk maximum dat in maart werd beslist, nl. van 213 naar 265 euro bruto per raadslid per gemeenteraad. Er staat duidelijk in de richtlijnen van de Vlaamse Overheid dat de gemeente zelf deze presentiegelden mag bepalen, binnen bepaalde grenzen. Het maximum is 265 euro, het minimum 60,63 euro. Wat de gemeenteraadsleden ontvangen is 213 euro, wat perfect binnen die grenzen ligt. Dit gaat over een extra incentive van 15.000 euro, 100.000 euro per legislatuur. Dan spreekt men nog niet over de commissies die eraan komen. Vooral omdat er sprake is van besparingen, vraagt hij zich af waarom men dit per se naar het wettelijk maximum wil optrekken.
Burgemeester Bart LAEREMANS antwoordt dat dit eigenlijk om een indexatie gaat. Dit heeft geen betrekking op schepenverloning, dit gaat puur over de raadsleden. Puur numeriek is dit dus vooral in het voordeel van de oppositie. Hij denkt dat de uitoefening van het ambt van raadslid belangrijk is. Men wil aldus het signaal geven dat zij van elke mandataris en raadslid een inspanning verwachten om de raden voor te bereiden. Daar mag iets tegenover staan en dit is een vorm van waardering. Hij wil hiermee ook raadsleden aanzetten om hun mandaat serieus te nemen. Hij vindt dit een correcte vergoeding voor het werk van raadsleden, waar toch veel tijd in kruipt.
Raadslid Dieter GOOVAERTS repliceert dat het uiteraard niet over de vergoedingen voor de burgemeester en de schepenen gaat. Hij vindt het ook normaal dat raadsleden een vergoeding krijgen. Zijn grote probleem is echter dat men met dit incentive niet kan verzekeren dat alle gemeenteraadsleden hun werk doen. Men zit in Grimbergen met een financieel tekort en er wordt al op allerlei zaken bespaard. Als signaal naar de inwoners, wil hij in annotatie een amendement op artikel 36 indienen waarin hij vraagt dat de vergoedingen hetzelfde blijven.
Raadslid Tom GAUDAEN krijgt het woord en hij wil graag ontkrachten dat het om een zuivere indexering zou gaan. De presentiegelden worden al geïndexeerd, dus dit is een keuze van het beleid om tot het maximum te gaan. Het voorstel van zijn fractie is om enkel naar een indexering te gaan.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK krijgt een tweede maal woord en vindt dat raadslid GOOVAERTS met zijn betoog het grotere kader verliest. Dit bedrag moet volgens hem verhoogd worden om een zekere toegankelijkheid te garanderen. De inspanning van de gemeenteraadsleden heeft ook een impact op hun inkomen en dan is het volgens zijn fractie normaal dat die inspanning vergoed wordt. De participatie en de toegankelijkheid van de gemeenteraad is ook belangrijk.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt een derde maal het woord en wil nog aangeven dat zijn fractie dezelfde discussie heeft gevoerd en dat hier heel uiteenlopende standpunten over kunnen worden ingenomen naargelang het accent dat gelegd wordt. De fractie Groen+Vooruit zal dan ook ieder naar eigen overtuiging stemmen. Hij heeft verder nog een opmerking bij artikel 3, op de vergadering was gezegd dat de mogelijkheid om bijkomende punten in te dienen vergemakkelijkt ging worden, door de deadline te verlengen tot zondagmiddag. Nu staat in dit artikel dat de raadsleden tot uiterlijk 5 dagen vóór de vergadering de tijd hebben om extra punten toe te voegen, dat wil concreet zeggen vóór zaterdagnacht middernacht.
Voorzitter Daan VERTONGEN antwoordt dat hij hierover reeds een mail had verstuurd waarin hij aangaf dit voorstel te steunen, maar dat dit wettelijk gezien niet kan. Het decreet lokaal bestuur laat niet toe de deadline te verleggen.
Raadslid William DE BOECK krijgt het woord en heeft een vraag bij artikel 11, §4. Als zij de voorbeelden van documenten die als bijlage worden gevoegd nakijken, dan stellen zij vast dat in verschillende gemeenten de mogelijkheid bestaat om via intranet veel meer zaken te consulteren, bijv. de goedgekeurde lijst van bestelbonnen, vorderingen en betalingen, verslagen van adviesraden. Dit is in het kader van de openbaarheid van bestuur zeer eenvoudig als men dit als gemeenteraadslid kan doen. Dit heeft ook als voordeel voor het college dat er minder vragen gesteld moeten worden. De fractie Open VLD wil een amendement indienen om ook die mogelijkheden te voorzien.
Burgemeester Bart LAEREMANS stelt dat hij denkt dat er voldoende mogelijkheden zijn voor raadsleden om stukken op te vragen en hier wordt ook snel door de diensten en de algemeen directeur op geantwoord. Men wil echter vermijden dat alle mogelijke individuele gegevens via bestelbonnen e.d. op een lichtvoetige manier te grabbelen worden gegooid. Men kan zich beter concentreren op de wezenlijke dossiers en op te vragen wat men wenst in te zien. Er is een uitgebreid vraagrecht en hier wordt snel en uitvoerig op geantwoord. Hij wil dan ook liever het huidige systeem behouden.
Raadslid William DE BOECK krijgt een tweede maal het woord en schrikt van de minachtende manier waarop de burgemeester oordeelt over de raadsleden, die alles te grabbelen zouden gooien. Hij heeft verder nog een suggestie over artikel 16, waarover er uitgebreid gesproken zou zijn geweest op de voorbereide vergadering. Dit artikel gaat over het bewuste twee keer tussenkomen door een raadslid. De fractie Open VLD gaat hier niet mee akkoord en wil hier ook graag een amendement voor indienen. Raadslid DE BOECK heeft er geen probleem mee dat een discussie in de tijd beperkt wordt. De voorzitter moet ingrijpen wanneer iemand naast de kwestie begint te praten of het te lang rekt. Hij denkt echter dat men soms met vier of vijf heen- en weervragen - en dat is deze gemeenteraad al een paar keer bewezen - veel vlugger een discussie kan afhandelen dan met die bewuste twee keer. Dan gaat men in één vraag enorm veel vragen proberen te stellen, waar maar de helft van de antwoorden op wordt gegeven. De fractie Open VLD gaat dus ook een suggestie doen dat de voorzitter de tijdsduur van de bespreking van een punt tot een redelijke duur kan beperken.
Voorzitter Daan VERTONGEN vraagt om dit op te nemen in de annotaties.
Raadslid Tom GAUDAEN krijgt het woord en verklaart dat hij in een annotatie heeft gemeld dat in artikel 38, §3 en in artikel 40, §3 wordt overgeslagen.
Voorzitter Daan VERTONGEN verklaart dat dit zal worden aangepast. Verder meldt hij dat het presentiegeld 6 jaar geleden ook het maximum was en dat het wel degelijk over een indexatie gaat. Die informatie staat ondertussen ook in de annotatie.
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt het woord en wil na de stemming over de amendementen nog graag reageren. Hij dankt de gemeenteraad voor de opslag, maar hij vraagt zich af wat hij ermee gaat doen. Hij wil graag terugkomen op het punt van het respecteren van het werk van de gemeenteraadsleden en de oppositie. Hij zou liever vanuit de meerderheid iets meer goodwill merken voor wat er vanuit de oppositie op tafel gelegd wordt. Hij vraagt om hier minder over gans de lijn de grasmaaier over te zetten. Dat zou een ultiem teken van respect zijn voor de oppositie.
Schepen Kirsten HOEFS krijgt het woord en zegt zelf lang in de oppositie te hebben gezeten, dus hier begrip voor te hebben. Er zijn echter al heel wat stemmingen voor mandaten gepasseerd, waar er oprecht voor gekozen werd om een aantal mandaten die niet in de marge zijn, ter beschikking te stellen van de oppositie. Dat is een unicum in Grimberen. Zij stellen echter vast dat er vanuit de oppositie zelfs voor sommige mandaten geen kandidaten naar voor gedragen worden. Het zou fijn zijn als er wat respect voor de oppositie vanuit de oppositie zelf zou komen.
Voorzitter Daan VERTONGEN legt de ingediende amendementen ter stemming voor:
Amendement ingediend door raadslid Eddie BOELENS vanuit de fractie Groen+Vooruit, wijziging van artikel 63 als volgt:
"(...) ondertekend zijn door minstens 300 inwoners van Grimbergen"
Met 11 stemmen voor (Manon BAS, Eddie BOELENS, Ann DAAMEN, Soufian FAROUK, Isabel GAISBAUER, Tom GAUDAEN, Dieter GOOVAERTS, Britt JOHN, Katrien LE ROY, Luca MATON, Gerlant VAN BERLAER), 17 stemmen tegen (Bart LAEREMANS, Ewoud DE MEYER, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Trui OLBRECHTS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Nicolas BOURGEOIS, Randy BUELENS, Katleen ORINX, Wim ROBBERECHTS, Patricia SEGERS, Eliane VANCRAENENBROECK, Bart VAN HUMBEECK, Daan VERTONGEN, Karin VERTONGEN), 3 onthoudingen (William DE BOECK, Ann SELLESLAGH, Laurent VANBINST)
Het amendement wordt verworpen.
Amendement ingediend door raadslid Dieter GOOVAERTS vanuit de fractie SAMEN, wijziging van artikel 38, §1, punt 2 als volgt:
"De presentiegelden van raadsleden voor hun aanwezigheid op gemeenteraden en commissies blijft op huidige bedrag behouden."
Met 8 stemmen voor (Manon BAS, Ann DAAMEN, Tom GAUDAEN, Dieter GOOVAERTS, Britt JOHN, Katrien LE ROY, Luca MATON, Gerlant VAN BERLAER), 21 stemmen tegen (Bart LAEREMANS, Ewoud DE MEYER, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Trui OLBRECHTS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Nicolas BOURGEOIS, Randy BUELENS, William DE BOECK, Isabel GAISBAUER, Katleen ORINX, Wim ROBBERECHTS, Patricia SEGERS, Ann SELLESLAGH, Laurent VANBINST, Eliane VANCRAENENBROECK, Bart VAN HUMBEECK, Daan VERTONGEN, Karin VERTONGEN), 2 onthoudingen (Eddie BOELENS, Soufian FAROUK)
Het amendement wordt verworpen.
Amendement ingediend door raadslid William DE BOECK vanuit de fractie Open VLD, toevoegen na artikel 11, §4, 3° als volgt:
"4° de goedgekeurde lijst van bestelbonnen, vorderingen en betalingen;
5° verslagen van de adviesraden;
6° visums van de Financieel Directeur
7° besluiten van de Algemeen Directeur"
Met 13 stemmen voor (Manon BAS, Ann DAAMEN, William DE BOECK, Soufian FAROUK, Isabel GAISBAUER, Tom GAUDAEN, Dieter GOOVAERTS, Britt JOHN, Katrien LE ROY, Luca MATON, Ann SELLESLAGH, Gerlant VAN BERLAER, Laurent VANBINST), 17 stemmen tegen (Bart LAEREMANS, Ewoud DE MEYER, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Trui OLBRECHTS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Nicolas BOURGEOIS, Randy BUELENS, Katleen ORINX, Wim ROBBERECHTS, Patricia SEGERS, Eliane VANCRAENENBROECK, Bart VAN HUMBEECK, Daan VERTONGEN, Karin VERTONGEN), 1 onthouding (Eddie BOELENS)
Het amendement wordt verworpen.
Amendement ingediend door raadslid William DE BOECK vanuit de fractie Open VLD, schrappen artikel 16, §3 en enkel behouden:
"De voorzitter kan de tijdsduur van de bespreking van een punt tot een redelijke termijn beperken."
Met 13 stemmen voor (Manon BAS, Ann DAAMEN, William DE BOECK, Soufian FAROUK, Isabel GAISBAUER, Tom GAUDAEN, Dieter GOOVAERTS, Britt JOHN, Katrien LE ROY, Luca MATON, Ann SELLESLAGH, Gerlant VAN BERLAER, Laurent VANBINST), 17 stemmen tegen (Bart LAEREMANS, Ewoud DE MEYER, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Trui OLBRECHTS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Nicolas BOURGEOIS, Randy BUELENS, Katleen ORINX, Wim ROBBERECHTS, Patricia SEGERS, Eliane VANCRAENENBROECK, Bart VAN HUMBEECK, Daan VERTONGEN, Karin VERTONGEN), 1 onthouding (Eddie BOELENS)
Het amendement wordt verworpen.
Raadslid Dieter GOOVAERTS krijgt een derde maal het woord en vraagt of men nu nog gaat stemmen over het reglement op zich. De voorzitter beaamt dit, waarop raadslid GOOVAERTS de stemintentie van de fractie SamenGrootGrimbergen wil toelichten. Hij zegt dat zijn fractie tevreden is over het feit dat er zeer veel plaats voor participatie is gehouden, maar zij gaan zich ondanks dat toch onthouden.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt een laatste maal het woord en wil de onthouding van de fractie Groen+Vooruit motiveren. Aanvankelijk waren zij van plan om dit punt goed te keuren, maar de fractie moet vaststellen dat elk voorstel van de oppositie wordt weggestemd. Hij uit zijn dank voor al het voorbereidend werk, maar betreurt het resultaat. De fractie Groen+Vooruit vindt dit huishoudelijk reglement wel beter dan dat van de vorige zes jaar. Het kan echter beter en zeker de manier waarop het hier behandeld wordt, betreurt men.
Voorzitter Daan VERTONGEN sluit het debat en antwoordt dat er tijdens het overleg o.b.v. de voorstellen van de oppositie toch wijzigingen zijn doorgevoerd. Hij denkt dus niet dat zomaar alles wordt weggestemd.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van de voorgestelde wijzigingen aan het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, zoals uiteengezet in het besluit, en deze goed te keuren.
Art. 2.
Het gewijzigd huishoudelijk reglement, toegevoegd als Bijlage 1 bij dit besluit, goed te keuren.
Art. 3.
Dit reglement bekend te maken volgens de bepalingen van het Decreet Lokaal Bestuur.