De gemeenteraad neemt kennis van de e-mail die vanuit De Watergroep bezorgd werd, op basis waarvan het bestuur, in navolging van de gemeenteraadsbeslissing van 26 januari 2017, ook voor de toekomst de maximale verhogingscoëfficiënten inzake saneringstarieven blijft hanteren.
Artikel 41 decreet lokaal bestuur 22 december 2017 (DLB).
/
Het gemeentebestuur hanteerde inzake de bijdrage voor het opvangen en transporteren van het afvalwater (BOT) de voorbije jaren steevast de maximale verhogingscoëfficiënten.
De gemeenteraad besliste op 26 januari 2017 voor het laatst om deze maximale coëfficiënten te behouden. In de raadsbeslissing van die datum werd de omvang van deze coëfficiënten evenwel nominatief bepaald. Zo werd het tarief voor sanering van afvalwater op 1,4 vastgelegd en dat voor sanering van individuele behandelingsinstallaties (IBA) op 2,4.
Aangezien de hele achterliggende berekeningswijze voor de BOT wordt aangepast, wordt tevens de berekeningswijze van de coëfficiënten gewijzigd. De vermelde tarieven 1,4 en 2,4 die door de raad werden goedgekeurd, zijn niet langer relevant.
Vanuit De Watergroep wordt er van uitgegaan dat het bestuur ook volgens de nieuwe berekeningswijze vasthoudt aan de beslissing om het maximale tarief te hanteren. Deze zienswijze werd gecommuniceerd naar het bestuur en impliceert dat het bestuur geen bijkomende beslissing dient te nemen indien het de maximale tarieven ook voor de toekomst wenst te handhaven.
Volgens de informatie die de Watergroep bezorgde, zou de globale ontvangst op basis van de nieuwe maximale tarieven hoger uitvallen dan voorheen.
Raadslid William DE BOECK krijgt het woord en zegt dat hij via een annotatie vooraf gevraagd heeft om o.b.v. van de ontvangsten in 2022, 2023 en 2024 een simulatie te maken van de te voorziene ontvangsten in 2025. Hij zou hier graag antwoord op krijgen.
Schepen Kirsten HOEFS krijgt het woord en verklaart dat hij zijn annotatie niet met iedereen heeft gedeeld maar intussen heeft zij dit wel ontvangen. Zij vermoedt dat raadslid DE BOECK vooral wil weten hoeveel erbij komt t.o.v. de raming die voorzien was. In 2022 was er 2.350.000,00 euro ingeschreven en werd er 2.329.696,80 euro ontvangen. Voor 2023 was er 2.529.337,00 euro voorzien en werd er 2.479.749,45 euro ontvangen. Voor 2024 was er 2.553.000,00 euro voorzien en werd er 2.521.000,00 euro ontvangen. Voor 2025 was er 2.587.000,00 euro voorzien en de schatting is dat daar ongeveer 400.000,00 euro zou bijkomen. Zij vraagt of dit voldoende antwoord is op de vraag.
Raadslid William DE BOECK krijgt nogmaals het woord en zegt dat men dus, als hij het goed begrijpt, ongeveer 400.000,00 euro meer gaat ontvangen door de aanpassing van die component. Vroeger had men die bewuste 1,4%, wat de hoogste component was. Zij stellen voor de component aan te passen zodat de ontvangsten hetzelfde blijven voor de inwoners van de gemeente.
Schepen Kirsten HOEFS krijgt nogmaals het woord en legt uit dat er in het verleden altijd voor gekozen is om de maximale verhogingscoëfficiënt toe te passen. Zij ziet dan ook geen enkele reden om dat aan te passen want de uitdagingen zijn er absoluut niet minder groot op geworden. Zij gaan ervan uit dat dat in de portemonnee van de inwoners redelijk stabiel zal blijven gezien het feit dat men een daling in het waterverbruik nastreeft.
Raadslid William DE BOECK krijgt een derde maal het woord en wil dit als een amendement voorleggen en vraagt de stemming ervan.
De voorzitter, Daan VERTONGEN, vraagt om de letterlijke bewoording van het amendement te herhalen en in annotatie te typen. Hij leest: "voorstel om de component aan te passen zodat de ontvangsten dezelfde blijven voor de inwoners".
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt het woord en wil graag terugkomen op de opmerking van schepen Kirsten HOEFS. Men streeft uiteraard naar een zo laag mogelijk waterverbruik. Wereldwijd moeten mensen met 5 liter water per dag toekomen, 25 liter is comfortabel, maar de gemiddelde Belg gebruikt 125 liter per dag. Heeft men een idee hoe dat evolueert in de afgelopen jaren?
Schepen Kirsten HOEFS krijgt een derde maal het woord en zegt dat ze dit zal opzoeken en navragen.
Burgemeester Bart LAEREMANS krijgt het woord en stelt dat men langs alle mogelijke kanten, onder meer via het klimaatactieplan e.d., mensen probeert aan te moedigen. Wettelijk is het nu ook in de regelgeving, ook provinciaal in de verordening voorzien dat maximaal mogelijk het water ter plaatse blijft. Via infiltratie, maar ook zoveel mogelijk met grote putten bewaard wordt en gebruikt wordt voor huishoudelijk gebruik, toiletten, wasmachines. Men spoort de mensen aan om zoveel mogelijk regenwater te gebruiken en dus ook zo min mogelijk van die lasten te moeten betalen. Dit is een rechtvaardige belasting die men zelf in handen heeft. Als men zuinig is met water wordt men daarvoor beloond, als men water verspilt moet men veel betalen.
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt nogmaals het woord en zegt dat hij dit ook niet in twijfel trekt. Hij geeft aan dat er ook andere manieren zijn om mensen te stimuleren, via premies bijvoorbeeld om eigen watersystemen aan te leggen. Dat is niet voor iedereen even simpel. Hij gaat akkoord dat het niet supergoedkoop moet zijn zoals in het verleden, want dan gaan mensen verspillen en dat kan niet meer.
Raadslid William DE BOECK krijgt een vierde maal het woord en zegt dat hij een fout heeft getypt. Het moet worden: "voorstel om de component aan te passen zodat de uitgaven voor de inwoners dezelfde blijven". Het zijn de inkomsten voor de gemeente die hetzelfde blijven.
Voorzitter Daan VERTONGEN sluit het debat en legt het amendement ter stemming voor.
Naar aanleiding van een wijziging in het Vlaams Regeerakkoord, zullen de tarieven voor de bovengemeentelijke en gemeentelijke sanering wijzigingen. Om de bovengemeentelijke zuiveringsinfrastructuur te kunnen blijven financieren werd het tarief voor de component zuivering met 40,7% verhoogd.
Decretaal werd vastgelegd dat het tarief voor de component afvoer maximaal 1,4 keer het bovengemeentelijk tarief mag zijn. Er werd een regeringsamendement opgemaakt waarin deze factor gereduceerd wordt van 1,4 naar 1,15 om de stijging van de component afvoer te beperken. De factor wordt gereduceerd van 2,4 naar 2,15 in geval van IBA in collectieve exploitatie.
Deze bepaling werd in het programmadecreet 2025 opgenomen en op 20 december 2024 goedgekeurd in het Vlaams Parlement.
Dit maakt dat uiteindelijk de component afvoer met 15,6% zal stijgen in 2025 ten opzichte van het tarief 2024, indien het bestuur het maximale tarief hanteert.
De bovengemeentelijke tarieven voor 2025, zoals positief geadviseerd door VMM als toezichthouder, zijn:
De wettelijke maximum toegelaten gemeentelijke saneringstarieven voor het jaar 2025 zijn de volgende:
|
|
BOT/VEW ( =gemeentelijke bijdrage afvoer) |
Saneringsbijdrage/vergoeding bij IBA in collectieve exploitatie |
| Basisverbruik huishoudelijk in €/m³: |
1,9114 euro/m³ |
3,5735 euro/m³ |
| Niet-Huishoudelijk verbruik in €/m³: |
2,1655 euro/m³ |
4,0484 euro/m³ |
Ingediend door raadslid William DE BOECK:
"om de component aan te passen zodat de uitgaven voor de inwoners dezelfde blijven"
Met 7 stemmen voor (Ann DAAMEN, William DE BOECK, Tom GAUDAEN, Dieter GOOVAERTS, Dirk MOENS, Ann SELLESLAGH, Laurent VANBINST), 24 stemmen tegen (Bart LAEREMANS, Ewoud DE MEYER, Jelle DE WILDE, Kirsten HOEFS, Chantal LAUWERS, Trui OLBRECHTS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Eddie BOELENS, Nicolas BOURGEOIS, Randy BUELENS, Soufian FAROUK, Isabel GAISBAUER, Britt JOHN, Katrien LE ROY, Katleen ORINX, Erkut OVALI, Wim ROBBERECHTS, Patricia SEGERS, Gerlant VAN BERLAER, Eliane VANCRAENENBROECK, Bart VAN HUMBEECK, Daan VERTONGEN, Karin VERTONGEN)
Het amendement wordt verworpen.
Enig artikel.
Kennis te nemen van de e-mail van De Watergroep, toegevoegd in bijlage, op basis waarvan het bestuur, in navolging van de besluit van de gemeenteraad van 26 januari 2017, ook voor de toekomst de maximale verhogingscoëfficiënten inzake saneringstarieven blijft hanteren.