De voorzitter opent de zitting op 22/04/2021 om 18:34.
Voorzitter Chantal LAUWERS is verontschuldigd wegens ziekte, conform artikel 7, §5, 2° DLB zal de burgemeester het voorzitterschap waarnemen:
“Als de voorzitter om een andere reden dan de redenen, vermeld in het eerste lid, tijdelijk afwezig is, of als hij bij een welbepaalde aangelegenheid betrokken partij is als vermeld in artikel 27, wordt hij met behoud van de toepassing van de nationaliteitsvereiste, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, als volgt vervangen:
2° als de voorzitter zijn bevoegdheid niet heeft opgedragen aan een gemeenteraadslid overeenkomstig punt 1°, neemt het gemeenteraadslid met de hoogste rang het voorzitterschap waar. Als dat raadslid de voorzitter niet kan vervangen, wordt het voorzitterschap waargenomen door een ander gemeenteraadslid in volgorde van rang.”
De gemeenteraad keurt de notulen van de vergadering van 25 maart 2021 goed.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
De algemeen directeur woont de vergaderingen van de gemeenteraad bij en is verantwoordelijk voor het opstellen en het bewaren van de notulen en het zittingsverslag ervan. De notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraad worden, na goedkeuring, ondertekend door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur.
De notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen. Ze maken melding van alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen. Behalve bij geheime stemming, vermelden de notulen hoe elk lid gestemd heeft. Van die laatste verplichting kan worden afgeweken voor beslissingen die genomen zijn met unanimiteit.
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
/
/
/
Enig artikel.
De notulen van de vergadering van 25 maart 2021 goed te keuren.
De gemeenteraad neemt kennis van de brief van de gouverneur van 26 maart 2021 aan de burgemeesters en de korpschefs van Vlaams-Brabant met het verzoek tot financiële ondersteuning van het actieplan recrutering en selectie voor 2.000 euro/jaar (tot en met 2024) met als strategisch doel het tekort in het operationeel kader van de politiekorpsen terug te brengen tot 10% van de personeelsformatie en gaat hiermee akkoord.
Koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de politiezone.
E-mail van de adviseur Verbindingsambtenaar bij de gouverneur van 29 maart 2021 inzake Actieplan rekrutering en selectie voor politie in Vlaams-Brabant - Brief financiering:
"Geachte burgemeesters,Geachte korpschefs,
Als bijlage vindt u een brief van de gouverneur, als voorzitter van de stuurgroep voor het actieplan rekrutering en selectie voor politiediensten in Vlaams-Brabant. Deze brief verduidelijkt het voorstel om iedere politiezone een financiële bijdrage te laten leveren aan het project. De brief kan ook worden gebruikt als stavingsstuk voor de boekhouding.
Met vriendelijke groeten,Kelly Verbist
Adviseur Verbindingsambtenaar bij de gouverneur
Dienst Maatschappelijke Veiligheid
Provincieplein 1 - 3010 Leuven
Tel. 016-26 78 15 – Gsm 0494-199715 – Fax. 016-26 78 55"
De brief bevindt zich in bijlage 1.
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 6 april 2021 houdende kennisname Actieplan rekrutering en selectie voor politie in Vlaams-Brabant - Brief provinciegouverneur inzake financiering - en standpuntbepaling (dossierstuk 4).
/
Situatieschets Vlaams-Brabant
De laatste 5 jaren kampen tal van Vlaams-Brabantse politiezones, over de beide gerechtelijke arrondissementen heen, met belangrijke personeelstekorten.
Door een steeds toenemende taakverschuiving vanuit justitie en de federale politie worden deze tekorten nog aanzienlijker en sterker aangevoeld.
Daar komt nog de specifieke situatie in Vlaams-Brabant bij, voornamelijk in Halle-Vilvoorde, waar de grootstedelijke problematiek van Brussel zich ook laat voelen in de Vlaamse Rand, waar mobiliteit (mede door de Brusselse Ring) een grote uitdaging vormt, en waar ook de aanwezigheid van de luchthaven zorgt voor extra taken.
Uit de cijfers blijkt dat de situatie in de voorbije 2 jaren verslechterd is en dat in een aantal politiezones en diensten een kritieke ondergrens is bereikt. De tekorten zijn aanzienlijk en stijgen. In Halle-Vilvoorde zijn politiekorpsen die vandaag tekorten hebben tot 30% of meer ten opzichte van het voorziene operationele personeelskader. Gemiddeld bedraagt het operationele tekort nu om en bij de 23% bij de lokale politie. In het arrondissement Leuven is de situatie minder ernstig, maar ook hier stijgen de tekorten. Gemiddeld is hier een tekort aan operationelen van 15% in de politiezones.
Ook de federale diensten kampen in Vlaams-Brabant met aanzienlijke tekorten, tussen 16% en 33% van het operationeel kader.
Uit recente informatie blijkt dat de luchtvaartpolitie op Brussels Airport met een tekort kampt van 100 FTE. De tekorten situeren zich bovendien niet enkel in het basiskader, maar ook in het middenkader en officierenkader. Deze situatie is op verschillende manieren funest voor de basispolitiedienstverlening in Vlaams-Brabant.
De combinatie van tekorten aan de basis en in het middenkader maken dat het enerzijds moeilijk is blauw op straat te krijgen, maar door een gebrek aan aansturing bestaat de kans dat ook het kwalitatief optreden van de politie in het gedrang komt.
De situatie tast daarenboven ook het welzijn van de andere medewerkers structureel aan, wat een bijkomende uitstroom veroorzaakt. Op sommige plaatsen is de situatie immers al geruime tijd (meer dan drie jaar) precair,hetgeen zwaar weegt op de nog aanwezig politiemensen.
De rekruteringsproblematiek wordt ook steeds duidelijker voelbaar in de Vlaams-Brabantse politieschool (PIVO). In oktober startte de kleinste klas ooit (18 INP), in december zullen slechts 22 kandidaat-INP aan hun opleiding starten. De grote tekorten in de Vlaams-Brabantse politiezones en -diensten kunnen op deze manier niet worden opgevuld door aspiranten die uit onze eigen politieschool terugvloeien naar de zones.
Het provinciaal veiligheidsoverleg stelde vast:
De situatie is ernstig, tal van problemen liggen aan de grondslag ervan en er is al heel wat is geprobeerd –niet in het minst door de politiezones zelf –om nieuwe medewerkers aan te trekken. Dit alles echter zonder het verhoopte resultaat. Er blijft een aanzienlijk tekort aan operationele medewerkers in de Vlaams-Brabantse politiezones en -diensten, en dit probleem lijkt jaar na jaar groter te worden. We naderen een kantelpunt, waarbij de basispolitiezorg in een aantal Vlaams-Brabantse politiezones niet meer naar behoren zal kunnen worden uitgevoerd als dit probleem niet snel en structureel wordt opgelost. Snel, want de situatie is nijpend. Structureel, want de tekorten verspreiden zich stilaan over de hele provincie. De acties die tot nu toe ondernomen zijn, hebben slechts tijdelijk een kleine pleister op de wonde geplakt.
Daarom stellen zij een actieplan voor met volgend strategisch doel: “Eind 2025 bedragende personeelstekorten in het operationeel kader in de Vlaams-Brabantse politiezones en –diensten maximaal 10 % van het goedgekeurde personeelskader per politiezone of -dienst.”
De brief in bijlage 1 van de gouverneur van 26 maart 2021 gericht aan de burgemeesters en de korpschefs van Vlaams-Brabant met het verzoek tot financiële ondersteuning van het actieplan recrutering en selectie voor 2.000 euro/jaar (tot en met 2024) met als strategisch doel het tekort in het operationeel kader van de politiekorpsen terug te brengen tot 10% van de personeelsformatie. Het procentueel personeelstekort voor PZ Grimbergen bedraagt 26,69%.
De jaarlijkse bijdrage dient te worden geboekt op artikel 330/43501 (bijdrage in de werkingskosten gedragen door andere overheidsinstellingen).
Met betrekking tot boekjaar 2021 zal dit bedrag indien nodig via een interne kredietverschuiving beschikbaar worden gemaakt. Voor de volgende drie jaren zal dit bedrag onmiddellijk voorzien worden bij de budgetopmaak.
Artikel 1.
Kennis te nemen van de brief van de gouverneur van 29 maart 2021, toegevoegd in bijlage 1, inzake het verzoek tot financiële ondersteuning van het actieplan recrutering en selectie voor 2.000 euro/jaar (tot en met 2024) met als strategisch doel het tekort in het operationeel kader van de politiekorpsen terug te brengen tot 10% van de personeelsformatie.
Art. 2.
Akkoord te gaan met de betaling van 2.000 euro voor de jaren 2021, 2022, 2023 en 2024 (zal jaarlijks bij de budgetopmaak voorzien dienen te worden) ter ondersteuning van dit actieplan.
Art. 3.
De provinciegouverneur hierover in te lichten uiterlijk 1 mei 2021.
De gemeenteraad neemt kennis van de mededeling vacatures in het operationeel en logistiek kader in de mobiliteitscyclus 2021-04 van de geïntegreerde politie:
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus.
/
De federale politie vroeg om ten laatste op 9 april 2021 de behoeften voor de tweede mobiliteitscyclus kenbaar te maken.
Volgende vacatures in het operationeel en administratief kader werden door de politie gepubliceerd in de mobiliteitscyclus 2021-02:
Het maximaal aantal betrekkingen werd vacant verklaard.
Het college van burgemeester en schepenen bekrachtigde deze mededeling door de politie in zitting van 22 maart 2021.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om hiervan kennis te nemen.
In de begroting van de lokale politie zijn de nodige kredieten voorzien.
Enig artikel.
Kennis te nemen van de mededeling vacatures in het operationeel en logistiek kader in de mobiliteitscyclus 2021-02 van de geïntegreerde politie.
De gemeenteraad bekrachtigt het besluit van het schepencollege van 29 maart 2021 waarin beslist werd om 6 betrekkingen voor inspecteur van politie open te stellen door beroep te doen op aanwervingscategorie B, de onmiddellijke werving, waarbij de kandidaat-inspecteurs zich reeds voor de start van de basisopleiding kunnen verbinden aan politiezone Grimbergen, toegevoegd als bijlage bij het besluit.
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus.
Het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
De ministeriële omzendbrief GPI 73 van 14 mei 2013 betreffende de aanwerving, de selectie en de opleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten heeft een drieledig doel:
Vraag en aanbod beter op elkaar afstemmen om de aangeboden vacatures sneller in te vullen;
Er over waken dat de inspecteurs na de basisopleiding onmiddellijk doorstromen naar de politiedienst of het politiekorps waarvoor ze werden aangeworven;
De inspecteurs langer behouden in de politiedienst of het politiekorps van aanwerving.
Om bovenstaande doelen te bereiken, voert de ministeriële omzendbrief GPI 73 verschillende aanwervingscategorieën in:
Categorie A: de klassieke mobiliteit die de basis blijft. Er kunnen slechts andere categorieën worden aangewend als de vacature niet via de klassieke mobiliteit kan ingevuld worden.
Categorie B: de zogeheten onmiddellijke werving, waarbij kandidaten-inspecteur zich reeds voor de start van de basisopleiding verbinden aan een welbepaalde politiedienst of -korps.
Categorie C: de aanwijzing van aspirant-inspecteurs in het begin van de basisopleiding via een aan hen voorbehouden mobiliteitscyclus (de zogenaamde aspirantenmobiliteit) en, in voorkomend geval, via ambtshalve aanwijzing.
Categorie D: aspirant-inspecteurs die geen betrekking verkregen hebben via de categorieën B, C of E. Zij worden ambtshalve aangewezen voor een betrekking.
Categorie E: de bijkomende aanwerving, waarbij de kandidaat-inspecteurs zich reeds verbinden voor de start van de basisopleiding aan een welbepaalde politiedienst of korps. In tegenstelling tot categorie B en C neemt de politiedienst of het politiekorps de volledige opleidingskost voor haar rekening.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 29 maart 2021 (Bijlage 1).
/
Politiezone Grimbergen stelde tijdens de mobiliteitscyclus 2020-04 drie betrekkingen open voor inspecteur bij team interventie, twee betrekkingen voor inspecteur bij team geïntegreerde sectorwerking en één betrekking voor inspecteur team geïntegreerde sectorwerking-kantschriften open.
Er waren geen kandidaten voor de openstaande functies.
Daarom kan er een beroep gedaan worden op de aanwervingscategorie B, de onmiddellijke werving waarbij de kandidaat-inspecteur zich voor de start van de basisopleiding reeds verbindt aan de politiezone.
De politiezone kan zich na een vruchteloze mobiliteitsronde formeel engageren voor een dergelijke werving.
Hiervoor is een beslissing van de gemeenteraad nodig. Deze gemeenteraadsbeslissing wordt via de algemene directie van de ondersteuning en het beheer aan het ministerie van Binnenlandse Zaken bezorgd.
De politiezone stelt voor om zes betrekkingen voor inspecteur van politie open te stellen via de onmiddellijke werving, namelijk drie betrekkingen voor inspecteur bij team interventie, twee betrekkingen voor inspecteur bij team geïntegreerde sectorwerking en één betrekking voor inspecteur bij team geïntegreerde sectorwerking-kantschriften.
In zitting van 29 maart 20221 besliste het college van burgemeester en schepenen om:
Aan de gemeenteraad word gevraagd om dit besluit te bekrachtigen.
/
Enig artikel.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 29 maart 2021 waarin beslist werd om:
De gemeenteraad keurt het Convenant FOCUS@GPI, het financieel protocol PZ Antwerpen - DGR/DRI voor het programma FOCUS en het interzonaal samenwerkingsprotocol FOCUS goed.
De gemeenteraad stelt de voorwaarden en de wijze van gunnen voor de aankoop van de applicatie PATLOC inclusief onderhoud voor een periode van 5 jaar volgens de behoeften van de politiezone, voor een geraamd bedrag van 3.782,00 euro (incl. btw) vast als volgt:
Gunningscriterium:
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus.
/
FOCUS werd ontwikkeld door de politiezone Antwerpen om vervolgens via het project FOCUS@GPI te worden uitgerold naar alle politiezones van het land.
FOCUS@GPI faciliteert de politiebeambte tijdens zijn/haar politionele kerntaken binnen en buiten het politiekantoor door middel van een integraal informatieaanbod en laagdrempelige communicatiekanalen.
Het FOCUS-programma wil drie belangrijke ambities realiseren:
De politiezone Antwerpen heeft nieuwe applicaties ontwikkeld die buiten het programma FOCUS@GPI vallen. Eén van deze applicaties is PATLOC.
Een PATrouille-LOCatie is elke locatie die politioneel belang heeft en gedurende een bepaalde periode op regelmatige tijdstippen bezocht moet worden, bijvoorbeeld de trefplaats van verdachten, een locatie waar regelmatig overlast wordt vastgesteld, een belangrijke publieke plaats. PATLOC vergemakkelijkt informatiegestuurd werken.
De politiemedewerkers kunnen handelen op basis van de juiste informatie, op het juiste ogenblik en op de juiste plaats.
De app zorgt voor:
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om:
Gunningscriterium:
Om gebruik te kunnen maken van de applicatie PATLOC moeten het Convenant FOCUS@GPI, het financieel protocol PZ Antwerpen - DGR/DRI voor het programma FOCUS en het interzonaal samenwerkingsprotocol FOCUS worden goedgekeurd.
De kostprijs voor het gebruik van de applicatie PATLOC voor een periode van 5 jaar bedraagt 3.782,00 euro (incl. btw) waarvan 2.802,00 euro projectsubsidie en 196,00 euro per jaar voor het onderhoud.
De nodige kredieten zijn voorzien op artikel 330/123-13 van de gewone begroting van het dienstjaar 2021.
Artikel 1.
Het Convenant FOCUS@GPI, het financieel protocol PZ Antwerpen - DGR/DRI voor het programma FOCUS en het interzonaal samenwerkingsprotocol FOCUS goed te keuren.
Art. 2.
De voorwaarden en de wijze van gunnen voor de aankoop van de applicatie PATLOC inclusief onderhoud voor een periode van 5 jaar volgens de behoeften van de politiezone, voor een geraamd bedrag van 3.782,00 euro (incl. btw) vast te stellen als volgt:
Gunningscriterium:
De gemeenteraad keurt de aankoop van een volautomatisch AED toestel, voor een geraamd bedrag van 1.500,00 euro (incl. btw) volgens de behoeften van de politiezone goed en stelt de voorwaarden en wijze van gunnen, zijnde een onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking, vast.
Gunningscriteria:
Minimum technische specificaties:
Volgende leveranciers worden aangeschreven:
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus.
Artikel 117, eerste lid en artikel 234, eerste lid van de nieuwe gemeentewet.
De wet van 17 juni 2016 inzake de overheidsopdrachten (1) en haar uitvoeringsbesluiten.
Artikel 42, §1, 1°, a van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten (limiet van € 135.000,00 excl. btw niet bereikt).
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
Artikel 90, 1° van het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende de plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 22 maart 2021 om de aankoop van een volautomatisch AED toestel volgens de behoeften van de politiezone, ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad voor een geraamd bedrag van 1.500,00 euro (incl. btw).
/
Het hoofdcommissariaat is niet uitgerust met een AED toestel. De aanwezigheid van een AED toestel kan van levensbelang zijn.
Een slachtoffer heeft 85% meer kans om te overleven wanneer een AED toestel wordt gebruikt ten opzichte van 6% indien de reanimatie wordt toegepast zonder een AED toestel.
Om er voor te zorgen dat de medewerkers weten hoe ze een AED toestel moeten gebruiken, zal er voor elke medewerker een opfrissingscursus EHBO georganiseerd worden.
Volgende gunningscriteria worden gehanteerd:
Volgende minimum technische specificaties worden weerhouden:
De medewerker van het team middelenbeheer en financiën van de lokale politie schrijft de volgende leveranciers aan:
De kostprijs voor de aankoop van een volautomatisch AED toestel volgens de behoeften van de politiezone, wordt geraamd op 1.500,00 euro (incl. btw).
Het nodige krediet voor deze aankoop is voorzien op artikel 330/744-51 van de buitengewone dienst van de politiebegroting 2021.
Artikel 1.
De voorwaarden en wijze van gunnen voor de aankoop van een volautomatisch AED toestel, volgens de behoeften van de politiezone, bij wijze van onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking, voor een geraamd bedrag van 1.500,00 euro (incl. btw), vast te stellen als volgt:
Gunningscriteria:
Minimum technische specificaties:
Art. 2.
Volgende leveranciers aan te schrijven:
De gemeenteraad neemt kennis van de uitnodiging van Fluvius OV van de algemene vergadering van Fluvius OV van 26 mei 2021, keurt de agendapunten goed en stelt het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger vast.
Artikel 432, derde lid van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.
Algemeen:
DLB, deel 3, titel 3 betreffende de intergemeentelijke samenwerking in het bijzonder.
Statuten:
De statuten van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging (Fluvius OV), voor het laatst gewijzigd door de algemene vergadering op 1 april 2019.
Vertegenwoordigers van het gemeentebestuur:
Het besluit van de gemeenteraad van 28 februari 2019 betreffende de aanduiding van de heer LUK RAEKELBOOM als effectieve gemeentelijke vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van Fluvius OV, en de heer Pierre VAN DEN WYNGAERT als plaatsvervangende vertegenwoordiger.
/
Per aangetekende brief van 22 maart 2021, ingekomen op 23 maart 2021, werd het gemeentebestuur door Fluvius OV opgeroepen om deel te nemen aan de digitale algemene vergadering van 26 mei 2021 om 17.30 uur.
Agenda van de algemene vergadering van 26 mei 2021
Kennisneming van het jaarverslag, het verslag van de Raad van Bestuur en het verslag van de Commissaris.
Goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2020.
Verlenen van afzonderlijke kwijting aan de bestuurders en aan de Commissaris.
Statutaire benoemingen.
Statutaire mededelingen.
De toelichtingsnota's zijn als bijlage toegevoegd bij dit besluit.
Mandatering gemeentelijke vertegenwoordiger
Overeenkomstig artikel 432, derde lid, van het decreet over het lokaal bestuur dient de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordigers in de algemene vergadering van opdrachthoudende en dienstverlenende verenigingen te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
De gemeentelijke vertegenwoordiger, aangeduid in het gemeenteraadsbesluit van 28 februari 2021, is Luk RAEKELBOOM. De plaatsvervanger is Pierre VAN DEN WYNGAERT.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om:
de te behandelen agendapunten met bijhorende toelichtingsnota's voor de algemene vergadering van 26 mei 2021 goed te keuren;
het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordigers in de algemene vergadering van Fluvius OV van 26 mei 2021 vast te stellen.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepen van 6 april 2021.
Gaat over tot de eerste stemming inzake de goedkeuring van de te behandelen agendapunten met bijhorende toelichtingsnota's voor de algemene vergadering van 26 mei 2021:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot de tweede stemming van de vaststelling van het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger in de algemene vergadering van Fluvius OV van 26 mei 2021:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van de uitnodiging van Fluvius OV van 22 maart 2021 waarbij wordt gemeld dat een algemene vergadering digitaal zal plaatsvinden op 26 mei 2021 om 17.30 uur en de volgende agenda goed te keuren:
Kennisneming van het jaarverslag, het verslag van de Raad van Bestuur en het verslag van de Commissaris.
Goedkeuring van de jaarrekening over het boekjaar 2020.
Verlenen van afzonderlijke kwijting aan de bestuurders en aan de Commissaris.
Statutaire benoemingen.
Statutaire mededelingen.
Art. 2.
De vertegenwoordiger van de gemeente die zal deelnemen aan de digitale Algemene Vergadering tevens Jaarvergadering van Fluvius Opdrachthoudende Vereniging op 26 mei 2021(of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), op te dragen zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Art. 3.
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan Fluvius Opdrachthoudende Vereniging, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het e-mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
De gemeenteraad neemt kennis van de uitnodiging van Havicrem voor de algemene vergadering van Havicrem van 9 juni 2021, keurt de agendapunten goed en stelt het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger vast.
Artikel 432, derde lid van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.
Algemeen:
DLB, deel 3, titel 3 betreffende de intergemeentelijke samenwerking in het bijzonder.
Toetreding:
Het besluit van de gemeenteraad van 24 april 2003 betreffende de toetreding tot Intergemeentelijke Vereniging voor Crematoriumbeheer in het Arrondissement Halle-Vilvoorde (Havicrem).
Statuten:
De statuten van Havicrem, voor het laatst gewijzigd door de algemene vergadering op 12 december 2018.
Vertegenwoordigers van het gemeentebestuur:
Het besluit van de gemeenteraad van 28 maart 2019 betreffende de aanduiding van mevrouw Chantal LAUWERS als effectieve gemeentelijke vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van Havicrem, en de heer Rudi VAN HOVE als plaatsvervangende vertegenwoordiger.
/
Per e-mail van 9 maart 2021 werd het gemeentebestuur door Havicrem opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van 9 juni 2021 om 18.30 uur in Aula 2 van crematorium Daelhof, Erasmuslaan 50, 1804B Cargovil (Eppegem).
Agenda van de algemene vergadering van 9 juni 2021
De toelichtingsnota's zijn als bijlage toegevoegd bij dit besluit.
Mandatering gemeentelijke vertegenwoordiger
Overeenkomstig artikel 432, derde lid, van het decreet over het lokaal bestuur dient de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordigers in de algemene vergadering van opdrachthoudende en dienstverlenende verenigingen te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
De gemeentelijke vertegenwoordiger, aangeduid in het gemeenteraadsbesluit van 28 maart 2019, is mevrouw Chantal LAUWERS. De plaatsvervanger is de heer Rudi VAN HOVE.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om:
Op voorstel van het college van burgemeester en schepen van 6 april 2021.
Gaat over tot de eerste stemming inzake de goedkeuring van de te behandelen agendapunten van de algemene vergadering van Havicrem van 9 juni 2021:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot de tweede stemming van de vaststelling van het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger in de algemene vergadering van Havicrem van 9 juni 2021:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van de uitnodiging van Havicrem van 9 maart 2021 waarbij wordt gemeld dat een algemene vergadering zal plaatsvinden op 9 juni 2021 om 18.30 uur in Aula 2 van crematorium Daelhof, Erasmuslaan 50, 1804B Cargovil (Eppegem), en de volgende agenda goed te keuren:
Art. 2.
De effectieve vertegenwoordiger in de algemene vergadering van Havicrem, of bij belet diens plaatsvervanger, die werden aangeduid door de gemeenteraad in zitting van 28 maart 2019, principieel te mandateren om de voorstellen op de agenda van de algemene vergadering van Havicrem van 9 juni 2021 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), goed te keuren, onder voorbehoud van het specifieke verloop van de besprekingen in de vergadering.
Art. 3.
Een afschrift van deze beslissing te bezorgen aan:
De gemeenteraad neemt kennis van de uitnodiging van Haviland voor de algemene vergadering van Haviland van 16 juni 2021, keurt de agendapunten goed en stelt het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger vast.
Artikel 432, derde lid van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.
Algemeen:
DLB, deel 3, titel 3 betreffende de intergemeentelijke samenwerking in het bijzonder.
Toetreding:
De gemeente is aangesloten bij Haviland Intercommunale die werd opgericht op 24 maart 1965 bij oprichtingsakte verschenen in de Bijlage tot het Belgisch Staatsblad van 16 april 1965 onder het nummer 8226 EN verlengd werd op 23 oktober 2019, verschenen in de Bijlage tot het Belgisch Staatsblad van 21 november 2019 onder het nummer 19151652
Statuten:
De statuten van Haviland, voor het laatst gewijzigd door de algemene vergadering op 12 december 2018.
Vertegenwoordigers van het gemeentebestuur:
Het besluit van de gemeenteraad van 28 februari 2019 betreffende de aanduiding van de heer Bart LAEREMANS als effectieve gemeentelijke vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van Haviland en de heer Philip ROOSEN als plaatsvervangende vertegenwoordiger.
/
Per e-mail van 6 april 2021 werd het gemeentebestuur door Haviland opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van 16 juni 2021 om 18 uur in de kantoren van Haviland, Brusselsesteenweg 617 te 1731 Zellik of digitaal via Teams.
Agenda van de algemene vergadering van 16 juni 2021:
De toelichtingsnota's zijn als bijlage toegevoegd bij dit besluit.
Mandatering gemeentelijke vertegenwoordiger
Overeenkomstig artikel 432, derde lid, van het decreet over het lokaal bestuur dient de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordigers in de algemene vergadering van opdrachthoudende en dienstverlenende verenigingen te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
De gemeentelijke vertegenwoordiger, aangeduid in het gemeenteraadsbesluit van 28 februari 2019, is de heer Bart LAEREMANS. De plaatsvervanger is de heer Philip ROOSEN.
Aan gemeenteraad wordt in dit kader gevraagd om:
kennis te nemen van de e-mail van 6 april 2021 waarmee Haviland meldt dat op 16 juni 2021 een algemene vergadering zal plaatsvinden, van de te behandelen agendapunten en de toelichtingsnota's en deze goed te keuren;
de vaststelling van het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordigers in de algemene vergadering van Haviland van 16 juni 2021.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepen van 12 april 2021.
Gaat over tot de eerste stemming inzake de goedkeuring van de te behandelen agendapunten van de algemene vergadering van Haviland van 16 juni 2021:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot de tweede stemming van de vaststelling van het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordigers in de algemene vergadering van Haviland van 16 juni 2021:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van de uitnodiging van Haviland van 6 april 2021 waarbij wordt gemeld dat een algemene vergadering in hybride vorm zal plaatsvinden op 16 juni 2021 om 18 uur en de volgende agenda goed te keuren:
Art. 2.
De effectieve vertegenwoordiger in de algemene vergadering van Haviland, of bij belet diens plaatsvervanger, die werden aangeduid door de gemeenteraad in zitting van 28 maart 2019, principieel te mandateren om de voorstellen op de agenda van de algemene vergadering van Haviland van 16 juni 2021 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), goed te keuren, onder voorbehoud van het specifieke verloop van de besprekingen in de vergadering.
Art. 3.
Een afschrift van deze beslissing te bezorgen aan:
De gemeenteraad neemt kennis van de uitnodiging van Fluvius West voor de algemene vergadering van Fluvius West van 21 juni 2021, keurt de te behandelen agendapunten goed en stelt het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordigers vast.
Artikel 432, derde lid van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering.
Algemeen:
DLB, deel 3, titel 3 betreffende de intergemeentelijke samenwerking in het bijzonder.
Toetreding:
Het besluit van de gemeenteraad van 27 mei 2010 betreffende de toetreding tot Infrax West.
Statuten:
De statuten van Fluvius West, voor het laatst gewijzigd door de algemene vergadering op 9 december 2019, waarbij de naam werd gewijzigd naar Fluvius West.
Vertegenwoordigers van het gemeentebestuur:
Het besluit van de gemeenteraad van 28 februari 2019 betreffende de aanduiding van mevrouw Elke WOUTERS als effectieve gemeentelijke vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van Fluvius West, en de heer Gerlant VAN BERLAER als plaatsvervangende vertegenwoordiger.
/
Per e-mail van 29 maart 2021 werd het gemeentebestuur door Fluvius West opgeroepen om deel te nemen aan de algemene vergadering van 21 juni 2021 om 18.00 uur in Salons Saint-Germain, De Breyne Peellaertstraat 12 te 8600 Diksmuide
Agenda van de algemene vergadering van 21 juni 2021:
De toelichtingsnota's zijn als bijlage toegevoegd bij dit besluit.
Mandatering gemeentelijke vertegenwoordiger
Overeenkomstig artikel 432, derde lid, van het decreet over het lokaal bestuur dient de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordigers in de algemene vergadering van opdrachthoudende en dienstverlenende verenigingen te worden herhaald voor elke algemene vergadering.
De gemeentelijke vertegenwoordiger, aangeduid in het gemeenteraadsbesluit van 28 februari 2019, is mevrouw Elke WOUTERS. De plaatsvervanger is Gerlant VAN BERLAER.
Aan de gemeenteraad wordt in dit kader voorgesteld om:
kennis te nemen van de e-mail van 29 maart 2021 waarmee Fluvius West meldt dat op 21 juni 2021 een algemene vergadering zal plaatsvinden, van de te behandelen agendapunten, de statutenwijziging en bijhorende toelichtingsnota's.
het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordigers in de algemene vergadering van Fluvius West van 21 juni 2021 vast te stellen.
Op voorstel van het college van burgemeester en schepen van 6 april 2021.
Gaat over tot een eerste stemming inzake de goedkeuring van de te behandelen agendapunten en bijhorende toelichtingsnota's:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Gaat over tot een tweede stemming inzake het vaststellen van het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordigers in de algemene vergadering van Fluvius West van 21 juni 2021:
Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van de uitnodiging van Fluvius West van 29 maart 2021 waarbij wordt gemeld dat een algemene vergadering zal plaatsvinden op 21 juni 2021 om 18 uur in Salons Saint-Germain, De Breyne Peellaertstraat 12 te 8600 Diksmuide, en de volgende agenda goed te keuren:
Art. 2.
De vertegenwoordiger van de gemeente die zal deelnemen aan de (fysieke of digitale) Algemene Vergadering tevens jaarvergadering van de opdrachthoudende vereniging Fluvius West op 21 juni 2021 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), op te dragen zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Art. 3.
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan de opdrachthoudende vereniging Fluvius West, ter attentie van het secretariaat (in pdf-versie), uitsluitend op het e-mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be .
De gemeenteraad wijzigt de rechtspositieregeling voor het gemeente- en OCMW-personeel.
Artikel 186, §1 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (hierna: Decreet Lokaal Bestuur).
Algemeen
Specifiek m.b.t. de voorgestelde wijzigingen
- ACV: Protocol van niet-akkoord met als vermelding:
"ACV Openbare Diensten verwijst voor het geboorteverlof naar het protocol hierover in comité C1. We zijn niet akkoord gegaan omwille van het feit dat de overheidsdelegatie wel aangekondigd had van alle ambtenaren gelijk te willen behandelen, maar in de praktijk enkel de contractuele ambtenaren van de Vlaamse Overheid de eerste tien dagen aan 100% betaald krijgen.
ACV Openbare Diensten betreurt bovendien dat de personeelsleden van het WZC Ter Biest geen andere compensatie krijgen voor de dienstvrijstelling op 24 en 31 december."- ACOD:
- VSOA: niet aanwezig
Huidige rechtspositieregeling voor gemeente- en OCMW-personeel
Op 17 december 2020 beslisten de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn om voor het gemeente- en OCMW-personeel een gemeenschappelijke rechtspositieregeling vast te stellen.
Bij toepassing van de RPR, werden in de tekst nog een aantal fouten en/of onregelmatigheden opgemerkt. Daarnaast deden er zich intussen een aantal wetswijzigingen voor, die een aanpassing van de RPR vereisen.
Voorstel wijziging rechtspositieregeling
Ontwerptekst zie bijlage.
Door het schepencollege en vast bureau wordt voorgesteld om de volgende wijzigingen aan de rechtspositieregeling door te voeren:
Geboorteverlof
Tot voor kort hadden werknemers het recht om 10 dagen afwezig te zijn van het werk voor de geboorte van een kind waarvan de afstamming langs zijn zijde vaststaat. Het betreft het zgn. vaderschapsverlof, al geldt dit recht onder bepaalde voorwaarden ook voor de werknemer-meeouder wanneer er geen vaststelling is van de afstamming langs vaderszijde. Om die reden werd de term 'vaderschapsverlof' vervangen door de term 'geboorteverlof'.
Een recente wijziging van de Arbeidsovereenkomstenwet heeft dit recht verlengd tot 15 dagen voor geboortes die plaatsvinden vanaf 1 januari 2021. Daarnaast voorziet de wetswijziging dat de duur van het geboorteverlof verder opgetrokken wordt tot 20 dagen voor geboortes vanaf 1 januari 2023. De overige modaliteiten inzake de opname van het geboorteverlof blijven dezelfde. Het geboorteverlof kan dus nog steeds vrij opgenomen worden binnen de 4 maanden te rekenen vanaf de dag van de bevalling.
De Arbeidsovereenkomstenwet is niet van toepassing voor statutair personeel. Voor het statutair personeel van de lokale besturen werd op 29 januari 2021 door de ministerraad het besluit Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 136 en 209 van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en artikel 99 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 november 2010 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie en het mandaatstelsel van het personeel van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en houdende de minimale voorwaarden voor sommige aspecten van de rechtspositieregeling van bepaalde personeelsgroepen van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn principieel goedgekeurd. Dit besluit zorgt voor een uitbreiding van het geboorteverlof voor de statutaire personeelsleden van de lokale besturen, tot 15 werkdagen vanaf 1 januari 2021 en tot 20 werkdagen vanaf 1 januari 2023, overeenkomstig de nieuwe regeling voor de contractuele personeelsleden als gevolg van een wijziging van artikel 30, §2, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten.
Art. 264, §1 van de RPR bepaalt het volgende:
| Aard van de gebeurtenis | Toegestaan maximum |
| (...) | (...) |
| 2. bevalling van de echtgenote of samenwonende partner, of ter gelegenheid van de geboorte van een kind dat wettelijk afstamt van het personeelslid | 10 werkdagen, op te nemen binnen de vier maanden vanaf de bevalling |
Door het schepencollege en vast bureau wordt voorgesteld om deze bepaling als volgt te wijzigen:
| Aard van de gebeurtenis | Toegestaan maximum |
| (...) | (...) |
| 2. bevalling van de echtgenote of samenwonende partner, of ter gelegenheid van de geboorte van een kind dat wettelijk afstamt van het personeelslid | 15 werkdagen voor een geboorte vanaf 1 januari 2021, 20 werkdagen voor een geboorte vanaf 1 januari 2023 op te nemen binnen de vier maanden vanaf de bevalling
|
Verder wordt voorgesteld om art. 264, §2 als volgt te wijzigen:
Paragraaf 2
Het omstandigheidsverlof wordt gelijkgesteld met dienstactiviteit en is in alle gevallen bezoldigd, met uitzondering van een deel van het verlof voor contractuele personeelsleden zoals omschreven in paragraaf 3. het omstandigheidsverlof voor een gebeurtenis als vermeld in het eerste lid, 2°.
De volgende beloningsregeling geldt voor het omstandigheidsverlof voor een gebeurtenis als vermeld in het eerste lid, 2°:
1° als de geboorte vanaf 1 januari 2021 plaatsvindt, heeft het statutaire personeelslid gedurende de eerste tien dagen recht op een doorbetaling van het salaris en gedurende de vijf resterende dagen recht op een brutosalaris van 82%. Om het salaris te bepalen, wordt het brutosalaris op jaarbasis begrensd op 26.230 euro tegen 100%;
2° als de geboorte vanaf 1 januari 2023 plaatsvindt, heeft het statutaire personeelslid gedurende de eerste tien dagen recht op een doorbetaling van het salaris en gedurende de tien resterende dagen recht op een brutosalaris van 82%. Om het salaris te bepalen, wordt het brutosalaris op jaarbasis begrensd op 26.230 euro tegen 100%.
Onbetaald verlof
Overeenkomstig art. 30bis van de Arbeidsovereenkomstenwet heeft het contractueel personeel het recht om van het werk afwezig te zijn om dwingende redenen. De nadere regels, in het bijzonder de duur, zijn geregeld in het koninklijk besluit van 11 oktober 1991 tot vaststelling van de nadere regelen voor de uitoefening van het recht op een verlof om dwingende reden, en latere wijzigingen.
Concreet heeft het contractueel personeel het recht om van het werk afwezig te zijn gedurende tijd die nodig is om het hoofd te bieden aan de gevolgen die voortvloeien uit de 'dwingende reden'. Onder dwingende reden moet worden verstaan elke niet te voorziene, los van het werk staande gebeurtenis die de dringende en noodzakelijke tussenkomst van de werknemer vereist en dit voor zover de uitvoering van de arbeidsovereenkomst deze tussenkomst onmogelijk maakt. Voorbeelden zijn: ziekte, ongeval of hospitalisatie overkomen aan een kind van de werknemer, ernstige materiële schade aan de bezittingen van de werknemer enz.
De duur van de afwezigheden mag tien arbeidsdagen per kalenderjaar niet overschrijden. Voor een deeltijds tewerkgestelde werknemer, wordt de duur van het verlof om dwingende redenen herleid in verhouding tot de duur van zijn arbeidsprestaties.
De Arbeidsovereenkomstenwet is niet van toepassing voor het statutair personeel. Rekening houdend hiermee werd in de RPR onder art. 266, §2 volgende bepaling opgenomen:
"Het onbetaald verlof zoals bedoeld in §1, 1° en 2° is geen recht, maar kan worden toegestaan als een gunstmaatregel, voor zover de goede werking van de dienst daardoor niet in het gedrang komt en het personeelslid zijn jaarlijkse vakantiedagen uitgeput zijn.
Indien de aanwezigheid thuis van een personeelslid noodzakelijk is:
is onbetaald verlof met een maximum van 10 werkdagen per kalenderjaar (verhoudingsgewijs in het geval van deeltijdse prestaties) een recht. De noodzakelijke aanwezigheid dient door het personeelslid bewezen te worden."
Rekening houdend met het feit dat het contractueel personeel in de bovenvermelde situaties, overeenkomstig art. 30bis van de Arbeidsovereenkomstenwet, recht heeft op verlof om dwingende redenen, wordt door het schepencollege en vast bureau voorgesteld om art. 266, §2 van de RPR als volgt te wijzigen:
"Het onbetaald verlof zoals bedoeld in §1, 1° en 2° is geen recht, maar kan worden toegestaan als een gunstmaatregel, voor zover de goede werking van de dienst daardoor niet in het gedrang komt en het personeelslid zijn jaarlijkse vakantiedagen uitgeput zijn.
Indien de aanwezigheid thuis van een statutair personeelslid noodzakelijk is:
is onbetaald verlof met een maximum van 10 werkdagen per kalenderjaar (verhoudingsgewijs in het geval van deeltijdse prestaties) een recht. De noodzakelijke aanwezigheid dient door het statutaire personeelslid bewezen te worden."
Toepassingsgebied
Art. 2, §2 van de RPR bepaalt het volgende:
"Deze rechtspositieregeling is niet van toepassing op het gesubsidieerd personeel van het onderwijs, het niet gesubsidieerd onderwijzend personeel en op vrijwilligers, jobstudenten, verenigingswerkers en monitoren. Voor hen geldt de volgende regeling: (...)".
De passage "Voor hen geldt de volgende regeling:" doet verwachten dat er voor alle groepen waarop de RPR niet van toepassing is, een verduidelijking komt van welke regeling voor hen dan wel van toepassing is, maar het onderwijspersoneel (zowel het gesubsidieerd als het niet gesubsidieerd) wordt niet vermeld. Voor het onderwijspersoneel geldt de vigerende regelgeving.
Door het schepencollege en vast bureau wordt voorgesteld om art. 2, §2 van de RPR als volgt te verduidelijken:
"Deze rechtspositieregeling is niet van toepassing op het gesubsidieerd personeel van het onderwijs, het niet gesubsidieerd onderwijzend personeel en op vrijwilligers, jobstudenten, verenigingswerkers en monitoren. Voor hen de vrijwilligers, jobstudenten, verenigingswerkers en monitoren geldt de volgende regeling: (...)".
Dienstvrijstelling
Art. 284, §1 van de RPR bepaalt het volgende:
"Het personeelslid heeft in de volgende gevallen recht op dienstvrijstelling:
(...)
11. jaarlijks vanaf 12.00 uur op 24 december en 31 december. Wie door de aard van zijn/haar functie ‘s namiddags prestaties moet leveren op de vermelde data, heeft recht op een compensatieverlof voor maximaal de duur van de prestaties."
Pas na vaststelling van de RPR werd opgemerkt dat de dienstvrijstelling op 24 en 31 december niet van toepassing is voor het zorgpersoneel en logistiek personeel van woonzorgcentrum Ter Biest. Daarnaast leidt de formulering "vanaf 12.00 uur" tot onrechtvaardigheden: bv. personeelsleden die vroeg starten, bouwen glijtijd op o.w.v. de dienstvrijstelling, in tegenstelling tot personeelsleden die later starten enz.
Door het schepencollege en vast bureau wordt voorgesteld om de RPR in overeenstemming te brengen met de realiteit en om de formulering "vanaf 12.00 uur" als volgt aan te passen:
"Het personeelslid heeft in de volgende gevallen recht op dienstvrijstelling:
(...)
11. jaarlijks vanaf 12.00 uur op basis van het werkrooster een halve dag op 24 december en 31 december. Wie door de aard van zijn/haar functie ‘s namiddags prestaties moet leveren op de vermelde data, heeft recht op een compensatieverlof voor maximaal de duur van de prestaties.
De dienstvrijstelling en regeling inzake compensatieverlof is niet van toepassing voor het zorgpersoneel en logistiek personeel van woonzorgcentrum Ter Biest."
Opvangverlof
Met het besluit van de Vlaamse Regering houdende maatregelen ten gevolge van de pandemie veroorzaakt door COVID-19 en tot wijziging van de minimale voorwaarden voor de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de provincies, zoals goedgekeurd door de ministerraad op 12 maart 2021, werden een aantal wijzigingen doorgevoerd m.b.t. het opvangverlof, pleegzorgverlof en pleegouderverlof. Om de rechtspositieregeling in overeenstemming te brengen met deze wijzigingen, wordt door het schepencollege en vast bureau voorgesteld de tekst als volgt aan te passen:
HOOFDSTUK V. OPVANGVERLOF, PLEEGZORGVERLOF EN PLEEGOUDERVERLOF
Artikel 240
Paragraaf 1
Het statutaire personeelslid heeft recht op opvangverlof (met het oog op adoptie of pleegvoogdij) overeenkomstig de bepalingen van het BVR RPR.
Het statutaire personeelslid krijgt op zijn verzoek opvangverlof als een minderjarig kind in zijn gezin wordt opgenomen met het oog op adoptie of pleegvoogdij.
Het opvangverlof bedraagt zes weken per personeelslid. Dat verlof verhoogt met twee weken voor een adoptieouder en, voor beide adoptieouders samen:
De bijkomende weken worden onderling verdeeld als beide ouders het kind adopteren.
De maximumduur van het opvangverlof wordt verdubbeld als het opgenomen kind aan een van de volgende voorwaarden voldoet:
De maximumduur van het opvangverlof wordt per personeelslid met twee weken verlengd bij de gelijktijdige adoptie van meerdere minderjarige kinderen.
Als maar een van de samenwonende partners het kind adopteert of de pleegvoogdij uitoefent, heeft alleen die persoon recht op het verlof.
Tijdens het opvangverlof behoudt het statutaire personeelslid het recht op zijn gebruikelijke salaris.
Het verlof begint binnen twee maanden nadat het kind is ingeschreven als deel uitmakend van het gezin.
In het kader van een interlandelijke adoptie kan het opvangverlof ook de periode bestrijken die voorafgaat aan de daadwerkelijke opvang van het geadopteerde kind in België, als die voorafgaande periode niet meer bedraagt dan vier weken en als ze wordt besteed aan de voorbereiding van de daadwerkelijke opvang van het kind.
Paragraaf 2
Het statutaire personeelslid heeft per kalenderjaar recht op zes dagen pleegzorgverlof.
Het pleegzorgverlof wordt aan het statutaire personeelslid toegekend conform artikel 30quater, §1, van de Arbeidsovereenkomstenwet en artikel 2 tot en met 6 van het koninklijk besluit van 27 oktober 2008 betreffende de afwezigheid van het werk met het oog op het verstrekken van pleegzorgen.
Het statutaire personeelslid heeft recht op 82% van het brutosalaris.
Het statutaire personeelslid dat is aangesteld als pleegouder heeft het recht op dienstvrijstelling voor de vervulling van verplichtingen en opdrachten of om het hoofd te bieden aan situaties die voortvloeien uit de plaatsing in zijn gezin van één of meerdere personen die in het kader van die pleegzorg aan hem zijn toevertrouwd.
De duur van de dienstvrijstelling mag zes werkdagen per jaar niet overschrijden.
Bestaat het pleeggezin uit twee personeelsleden, die beiden aangesteld zijn als pleegouder, dienen deze dagen onder hen te worden verdeeld.
Paragraaf 3
In geval van langdurige pleegzorg (= de pleegzorg waarvan bij het begin duidelijk is dat het pleegkind voor minstens zes maanden in hetzelfde pleeggezin zal verblijven) heeft het statutaire personeelslid dat pleegzorger is als vermeld in artikel 2, 12°, van het decreet van 29 juni 2012 houdende de organisatie van pleegzorg, een eenmalig recht op pleegouderverlof gedurende een aaneengesloten periode van maximaal zes weken voor de zorg van het pleegkind.
Het pleegouderverlof van zes weken van het statutaire personeelslid verhoogt met twee weken voor een pleegouder en, voor beide pleegouders samen:
De bijkomende weken worden onderling verdeeld als het pleeggezin bestaat uit twee personen, die beide zijn aangesteld als pleegouder van het kind.
De maximumduur van het pleegouderverlof wordt verdubbeld als het opgenomen kind voldoet aan een van de volgende voorwaarden:
De maximumduur van het pleegouderverlof wordt met twee weken per pleegouder verlengd bij het gelijktijdige onthaal van meerdere minderjarige kinderen naar aanleiding van een plaatsing in het kader van langdurige pleegzorg.
Het verlof begint binnen twaalf maanden nadat het kind is ingeschreven als deel uitmakend van het gezin.
Tijdens de eerste drie dagen van het pleegouderverlof heeft het personeelslid recht op een doorbetaling van het salaris. Vanaf de vierde dag heeft een statutair personeelslid recht op 82% van het brutosalaris.
Paragraaf 3 4
Het contractuele personeelslid heeft recht op adoptieverlof overeenkomstig artikel 30ter van de Arbeidsovereenkomstenwet en het koninklijk besluit van 21 september 2004 betreffende het behoud van het normaal loon ten laste van de werkgever gedurende de eerste drie dagen van het adoptieverlof.
Paragraaf 4 5
Het contractuele personeelslid dat is aangesteld als pleegouder door de rechtbank, door een door de gemeenschap erkende dienst voor pleegzorg, door de diensten van l’Aide à la Jeunesse of door het Comité Bijzondere Jeugdbijstand heeft het recht om afwezig te zijn voor de vervulling van verplichtingen en opdrachten of om het hoofd te bieden aan situaties die voortvloeien uit de plaatsing in zijn gezin van één of meerdere personen die in het kader van die pleegzorg aan hem zijn toevertrouwd.
De duur van de afwezigheid mag zes werkdagen per jaar niet overschrijden. Tijdens deze dagen wordt de uitvoering van de arbeidsovereenkomst geschorst en kan het personeelslid geen aanspraak maken op loon ten laste van het bestuur. Het personeelslid heeft per dag wel recht op een forfaitaire uitkering ten laste van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.
Bestaat het pleeggezin uit twee personeelsleden, die beiden aangesteld zijn als pleegouder, dienen deze dagen onder hen te worden verdeeld.
Voor het overige gelden de bepalingen van artikel 30quater van de Arbeidsovereenkomstenwet en de geldende uitvoeringsbesluiten.
Het contractuele personeelslid heeft recht op pleegouderverlof overeenkomstig artikel 30sexies van de Arbeidsovereenkomstenwet.
Paragraaf 5 6
Het contractuele personeelslid dat, naar aanleiding van een plaatsing in het kader van een langdurige pleegzorg (minstens 6 maanden) een minderjarig kind in zijn gezin onthaalt, met het oog op de zorg voor dit kind, heeft daarenboven eenmalig recht op pleegouderverlof gedurende een aaneengesloten periode van maximum zes weken. Indien het personeelslid ervoor kiest om niet het toegestane maximum aantal weken pleegouderverlof op te nemen, dient het verlof ten minste een week of een veelvoud van een week te bedragen.
Het pleegouderverlof van zes weken per ouder wordt als volgt opgetrokken voor de pleegouder of voor beide pleegouders samen :
Indien het pleeggezin bestaat uit twee personen, die beiden zijn aangesteld als pleegouder van het kind, worden de bijkomende weken bedoeld in het tweede lid onderling tussen hen verdeeld.
Om het recht op pleegouderverlof te kunnen uitoefenen, moet dit verlof een aanvang nemen binnen twaalf maanden volgend op de inschrijving van het kind als deel uitmakend van het gezin van de werknemer in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar hij zijn verblijfplaats heeft.
Het contractuele personeelslid heeft recht op pleegzorgverlof overeenkomstig artikel 30quater van de Arbeidsovereenkomstenwet en het koninklijk besluit van 27 oktober 2008 betreffende de afwezigheid van het werk met het oog op het verstrekken van pleegzorgen.
Jaarlijkse vakantie
Het besluit van de Vlaamse Regering houdende maatregelen ten gevolge van de pandemie veroorzaakt door COVID-19 en tot wijziging van de minimale voorwaarden voor de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de provincies, zoals goedgekeurd door de ministerraad op 12 maart 2021, voorziet dat de periodes die de RVA erkent als tijdelijke werkloosheid wegens overmacht ten gevolge van de pandemie, veroorzaakt door COVID-19, meetellen als periode met recht op salaris die recht geeft op jaarlijkse vakantiedagen. Om de rechtspositieregeling in overeenstemming te brengen met deze wijziging, wordt door het schepencollege en vast bureau voorgesteld de tekst als volgt aan te passen:
Artikel 234
Paragraaf 1
Elke periode met recht op salaris alsook elke periode van georganiseerde werkonderbreking en tijdelijke werkloosheid wegens overmacht ten gevolge van de corona-epidemie, geeft recht op jaarlijkse vakantiedagen.
(...)
Tijdelijke werkloosheid wegens overmacht ten gevolge van de COVID-19-pandemie
Het besluit van de Vlaamse Regering houdende maatregelen ten gevolge van de pandemie veroorzaakt door COVID-19 en tot wijziging van de minimale voorwaarden voor de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de provincies, zoals goedgekeurd door de ministerraad op 12 maart 2021, voorziet dat de periodes die de RVA erkent als tijdelijke werkloosheid wegens overmacht ten gevolge van de pandemie, veroorzaakt door COVID-19 meetellen voor de berekening van de administratieve anciënniteiten en meetellen als werkelijke dienst.
De periodes van verlof of afwezigheid die gelijkgesteld worden met dienstactiviteit, disponibiliteit en non-activiteit zijn in de RPR opgenomen in bijlage III. Rekening houdend met het eerder vermelde besluit, wordt door het schepencollege en vast bureau voorgesteld bijlage III van de RPR als volgt te wijzigen:
| Benaming van het verlof of de afwezigheid |
Administratieve toestand |
Recht op salaris |
Aanspraak op periodieke salaris-verhoging |
Recht op schaal-anciënniteit |
Recht op loopbaan |
Recht op ziektekrediet (voor statutairen) |
Recht op jaarlijkse vakantiedagen |
| Tijdelijke werkloosheid wegens overmacht t.g.v. de pandemie, veroorzaakt door COVID-19 |
- |
Nee, wel recht op uitkering |
Ja |
Ja |
Ja |
- |
Ja |
Tekstuele aanpassingen
Op 21 april 2021 werd de aanpassing van de rechtspositieregeling voor het gemeente- en OCMW-personeel besproken tijdens de vergadering van het Bijzonder Onderhanderlings- en Hoog Overlegcomité (BOC/HOC).
Door de vakorganisaties werden bij de rechtspositieregeling volgende bemerkingen geformuleerd:
| Bemerking vakorganisaties | Aanpassing ontwerptekst |
| Onbetaald verlof: het zou logischer zijn indien hier ook zou verwezen worden naar het verlof voor dwingende redenen waar de contractuele personeelsleden conform de Arbeidsovereenkomstenwet recht op hebben. | De verwijzing naar het verlof voor dwingende redenen werd verduidelijkt door toevoeging van volgende passage aan art. 266, §2: "Het contractuele personeelslid heeft het recht om van het werk afwezig te zijn om dwingende redenen overeenkomstig art. 30bis van de Arbeidsovereenkomstenwet en het koninklijk besluit van 11 oktober 1991 tot vaststelling van de nadere regelen voor de uitoefening van het recht op een verlof om dwingende reden." |
| Dienstvrijstelling op 24 en 31 december: de gewijzigde formulering impliceert dat personeelsleden die enkel bv. werken van 10.00 tot 18.00 uur, pas vanaf 14.00 uur naar huis kunnen. | De formulering moet herbekeken worden, maar de voorgestelde wijziging blijkt toch onvoldoende. Er wordt beslist de wijziging niet door te voeren, maar eerst verder te bekijken. |
| Pleegzorgverlof: de bezoldiging voor het pleegzorgverlof is teruggebracht naar 82%. Dit is wettelijk zo geregeld, maar gezien de bezoldiging tot hiertoe 100% was, wordt gevraagd om de 100% toch te behouden als blijk van waardering naar de mensen toe. | Het besluit van de Vlaamse Regering houdende maatregelen ten gevolge van de pandemie veroorzaakt door COVID-19 en tot wijziging van de minimale voorwaarden voor de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de provincies, goedgekeurd door de ministerraad op 12 maart 2021, is duidelijk:
Art. 16. Aan hoofdstuk IV van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 januari 2009, worden een afdeling III, die bestaat uit artikel 183/1, en een afdeling IV, die bestaat uit artikel 183/2, toegevoegd, die luiden als volgt: (...)
|
De aangepaste ontwerptekst is toegevoegd als bijlage 2 (een versie met markeringen en een versie zonder).
/
Artikel 1.
De ontwerptekst van de rechtspositieregeling voor het gemeente- en OCMW-personeel, zoals toegevoegd in bijlage 2, vast te stellen.
Art. 2.
Aan de dienst Personeel de opdracht te geven om onderhavig besluit en de rechtspositieregeling, te publiceren overeenkomstig de bepalingen inzake de bekendmakings- en meldingsplicht voor lokale besturen.
De gemeenteraad stelt het reglement Geolokalisatiesysteem (track & trace) vast en beslist om het reglement toe te voegen als bijlage bij het arbeidsreglement gemeente, zoals vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 25 september 2014 en laatst gewijzigd op 23 april 2015.
Artikel 40, §3 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (hierna: Decreet Lokaal Bestuur).
Algemeen
Syndicaal overleg
Door het schepencollege wordt voorgesteld om in de gemeentelijke voertuigen een geolokalisatiesysteem (track & trace) te installeren. De aanleiding hiervoor is de wil tot het efficiënter inzetten van mensen en middelen en bijgevolg het realiseren van zowel een financiële besparing als een reductie van CO2. Daarnaast kan met een geolokalisatiesysteem worden ingezet op de veiligheid van de werknemers en het materiaal en kan de dienstverlening ten aanzien van de bevolking worden verbeterd.
Wat te verstaan onder een geolokalisatiesysteem (track & trace) in de voertuigen van de werkgever?
Een geolokalisatiesysteem is een systeem waarmee elk willekeurig object kan worden getraceerd. Het laat het bestuur toe analyses te maken aan de hand van de verkregen gegevens op basis waarvan de arbeidsorganisatie kan worden geoptimaliseerd. Het plaatsen van een geolokalisatiesysteem in voertuigen van de werkgever, is onderworpen aan een aantal waarborgen, aangezien het systeem een impact kan hebben op het recht op privacy van de werknemer op de werkvloer.
Het systeem mag niet worden gebruikt voor de controle op het respecteren van de arbeidstijd of arbeid van personeelsleden of uitsluitend om rust- en rijtijden te verkorten. De controle moet een legitiem doel hebben:
de veiligheid van de personeelsleden verbeteren;
de bescherming van de dienstwagen (bv. in geval van diefstal);
de optimalisering van het beheer van de verplaatsingen;
de controle van de prestaties van de machine;
de controle van de uitvoering van de werkopdrachten.
Doel van het geolokalisatiesysteem (track & trace)
De installatie van een geolokalisatiesysteem (track & trace) in de gemeentelijke voertuigen van de technisch uitvoerende diensten wordt voorgesteld voor het nastreven van de volgende doeleinden:
het efficiënter inzetten van mensen en middelen en bijgevolg het realiseren van zowel een financiële besparing als een reductie van CO2;
de veiligheid van de werknemers en het materiaal verhogen;
de dienstverlening ten aanzien van de bevolking verbeteren.
Het geolokalisatiesysteem zal niet aangewend worden op een wijze die onverenigbaar is met deze uitdrukkelijk omschreven doeleinden.
Proportionaliteit
Het gaat over de plaatsing van een geolokalisatiesysteem (track & trace) in de gemeentelijke voertuigen. Op dit moment kan niet worden nagegaan waar elk voertuig zich bevindt, waardoor het zeer moeilijk is om bij onvoorziene of dringende opdrachten de personeelsleden en voertuigen efficiënt in te zetten. Daarnaast kan bij ontvreemding van een gemeentelijk voertuig, op dit moment niet worden nagegaan waar het voertuig zich bevindt.
Het geolokalisatiesysteem heeft niet tot doel de personeelsleden te controleren, maar wel om de veiligheid van de personeelsleden, de voertuigen en ev. ladingen te waarborgen. Daarnaast kan de arbeidsorganisatie aan de hand van het geolokalisatiesysteem worden geoptimaliseerd met het oog op een betere dienstverlening.
Rekening houdend met het bovenstaande is de installatie van een geolokalisatiesysteem niet disproportioneel gelet op het beoogde doel, namelijk het garanderen van de veiligheid van zowel het personeel als het gemeentelijk materiaal en voertuigen en de realisatie van een betere dienstverlening door optimalisatie van de arbeidsorganisatie. Na onderzoek blijkt dat de nagestreefde doeleinden niet op een andere manier kunnen worden bereikt.
Transparantie
Indien er in de gemeentelijke voertuigen een geolokalisatiesysteem zou worden geïnstalleerd, zal er door het bestuur duidelijk gecommuniceerd worden over alle aspecten van het systeem (redenen, nagestreefde doeleinden, bewaring van de gegevens enz.). Voorafgaandelijk zal de nodige informatie meegedeeld worden aan het personeel via een personeelsnota en er zal als bijlage aan het arbeidsreglement een reglement geolokalisatiesysteem (track & trace) worden toegevoegd.
Als het geolokalisatiesysteem effectief operationeel is, zal dit eveneens duidelijk gecommuniceerd worden.
Periodes gedurende dewelke het geolokalisatiesysteem functioneert
Het geolokalisatiesysteem treedt in werking nadat de bestuurder van het voertuig zich registreert (via een badge) en het voertuig in beweging is. Gelet op het beoogde doel is dit in lijn met de hierboven geschetste vooropgestelde doeleinden.
Verwerking en bewaring van de beeldgegevens
De geolokalisatie-gegevens zijn enkel raadpleegbaar via een daartoe bestemde software.
De verkregen gegevens zullen te goeder trouw verwerkt en bewaard worden. Ze zullen enkel gebruikt worden voor de hierboven vermelde doeleinden.
Personen die toegang hebben tot de beeldgegevens
Uitsluitend de verantwoordelijke voor de verwerking of de persoon die onder zijn/haar gezag handelt, zal toegang hebben tot de geolokalisatie-gegevens. De verantwoordelijke voor de verwerking of de persoon die onder zijn/haar gezag handelt, moet alle nodige voorzorgsmaatregelen nemen teneinde de toegang tot de gegevens te beveiligen tegen toegang door onbevoegden en zodoende de bescherming van de persoonsgegevens te waarborgen (o.a. beveiliging door paswoorden, beveiliging van het netwerk tegen indringing, encryptie, vertrouwelijkheidsverklaring).
De personen die toegang zullen hebben tot de beelden, zullen een discretieplicht hebben omtrent de persoonsgegevens die de geolokalisatie-gegevens opleveren, met dien verstande dat de verantwoordelijke voor de verwerking of de persoon die onder zijn/haar gezag handelt, de beelden:
kan overdragen aan de politiediensten of de gerechtelijke overheden indien men feiten vaststelt die een misdrijf kunnen vormen en de gegevens kunnen bijdragen tot het bewijzen van die feiten en het identificeren van de daders;
moet overdragen aan de politiediensten indien zij hierom verzoeken in het kader van hun opdrachten van bestuurlijke of gerechtelijke politie en de beelden het vastgestelde misdrijf betreffen.
De aangewezen personen die toegang zullen hebben tot de geolokalisatie-gegevens zijn:
algemeen directeur;
afdelingshoofd ruimte.
Kennisname en verbetering van de gegevens
De personeelsleden zullen het recht hebben om op elk moment inzage te nemen van de geolokalisatie-gegevens die hen betreffen en, in voorkomend geval, de schrapping aan te vragen van onjuiste, onvolledige of niet (meer) relevante gegevens. Zij zullen recht hebben op bijstand van hun vakbondsafgevaardigde bij de uitoefening van dit recht.
Rekening houdend met het voorgaande werd een reglement opgemaakt en goedgekeurd door het schepencollege in zitting van 6 april 2021 (dossierstuk 2) met het oog op toevoeging als bijlage bij het arbeidsreglement.
Door de vakorganisaties werden bij het reglement volgende bemerkingen geformuleerd:
| Bemerking vakorganisaties | Aanpassing reglement |
| Het geolokalisatiesysteem mag niet worden gebruikt voor de controle op het respecteren van de arbeidstijd of arbeid van personeelsleden. In artikel 1, laatste lid van het reglement staat evenwel "de controle van de uitvoering van de werkopdrachten". Ter verduidelijking van het feit dat met deze bepaling wordt beoogd de arbeidsorganisatie efficiënter te maken, wordt gevraagd het woord "controle" te vervangen door "optimalisatie". | Er wordt ingestemd met de aanpassing van de passage "controle van de uitvoering van de werkopdrachten" naar "optimalisatie van de uitvoering van de werkopdrachten". |
| Artikel 4 van het reglement bepaalt dat enkel de algemeen directeur en het afdelingshoofd ruimte toegang hebben tot alle informatie en dan de direct leidinggevenden enkel zicht hebben op de voertuiggegevens, behoudens persoonsgegevens. Door de vakorganisaties wordt gevraagd in het reglement te verduidelijken wie deze 'direct leidinggevenden' zijn. | Wie de direct leidinggevenden precies zijn, wordt in artikel 4 verduidelijkt door volgende toevoeging: "Concreet gaat het over de titularissen van volgende functies:
|
De aangepaste ontwerptekst is toegevoegd als bijlage 3 (een versie met markeringen en een versie zonder).
Op 22 april 2021 werden door de vakorganisaties nog een aantal bijkomende vragen gesteld.
| Vragen vakorganisaties |
Antwoord bestuur |
| ACOD:
Met betrekking tot het reglement Geolokalisatiesysteem (track & trace)” heb ik toch volgende bedenking.
Is het echt noodzakelijk dat al deze leidinggevende toegang hebben tot de gegevens?
Want het gaat hier om bijna twintig personen die toegang hebben.
Kan dit niet op een andere manier geregeld worden dat dit aantal kan verminderd worden?
|
De opgesomde leidinggevenden zijn de direct leidinggevenden van de personen die een gemeentelijk voertuig besturen. Om tegemoet te komen aan de vooropgestelde doeleinden (o.a. het efficiënter inzetten van mensen en middelen) moeten de leidinggevenden snel kunnen schakelen. Toegang tot de gegevens is daartoe noodzakelijk.
|
| ACV:
Ik heb ondertussen de aangepaste teksten ook kunnen bekijken en om tegemoet te komen aan de vraag van Anja kan er misschien toegevoegd worden dat de leidinggevenden enkel toegang hebben tot de gegevens van de auto’s van de eigen dienst? Verder wil ik ook vragen om te verduidelijken wie de ‘technisch verantwoordelijke’ is, tenzij er maar één functie is met deze benaming in het bestuur. Ik stel mij ook de vraag of de meewerkende ploegbazen rechtstreeks toegang moeten krijgen, zij zijn toch mee op terrein. Is het niet enkel de coördinator die toegang dient te hebben?
|
|
Op basis hiervan werd nog een aanpassing doorgevoerd aan de ontwerptekst (bijlage 4).
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het reglement Geolokalisatiesysteem (track & trace) goed te keuren.
Raadslid Isabel GAISBAUER vraagt een nadere toelichting op het systeem. Krijgt iemand anders dan de leidinggevende beschikking over de gegevens?
Schepen William DE BOECK antwoordt dat de gegevens alleen door de algemeen directeur en het afdelingshoofd Ruimte, indien nodig, kunnen bekeken worden.
/
Artikel 1.
Het reglement Geolokalisatiesysteem (track & trace), zoals toegevoegd in bijlage 4, vast te stellen en toe te voegen als bijlage bij het arbeidsreglement gemeente, zoals vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 25 september 2014 en laatst gewijzigd op 23 april 2015.
Art. 2.
Aan de dienst Personeel de opdracht te geven om onderhavig besluit en het reglement Geolokalisatiesysteem (track & trace), te publiceren overeenkomstig de bepalingen inzake de bekendmakings- en meldingsplicht voor lokale besturen.
De gemeenteraad stelt het reglement Camerabewaking op de arbeidsplaats vast en beslist om het reglement toe te voegen als bijlage bij het arbeidsreglement gemeente, zoals vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 25 september 2014 en laatst gewijzigd op 23 april 2015.
Artikel 40, §3 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (hierna: Decreet Lokaal Bestuur).
Algemeen
Syndicaal overleg
Het syndicaal statuut:
"Enkel de werkgever die het werk van zijn werknemers via camerabewaking wil controleren (vierde doeleinde), moet de regels van dit toezicht opnemen in het arbeidsreglement en bijgevolg de wijzigingsprocedure van het arbeidsreglement in acht nemen."
"Indien de camera’s tot doel hebben om de arbeid van de werknemers te controleren, is deze controle uitsluitend toegestaan als zij dient voor het meten van het werk met het oog op het vaststellen van de bezoldiging of gevolgen heeft voor de rechten en plichten van het toezichthoudend personeel. In dat geval is er een wijziging van het arbeidsreglement op die vlakken nodig.
Indien de camera één van de andere wettelijk toegestane doelen beoogt, dient men de werknemers nog altijd te informeren over toepassing en het gebruik van de bewakingscamera’s (doel, bewaringstermijn beelden, …). In de privé-sector gebeurt dit meestal door het camerareglement via een ondernemingscao in te voeren of als bijlage bij het arbeidsreglement. In de lokale besturen is het beste valabele alternatief de toevoeging van het ‘camerareglement’ als bijlage aan het arbeidsreglement."
Door het schepencollege wordt voorgesteld om de camerabewaking op de terreinen van de gemeentelijke loods (Humbeeksesteenweg 243, 1850 Grimbergen) uit te breiden. Aanleiding hiervoor is het feit dat er nu slechts één camera aanwezig is. Deze camera is gericht op de ingang aan de slagbomen waardoor de magazijnier, eenmaal bezoekers het terrein van de loods betreden, niet meer kan volgen waar deze mensen naartoe zijn gegaan.
De ingang van het magazijn is om de hoek waardoor er vanuit het magazijn geen direct zicht is op de algemene ingang. Dit zorgt soms voor een gevaarlijke situatie, waarbij er onaangekondigd mensen in het magazijn staan met al of niet slechte bedoelingen of waarbij bezoekers kunnen ronddolen op het terrein. Er is heel wat kostbaar materiaal aanwezig op het terrein en wanneer het in de wintermaanden sneller donker is, zorgt dit voor een extra onveilig gevoel voor het personeel.
Wat te verstaan onder camerabewaking op de arbeidsplaats?
Onder camerabewaking moet worden verstaan elk bewakingssysteem met één of meer camera's dat ertoe strekt om bepaalde plaatsen of activiteiten op de arbeidsplaats te bewaken vanuit een punt dat zich geografisch op een afstand van die plaatsen of activiteiten bevindt, met of zonder het oog op bewaring van de beeldgegevens die het inzamelt en overbrengt (cf. art. 2 CAO nr. 68 van de Nationale Arbeidsraad van 16 juni 1998 betreffende de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de werknemers ten opzichte van de camerabewaking op de arbeidsplaats).
Camerabewaking op de arbeidsplaats is slechts toegelaten voor zover aan bepaalde voorwaarden is voldaan:
de camerabewaking moet een geoorloofd doel hebben;
de camerabewaking moet proportioneel zijn;
de camerabewaking moet transparant zijn.
Doel van de camerabewaking
Er zijn vier doeleinden waarvoor camerabewaking op de arbeidsplaats is toegestaan:
Om de veiligheid en de gezondheid van de werknemers te controleren (bv. het observeren van magazijnen waar gevaarlijke goederen gestockeerd zijn);
Voor de bescherming van de goederen van de onderneming (bv. tegen diefstal of vernieling);
Voor de controle van het productieproces; deze controle kan zowel op de machines als op de werknemers betrekking hebben;
Voor de controle van de arbeid van de werknemers.
De uitbreiding van de camerabewaking op de terreinen van de gemeentelijke loods wordt voorgesteld voor het nastreven van de volgende doeleinden:
de veiligheid en bescherming van de werknemers;
de bescherming van de goederen van de onderneming.
De camerabewaking zal niet aangewend worden op een wijze die onverenigbaar is met deze uitdrukkelijk omschreven doeleinden.
Concreet heeft de camerabewaking tot doel bewijzen te verzamelen ingeval er zich feiten voordoen die een misdrijf uitmaken of schade veroorzaken (bijvoorbeeld diefstal of vandalisme) en om daders, getuigen of slachtoffers te kunnen identificeren.
Proportionaliteit
Het gaat over de plaatsing van 7 bijkomende bewakingscamera's:
camera gericht op de slagboom (deze is reeds aanwezig);
camera gericht op de parking;
camera gericht op ingang langs het vliegveld;
2 camera's gericht achteraan de loodsen;
camera gericht op de silo's;
camera gericht op het tankstation en
camera binnen gericht op de ontleningsdienst.
De 7 bijkomende bewakingscamera's filmen telkens een aantal locaties waarop anders geen of zeer moeilijk controle kan worden uitgeoefend. Op deze locaties zijn er geen personeelsleden aanwezig die permanent aan het werk zijn. Deze plaatsen worden gebruikt voor het af- en aanrijden van personeel, voor het stockeren of afleveren van (groot) materiaal en voor het parkeren van voertuigen van het personeel of voertuigen van de gemeente.
De camera's hebben niet tot doel de personeelsleden zelf te controleren, maar wel om de veiligheid van de personeelsleden die aanwezig zijn op het terrein te garanderen en om het kostbaar materiaal dat aanwezig is op de terreinen van de loods, te beveiligen.
Binnen in de ateliers waar personeelsleden op meer permanente basis aanwezig zijn, worden geen camera's geplaatst.
Rekening houdend met het bovenstaande is de camerabewaking niet disproportioneel gelet op het beoogde doel, namelijk het garanderen van de veiligheid van zowel het personeel als het gemeentelijk materiaal en voertuigen. Na onderzoek blijkt dat de nagestreefde doeleinden niet op een andere manier kunnen worden bereikt.
Transparantie
Indien de camerabewaking op de terreinen van de gemeentelijke loods zou worden uitgebreid, zal er door het bestuur duidelijk gecommuniceerd worden over alle aspecten van de camerabewaking (redenen, nagestreefde doeleinden, plaats en aantal camera’s, bewaring van de beelden, etc.). Voorafgaandelijk zal de nodige informatie meegedeeld aan het personeel via een personeelsnota. Er zal ook een aangifte gedaan worden via het e-loket van de FOD Binnenlandse zaken www.aangiftecamera.be
Als de camera's effectief operationeel zijn, zal dit eveneens duidelijk gecommuniceerd worden. Tevens zullen pictogrammen worden opgehangen die de aanwezigheid van de camerabewaking signaleren aan de personeelsleden en aan derden.
Geheime camerabewaking zal in beginsel niet toegestaan worden, behalve mits toestemming en onder toezicht van het Openbaar Ministerie ingeval er ernstige aanwijzingen zouden zijn dat er strafbare feiten zijn gepleegd.
Periodes gedurende dewelke de camera functioneert
De bewakingscamera's zullen ingesteld worden om elke beweging op te nemen en dus zullen ze niet permanent filmen. Gelet op het beoogde doel is dit in lijn met de hierboven geschetste vooropgestelde doeleinden.
Verwerking en bewaring van de beeldgegevens
De beelden worden enkel lokaal opgeslagen in de recorder. Bewaring van de opnames zijn wettelijk beperkt tot 30 dagen.
De verkregen beeldgegevens zullen te goeder trouw verwerkt en bewaard worden. Ze zullen enkel gebruikt worden voor de hierboven vermelde doeleinden.
Het wettelijk verplicht beeldverwerkingsregister wordt samen met de DPO opgemaakt.
Personen die toegang hebben tot de beeldgegevens
Uitsluitend de verantwoordelijke voor de verwerking of de persoon die onder zijn/haar gezag handelt, zal toegang hebben tot de beelden. De verantwoordelijke voor de verwerking of de persoon die onder zijn/haar gezag handelt, moet alle nodige voorzorgsmaatregelen nemen teneinde de toegang tot de beelden te beveiligen tegen toegang door onbevoegden en zodoende de bescherming van de persoonsgegevens te waarborgen (o.a. beveiliging door passwoorden, beveiliging van het netwerk tegen indringing, encryptie, vertrouwelijkheidsverklaring).
De personen die toegang zullen hebben tot de beelden, zullen een discretieplicht hebben omtrent de persoonsgegevens die de beelden opleveren, met dien verstande dat de verantwoordelijke voor de verwerking of de persoon die onder zijn/haar gezag handelt, de beelden:
kan overdragen aan de politiediensten of de gerechtelijke overheden indien men feiten vaststelt die een misdrijf kunnen vormen en de beelden kunnen bijdragen tot het bewijzen van die feiten en het identificeren van de daders;
moet overdragen aan de politiediensten indien zij hierom verzoeken in het kader van hun opdrachten van bestuurlijke of gerechtelijke politie en de beelden het vastgestelde misdrijf betreffen.
De aangewezen personen die toegang zullen hebben tot de beeldgegevens zijn:
algemeen directeur
afdelingshoofd ruimte
coördinator magazijn
magazijnier
Het bekijken van beelden in real time moet zo veel mogelijk vermeden worden en zal uitsluitend toegestaan worden om onmiddellijk te kunnen ingrijpen bij misdrijven, schade of ordeverstoring.
Kennisname en verbetering van de gegevens
De personeelsleden zullen het recht hebben om op elk moment inzage te nemen van de beeldgegevens die hen betreffen en, in voorkomend geval, de wijziging aan te vragen van onjuiste, onvolledige of niet (meer) relevante gegevens. Zij zullen recht hebben op bijstand van hun vakbondsafgevaardigde bij de uitoefening van dit recht.
Rekening houdend met het voorgaande en het advies van Jurplus van 28 januari 2021 werd een reglement opgemaakt en goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen in zitting van 6 april 2021 met het oog op toevoeging als bijlage bij het arbeidsreglement.
Ontwerptekst zie bijlage 1.
Op 21 april 2021 werd het reglement Camerabewaking op de arbeidsplaats besproken tijdens de vergadering van het Bijzonder Onderhanderlings- en Hoog Overlegcomité (BOC/HOC).
Door de vakorganisaties werd opgemerkt dat de aangewezen personen die toegang hebben tot de beeldgegevens niet zijn opgenomen in het reglement. Naar aanleiding van deze bemerking werd het reglement Camerabewaking op de arbeidsplaats aangepast. De aangepaste ontwerptekst is toegevoegd als bijlage 3 (een versie met markering en een versie zonder).
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het reglement Camerabewaking op de arbeidsplaats goed te keuren.
Raadslid Trui OLBRECHTS merkt op dat er geen kostprijs wordt vermeld in het besluit, terwijl camerabewaking en/of het geolokatiesysteem veel geld kost.
Burgemeester Chris SELLESLAGH antwoordt dat de gemeente nog bezig is met de prijsopgave voor het camerasysteem. Voordat de offertes worden beoordeeld, moet het reglement goedgekeurd worden.
Raadslid Trui OLBRECHTS vraagt of de aanschaf van het camerasysteem nog ter besluitvorming wordt aangeboden aan de gemeenteraad.
Burgemeester Chris SELLESLAGH antwoordt dat het een heel eenvoudig systeem is dat niet zo veel kost.
Raadslid Trui OLBRECHTS merkt op dat camera’s worden voorzien aan de loods in Grimbergen. Ze vraagt of de loods in het containerpark Strombeek ook camera’s krijgt.
Burgemeester Chris SELLESLAGH antwoordt dat er alleen camera’s komen in Grimbergen.
Schepen Philip ROOSEN voegt eraan toe dat de gemeente in Grimbergen start om camera’s te plaatsen, omdat daar veel materiaal ligt en er veel verkeersbewegingen zijn. De loods in Strombeek is vooral een opslagplaats. Er wordt wel gewerkt aan een camerabeleid, waarin allerlei locaties worden beoordeeld op noodzaak en urgentie van cameraplaatsing.
/
Artikel 1.
Het reglement Camerabewaking op de arbeidsplaats, zoals toegevoegd in bijlage 3, vast te stellen en toe te voegen als bijlage bij het arbeidsreglement gemeente, zoals vastgesteld bij besluit van de gemeenteraad van 25 september 2014 en laatst gewijzigd op 23 april 2015.
Art. 2.
Aan de dienst Personeel de opdracht te geven om onderhavig besluit en het reglement Camerabewaking op de arbeidsplaats, te publiceren overeenkomstig de bepalingen inzake de bekendmakings- en meldingsplicht voor lokale besturen.
De gemeenteraad beslist tot volgende formatiewijziging:
| Functietitel opgenomen in de huidige personeelsformatie | Voorstel nieuwe functietitel |
| Deskundige overheidsopdracht | Deskundige aankoop |
| Graadbenaming | Rang | Salarisschalen | vte |
| Expert ruimte | Av | A1a-A3a | 1,00 |
| Graadbenaming | Rang | Salarisschalen | vte |
| Expert wegen en water | Av | A1a-A3a | 1,00 |
| Graadbenaming | Rang | Salarisschalen | vte |
| Technisch medewerker | Cv | C1-C3 | 1,00 |
Artikel 161 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (hierna: Decreet Lokaal Bestuur):
"De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stellen het gezamenlijk organogram van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vast.
Het organogram geeft de organisatiestructuur van de diensten van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn weer, duidt de gezagsverhoudingen en de functies aan waaraan het lidmaatschap van het managementteam is verbonden."
Algemeen
In verband met de vaststelling van het geïntegreerde organogram en de personeelsformatie
In verband met de syndicale overlegcomités
In het kader van de uitvoering van het meerjarenplan 2020-2025, in het bijzonder de volgende beleidsdoelstelling:
worden een aantal wijzigingen aan de personeelsformatie van de diverse afdelingen voorgesteld.
Tijdens de zitting van 24 oktober 2019 en 28 mei 2020 werd de contractuele personeelsformatie uitgebreid met 3 voltijds equivalent (vte) voor de functie van deskundige overheidsopdrachten. Met het oog op toekomstige selectieprocedures en het aantrekken van potentiële kandidaten voor deze functie, wordt voorgesteld om de functietitel te wijzigen van "deskundige overheidsopdrachten" naar "deskundige aankoop".
In de zitting van 25 april 2019 besliste de gemeenteraad om aan de contractuele personeelsformatie een voltijdse functie toe te voegen van expert wegen en water met rang Av en salarisschalen A1a-A2a-A3a. De titularis van de functie van expert wegen en water (A1a-A3a), die statutair is aangesteld, bereikt op 4 juli 2021 de normale pensioengerechtigde leeftijd, wat aanleiding geeft tot de definitieve ambtsneerlegging van het betrokken personeelslid. Naar aanleiding van de naderende pensionering van de titularis van expert wegen en water (A1a-A3a) werd de functie geëvalueerd.
De deskundigen en experts in staf van de diensten "gebouwen", "groen", en "wegen en water" ontwikkelen, ontwerpen, begeleiden en volgen alle technische projecten (nieuwbouw, renovatie, groen, wegen, rioleringen enz.) op die op het openbaar domein uitgevoerd of uitbesteed worden. het takenpakket van de deskundigen en experts bestaat verder uit o.m. volgende taken:
Voor iedere technische dienst ("gebouwen", "groen", en "wegen en water") werd 1,00 vte deskundige met rang Bv en salarisschalen B1-B2-B3 voorzien. Voor de dienst Wegen en water werd daarnaast een bijkomende expert wegen en water met rang Av en salarisschalen A1a-A2a-A3a opgenomen gelet op de complexiteit en de aard van de projecten (bv. de ondergrondse parking, werken aan de ring, ...).
Rekening houdend met het feit dat ook de diensten Gebouwen en Groen geconfronteerd worden met complexe, omvangrijke projecten, wordt voorgesteld om:
De functie van expert ruimte (A1a-A3a) zou in staf van het afdelingshoofd ruimte (A5a-A5b) worden ingeschreven.
Op 24 oktober 2019 werd een globale wijziging van de personeelsformatie doorgevoerd met het oog op de implementatie van de geïntegreerde dienstenstructuur voor gemeente en OCMW Grimbergen. In artikel 2 van dit besluit werd 2,00 vte technisch medewerker - dienst Openbare Werken verplaatst naar de uitdovend statutaire personeelsformatie van het gemeentebestuur. Bijkomend had 1,00 vte technisch medewerker - dienst Werken in Eigen Beheer moeten worden verplaatst naar de uitdovend contractuele personeelsformatie.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om de bovenvermelde fout, die berust op een administratieve vergissing, recht te zetten door 1,00 vte technisch medewerker - dienst Werken in Eigen Beheer met rang Cv en salarisschalen C1-C2-C3 te schrappen uit de contractuele personeelsformatie.
/
Artikel 1.
De volgende functietitel te wijzigen:
| Functietitel opgenomen in de huidige personeelsformatie | Voorstel nieuwe functietitel |
| Deskundige overheidsopdrachten | Deskundige aankoop |
Art. 2.
De contractuele personeelsformatie van het gemeentebestuur uit te breiden met volgende functie:
| Graadbenaming | Rang | Salarisschalen | vte |
| Expert ruimte | Av | A1a-A3a | 1,00 |
Art. 3.
§1. Volgende functie te verplaatsen naar de uitdovende contractuele personeelsformatie van het gemeentebestuur:
| Graadbenaming | Rang | Salarisschalen | vte |
| Expert wegen en water | Av | A1a-A3a | 1,00 |
§2. Volgende functie te schrappen uit de contractuele personeelsformatie van het gemeentebestuur:
| Graadbenaming | Rang | Salarisschalen | vte |
| Technisch medewerker | Cv | C1-C3 | 1,00 |
De gemeenteraad keurt het bestek inzake concessie voor de realisatie en exploitatie van Parking Prinsenbos (Grimbergen) inclusief de bijlagen, toegevoegd als bijlage bij het besluit, goed.
§ 1. Het college van burgemeester en schepenen bereidt de beraadslagingen en de besluiten van de gemeenteraad voor.
Het college van burgemeester en schepenen voert de besluiten van de gemeenteraad uit.
§ 3. Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor:
4° het voeren van de plaatsingsprocedure, de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten;
5° de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht die past binnen het begrip `dagelijks bestuur', vermeld in artikel 41, tweede lid, 8° ;
6° de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten voor de opdrachten waarvoor de gemeenteraad dat nominatief aan het college van burgemeester en schepenen heeft toevertrouwd;
lid 2 De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
10° het vaststellen van de plaatsingsprocedure en het vaststellen van de voorwaarden van overheidsopdrachten, tenzij:
a) de opdracht past binnen het begrip `dagelijks bestuur', vermeld in punt 8°, waarvoor het college van burgemeester en schepenen bevoegd is;
b) de raad de plaatsingsprocedure en het vaststellen van de voorwaarden voor die overheidsopdracht nominatief aan het college van burgemeester en schepenen heeft toevertrouwd;
De wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten (hierna: "de Concessiewet").
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten (hierna: "de Overheidsopdrachtenwet").
Het koninklijk besluit van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten (hierna: "het uitvoeringsbesluit van de Concessiewet").
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 22 maart 2021 waarbij het bestek inzake de concessie inzake realisatie en exploitatie van Parking Prinsenbos (Grimbergen) principieel werd goedgekeurd.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 9 november 2020 waarbij de opdracht "Opmaak van een bestek voor de concessie, realisatie en exploitatie van de parking Prinsenbos en het verder begeleiden van de gemeente" toegewezen werd aan meester Dirk VAN HEUVEN van Publius Advocaten, Cogels Osylei 61 te 2600 Antwerpen.
De bespreking van voormeld bestek op de gemeenteraadscommissie Infrastructuur van 1 april 2021.
/
Algemeen
De reglementering inzake concessieovereenkomsten schrijft voor de plaatsing van concessieovereenkomsten geen specifieke werkwijze voort. Zij bepaalt enkel formeel dat in overeenstemming met de beginselen van behoorlijk bestuur moet worden gezorgd voor een gelijke behandeling en niet-discriminatie van (mogelijke) geïnteresseerden en voor transparantie betreffende de gevolgde werkwijze.
Deze Concessie wordt, na bekendmaking in het Bulletin der Aanbestedingen en in het Publicatieblad van de Europese Unie, geplaatst volgens de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten en het KB van 25 juni 2017 betreffende de plaatsing en de algemene uitvoeringsregels van de concessieovereenkomsten.
Rekening houdend met het gemengd karakter van de opdracht wordt ze gekwalificeerd als een concessie voor werken in de zin van artikel 2, 7°, a) van de wet van 17 juni 2016 betreffende de concessieovereenkomsten:
"a) concessie voor werken : een schriftelijke overeenkomst onder bezwarende titel waarbij een of meer aanbesteders werken laten uitvoeren door een of meer ondernemers, waarvoor de tegenprestatie bestaat hetzij uitsluitend in het recht het werk dat het voorwerp van de overeenkomst vormt te exploiteren, hetzij in dit recht en een betaling.
i. Onder "uitvoering van werken" wordt verstaan : de uitvoering of het ontwerp en de uitvoering van werken die betrekking hebben op een van de in bijlage I bedoelde werkzaamheden, of van een werk, dan wel het verwezenlijken, met welke middelen dan ook, van een werk dat voldoet aan de eisen van de aanbesteder die een beslissende invloed uitoefent op het soort werk of op het ontwerp van het werk;
ii. Onder "werk" wordt verstaan : het product van een geheel van bouw- of civieltechnische werken dat ertoe bestemd is als zodanig een economische of technische functie te vervullen;"
Het Bestek geeft o.a. een nadere omschrijving van het voorwerp en de duur van de Concessie een de door de Concessiehouder te leveren prestaties.
De plaatsingsprocedure betreft een procedure sui generis die evenwel hoofdzakelijk gespiegeld wordt aan de openbare procedure (art. 36 wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten).
Het Bestek licht het verloop van de procedure tot plaatsing van deze Concessie verder toe.
Specifiek
Het college van burgemeester en schepenen wenst een ondergrondse, betalende parking in te richten onder de bestaande parking Prinsenbos. Het project moet centrumversterkend werken. In zitting van 22 maart werd dit bestek goedgekeurd.
Het voorliggend bestek werd inhoudelijk besproken op de gemeenteraadscommissie Infrastructuur op 1 april 2021.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het voorliggend bestek definitief vast te stellen.
Schepen William DE BOECK geeft een toelichting. Op 1 april 2021 is de realisatie van Parking Prinsenbos in de commissie Infrastructuur besproken. Bij het uitwerken van de bouw van het nieuwe administratieve centrum werd vastgesteld dat het onmogelijk is om onder het gebouw voldoende parkeerplaatsen te realiseren. Daarom moest uitgeweken worden naar de Parking Prinsenbos. Dit heeft als voordeel dat de conflictsituatie tussen het afzetten van schoolkinderen en het oprijden van de parking kan worden opgelost. Op de Parking worden tevens de parkeerplaatsen gecompenseerd die verloren gaan door de nieuwbouw van het gemeentehuis. Om het plan financieel haalbaar te maken, wordt uitgekeken naar een PPS-samenwerking. Daarvoor heeft de gemeente een bestek laten opstellen. Aan de inschrijver wordt gevraagd om te voorzien in 75 parkeerplaatsen voor personeel tijdens de kantooruren. Tien parkeerplaatsen dienen 24/7 beschikbaar te zijn voor gemeentepersoneel. De overige 65 zijn buiten kantooruren beschikbaar voor andere gebruikers. Verder komen er minimaal 110 algemene parkeerplaatsen, 50 gratis fietsparkeerplaatsen en een strook om personen af te zetten of kort te parkeren. Het bovengrondse deel wordt mooi ingericht en kan door de gemeente een aantal dagen per jaar gebruikt worden voor activiteiten. De gemeente staat open voor kernversterkende maatregelen. De gemeente besteedt het onderhoud en de uitbating van de parking uit. De parkeergarage zal na afloop van de concessie eigendom worden van de gemeente.
Het bureau dat het plan uitwerkt, stelt voor om aan het begin van de concessie te voorzien in een prefinancieringsbedrag. Dit zal maximaal € 2.268.750 incl. btw zijn. Aan de concessiehouder zal een concessievergoeding gevraagd worden van € 100.000 per jaar. Op termijn levert de ondergrondse parking geld op voor de gemeente.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt het woord en begrijpt dat de gemeente parkeerplaatsen moet realiseren om een bouwvergunning te krijgen. Wel vindt hij het vreemd dat pas zo laat in het traject bekend werd dat de parkeerplaatsen niet onder het gebouw voorzien kunnen worden. Hij denkt dat het door de strikte voorwaarden van de gemeente niet eenvoudig wordt om een kandidaat te vinden voor de PPS-constructie. Hij vraagt wat de gemeente gaat doen als het niet lukt om een uitbater te vinden en wat de gevolgen dan zijn voor de nieuwbouw.
Groen betreurt het dat dit plan wordt voorgesteld in de dorpskern van de gemeente, want de verkeersdrukte zal toenemen en dat past niet bij de ambities die de gemeente heeft op het gebied van toerisme. De gunningscriteria stimuleren het om zo veel mogelijk parkeerplaatsen te realiseren, want daarmee scoort een potentiële uitbater het hoogst. Groen ziet het project als een stofzuiger die de komende 50 jaar CO2 trekt naar het centrum van Grimbergen. Hij mist een visie op de modal shift.
Op termijn zou het project 5 miljoen euro opleveren, maar de gemeente moet wel eerst een prefinanciering doen van ruim 2 miljoen. Groen had graag gezien dat de alternatieven beter onderzocht waren geworden, zoals een Mobipunt bij het station Grimbergen of het uitbreiden van de Parking bij Ter Willigen.
In het bestek worden 30 punten genoemd om de omgeving van de parking te versterken. Raadslid BOELENS hoort graag wat men verstaat onder “de duurzame kwaliteit van het project” en “de aantrekkelijkheid (kernversterkend karakter) van een eventuele ondergrondse functie die mogelijk zijn in het woongebied”. Kan het bestuur bevestigen dat hierbij niet gedacht wordt aan een ondergronds winkelcentrum?
In het bestek wordt het perceeltje tussen het Prinsenbos en de woningen aan de rand van de parking ingetekend. Groen vraagt of dit stukje grond uit het bestek gehaald kan worden, zodat het gewoon park kan blijven.
De gratis parkeerplaatsen zullen onder andere gebruikt worden door mensen die hun kinderen bij de sporthal afzetten. Raadslid BOELENS hoort graag of mensen wel voor het parkeren moeten betalen als zij langer blijven staan, bijvoorbeeld om een sportwedstrijd te bekijken.
De fractie Groen heeft ook een aantal financiële bedenkingen. Het betreft een strategisch stuk grond dat de gemeente voor 50 jaar gaat afstaan. De fractie vindt dat de gemeente zich onvoldoende indekt tegen de financiële risico’s. Na 50 jaar wordt de parking eigendom van de gemeente, maar over de onderhoudsplicht en de staat waarin de parking over 50 jaar verkeert, is niets opgenomen in de afspraken. Ook is niet duidelijk wat er gebeurt met het pregefinancierde bedrag als de concessiehouder tussentijds failliet gaat.
Een ander belangrijk punt is dat de gemeente openbare ruimte die nu gratis beschikbaar is aan bewoners laat ontwikkelen tot een betaalde parking. De fractie Groen hoort graag welke maatregelen de gemeente gaat treffen om het parkeren in de omgeving te reguleren en of de concessienemer ook de parkeerplaatsen in de ruime omgeving van de parking kan gaan uitbaten.
De fractie Groen betreurt het dat het plan voor de parkeervoorziening ter besluitvorming wordt aangeboden, terwijl er geen recent gemeentelijk mobiliteitsplan beschikbaar is. Raadslid BOELENS vraagt of de gemeente wellicht een parkeerplan voor de komende tien jaar uitgewerkt heeft. Hoe gaat het parkeren in de omliggende straten vorm krijgen: komen er zones voor betaald parkeren?
Als de verkeersdrukte in het centrum gaat toenemen, zou Groen graag horen of er nieuwe maatregelen worden voorzien, zoals fietsveiligheid en veiligheid van voetgangers. Wordt er in bepaalde invalswegen voorzien richting de parking? Hoe gaat men die wegen inrichten?
Welke parkeermogelijkheden zullen er zijn tijdens de realisatie? Waarom heeft de gemeente niet overwogen om de tender te combineren met de parkeerplannen in Strombeek, om een betere prijs te bedingen bij potentiële concessiehouders?
De voorzitter merkt op dat diverse vragen reeds in de commissie werden gesteld én beantwoord.
Schepen William DE BOECK krijgt het woord en legt uit dat voor de omgevingsvergunning moet worden berekend of er voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd kunnen worden. In dit geval heeft de gemeente de parkeerbehoefte van gemeentemedewerkers gekoppeld aan de behoefte aan parkeerplaatsen van ouders die hun kinderen naar de sportaccommodatie in het Prinsenbos komen brengen. Een aantal parkeerplaatsen die doordeweeks worden gebruikt door het gemeentepersoneel kunnen op andere momenten ook gebruikt worden door toeristen en andere bezoekers.
Hij beantwoordt de vragen van de fractie Groen als volgt:
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en beantwoordt de vragen over mobiliteit als volgt:
Raadslid Jean DEWIT is voornemens om tegen het ontwerp te stemmen en vraagt de voorzitter om een hoofdelijke stemming.
Raadslid Jelle DE WILDE refereert aan de verwachting dat het aantal mensen dat naar het nieuwe gemeentehuis komt, zowel gemeentemedewerkers als bezoekers, met circa 20% zal toenemen, 12% zal met de auto komen, vooral bezoekers van het OCMW en de gemeente. Extra parkeerplaatsen zijn dus nodig, volgens de meerderheid. Tijdens kantoortijden worden er 75 parkeerplaatsen gereserveerd voor 169 medewerkers. Raadslid DE WILDE vraagt of er rekening mee is gehouden dat niet alle medewerkers dagelijks op kantoor zijn en hoeveel parkeerplaatsen er minimaal aangelegd moeten worden om aan de omgevingsvergunning te voldoen.
De fractie CD&V steunt het voorstel voor de ondergrondse parking niet. De meerderheid heeft de inwoners niet laten participeren in de besluitvorming. Dat verbaast CD&V, zeker omdat in het beleidsplan staat dat inspraak van burgers belangrijk is voor het creëren van draagvlak bij gemeentelijke projectontwikkeling, het opstellen van mobiliteits- en parkeerplannen en het uitrollen van campagnes. Ook in de verkiezingsprogramma’s van de meerderheidspartijen staat dat men participatie belangrijk vindt.
Raadslid DE WILDE stelt enkele vragen over participatie:
Als er geen inspraak is geweest, hoe gaan de meerderheidspartijen dan hun beloften over participatie en inspraak waarmaken in het kader van de nieuw te bouwen ondergrondse parking? Hoe weet het bestuur dat er een breed draagvlak aanwezig is voor dit project? Welke positieve of hoopgevende signalen heeft het bestuur opgevangen?
De fractie CD&V verwacht een negatieve impact van de parking op het centrum. Het zal drukker worden en inwoners moeten veel betalen. In december heeft de gemeenteraad gediscussieerd over het parkeren en toen bleek dat het gemeentebestuur al weet welke accenten in het bestek werden opgenomen. Maar waarom per se een ondergrondse parking en waarom in het hart van de dorpskern, terwijl andere gemeentebesturen zo veel mogelijk auto’s uit hun centra proberen te weren? In het centrum zijn tenslotte ook twee grote scholen gesitueerd, die een veilige verkeersomgeving verdienen. De toegangswegen zouden verkeersarmer gemaakt moeten worden, maar op deze manier worden ze the place to be voor de auto.
Omdat het verslag van de commissievergadering nog niet is verspreid, kan raadslid DE WILDE de beantwoording op de toen gestelde vragen niet raadplegen. Een van de vragen stelt hij daarom opnieuw.
Algemeen directeur Muriel VAN SCHEL meldt dat het verslag binnen de vooropgestelde termijn op de website werd geplaatst en eveneens werd toegevoegd als bijlage bij dit agendapunt.
Raadslid Jelle DE WILDE vraagt naar de impact van de werken op gemeentelijke evenementen. Veel evenementen kunnen al ruim een jaar niet plaatsvinden door corona, dus het zou jammer zijn als deze ook geannuleerd moeten worden door de werkzaamheden.
CD&V hoort zeer veel negatieve geluiden over dit voorgenomen project. De meeste vragen die hij in december 2020 heeft gesteld over de parking zijn beantwoord, maar een belangrijke vraag niet. Welke alternatieve pistes werden onderzocht? Volgens schepen ROOSEN tellen de randparkings samen ongeveer 200 parkeerplaatsen. In het centrum zijn er straks 440. Zijn de mogelijkheden bekeken die goedkoper zijn, het centrum minder met verkeer belasten en het centrum beter bereikbaar maken? Zelf heeft hij de volgende drie alternatieven:
Werden deze of andere pistes onderzocht? Wat zijn de conclusies qua haalbaarheid, prijs en kwaliteit? Waarom zouden deze pistes minder goed zijn dan de gekozen locatie? Zijn ze onderzocht als tijdelijke of als langetermijnoplossing?
In feite gaat het hele project om het realiseren van 70 extra parkeerplaatsen. CD&V denkt dat het met een beetje goede wil mogelijk is om betere pistes te bewandelen dan het schepencollege nu doet. Een bijkomend voordeel voor de bewoners is dat het parkeren met de alternatieve pistes gratis kan blijven.
Schepen William DE BOECK antwoordt dat hij heeft gesproken met de eigenaren van de voorgestelde terreinen. Zij waren in eerste instantie positief, maar men stuitte al snel op stedenbouwkundige problemen.
Schepen Philip ROOSEN bevestigt dat er 169 medewerkers op de locatie komen te werken. Er wordt van uitgegaan dat 90% van hen op kantoor werkt. Verwacht wordt dat telewerken na de coronacrisis blijvend is en dat 20% van het personeel gaat telewerken. Dat maakt dat er 122 mensen naar kantoor komen. Begin 2020 is onderzocht hoe men naar het werk wil komen. 62% zegt altijd met de auto te komen en 23% zegt soms met de auto te komen. Geprobeerd wordt om 40% van het personeel op een duurzame manier te laten reizen. Als dat lukt, zijn er 73 parkeerplaatsen nodig.
Dat het slechts om 70 plaatsen gaat, is een verkeerde redenering. Het gaat namelijk om 73 plaatsen voor het gemeentepersoneel, plus 60 plaatsen die verdwijnen in de buurt van het gemeentehuis. In totaal moeten dus 133 plaatsen gecompenseerd worden. Dat een ondergrondse parking een aanzuigende werking heeft, klopt niet, want de mensen moeten sowieso naar hun werk komen. Het college wil proactief en vanuit het bewaken van het historische kader bovengronds de extra auto’s kanaliseren.
De parkings die raadslid DE WILDE noemde, heeft het schepencollege overwogen. Ter Wilgen zou een optie kunnen zijn, maar veel mensen hebben kinderen op school in De Regenboog en willen niet bij Ter Wilgen parkeren. De parking aan Het Fenikshof en de Charleroyhoeve zijn privaat terrein. De gemeente is al in gesprek geweest met de eigenaren, maar dit bleek geen optie voor een parking.
Met centrumversterking bedoelt het schepencollege iets anders dan nu door een aantal raadsleden wordt voorgedaan. Nu zijn er te weinig handelszaken in het centrum. Als het mogelijk wordt dat mensen dicht bij de winkels kunnen komen, geeft dat een boost aan ondernemers en horeca van Grimbergen en zal het centrum meer gaan bruisen. Een ondergrondse parking kan daarbij helpen, zonder dat men er verstedelijkt gebied van maakt.
Gesteld werd dat participatie voor de meerderheid niet belangrijk is. Een algemeen uitgangspunt van participatie is dat het grotere kader door de politiek wordt beslist en dat een aantal aspecten zich lenen voor burgerparticipatie. Een aantal weken heeft het schepencollege besloten om een digitale tool aan te kopen om burgers inspraak te geven. De tool kan binnen enkele maanden ingezet worden voor projecten.
Schepen Bart LAEREMANS krijgt het woord en stelt dat participatie nog steeds als belangrijk wordt beschouwd, maar dat de gemeente wel eerst een plan moet opstellen, voordat er aan de inwoners kan worden gevraagd wat zij ervan vinden. Als het college had besloten om onder het gemeentehuis parkeergelegenheid te realiseren, dan waren dit alleen plekken voor het personeel geweest. De gemeente wil juist ook parkeerplaatsen aanleggen voor bezoekers van het centrum. De site van de Charleroyhoeve is ongeschikt voor (tijdelijk) parkeren, omdat het geheel in parkgebied ligt. Bij de bouwplannen heeft het college gekeken hoeveel auto’s er onder het gemeentehuis geplaatst kunnen worden. Ondergronds zouden 40 voertuigen geparkeerd kunnen worden. Dat is onvoldoende voor het personeel, en zeker als er ook bezoekers moeten kunnen parkeren. Er is absoluut een noodzaak voor een alternatieve locatie en onder de garage van het Prinsenbos is een prima oplossing, waarmee er minder auto’s rondom het gemeentehuis komen en er geen bomen in de omgeving gekapt hoeven worden.
Raadslid Gerlant BERLAER krijgt het woord zegt dat zijn fractie om vijf redenen niet zal instemmen met het voorstel. De vragen die hij in de commissie heeft gesteld, zijn deels beantwoord. Het is niet de eerste keer dat de meerderheid zonder enig overleg een plan presenteert. Of de meerderheid werkt zonder enige in- of tegenspraak het masterplan uit dat ze aan het begin van de legislatuur heeft opgesteld, of men heeft werkelijk geen enkel idee waar men mee bezig is. Beide staan de fractie van Sp.a niet aan.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt wederom het woord en reageert op de beantwoording van zijn vragen. Uit de beantwoording leidt hij af dat het schepencollege onvoldoende de gevolgen heeft ingezien van het centraliseren van de gemeentelijke administratie. Hij is benieuwd wat de gemeente gaat doen als geen enkele exploitant gaat inschrijven op het bestek, maar vooral wat er gebeurt als een exploitant tussentijds failliet gaat. Dat er dan altijd nog een parkeergarage is die in eigendom van de gemeente komt, klopt niet, want het is aan de curator om te beslissen wat er met de goederen uit het faillissement gebeurt. Hij zou graag horen of de gemeente Grimbergen een geprivilegieerde positie onder de schuldeisers kan claimen.
De heer BOELENS heeft geen antwoord gekregen op de vraag of ondergrondse winkels een optie zijn in het project. De exploitatie van het terrein boven op de parking is nog niet ingevuld. Wellicht komt er kort parkeren, betaald parkeren of worden er parkeervergunningen afgegeven. Hij vraagt waarom er geen gebruik wordt gemaakt van de tender om een gezamenlijke concessie te regelen met de parking in Strombeek.
Net als CD&V en Vooruit betreurt Groen het dat er geen sprake is van participatie. Hij vreest dat betrokkenen alleen mogen meebeslissen over de kleur van de slagbomen en dat de rest binnenskamers wordt geregeld. Dat noemt Groen geen participatie. Tot slot is de fractie van mening dat het college niet grondig heeft nagedacht over alternatieve locaties. Dat mensen tot aan de deur van de school of de winkel moeten kunnen rijden, is een achterhaalde visie op mobiliteit. Groen heeft de parking Ter Wilgen, Het Fenikshof en het Mobipunt bij het station als alternatief genoemd. Op de laatste locatie kan prima het autovervoer én het openbaar vervoer geclusterd worden. De fractie zal zich met man en macht verzetten tegen de overweging om in een parkgebied, zoals bij de Charleroyhoeve, parkeerplaatsen te maken. Dat vindt Groen zo mogelijk nog erger dan een ondergrondse parking in het centrum.
Schepen William DE BOECK krijgt het woord en repliceert dat hij niet weet hoe een curator zou omgaan met een parkeergarage, maar feit is dat er pas betaald wordt, nadat de garage is opgeleverd. De gemeente blijft eigenaar en de concessiehouder heeft slechts opstalrechten. Inzake de centrumfunctie: ik zie niet in welke winkel daar zou kunnen komen, maar als er een verzoek komt dat de moeite is, moet men dit overwegen. Het schepencollege wil niet alles vooraf in regels te vervatten.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK krijgt het woord en vraagt of het voor de meerderheid een optie is dat een groot winkelcomplex de parkeergarage gaat ontwikkelen, als zich geen parking-exploitanten aandienen. Of wordt dat uitgesloten, zodat met het project puur de parkeernood wordt opgelost?
Schepen William DE BOECK antwoordt dat boven de grond niets gebouwd mag worden. Er zal geen groot winkelcomplex komen. Als er geen exploitanten inschrijven op het bestek, moet het schepencollege opnieuw gaan nadenken over een oplossing van het parkeerprobleem.
Raadslid Jelle DE WILDE krijgt wederom het woord en stelt dat het schepencollege ervoor kiest om het verkeer te kanaliseren. De tegenpool daarvan is spreiden. Hij vindt spreiding minstens een evenwaardige manier om het huidige verkeersinfarct op te lossen en vreest zelfs dat het kanaliseren het verkeersinfarct zal voeden. Om die reden stelde hij alternatieve locaties voor: die zorgen immers voor spreiding. Deels gaat hij mee in de gedachte dat mensen zo dichtbij mogelijk willen parkeren. Als werkgever kan de gemeente echter besluiten om parkeerplekken op 600-700 meter afstand van de werkplek te realiseren. Dat kan prima bij Ter Wilgen.
Dat parkeren bij de Charleroyhoeve niet mogelijk is, gelooft hij niet. Er zou een RUP opgestart kunnen worden. Wellicht moet er parkgebied elders gecompenseerd worden. Het is misschien niet de meest wenselijke optie, maar het is niet onmogelijk. CD&V betreurt het dat deze mogelijkheid niet onderzocht is. De gemeente had ook kunnen kiezen voor een beperkt aantal parkeerplaatsen onder het gemeentehuis en het optimaliseren van de ruimte tussen de huidige parking van het Prinsenbos en de sporthal. Het gaat namelijk niet om heel veel parkeerplaatsen.
Participatie vindt CD&V ook belangrijk. Schepen LAEREMANS vindt het nog te vroeg om al inspraak te gaan organiseren. In het verkiezingsprogramma van Vernieuwing staat echter dat mensen al inspraak moeten krijgen voor de fase van het openbaar onderzoek. Voor een dergelijk project zou het waardevol geweest zijn als het college deze oefening al had gedaan.
Tot slot vraagt hij zich af welke voordelen de parking gaat opleveren. Hij ziet ze nog niet. Hij heeft nog geen antwoord gekregen op de vraag of het college kan verzekeren dat grote evenementen, zoals de kermis, kunnen doorgaan. Tot slot merkt hij op dat hij nog geen enkele positieve reactie heeft gehoord op het plan. Hij hoort graag van de meerderheidspartijen of zij andere geluiden hebben gehoord.
Burgemeester Chris SELLESLAGH repliceert dat het schepencollege met ANB heeft samengezeten om te laten onderzoeken wat de mogelijkheden zijn om het terrein rondom de Charleroyhoeve nuttiger in te vullen.
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en maakt zich geen illusies: wat er ook beslist wordt, het resultaat zal altijd kritisch beoordeeld worden. Geen enkel groot project wordt enthousiast ontvangen door de oppositie. Dat de burger ongerust is, komt niet alleen door het plan. Het is ook een paniekreactie die door de oppositie gevoed wordt. Het college is ervan overtuigd dat ook de tegenstanders over drie jaar zullen zeggen dat het een grote verbetering voor Grimbergen is geweest. Hij zou graag zien dat men het wat meer op macroniveau bekijkt. Hij zou blij zijn als het lukt om met de Vervoersregioraad het ambitieuze doel van de modal shift naar 50/50 te halen. Dat betekent dat er veel minder auto’s op straat komen. Het idee dat de parkeergarage een aanzuigende werking heeft en dat er meer auto’s naar Grimbergen komen, klopt volgens hem niet.
Voorzitter Chris SELLESLAGH legt, overeenkomstig artikel 27, §3, 1° van het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, het voorstel van raadslid Jean DEWIT om dit agendapunt mondeling te stemmen, ter stemming voor.
Met 16 stemmen voor (Tom GAUDAEN, Eddie BOELENS, Linda DE PREE, Jelle DE WILDE, Jean DEWIT, Isabel GAISBAUER, Kirsten HOEFS, Brigitte JANSSENS, Katrien LE ROY, Karima MOKHTAR, Trui OLBRECHTS, Katleen ORINX, Vincent VAN ACHTER, Gerlant VAN BERLAER, Bart VAN HUMBEECK, Patrick VERTONGEN), 15 stemmen tegen (Chris SELLESLAGH, William DE BOECK, Bart LAEREMANS, Philip ROOSEN, Karlijne VAN BREE, Yves VERBERCK, Jean-Paul WINDELEN, Manon BAS, Gilbert GOOSSENS, Peter PLESSERS, Luk RAEKELBOOM, Pierre VAN DEN WYNGAERT, Rudi VAN HOVE, Karin VERTONGEN, Elke WOUTERS)
Met 16 stemmen voor en 15 tegen wordt het voorstel tot mondelinge stemming aanvaard.
Voorzitter Chris SELLESLAGH gaat over tot de mondelinge stemming en dit op alfabetische wijze waarbij de wnd. voorzitter als laatste zijn stem uitbrengt:
Met 17 stemmen voor en 14 stemmen tegen wordt het besluit aanvaard.
De nodige budgetten moeten voorzien worden via een wijziging van het meerjarenplan.
Enig artikel.
Het bestek inzake concessie voor de realisatie en exploitatie van Parking Prinsenbos (Grimbergen) inclusief de bijlagen, toegevoegd als bijlage bij dit besluit, goed te keuren.
De gemeenteraad neemt kennis van de rapportering van de financieel directeur betreffende de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole.
Artikel 177 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
De financieel directeur staat in volle onafhankelijkheid in voor: de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole van de beslissingen van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn met budgettaire en financiële impact.
(…)
De financieel directeur rapporteert in volle onafhankelijkheid over de volgende aangelegenheden aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn, aan het college van burgemeester en schepenen, en aan het vast bureau: de vervulling van de opdrachten, vermeld in dit artikel.
(…)
Artikels 177, 265, 266 en 267 van het DLB betreffende financiële verbintenissen.
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28 februari 2019 inzake aanpassing dagelijks bestuur en visum.
Besluit van de gemeenteraad van 30 augustus 2018 inzake aanpassing dagelijks bestuur en visum.
Besluit van de gemeenteraad van 23 september 2010 houdende de vaststelling van een nieuwe regeling inzake dagelijks bestuur en visumplicht.
/
De financieel directeur staat in volle onafhankelijkheid in voor de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole van de beslissingen van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn met budgettaire en financiële impact. Hierover dient de financieel directeur in volle onafhankelijkheid te rapporteren aan gemeenteraad, raad voor maatschappelijk welzijn, college van burgemeester en schepenen en aan vast bureau.
De financieel directeur onderzoekt de wettigheid en regelmatigheid van die voorgenomen verbintenissen. Hij verleent zijn visum indien uit zijn onderzoek de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenis blijkt. Hij kan voorwaarden koppelen aan zijn visum. Als de financieel directeur weigert zijn visum te verlenen, of als hij er voorwaarden aan koppelt, motiveert hij dat.
Zoals voorzien in het DLB bepaalden de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn de nadere voorwaarden waaronder de financieel directeur de controle uitoefent.
Ten gevolge van de gemeenteraadsbeslissing van 30 augustus 2018 en de beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28 februari 2019 werden bepaalde verbintenissen van de visumplicht vrijgesteld, waaronder onder meer uitgaven van minder dan 30.000 euro exclusief btw.
Onder verantwoordelijkheid van de financieel directeur werden voor dienstjaar 2020 in het kader van de visumplicht 101 dossiers behandeld, waarvan er 60 betrekking hadden op overheidsopdrachten en 41 op personeelsaangelegenheden. De dossiers die betrekking hadden op overheidsopdrachten vertegenwoordigden samen een bedrag van 12.593.736,10 euro. De 41 dossiers die betrekking hadden op personeelsaangelegenheden omvatten zowel nieuwe aanstellingen als verdere tewerkstellingen.
De financieel directeur beperkt er zich niet toe een visum te verlenen of te weigeren; indien nodig worden voorgelegde dossiers samen met de aanvragende dienst herwerkt. Mede hierdoor werd er in 2020 geen enkel negatief visum verleend (in het verleden gebeurde dit wel al).
Een andere belangrijke reden die kan verklaren waarom er in 2020 geen visums geweigerd werden, bestaat in de versoepeling van de visumplicht die met ingang van 2019 in het DLB werd voorzien. Vanaf dan kan een visum immers ook onder voorwaarden worden verleend. Dit impliceert bijvoorbeeld dat ook niet-gebudgetteerde uitgaven verricht kunnen worden onder voorwaarde dat de benodigde kredieten in een wijziging van het meerjarenplan opgenomen worden. De hele strikte kredietcontrole, zoals destijds voorzien in het gemeentedecreet, behoort daarmee grotendeels tot het verleden.
Het rapport van de financieel directeur van 31 maart 2021 inzake voorafgaande controle van de wettigheid en regelmatigheid van de voorgenomen verbintenissen (visum) - bijlage.
Enig artikel.
Kennis te nemen van de rapportering van de financieel directeur, met betrekking tot dienstjaar 2020, betreffende de voorafgaande krediet- en wetmatigheidscontrole van beslissingen van de gemeente en van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn met budgettaire en financiële impact.
De gemeenteraad brengt een gunstig advies uit over de grenswijziging van de parochie HH. Engelbertus & Bernardus te Zemst-Laar, zodat deze parochie voortaan volledig binnen de grenzen van de gemeente Zemst valt en een einde komt aan de cofinanciering door de gemeente Grimbergen aan dit kerkbestuur van de exploitatie- en investeringsuitgaven ten belope van 6%.
Artikel 41, 9° Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (DLB):
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
9° beslissingen die een wet, een decreet of een uitvoeringsbesluit uitdrukkelijk aan de gemeenteraad voorbehoudt;
(...)
Decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten en bijhorende aanpassingen, titel II, hoofdstuk I, afdeling 1/1, artikel 4/1 (dossierstuk 1).
Besluit Vlaamse Regering van 30 september 2005 houdende vaststelling van de criteria voor de erkenning van de plaatselijke kerk- en geloofsgemeenschappen van de erkende erediensten, artikel 7/1-3 (dossierstuk 2).
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 6 april 2021 om dit dossier ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad (dossierstuk 8).
Besluit van het college van burgemeester en schepenen van 26 oktober 2020 (dossierstuk 4).
E-mail van 29 maart 2021 van het gemeentebestuur van Zemst betreffende goedkeuring van het ontwerpadvies door het schepencollege en voorstel om dit voor advies voor te leggen aan de gemeenteraad van april 2021 (dossierstuk 7).
Aangetekende brief van het Aartsbisdom Mechelen-Brussel van 9 februari 2021, binnengekomen bij de gemeente op 10 februari 2021 waarbij wordt voorgesteld een grenswijziging door te voeren (dossierstuk 5).
/
Op basis van opeenvolgende overeenkomsten met bepaalde duur, werd de verdeelsleutel met betrekking tot de financiering van dit kerkbestuur bepaald. De laatste liep tot 31 december 2016. Sinds 1 januari 2017 loopt er dus geen overeenkomst meer die deze materie vastlegt.
Er moest sindsdien beslist worden om ofwel de verdeelsleutel te behouden naar de toekomst toe, ofwel de grenzen van de parochie in die zin aan te passen dat de parochie HH. Engelbertus & Bernardus zich enkel situeert binnen het grondgebied van de gemeente Zemst.
De procedure waaraan moet voldaan worden om een aanpassing van de gebiedsomschrijving van een parochie te bekomen staat in hoger vermelde regelgeving beschreven.
Het erkend representatief orgaan (bisdom) zal een gemotiveerde aanvraag hiertoe moeten indienen bij de Vlaamse Regering. Bij die aanvraag worden volgende stukken toegevoegd:
Vooraleer de Vlaamse Regering een beslissing neemt, wint ze het advies in van de gemeenteraden die bijdragen aan het budget.
Het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Zemst gaf op 7 september 2020 reeds zijn principieel akkoord met de opstart van de procedure tot wijziging van de gebiedsomschrijving van de parochie.
Gelet op het beperkte aandeel (6%) van de gemeente Grimbergen in de financiering van dit kerkbestuur heeft het college van burgemeester en schepen zich op 26 oktober 2020 (dossierstuk 4) akkoord verklaard om het standpunt van de gemeente Zemst bij te treden.
Ondertussen heeft de gemeente Zemst namens beide gemeenten een verzoek ingediend bij het bisdom tot grenswijziging van de parochie HH. Engelbertus & Bernardus te Zemst-Laar, zodat deze parochie voortaan volledig binnen de grenzen van de gemeente Zemst zou vallen.
Per brief van 9 februari 2021 (dossierstuk 5) laat het bisdom weten dat de aartsbisschop beslist heeft om de formele procedure hiervoor op te starten. In dat kader wordt aan beide gemeenten en beide kerkfabrieken om advies gevraagd teneinde het dossier samen te stellen.
De kerkraad Sint-Rumoldus brengt in zijn notulen van 5 maart 2021 ook een gunstig advies uit nopens deze grenswijziging: 'Hierbij wordt het werkgebied van de parochie HH. Engelbertus & Bernardus verlegd naar de grens van het oude en hedendaagse Grimbergen en wordt dit gebied toegevoegd bij de parochie Sint-Rumoldus te Humbeek' (dossierstuk 6).
Per e-mail van 29 maart 2021 laat het gemeentebestuur van Zemst weten dat het schepencollege het ontwerpadvies heeft goedgekeurd en dit voor advies zal voorleggen aan de gemeenteraad van april 2021 (dossierstuk 7).
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
/
Artikel 1.
Een gunstig advies uit te brengen over de grenswijziging van de parochie HH. Engelbertus & Bernardus te Zemst-Laar, zodat deze parochie voortaan volledig binnen de grenzen van de gemeente Zemst valt, waardoor er een einde komt aan de cofinanciering door de gemeente Grimbergen aan dit kerkbestuur van de exploitatie- en investeringsuitgaven ten belope van 6%.
Art. 2.
De opdracht te geven aan de dienst Financiën om een exemplaar van deze beslissing schriftelijk over te maken aan het bisdom Mechelen-Brussel en het gemeentebestuur van Zemst.
De gemeenteraad gaat akkoord met de ontwerpakte houdende vestiging van erfpachtrecht (en erfdienstbaarheden) voor een duur van 99 jaar voor openbaar nut ten voordele van Sibelgas op de percelen kadastraal gekend als 2de afdeling - sectie E - nr. 472v2 (Speelbroek) en 4de afdeling - sectie A - nr. 170e4 (Sint-Amandsplein) ten bedrage van respectievelijk één euro en 99,00 euro.
Artikels 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
Perceel kadastraal gekend als 2de afdeling - sectie E - nr. 472v2 (Speelbroek):
Perceel kadastraal gekend als 4de afdeling - sectie A - nr. 170e4 (Sint-Amandsplein):
/
Op 4 oktober 2013 werd de voorlopige erfpachtovereenkomst getekend tussen de gemeente Grimbergen en Sibelgas betreffende het perceel kadastraal gekend als 2de afdeling - sectie E - nr. 472v2 (Speelbroek), in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van 29 augustus 2013.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 22 april 2014 de bouwvergunning (BA/235/13) verleend voor het plaatsen van een elektriciteitscabine.
Op 21 december 2015 werd de voorlopige erfpachtovereenkomst getekend tussen de gemeente Grimbergen en Sibelgas betreffende het perceel kadastraal gekend als 4de afdeling - sectie A - nr. 170e4 (Sint-Amandsplein), in uitvoering van een gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 2015.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 11 april 2016 de bouwvergunning (BA/6/16) verleend voor het slopen van een bestaande ondergrondse gascabine en het plaatsen van een gasreduceercabine in aluminium.
Notariskantoor BOES-PRAET heeft op 12 maart 2021 de notariële ontwerpakte overgemaakt (bijlage 5).
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 22 maart 2021 de ontwerpakte houdende vestiging van erfpachtrecht (en erfdienstbaarheden) voor een duur van 99 jaar voor openbaar nut ten voordele van Sibelgas op de percelen kadastraal gekend als 2de afdeling - sectie E - nr. 472v2 (Speelbroek) en 4de afdeling - sectie A - nr. 170e4 (Sint-Amandsplein) ten bedrage van respectievelijk één euro en 99,00 euro, zoals voorgelegd in zitting van heden, principieel goedgekeurd.
Aan de gemeenteraad wordt voorgesteld om deze ontwerpakte goed te keuren.
/
Artikel 1.
De ontwerpakte houdende vestiging van erfpachtrecht (en erfdienstbaarheden) voor een duur van 99 jaar voor openbaar nut ten voordele van Sibelgas op de percelen kadastraal gekend als 2de afdeling - sectie E - nr. 472v2 (Speelbroek) en 4de afdeling - sectie A - nr. 170e4 (Sint-Amandsplein) ten bedrage van respectievelijk één euro en 99,00 euro, zoals voorgelegd in zitting van heden, toegevoegd onder bijlage 5, goed te keuren.
Art. 2.
De gemeenteraadsvoorzitter, de algemeen directeur en de financieel directeur (of hun gemachtigde vervangers) aan te duiden voor de ondertekening van de notariële akte.
De gemeenteraad trekt artikel 1 van het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2021 inzake de openbare verkoop van de cafetaria Singel gelegen Singel 55 te 1853 Grimbergen ("Akkoord te gaan met de openbare verkoop van het onroerend goed gelegen Singel 55 te 1853 Grimbergen (...)") in en gaat akkoord om het pand te koop aan te bieden volgens 'optie 1 - transparante verkoopprocedure', met de geschatte waarde van 270.000,00 euro als instelprijs waarbij het pand zal worden verkocht aan de hoogste bieder via biedingen onder gesloten omslag.
§1. Onderstaande bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden zullen worden opgenomen in de verkoopovereenkomst en deel uitmaken van de informatiebundel die zal worden gepubliceerd om de verkoop van het pand aan te kondigen:
§2. Onderstaande bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden op te leggen aan de (kandidaat-)koper en zijn algemene en bijzondere rechtsopvolgers. De verkoopvoorwaarden zullen sancties voorschrijven die van toepassing zijn wanneer de (kandidaat-)koper en eventuele rechtsopvolgers de bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden niet naleven.
§3. Enkel biedingen die de algemene en (bijkomende) bijzondere voorwaarden, zoals meegedeeld in de informatiebundel bij bekendmaking van de beoogde verkoop, uitdrukkelijk bevestigen, zullen in overweging worden genomen om te worden beoordeeld als hoogste regelmatige bod.
§4. Onderstaande geldigheidsvoorwaarden zullen worden opgenomen voor het indienen van een bod:
§5. Onder de algemene voorwaarden een vervreemdingsverbod te voorzien voor zover de nieuwe eigenaar niet nagaat of de gewenste koper niet eveneens voldoet aan de geldigheidsvoorwaarden zoals voorzien in §4, alsook wanneer de nieuwe eigenaar niet nagaat of de gewenste koper zal kunnen voldoen aan de bijkomende bijzondere voorwaarden zoals voorzien in §1 en §2.
Artikels 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur (DLB).
/
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 14 december 2020 kennis genomen van zowel het opmetingsplan van 9 maart 2020 als van het schattingsverslag van 29 oktober 2020, waarbij beslist werd om het onroerend goed (LOT 1) openbaar te koop aan te bieden aan de instelprijs van 270.000,00 euro met als verkoopvoorwaarde dat het goed steeds dient uitgebaat te worden ten behoeve van de omliggende sportinfrastructuur en dat LOT 2 wordt bezwaard met een (wettelijke) erfdienstbaarheid van lichten en zichten omwille van de ramen aan de zijgevel en een recht van doorgang naar de zijdeur en garage(poort).
De gemeenteraad ging op 28 januari 2021 akkoord met een openbare verkoop van het onroerend goed (LOT 1) aan de geschatte instelprijs van 270.000,00 euro met als verkoopvoorwaarde dat het goed steeds dient uitgebaat te worden ten behoeve van de omliggende sportinfrastructuur en dat LOT 2 wordt bezwaard met een (wettelijke) erfdienstbaarheid van lichten en zichten omwille van de ramen aan de zijgevel en een recht van doorgang naar de zijdeur en garage(poort).
Op 1 februari 2021 stelt het directiecomité AGBG mr. Johan GEERTS van advocatenkantoor GEERTS/DENAYER aan om na te gaan op welke wijze het AGBG (en de gemeente Grimbergen) bij de verkoop van het pand verzekerd kan worden dat het pand zal worden uitgebaat ten behoeve van de naastgelegen sportfaciliteiten en aldus een bestemming krijgt (en behoudt) ten dienste van de inwoners van Grimbergen. Hierbij werd eveneens verzocht om te onderzoeken of het pand eventueel toch onderhands zou kunnen verkocht worden aan de huidige uitbater van de cafetaria Singel, die het pand steeds als betrouwbare partner van de gemeente heeft uitgebaat. Mr. GEERTS werd verzocht om te adviseren over de juridische mogelijkheden om deze doelstellingen te bereiken.
Per e-mail van 3 maart 2021 maakt mr. GEERTS het advies m.b.t. de mogelijke opties tot verkoop van het onroerend goed over (BIJLAGE 9). Mr. GEERTS adviseerde om, conform het DLB, een transparante ‘sui generis’ verkoopprocedure te organiseren.
Aangezien de gemeente Grimbergen op basis van een transparante verkoopprocedure de nodige zekerheid kan verkrijgen dat het pand zal worden uitgebaat ten behoeve van de naastgelegen sportfaciliteiten en dat de verkoop volledig in overeenstemming is met alle toepasselijke regelgeving, verdient deze optie, zijnde de transparante verkoopprocedure met mededinging, de voorkeur.
Het directiecomité autonoom gemeentebedrijf (AGB) heeft op 15 maart 2021 dan ook opdracht gegeven aan mr. GEERTS om optie 1 uit te werken met opname van onderstaande bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden die de uitbating ten behoeve van de naastgelegen sportfaciliteiten naar de toekomst toe moeten garanderen:
de toekomstige uitbating van het pand moet steeds plaatsvinden ten behoeve van de omliggende sportinfrastructuur met een reca functie (restaurant-café) als hoofdfunctie van het pand;
de reca functie moet, behoudens overmacht, minstens uitgebaat worden tijdens de openingsuren van de sporthal Singel, alsook de daaraan gelieerde activiteiten, waaronder tennis;
de toekomstige uitbater/eigenaar kan, behoudens overmacht, de uitbating van de reca functie maximaal 2 dagen per week sluiten, uitgezonderd tijdens de jaarlijkse vakantie;
de toekomstige uitbater/eigenaar moet zelf instaan voor zijn afval (containers, netheid rond de woning alsook de cafetaria);
de toekomstige uitbater/eigenaar moet de graszone rond de woning en cafetaria onderhouden.
Tevens werd de vraag gesteld of onderstaande voorwaarden eveneens konden opgelegd worden:
Per e-mail van 1 april 2021 leverde mr. Geert DEWACHTER van advocatenkantoor GEERTS/DENAYER hierover nog bijkomend advies (BIJLAGE 12).
Er zijn geen strikte wettelijke voorwaarden voor wat als verkoopvoorwaarde kan bedongen worden, dit behoort dus grotendeels tot de contractuele vrijheid.
Deze beslissing van het directiecomité autonoom gemeentebedrijf (AGB) van 15 maart 2021 werd voor bekrachtiging en uitvoering voorgelegd aan het college van burgemeester en schepenen en de gemeenteraad.
Gelet op het bovenstaande besliste het college van burgemeester en schepenen op 6 april 2021 (BIJLAGE 13) om:
1) kennis te nemen van het advies van 3 maart 2021 van mr. Johan GEERTS aangaande de mogelijke opties tot verkoop van het onroerend goed gelegen Singel 55 te 1853 Grimbergen;
2) kennis te nemen van het besluit van het directiecomité autonoom gemeentebedrijf (AGB) van 15 maart 2021 in navolging van het advies van mr. Johan GEERTS betreffende de verkoop van het onroerend goed gelegen Singel 55 te 1853 Grimbergen;
3) artikel 3 van het besluit van burgemeester en schepenen van 14 december 2020 ("Het onroerend goed 'cafetaria Singel' gelegen Singel 55 te 1853 Grimbergen (LOT 1 van het opmetingsplan van 9 maart 2020) openbaar te koop aan te bieden aan de instelprijs van 270.000,00 euro") in te trekken;
4) akkoord te gaan om het pand te koop aan te bieden volgens 'optie 1 - transparante verkoopprocedure', met de geschatte waarde van 270.000,00 euro als instelprijs waarbij het pand zal worden verkocht aan de hoogste bieder via biedingen onder gesloten omslag.
§1. Onderstaande bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden zullen worden opgenomen in de verkoopovereenkomst en deel uitmaken van de informatiebundel die zal worden gepubliceerd om de verkoop van het pand aan te kondigen:
§2. Onderstaande bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden op te leggen aan de (kandidaat-)koper en zijn algemene en bijzondere rechtsopvolgers. De verkoopvoorwaarden zullen sancties voorschrijven die van toepassing zijn wanneer de (kandidaat-)koper en eventuele rechtsopvolgers de bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden niet naleven.
§3. Enkel biedingen die de algemene en (bijkomende) bijzondere voorwaarden, zoals meegedeeld in de informatiebundel bij bekendmaking van de beoogde verkoop, uitdrukkelijk bevestigen, zullen in overweging worden genomen om te worden beoordeeld als hoogste regelmatige bod.
§4. Onderstaande geldigheidsvoorwaarden zullen worden opgenomen voor het indienen van een bod:
§5. Onder de algemene voorwaarden een vervreemdingsverbod te voorzien voor zover de nieuwe eigenaar niet nagaat of de gewenste koper niet eveneens voldoet aan de geldigheidsvoorwaarden zoals voorzien in §4, alsook wanneer de nieuwe eigenaar niet nagaat of de gewenste koper zal kunnen voldoen aan de bijkomende bijzondere voorwaarden zoals voorzien in §1 en §2.
5) het dossier ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om hiermee akkoord te gaan en aldus:
Raadslid Trui OLBRECHTS krijgt het woord en merkt op dat wordt teruggekomen op een beslissing die in een vorige gemeenteraad is genomen. Men gaat niet meer over tot openbare verkoop, maar kiest voor de procedure sui generis, wat een primeur is voor de gemeente Grimbergen. Ze weet dat in het Decreet staat dat de principes van mededinging en transparantie gevolgd moeten worden, maar hoort graag waarom wordt afgeweken van de gangbare procedure. Ook vraagt ze naar de hoofdbekommernis van de gemeente: wil men de hoogste prijs verwerven voor het pand, of wil men de huidige uitbater de kans geven om het pand aan te kopen? In de nota van de advocaat staat dat er slechts een publicatie op de gemeentelijke website zal komen. Ze vraagt of er nog andere kanalen gebruikt worden om de verkoop kenbaar te maken aan het publiek.
Schepen Tom GAUDAEN krijgt het woord en antwoordt dat de gemeente juridisch advies heeft ingewonnen. De bedoeling is dat het huidige gebouw wordt gebruikt ten dienste van de sporthal. Om die reden is gekozen voor de sui generis methode. Met deze procedure kan een aantal voorwaarden opgelegd worden over het toekomstige gebruik en de toekomstige eigenaar ten voordele van de sportgelegenheid. Informatie over de procedure wordt op de gemeentelijke website gepubliceerd.
Schepen Bart LAEREMANS krijgt het woord en voegt eraan toe dat de gemeente zelf de renovatie niet kon bekostigen en daarom ervoor gekozen heeft om de cafetaria te privatiseren. Echter, de gemeente wil meer garanties dan financiële. Voorkomen moet worden dat een partij zich inkoopt die weinig interesse heeft in het sportgebouwen. De gemeente wil geen exclusiviteit, maar wel dat de huidige uitbater kan mededingen. Daarom is een aantal bijkomende voorwaarden ingevoerd, met name op het gebied van sport, maar ook kennis van het Nederlands en een blanco strafregister, om meer kans te bieden aan eerbare uitbaters. Dat kan de huidige zijn, maar ook zeker een andere.
Raadslid Trui OLBRECHTS krijgt wederom het woord en stelt dat de fractie CD&V destijds heeft voorgesteld om de relatie met de sportaccommodatie te verwerken in de voorwaarden voor verkoop. Dat is echter ook mogelijk bij een openbare verkoop. Als de gemeente meer kans wil bieden aan de huidige uitbater, kan ze met een conventioneel voorkooprecht werken. Dan heeft de gemeente de zekerheid van de hoogste prijs, én krijgt een geschikte uitbater de gelegenheid om de cafetaria aan te kopen. Ze vraagt of deze constructie onderzocht is.
Schepen Bart LAEREMANS krijgt tot slot het woord en antwoordt dat dit niet onderzocht is. Als iemand een exorbitante prijs biedt, helpt een voorkooprecht niet. De gemeente wil de zaak voor een redelijke prijs verkopen. De huidige uitbater heeft een bepaalde staat van dienst en moet een kans krijgen om de zaak te kopen, maar zeker niet als enige partij. Dit lijkt het schepencollege de meest faire en evenwichtige oplossing. Een openbare verkoop leidde tot te veel onzekerheden voor de omgeving.
/
Artikel 1.
Artikel 1 van het besluit van de gemeenteraad van 28 januari 2021 inzake de openbare verkoop van de cafetaria Singel gelegen Singel 55 te 1853 Grimbergen ("Akkoord te gaan met de openbare verkoop van het onroerend goed gelegen Singel 55 te 1853 Grimbergen (...)") in te trekken.
Art. 2.
Akkoord te gaan om het pand te koop aan te bieden volgens 'optie 1 - transparante verkoopprocedure', met de geschatte waarde van 270.000,00 euro als instelprijs waarbij het pand zal worden verkocht aan de hoogste bieder via biedingen onder gesloten omslag.
§1. Onderstaande bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden zullen worden opgenomen in de verkoopovereenkomst en deel uitmaken van de informatiebundel die zal worden gepubliceerd om de verkoop van het pand aan te kondigen:
§2. Onderstaande bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden op te leggen aan de (kandidaat-)koper en zijn algemene en bijzondere rechtsopvolgers. De verkoopvoorwaarden zullen sancties voorschrijven die van toepassing zijn wanneer de (kandidaat-)koper en eventuele rechtsopvolgers de bijkomende bijzondere verkoopvoorwaarden niet naleven.
§3. Enkel biedingen die de algemene en (bijkomende) bijzondere voorwaarden, zoals meegedeeld in de informatiebundel bij bekendmaking van de beoogde verkoop, uitdrukkelijk bevestigen, zullen in overweging worden genomen om te worden beoordeeld als hoogste regelmatige bod.
§4. Onderstaande geldigheidsvoorwaarden zullen worden opgenomen voor het indienen van een bod:
§5. Onder de algemene voorwaarden een vervreemdingsverbod te voorzien voor zover de nieuwe eigenaar niet nagaat of de gewenste koper niet eveneens voldoet aan de geldigheidsvoorwaarden zoals voorzien in §4, alsook wanneer de nieuwe eigenaar niet nagaat of de gewenste koper zal kunnen voldoen aan de bijkomende bijzondere voorwaarden zoals voorzien in §1 en §2.
De gemeenteraad nam kennis van de stand van zaken van de asfaltcentrale.
/
Het voorstel van raadslid Jelle DE WILDE, aanvaard op de gemeenteraadszitting van 25 april 2019, om de stand van zaken van de asfaltcentrale steeds op de agenda te plaatsen.
/
Schepen Yves VERBERCK geeft een toelichting. Op 1 april 2021 werd de presentatie en het verslag van 24 maart 2021 aan alle deelnemers gemaild. Op 17 april is er een klacht over geurhinder gemeld. De plantmanager is ter plaatse geweest, maar kon geen geurhinder vaststellen. Er werd op dat moment geen freesasfalt gebruikt.
In het kader van het akoestisch onderzoek naar aanleiding van de klachten over geluidsoverlast kwam de asfaltfabriek in beeld. Er zijn geluidsmetingen uitgevoerd. De toezichthoudende overheid heeft de exploitant van de asfaltcentrale verwittigd van de geluidsnormen, met name de geluidssanering die ’s nachts geldt, en een saneringsplan opgelegd, waarbij binnenkort geluidsbeperkende maatregelen genomen moeten worden. Dat zou gaan om een bekisting van de motor en de bewegende delen van de zogenaamde warme ladders. De toezichthouder volgt de sanering verder op.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt het woord en merkt op dat hij op 20 april 2021 een e-mail heeft ontvangen van een van de leden van het actiecomité over een geurhinderklacht. De betrokkene verwijst naar de afspraak dat het bedrijf zou worden stilgelegd bij oostenwind en bij geurhinder. De klager beweert dat de bedrijfsvoering niet is gestopt naar aanleiding van de klacht. Hij vraagt of het schepencollege op de hoogte is van deze klacht op 20 april, 10.50 uur. Heeft de gemeente stappen ondernomen om de asfaltcentrale op zijn verantwoordelijkheid te wijzen?
Schepen Yves VERBERCK krijgt het woord en antwoordt dat de klacht van 20 april 2021 dezelfde klacht betreft als hij aanhaalde. De klacht is op 17 april 2021 ingediend en werd op 20 april 2021 herhaald. De milieu-inspectie kon echter niets vaststellen. Het zijn vaak momentopnamen. Tussen het indienen van de klacht en de reactie erop, is het probleem soms alweer opgelost, wat het lastig maakt om op te treden.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt wederom het woord en antwoordt dat de klacht zeer gedetailleerd is qua inhoud en tijdstip. Hij dringt erop aan dat dergelijke klachten serieus genomen wordt. Hij benadrukt opnieuw dat het niet louter om geurhinder gaat, maar om gezondheidsproblemen. Als er geurhinder is, komen er stoffen vrij die schadelijk zijn voor de volksgezondheid. Daar moet de gemeente blijvend over waken. In 2023 moet de asfaltcentrale een nieuwe omgevingsvergunning aanvragen. Als het bedrijf zo de kantjes ervan afloopt, zullen er problemen rijzen als zij hun dossier indienen.
Schepen Yves VERBERCK stelt dat er iets misgaat in de communicatie. Op 20 april heeft de gemeente naar alle mogelijke betrokken mensen die klachten indienen een bericht gestuurd over de juiste manier van een klacht indienen. Nu ontstaan soms een soort kettingbrieven, waardoor niet duidelijk is of het een nieuwe klacht betreft, of een al eerder gemelde.
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en voegt eraan toe dat hij na ontvangst van de klacht onmiddellijk actie heeft ondernomen. Hij vermoedt dat de mail van 20 april over dezelfde klacht ging. De asfaltcentrale is gecontacteerd, maar die zei dat er geen probleem was. Hij heeft de klacht naar alle betrokken partijen doorgestuurd. Op 19 april was een IVOG-vergadering over de toekomstige aanpak van dergelijke problemen.
Raadslid Eddie BOELENS zal de mail van 20 april 2021 doorsturen aan het schepencollege.
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt het woord en vraagt naar het akoestisch onderzoek. Hij had begrepen dat dit in opdracht van de provincie was en vraagt of dit naar aanleiding van een incident is geweest. Het is hem geregeld opgevallen dat er in de nacht lawaai vanuit de richting van de asfaltcentrale komt. Daarnaast vraagt hij of een dergelijk onderzoek voor het eerst is uitgevoerd en zo ja, hoe het komt dat het nooit eerder is gebeurd.
Schepen Yves VERBERCK antwoordt dat er eind maart geluidshinderklachten zijn ontvangen over geluidshinder in de wijk achter de asfaltcentrale. De gemeente heeft zelf naar de oorzaak gezocht, maar toen dat niet lukte, is de Milieu-inspectie Vlaams-Brabant ingeschakeld. Zij hebben metingen gedaan, maar konden het geluid niet lokaliseren. Na nieuwe klachten is men ter plaatse geweest, waar werd vastgesteld dat er op drie plaatsen geluidshinder wordt veroorzaakt. Bij ABR bleken de lagers kapot, wat een scherp geluid maakte. Hiervoor is een PV uitgeschreven en het bedrijf heeft het probleem opgelost. Bij afvalverwerkingsbedrijf Desmet werden ook geluidsnormen overschreden. Ook daar is de oorzaak gevonden. Het bedrijf heeft geluidsbeperkende maatregelen opgelegd gekregen en het probleem is opgelost door de aanschaf van nieuwe apparatuur. De derde was de asfaltcentrale. Ook daar men is aangemaand om de problemen op te lossen. De drie bedrijven mogen volgens de milieuvergunning een aantal malen per jaar ’s nachts geluidshinder veroorzaken. Wel is een registratie hiervan verplicht en moet het geluid tot een minimum worden beperkt.
Burgemeester Chris SELLESLAGH voegt eraan toe dat de korpschef een uitgebreider verslag kan delen over het optreden door de politiezone.
Korpschef Jurgen BRAECKMANS krijgt het woord en stelt dat hij welke klachten de politie heeft ontvangen op het gebied van geurhinder en geluidsoverlast heeft geïnventariseerd. Eind maart 2021 zijn er klachten gemeld van geluidshinder in de industriezone, met name uit de Vogeltjeswijk. Afgesproken is dat de politie op alle meldingen reageert door ter plaatse te gaan om de oorzaak te detecteren. Enkele malen is het gelukt om de oorzaak te achterhalen, andere keren was er niets te horen. Waar nodig is contact opgenomen met de klagers, de veroorzakers, dienst Milieu van de gemeente, Omgevingsdienst en Inspectie van de provincie. Alle vaststellingen worden in het politioneel systeem geregistreerd. Zijn conclusie is dat in de industriezone verschillende bedrijven actief zijn op alle mogelijke uren, wat soms tot klachten leidt. Na telefoontjes of mails gaat de politie altijd ter plaatse, indien er capaciteit beschikbaar is.
Burgemeester Chris SELLESLAGH voegt eraan toe dat hij de directie van de bedrijven heeft verzocht om het hem te melden als zij activiteiten uitvoeren die overlast kunnen veroorzaken. Zijn conclusie is dat de politie de klachten goed opvolgt.
Raadslid Eddie BOELENS dankt de korpschef voor zijn toelichting. Hij wijst erop dat zowel de asfaltcentrale als Desmet en ABR klasse I-bedrijven zijn, waarvan de bevoegdheid bij de provincie en de Vlaamse overheid ligt. Hij verwijst naar het feit dat Groen een schriftelijke vraag heeft gesteld over de omgevingsvergunning van ABR. Men mag een beperkt aantal keren per jaar ’s nachts de geluidsnormen overschrijden, maar daar moet men zich wel aan houden. Hij hoort graag of de voorwaarden voldoende streng zijn en of het bedrijf zich eraan houdt.
Raadslid Gerlant VAN BERLAER dankt de schepen, de burgemeester en de korpschef voor de inzet om de problemen te signaleren en op te lossen.
/
Enig artikel.
Kennis te nemen van de stand van zaken van de asfaltcentrale.
De gemeenteraad keurt het sportbeleidsplan 20-30, toegevoegd als Bijlage 1 bij het besluit, goed met het oog op de integratie ervan in het meerjarenplan 2020-2025.
Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB):
Algemene vergadering sportraad 16 maart 2021 (Dossierstuk 4):
Positief advies.
In 2017-2018 werkte een stuurgroep in 8 vergaderingen een ontwerp van sportbeleidsplan uit. Dit ontwerp werd op 24 september 2018 aan het schepencollege ter kennisname voorgelegd. Het schepencollege formuleerde een aantal inhoudelijke opmerkingen op het ontwerp en besliste na de verkiezingen van 2018 een nieuwe stuurgroep op te richten om het werk verder te zetten.
Op 18 november 2019 besliste het schepencollege de stuurgroep voor de opmaak van het sportbeleidsplan 2020-2030 als volgt samen te stellen:
Aan de expert organisatieontwikkeling werd gevraagd om dit traject te ondersteunen.
Er werden in totaal 6 vergaderingen georganiseerd (22/09/2020, 20/10/2020, 24/11/2020, 05/01/2021, 02/02/2021, 23/02/2021).
Voor de opmaak van dit sportbeleidsplan werd gestart met een analysefase, waarbij gekeken werd naar alles wat er al rond sport in Grimbergen bestaat. Da analysefase bestond uit de volgende aspecten:
Vervolgens werd het bestaande ontwerp van sportbeleidsplan vergeleken met de actieplannen/acties rond sport uit het meerjarenplan 2020-2025 en met de punten rond sport uit het Vlaams regeerakkoord. De voorgestelde visie uit het ontwerp van sportbeleidsplan werd vergeleken met de resultaten van de bevraging van de leden van de stuurgroep over wat ze belangrijk vinden op vlak van sport in Grimbergen. Ook werden de resultaten van een bevraging die in 2016 bij de sportverenigingen werd gedaan rond sportinfrastructuur opnieuw voorgesteld en de SWOT-analyse uit 2018 geactualiseerd.
Op basis van dit alles werden de visie, de actieplannen en de acties uit het ontwerp van sportbeleidsplan uit 2018 herwerkt tot het huidig voorstel.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het huidig sportbeleidsplan goed te keuren met het oog op de integratie ervan in het meerjarenplan 2020-2025.
Raadslid Linda DE PREE krijgt het woord en zegt dat Groen volledig achter het sportbeleidsplan staat en alle participanten hartelijk dankt voor hun inzet.
Raadslid Trui OLBRECHTS krijgt het woord en is blij dat het plan kort en leesbaar is en open doelstellingen bevat. Het bevat drie actieplannen die goed meetbaar zijn. In actie 1.3 van doelstelling “meer Grimbergenaren laten bewegen” is sprake van een online reservatietool. Ze vraagt of die voor individuele sporters is bedoeld die een sportactiviteit willen reserveren.
Schepen Tom GAUDAEN krijgt het woord en antwoordt dat verenigingen en individuen via deze tool accommodatie kunnen reserveren op de uren die niet door de clubs zijn vastgelegd.
Raadslid Trui OLBRECHTS krijgt wederom het woord en vraagt waarom er een nieuw subsidiereglement komt en wat er gewijzigd wordt.
Schepen Tom GAUDAEN repliceert dat het om het retributiereglement gaat, dat in 2011 voor het laatst is vastgesteld. Het is te eng opgesteld, waardoor twee clubs een onevenredig groot deel ontvangen. De Sportraad heeft een werkgroep samengesteld die gaat adviseren over de verdeling van het budget.
Raadslid Trui OLBRECHTS vraagt wat de rol en de doelstelling wordt van de op te richten taskforce, die bestaat uit de seniorenraad, de jeugdraad en de cultuurraad.
Schepen Tom GAUDAEN antwoordt dat de taskforce een overkoepelend orgaan wordt voor onderwerpen die een overstijgend karakter hebben.
Raadslid Trui OLBRECHTS krijgt het woord en is blij dat een beheersinventaris wordt opgesteld. Ze vraagt wanneer deze beschikbaar komt. Daarnaast hoort ze graag wat bedoeld wordt met een SMART sportcentrum. Over efficiënter gebruik van infrastructuur vraagt zij of er momenteel zaken verkeerd gaan die op korte termijn verbeterd gaan worden.
Schepen Tom GAUDAEN antwoordt dat momenteel zeventig gemeentegebouwen worden geïnventariseerd. Begin 2022 moet deze gereed zijn voor de sportaccommodaties. Een SMART sportcentrum is een multifunctioneel sportcentrum, dat ook voldoet aan ecologische en duurzame ambities. Welke functies hierin komen, staat nog open. Met het efficiënter gebruik van infrastructuur wordt bijvoorbeeld bedoeld dat een tennishal soms open is voor slechts enkele sporters, terwijl dit gecombineerd kan worden met andere doelgroepen.
Raadslid Trui OLBRECHTS krijgt andermaal het woord en vraagt naar fondsenwerving en subsidies. De benodigde kredieten zijn nog niet opgenomen volgens het beleidsplan. Ze vraagt of er al zicht is op de investeringen die op termijn nodig zijn.
Schepen Tom GAUDAEN antwoordt dat het sportbeleidsplan het uitgangspunt is voor de komende tien jaar, waar vervolgens de benodigde financiën voor vrijgemaakt moeten worden. Sommige zaken zullen meteen gerealiseerd worden en andere in de verdere toekomst.
Raadslid Trui OLBRECHTS vraagt hoe het beleidsplan verder uitgerold wordt. Wordt dit door de Sportraad opgepakt, of gaat de gemeente het met de verenigingen bespreken? Ze mist in het beleidsplan het doelgroepenbeleid, zoals kansarmen, senioren en allochtonen. Ze vraagt waar dat onder geschaard is. Tot slot vraagt ze naar het taalbeleid.
Schepen Tom GAUDAEN antwoordt dat het plan al twee keer in de algemene vergadering van de Sportraad is besproken. Alle erkende sportverenigingen worden uitgenodigd voor de algemene vergadering, dus zij zijn voldoende bij het plan betrokken. Over doelgroepenbeleid zegt hij dat de algemene visie gestoeld is op het ondersteunen van alle inwoners van Grimbergen, ieder op zijn eigen niveau. Over het taalbeleid wordt momenteel gesproken met de betrokken partijen. Er is € 18.000 vastgesteld om clubs te ondersteunen om Nederlands bij te brengen aan kinderen en trainers. Dit staat los van het sportbeleidsplan.
Raadslid Trui OLBRECHTS krijgt tot slot het woord en kijkt uit naar de verdere ontwikkeling van het sportbeleidsplan. Hier en daar is wellicht nog bijsturing mogelijk.
In het meerjarenplan werden momenteel de benodigde kredieten nog niet opgenomen om alle aspecten van het sportbeleidsplan uit te voeren. De de voorziene uitgaven in het beleidsplan zullen pas gegund kunnen worden nadat de budgetten in het meerjarenplan voorzien werden.
Enig artikel.
Het sportbeleidsplan 20-30, toegevoegd als Bijlage 1, goed te keuren met het oog op de integratie ervan in het meerjarenplan 2020-2025.
De gemeenteraad keurt het reglement voor de openluchtlocaties cultuur, jeugd en sport met als doel om voor de verenigingen in Grimbergen, het MOT en het Cultuurcentrum Strombeek-Bever ondersteuning te bieden bij een veilige doorstart om zo het sociaal weefsel niet te laten doodbloeden, toegevoegd in bijlage 1, goed.
Artikel 40, §3 van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017:
De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
Besluit van de gemeenteraad van 26 november 2020: COVID-19: Bestedingskader noodfonds jeugd-sport-cultuur: aanpassing - Goedkeuring (Dossierstuk 1).
Advies van politiezone Grimbergen, commissaris Wim WOUTERS - cel Operaties:
Algemeen gezien lijkt mij dit een mooi opgesteld reglement.
Ik wel toch nog enkele bemerkingen opwerpen die misschien nog eens onder de loep moeten genomen worden, zoals:
- “Het (kleinschalig) aanbieden van een drankje of snackje is toegestaan.”
Met de huidige van toepassing zijnde maatregelen is dit niet toegestaan
Groeimanager: In het reglement werd reeds opgenomen dat alles omtrent de organisatie van een activiteit/evenement onder voorbehoud van federale overruling is.
Wat wordt er begrepen onder kleinschalig?Als op dat ogenblik de café’s en restaurants ook open zijn is bovenstaande vraagstelling misschien van minder belang, maar anders dreig je in het vaarwater te komen van de horeca.Welk soort alcoholische danken mogen er geserveerd worden? Ook sterke dranken?
Bij de vorige openstelling van de café’s en restaurants was een bediening aan de toog niet toegelaten en mocht dat enkel aan tafel. Tafels zetten beperkt de ruimte en sowieso ook het aantal toegelaten aanwezigen. Bediening aan tafel impliceert ook meer inzet van personeel.
Groeimanager: Er werd rekening gehouden met bovenstaande bemerkingen in het reglement.
- “Een inkomprijs vragen is mogelijk”
Wij hadden liever gezien dat er met een reservatiesysteem zou gewerkt worden zodat er vooraf geweten is hoeveel aanwezigen er zullen zijn en het aantal reservaties kan beperkt worden tot het aantal personen er per m² er toegelaten zijn.
Als je met een inkomprijs gecombineerd met een ticketsysteem werkt (kassasysteem), dan ga je misschien op een bepaald moment mensen de toegang moeten ontzeggen omdat het maximaal aantal toegelaten personen per m² bereikt is. Wat dan met de mensen die niet meer binnen mogen? Het gevaar bestaat dat die gaan samenscholen voor de ingang met alle gevolgen van dien.
Groeimanager: We stimuleren onze verenigingen zoveel mogelijk om met het aangekocht ticketingsysteem te werken. Daarnaast is het duidelijk in het reglement dat er te allen tijde rekening moet gehouden worden met de geldende maatregelen om de spreiding van het coronavirus tegen te gaan. Er wordt een Covid Event Risk Model aangeleverd alvorens de vereniging goedkeuring krijgt om een evenement te organiseren. In deze CERM is duidelijk hoeveel personen per m² aanwezig mogen zijn, alsook een schatting van het aantal bezoekers. Daarboven schatten we gezien de huidige situatie in dat er geen onbeheersbare evenementen zullen worden georganiseerd op het kerkplein. We blijven mikken op het organiseren van activiteiten. Grote evenementen zullen moeten uitwijken naar locaties die zich er wel toe lenen, bijvoorbeeld CC Strombeek.
- “Het kerkplein in Grimbergen-centrum wordt ingericht met een podiumwagen en afgesloten met HERAS-hekken indien gewenst”.
Waarom geen HERAS-hekken met doek verplichten?
Groeimanager: Heras-hekken met doeken zullen verplicht zijn bij gesloten evenementen met publiek.
- De inzet van een minimum aantal stewards (1 per 25 toeschouwers?) lijkt ons niet overbodig.
Groeimanager: stewards worden aanbevolen bij publieke evenementen in het reglement, dit steeds in overleg met de groeimanager en de dienst Evenementen en vrijetijdsinfrastructuur.
Gelieve ermee rekening te houden dat bovenstaand advies gebaseerd is op de huidige van toepassing zijnde maatregelen. Wij hebben geen glazen bol en kunnen moeilijk een advies geven op iets waarvan we nog niet weten of het ooit wel eens van toepassing zou kunnen zijn.
Alle goede bedoelingen ten spijt bewijst de situatie van vandaag (nieuwe strengere maatregelen) nog maar eens dat we nog een ganse tijd zullen geconfronteerd worden met het COVID 19 gegeven en het gevaarlijk is van een reglement goed te keuren waarvan we in de verste verte nog niet weten of het ooit wel kan toegepast worden.
Groeimanager: Ik begrijp de bezorgdheid van de politie, maar wil wel graag nog eens duiden dat wij mikken op kleinschalige activiteiten die de verenigingen mogen organiseren op het kerkplein. Het is absoluut niet de bedoeling om grote, publieke evenementen toe te laten op het kerkplein. Wel willen we de verenigingen maximaal ondersteunen door een veilige locatie aan te bieden waar zij activiteiten kunnen organiseren zo snel als de situatie en de maatregelen het terug toelaten. We gaan in de eerste plaats voor veiligheid. Het initiatief op het kerkplein is enorm belangrijk voor de verenigingen, we zullen er dan ook alles aan doen om dit op een gepaste manier te laten verlopen.
Naar aanleiding van de coronacrisis richtte de Vlaamse Regering een noodfonds op voor de cultuur-, jeugd- en mediasector. Het noodfonds bevat verschillende steunmaatregelen die de financiële schade in de drie sectoren gedeeltelijk moet compenseren. De cultuursector kan rekenen op bijna 65 miljoen euro, de jeugdsector op 16 miljoen euro en de mediasector op 10 miljoen. De wettelijke basis voor het noodfonds is het zogenaamde Nooddecreet van 19 juni 2020. (voluit: Decreet tot het nemen van dringende maatregelen met betrekking tot de noodfondsen voor cultuur, jeugd, sport, media en de lokale besturen, en met betrekking tot de armoedebestrijding naar aanleiding van de COVID-19-pandemie)Het Departement Cultuur, Jeugd en Media staat in voor de verdeling van de financiële steun en werkt momenteel aan de operationalisering.
De steden en gemeenten krijgen dertig procent van het noodfonds, wat neerkomt op 87 miljoen euro. Daarmee kunnen ze onder andere culturele centra, lokale cultuurorganisaties en jeugdorganisaties ondersteunen.
Wat cultuur betreft verwachten we dat zo nog eens ruim 20 miljoen euro bij lokale cultuurverenigingen terechtkomt. Het gaat dan bijvoorbeeld om lokale niet-gesubsidieerde, niet-commerciële organisaties uit de erfgoedsector, het sociaal-cultureel werk, de amateurkunsten, of de kunsten. De cultuursector mag dus in totaal op 85 miljoen euro rekenen uit het noodfonds. Ook de lokale jeugdwerkingen (jeugdbewegingen, jeugdhuizen, …) zullen kunnen genieten van deze extra middelen voor de lokale besturen
Grimbergen krijgt € 641.159 van Vlaanderen uit het noodfonds om de vrijetijdsverenigingen te ondersteunen bij de doorstart en relance. Dit bedrag is gebaseerd op de bedragen bij de inkanteling van de subsidies voor jeugd, sport en cultuur in het gemeentefonds in 2018. Dit bedrag is niet geoormerkt, er is geen rapportering vereist, wel wordt het gemonitord via de BBC.
Er werd een bestedingskader opgesteld in samenspraak met de adviesraden cultuur, sport, jeugd en senioren. Hierin worden openluchtlocaties in analogie met WERF 1853 beloofd aan alle erkende Grimbergse verenigingen.
De gemeente Grimbergen stelt in de lente en zomer van 2021 openluchtlocaties ter beschikking voor zijn erkende verenigingen.
Op 22 februari 2021 ging het schepencollege principieel akkoord om het kerkplein in Grimbergen en CC Strombeek te weerhouden als openluchtlocaties. Op 15 maart 2021 maakte het schepencollege een beslissing over de samenwerking met CC Strombeek.
De groeimanager stelde een reglement op voor de locatie kerkplein Grimbergen met aanvullend een kader en evacuatieplan voor het geheel van openluchtlocaties in de lente en zomer van 2021.
De groeimanager vroeg advies aan stad Kortrijk naar aanleiding van hun openluchtlocatie - Départ XXL, de groeimanager kreeg het reglement van Départ XXL en baseerde zich hier op. Daarnaast baseerde de groeimanager zich ook op het reglement van openluchtlocatie Hennemeeuwis in de gemeente Pelt.
Er werd een wekelijkse werkgroep openluchtlocaties opgestart met Lieve DE DECKER, Hilde DOCUS, Lies SMEDTS en Els METS, allen deskundigen van de dienst Vrije Tijd. Later sloot diensthoofd Evenementen en Vrijetijdsinfrastructuur, Stefaan DE BRABANDERE hierbij aan.
De deelnemers van de werkgroep lazen het reglement na en verbeterden waar nodig.
De groeimanager liet het reglement nalezen en verbeteren door Bert DE BRUYN, directeur Cluster Vrije Tijd van stad Aalst. De groeimanager vroeg een advies aan de cel Operaties van politiezone Grimbergen, dit advies is te vinden onder de adviezen.
De groeimanager en de dienst Vrije Tijd leggen, op voorstel van het college van burgemeester en schepenen, het reglement voor de openluchtlocaties cultuur, jeugd en sport met als doel om voor de verenigingen in Grimbergen, het MOT en het Cultuurcentrum Strombeek-Bever ondersteuning te bieden bij een veilige doorstart om zo het sociaal weefsel niet te laten doodbloeden, toegevoegd in bijlage 1, ter goedkeuring voor aan de gemeenteraad.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK krijgt het woord en vindt het positief dat het gemeentebestuur in twee locaties voorziet waar activiteiten kunnen plaatsvinden, voor zover de coronaregels het toelaten. Hij vraagt of de verenigingen die activiteiten willen organiseren op het Kerkplein in Grimbergen allemaal gratis gebruik kunnen maken van het plein, omdat in een ander artikel wordt gesproken over de voorzieningen die nodig zijn. Verder vraagt hij of het online bestellen van tickets vanuit het noodfonds wordt betaald, zoals eerder is afgesproken, of dat de deelnemers alsnog een bijdrage moeten betalen. In het verlengde daarvan, verwondert het hem dat voor Strombeek zelfs een prijs is vastgelegd die verenigingen moeten betalen, terwijl het cultuurcentrum dat de locatie zal beheren, budget heeft ontvangen om het coronabeleid uit te voeren.
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en antwoordt dat erkende verenigingen gratis gebruik kunnen maken van de locatie Kerkplein, met inbegrip van de podiumwagen en dergelijke. Een geluidinstallatie moeten zij zelf regelen, maar de overige infrastructuur is gratis aanwezig.
Het cultuurcentrum heeft inderdaad € 150.000 ontvangen uit het noodfonds. Dit budget is bedoeld om een professionele doorstart te kunnen maken en staat los van dit plan. Werf 1853 zal opnieuw plaatsvinden, maar op een meer professionele manier. Het cultuurcentrum heeft gekozen voor een professionele tentstructuur. Het huren hiervan kost circa € 10.000.
Als verenigingen gebruik willen maken van de site van het cultuurcentrum, is dat inclusief twee personeelsleden voor de bediening van de licht- en geluidsinstallatie. Daarom is deze locatie niet gratis, in tegenstelling tot het Kerkplein. De gemeente betaalt een deel van de kosten en de verenigingen ook een deel.
In het noodfonds is € 20.000 voorzien voor een ticketingsysteem voor het MOT. Daarvoor was een professioneel systeem nodig voor de reserveringen. Inmiddels heeft men een systeem aangekocht. Voor de verenigingen heeft de gemeente voor circa € 8.000 een systeem aangekocht dat voor gebruikers gratis is, maar waarbij een percentage over de omzet wordt gerekend voor onderhoud, helpdesk en andere functies die de softwareleverancier biedt.
Raadslid Bart VAN HUMBEECK krijgt wederom het woord en meldt dat er een gratis ticketingsysteem bestaat en dat de uitgave van € 8.000 niet nodig was geweest. Verder stelt hij dat inmiddels bekend is dat het cultuurcentrum in 2020 een positief resultaat van circa € 150.000 heeft gekend. Hij betreurt het dat nu geld wordt gevraagd voor Werf 1853, terwijl de rekeningen aantonen dat het gratis had gekund voor de erkende verenigingen.
Schepen Philip ROOSEN weet dat het ticketingsysteem in een vereenvoudigde vorm gratis bruikbaar is. De ondersteuning is dan echter anders. De gemeente wilde de zekerheid dat verenigingen altijd aanspraak kunnen maken op hun eigen data en systeem. Bovendien is het systeem gepersonaliseerd voor de gemeente.
Raadslid Kirsten HOEFS krijgt het woord en en kan tal van activiteiten in het CC bedenken, waarvoor geen technische ondersteuning nodig is. De directeur van het CC bevestigde dat het tarief van € 275 alleen wordt gerekend als er technische medewerkers aanwezig moeten zijn. Ze vindt het daarom wenselijk om in het reglement op te nemen dat de prijs bespreekbaar is en afhankelijk van de activiteit die georganiseerd wordt. Het CC is bovendien bij artikel 11 van het reglement vergeten, tenzij dat artikel louter over het Kerkplein gaat. Tot slot wordt ten onrechte het POC Beigem genoemd. Ze vraagt om dit te herstellen.
Schepen Philip ROOSEN repliceert dat het CC niet vergeten is, omdat punt 1 alleen over het Kerkplein gaat. Voor het cultuurcentrum geldt een ander reglement, te vinden bij punt 2. Voor overige locaties geldt punt 3. POC Beigem moet inderdaad Parochiaal Centrum Beigem zijn.
De schepen kan zich voorstellen dat de context van het cultuurcentrum niet duidelijk is. Het is inderdaad de bedoeling dat niet voor alle activiteiten kosten worden gerekend voor technisch personeel. Hij zal de tekst laten aanpassen, ervan uitgaande dat gebruik van de locatie gratis is, tenzij technische of infrastructurele ondersteuning vanuit het CC nodig is. In dat geval zal een kostprijs van € 275 worden berekend, waarvan de kosten worden verdeeld.
/
Enig artikel.
Het reglement voor de openluchtlocaties cultuur, jeugd en sport met als doel om voor de verenigingen in Grimbergen, het MOT en het Cultuurcentrum Strombeek-Bever ondersteuning te bieden bij een veilige doorstart om zo het sociaal weefsel niet te laten doodbloeden, toegevoegd in bijlage 1, goed te keuren.
De gemeenteraad bekrachtigt het besluit van het schepencollege van 6 april 2021 waarbij het addendum voor de verlenging van de lopende samenwerkingsovereenkomst tussen AZG en lokaal bestuur Grimbergen (inclusief het afsprakenkader tussen de gemeente Grimbergen en het COVID-19 team van de eerstelijnszone Grimbergen) werd goedgekeurd.
Op basis van dit addendum wordt de samenwerkingsovereenkomst (incl. het afsprakenkader met het COVID-19 team van de ELZ) in kader van lokale bronopsporing verlengd voor de periode van 1 april 2021 tem. 30 juni 2021.
Artikels 40 en 269 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (DLB).
Algemeen:
Gemeenten hebben ook tot taak hebben het voorzien ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen. Meer bepaald kan de gemeente passende maatregelen nemen om rampen en plagen, zoals epidemieën te voorkomen en het verstrekken van de nodige hulp om ze te doen ophouden.
De gemeenten en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn beogen om op het lokale niveau duurzaam bij te dragen aan het welzijn van de burgers en verzekeren een burgernabije, democratische, transparante en doelmatige uitoefening van hun bevoegdheden.
Ook dit vormt een rechtsgrond voor het optreden van de lokale besturen in het kader van de COVID-19-pandemie.
Specifiek
E-mail van Leen VERBESSELT, Coördinator Eerstelijnszone regio Grimbergen van 30 maart 2021 inzake Nieuw BVR voor de lokale preventie, sensibilisering, bronopsporing, quarantaine coaching en contactonderzoek:
"Beste,
De Vlaamse regering gaf op 19 maart 2021 de goedkeuring aan een nieuw BVR voor de lokale preventie, sensibilisering, bronopsporing, quarantaine coaching en contactonderzoek.Dit in navolging van het BVR van 13 november 2020 betreffende de contact- en bronopsporing.
De lokale besturen binnen de ELZ – Grimbergen sloten een samenwerkingsovereenkomst af met het Agentschap Zorg en Gezondheid voor optie 1 zijnde inzet op preventie, sensibilisering, bronopsporing en quarantaine coaching
Er werd ter uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst ook een afsprakenkader afsloten tussen de ELZ Grimbergen en de lokale besturen van de ELZ Grimbergen.
Gezien de huidige samenwerkingsovereenkomst afloopt op 31 maart 2021 dient ieder lokaal bestuur die de werking wilt verder zetten een nieuw addendum te bezorgen aan het Agentschap Zorg en Gezondheid.
Vanuit het dagelijks bestuur van de zorgraad van de ELZ en het Covid-19 team wordt de samenwerking betreffende de contact- en bronopsporing als zeer goed ervaren. De ELZ wenst deze dan ook verder te zetten binnen hetzelfde afsprakenkader.
Het afsprakenkader blijft hetzelfde en dient dus niet opnieuw overgemaakt te worden.
Het addendum is beschikbaar op https://www.vlaanderenhelpt.be/lokale-contactopsporing .
Dit addendum dient goedgekeurd te worden door de gemeenteraad voor 30 april 2021 of bij delegatie college van burgemeester en schepenen.
Er wordt tevens gevraagd aan de lokale besturen om een evaluatieformulier voor de periode 1/11/2020-31/3/2021 in te dienen voor 1/06/2021. Na het invullen van het evaluatieformulier ontvangen de gemeenten de resterende subsidie van 20%.
Alle informatie over het nieuwe BVR en evaluatieformulier is terug te vinden op de website van Vlaanderen helpt: https://www.vlaanderenhelpt.be/lokale-contactopsporing.
Als bijlage laat ik de presentatie van de infosessie op 24 maart voor lokale besturen.
Wij kijken uit naar een verdere goede samenwerking.
Met vriendelijke groeten,
Leen Verbesselt
Coördinator Eerstelijnszone regio Grimbergen
GSM: 0470 98 26 22"
Context
In de fase van de COVID-19-crisis waarin we ons momenteel bevinden, is een cruciale rol weggelegd voor contactonderzoek en bronopsporing.
Bij contactonderzoek wordt gezocht met wie een besmet iemand nauw contact heeft gehad. Hier is de snelheid van de contacttracing belangrijk. Het is de bedoeling om zoveel mogelijk mensen te bereiken die in contact zijn gekomen met besmette personen. Zij krijgen advies over hoe ze zich kunnen beschermen en welke maatregelen ze kunnen nemen om anderen te beschermen. Dat vermijdt een mogelijke (nieuwe) toename van het aantal patiënten.
Bij bronopsporing wordt gezocht van wie de besmette persoon zelf de besmetting heeft opgelopen. Bronopsporing heeft als voordeel dat heel gericht kan gezocht worden waar de besmettingen vandaan komen en de lokale besturen als beleidsmakers heel gericht maatregelen (preventie, sensibilisering, handhaving) kunnen nemen.
Op 19 maart 2021 heeft de Vlaamse Regering de contouren voor preventie, sensibilisering, bronopsporing, quarantaine-coaching en lokaal contactonderzoek door lokale besturen na 31 maart 2021 uitgewerkt, met een bijhorende subsidie.
Wat de aard van de engagementen betreft, kunnen lokale besturen in het kader van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 maart 2021 kiezen tussen de volgende opties:
Optie 1: inzet in sensibilisering, preventie, bronopsporing en quarantainecoaching.
Optie 2: inzet in sensibilisering, preventie, bronopsporing, quarantainecoaching én aanvullend lokaal contactonderzoek.
Besturen die op basis van het vorige besluit van de Vlaamse Regering ( 30 november 2020) reeds een samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap Zorg en Gezondheid afsloten, hebben volgende keuzemogelijkheden voor na 31 maart 2021:
heeft je bestuur een overeenkomst voor optie 1, dan kan je deze verlengen voor optie 1;
heeft je bestuur een overeenkomst voor optie 2, dan kan je ofwel verlengen voor optie 2 of overstappen naar optie 1;
je bestuur kan ook kiezen om de samenwerking stop te zetten;
de samenstelling van verenigde besturen kan niet gewijzigd worden.
Besturen die nog geen samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap Zorg en Gezondheid hebben, kunnen dit enkel afsluiten voor optie 1.
Grimbergen heeft, o.b.v. een voorstel van het COVID-19 team van de ELZ Grimbergen, een lopende samenwerkingsovereenkomst met het Agentschap Zorg en Gezondheid voor optie 1. Deze overeenkomst voorziet in complementaire taken voor de lokale besturen in het kader van preventie, sensibilisering, bronopsporing en quarantaine coaching, in nauwe samenwerking met het COVID-19 team van de ELZ.
Deze overeenkomst kan nu verlengd worden voor de periode van 1 april 2021 tem. 30 juni 2021. Vanuit de ELZ kwam het voorstel om de samenwerkingsovereenkomst onder optie 1 te verlengen, met behoud van het huidige afsprakenkader tussen ELZ en de 5 gemeenten. (dossierstuk 4)
Hiervoor dient een addendum ondertekend te worden, dat als bijlage 2 wordt toegevoegd.
Gezien de hoogdringendheid, en op basis van artikel 269 DLB, keurde het college van burgemeester en schepenen in zitting van 6 april 2021 het addendum met ongewijzigd afsprakenkader tussen de lokale besturen het het COVID-19 team van de ELZ goed.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het besluit het college van burgemeester en schepenen van 6 april 2021, toegevoegd in bijlage 1, te bekrachtigen.
/
Enig artikel.
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 6 april 2021, toegevoegd in Bijlage 1, waarbij het addendum voor de verlenging van de lopende samenwerkingsovereenkomst tussen AZG en lokaal bestuur Grimbergen (inclusief het afsprakenkader tussen de gemeente Grimbergen en het COVID-19 team van de eerstelijnszone Grimbergen) werd goedgekeurd, te bekrachtigen.
Op basis van dit addendum wordt de samenwerkingsovereenkomst (incl. het afsprakenkader met het COVID-19 team van de ELZ) verlengd voor de periode van 1 april 2021 tem. 30 juni 2021.
De gemeenteraad nam kennis van het toegevoegd punt "Ontwerp Veldkantstraat en verdere stappen", ingediend door raadslid Jelle DE WILDE, als bijlage bij het besluit gevoegd, en verwijst voor de bespreking ervan naar het zittingsverslag, oftewel de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
§ 1. Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden, vermeld in artikel 2.
§ 2. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
§ 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
Een afschrift van elk reglement waarin een strafbepaling of een administratieve sanctie wordt opgenomen, wordt dadelijk verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. De gemeenteraadsleden bezorgen daarvoor hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.
Een lid van het college van burgemeester en schepenen kan niet gebruikmaken van de mogelijkheid, vermeld in het eerste lid.
De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad onmiddellijk mee aan de gemeenteraadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen.
(...)
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
(...)
/
Gemeenteraadsleden kunnen punten toevoegen aan de agenda van de gemeenteraad.
Indien er geen agendapunten ter stemming worden voorgelegd, neemt de gemeenteraad louter kennis van deze punten en verwijst men voor het overige naar het zittingsverslag, zijnde de audio-opname, die men kan terugvinden op de gemeentelijke website.
/
Enig artikel.
Kennis te nemen van het toegevoegd punt, als bijlage bij dit besluit gevoegd, en voor de bespreking ervan te verwijzen naar het zittingsverslag, zijnde de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
De gemeenteraad nam kennis van het toegevoegd punt "Fietspad bij heraanleg Veldkantstraat tussen Hoeveland en Humbeeksesteenweg", ingediend door raadslid Eddie BOELENS, als bijlage bij het besluit gevoegd.
§ 1. Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden, vermeld in artikel 2.
§ 2. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
§ 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
Een afschrift van elk reglement waarin een strafbepaling of een administratieve sanctie wordt opgenomen, wordt dadelijk verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. De gemeenteraadsleden bezorgen daarvoor hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.
Een lid van het college van burgemeester en schepenen kan niet gebruikmaken van de mogelijkheid, vermeld in het eerste lid.
De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad onmiddellijk mee aan de gemeenteraadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen.
De notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen. Ze maken melding van alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen. Behalve bij geheime stemming, vermelden de notulen hoe elk lid gestemd heeft. Van die laatste verplichting kan worden afgeweken voor beslissingen die genomen zijn met unanimiteit.
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
(...)
/
Gemeenteraadsleden kunnen punten toevoegen aan de agenda van de gemeenteraad en daarbij moties of voorstellen indienen die men ter stemming wil voor leggen.
De bespreking en beraadslaging van de ingediende motie of voorstel wordt opgenomen in het zittingsverslag, zijnde de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
De uitslag van de stemming wordt opgenomen in de notulen van deze zitting.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt het woord en stelt dat Groen blij is dat er een gesprek is gevoerd tussen de burgemeester en de voorzitter van het actiecomité. Wel vindt de fractie het spijtig dat het voorstel dat in december in de commissie Mobiliteit is besproken, het uitgangspunt is geweest. Liever had men gezien dat eerst was gesproken met het actiecomité. Groen heeft destijds twee alternatieve voorstellen uitgewerkt, wat aantoont dat er wel degelijk meer inrichtingsmogelijkheden zijn dan het college stelt. Het nu voorliggende voorstel wordt onder andere door de Fietsersbond kritisch beoordeeld. Men pleit voor meer fietsveiligheid, bij voorkeur met behoud van de landschappelijke omgeving en de bomen. De Fietsersbond stelt de volgende vragen over het plan.
Waarnemend voorzitter Chris SELLESLAGH onderbreekt het betoog van raadslid BOELENS met de mededeling dat het plan al voldoende werd besproken in diverse commissievergaderingen.
Raadslid Eddie BOELENS reageert dat hij desondanks antwoord wil krijgen op zijn vragen. De Fietsersbond vraagt of het voorgestelde fietspad voldoet aan de normen en of het plan gesubsidieerd kan worden. De fractie Groen zou graag een aantal punten ter stemming laten voorleggen. Ten eerste wil de fractie dat de plannen voor het nieuwe fietspad voorgelegd worden aan bevoegde instanties met de vraag of ze aan de vereiste criteria voldoen om subsidie te verkrijgen. Verder zou Groen graag zien dat het plan niet alleen wordt besproken met het actiecomité, maar ook met de Fietsersbond, om te horen of het voldoet aan de criteria van het Fietsvademecum beantwoorden. Ten derde zou de fractie graag zien dat het uiteindelijke voorstel wordt geagendeerd voor de commissie Mobiliteit en voor de gemeenteraad. Tot slot wordt voorgesteld om van de hele Veldkantstraat een 50 km-zone te maken.
Schepen Philip ROOSEN krijgt het woord en herhaalt dat het definitieve plan nog op het schepencollege besproken moet worden. Op basis van het laatste plan voldoet het fietspad aan de eisen van het Fietsvademecum. Het wordt een fietspad met gescheiden rijbanen van ruim twee meter breed. Of het plan subsidieerbaar is, moet nog onderzocht worden. De huidige verbinding ligt niet in het bovenlokale functionele fietspadennetwerk. Dit wordt echter jaarlijks herzien, dus als het nieuwe fietspad klaar is, kan het erin opgenomen worden. Het fietspad kan vanuit drie regelingen gesubsidieerd worden. Het college verwacht dat het plan binnen een van deze regelingen in aanmerking komt voor subsidie. Met betrekking tot de vraag om van de Veldkantstraat een zone 50 te maken, antwoordt de schepen dat hij geen voorafname wil doen op het Mobiliteitsplan. Het verzoek zal meegenomen worden in het grotere mobiliteitsvraagstuk.
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt het woord en herhaalt de vraag of het aangepaste plan wordt geagendeerd voor de commissievergadering en gemeenteraadsvergadering.
Burgemeester Chris SELLESLAGH zal dit verzoek in het schepencollege bespreken. De beslissingsbevoegdheid ligt echter bij het schepencollege.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt tot slot het woord en vindt het ook belangrijk om het finale voorstel in de gemeenteraadsvergadering te bespreken. De zorg van de fractie Groen blijft dat de fietsveiligheid wordt verbeterd, met behoud van de huidige bomen. Dat standpunt wordt gedeeld door veel mensen in de gemeente en zou hij graag nog een keer verduidelijken in een discussie over het voorgestelde inrichtingsplan.
De voorzitter heeft begrip voor dit standpunt, maar benadrukt dat de fase van standpunten uitwisselen voorbij is.
Raadslid Eddie BOELENS stelt dat het voorstel van de fractie Groen niet meer ter stemming moet voorgelegd worden.
/
Enig artikel.
Kennis te nemen van het toegevoegd punt "Fietspad bij heraanleg Veldkantstraat tussen Hoeveland en Humbeeksesteenweg", ingediend door raadslid Eddie BOELENS, als bijlage bij dit besluit gevoegd.
De gemeenteraad nam kennis van het toegevoegd punt "Langdurige sluiting Pierebad", ingediend door raadslid Vincent VAN ACHTER, als bijlage bij het besluit gevoegd, en verwijst voor de bespreking en beraadslaging ervan naar het zittingsverslag, oftewel de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
De gemeenteraad verwerpt het voorstel van raadslid VAN ACHTER.
§ 1. Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden, vermeld in artikel 2.
§ 2. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
§ 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
Een afschrift van elk reglement waarin een strafbepaling of een administratieve sanctie wordt opgenomen, wordt dadelijk verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. De gemeenteraadsleden bezorgen daarvoor hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.
Een lid van het college van burgemeester en schepenen kan niet gebruikmaken van de mogelijkheid, vermeld in het eerste lid.
De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad onmiddellijk mee aan de gemeenteraadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen.
De notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen. Ze maken melding van alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen. Behalve bij geheime stemming, vermelden de notulen hoe elk lid gestemd heeft. Van die laatste verplichting kan worden afgeweken voor beslissingen die genomen zijn met unanimiteit.
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
(...)
/
Gemeenteraadsleden kunnen punten toevoegen aan de agenda van de gemeenteraad en daarbij moties of voorstellen indienen die men ter stemming wil voor leggen.
De bespreking en beraadslaging van de ingediende motie of voorstel wordt opgenomen in het zittingsverslag, zijnde de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
De uitslag van de stemming wordt opgenomen in de notulen van deze zitting.
Raadslid Vincent VAN ACHTER krijgt het woord en stelt dat hij 15 jaar geleden toen hij is verhuisd naar het grootouderlijk huis te Strombeek-Bever op zoek was naar een netwerk om beter te kunnen integreren in de gemeente, ik was op zoek naar een hobby. Zo ben ik toevallig op de waterpoloclub in Strombeek-Bever beland. Zelfs nu na al die jaren ben ik daar nog steeds dankbaar voor, ben ik dankbaar voor die faciliteiten. Vandaag de dag hoor ik echter een paar alarmkreten... Dit was mijn voorwoord nu ga ik ingaan op de inhoud van mijn vragen en voorstel.
Op de vorige gemeenteraden werd via mondelinge vragen reeds gepolst naar de stand van zaken van de werken in het Pierebad. Het zwembad is intussen al bijna 6 maanden gesloten. Burgers, scholen en sportclubs staan al die tijd in de kou. De sportclubs waarvan sprake hebben een groot ledenaantal en genieten van een gewaardeerde uitstraling tot op nationaal niveau. In deze zware tijden verdienen zij de nodige ondersteuning van het gemeentebestuur.
Op 12 maart konden we nog lezen dat de herstellingswerken aan het zwembad goed opschoten. De verlichtingsarmaturen werden vervangen en de lekken aan het kleine instructiebad werden gedicht. De werken aan de wandtegels werden opgestart. De verwachte heropening eind mei werd niet openlijk in vraag gesteld.
Op 2 april kwam dan het bericht dat het zwembad zeker niet voor september zou kunnen openen. Als redenen hiervoor werden de verstrengde normen voor brandveiligheid en technische keuringen aangehaald. De komende maanden zullen gebruikt worden om deze problemen aan te pakken en het zwembad klaar te stomen voor een overname. De heropening zal afhankelijk zijn van de toekomstige overnemer.
Graag hadden wij antwoord gekregen op onderstaande vragen:
Zijn de werken aan de wandtegels intussen volledig afgerond?
Wat houdt de verstrenging van de brandveiligheid precies in en welke aanpassingen moeten hiervoor precies uitgevoerd worden? Wat is de geraamde kostprijs voor deze aanpassingen?
Verhinderen deze aanpassingen het heropenen van het sportbad en het instructiebad?
Wat is de raming van de totale reeds gemaakte en toekomstige kosten om het zwembad naar de eisen van de eventuele overnemer aan te passen?
Werd er op regelmatige basis overlegd met scholen en sportclubs om hen op de hoogte te houden van de vorderingen van de herstellingswerken en de toekomstige overname?
Worden er financiële tussenkomsten of steunmaatregelen overwogen aan de getroffen sportclubs die hun werking en toekomst door de langdurige sluiting enorm gehypothekeerd zien?
Krijgt de opdrachtnemer het recht om zelf zwemlessen te organiseren in de toekomst?
Indien “ja”, is men zich dan bewust dat men hierdoor de werkingsmiddelen wegneemt bij de clubs die zo broodnodig zijn voor de financiële ondersteuning van de kerngroepen/kernsporters van de betrokken clubs?
Zullen de clubs überhaupt nog kunnen beschikken over het zwembad tijdens “normale” uren? En zullen de clubs ook kunnen beschikken over het volledig groot sportbad zoals tot op heden het geval was?
Ook vraagt de Groen-fractie onderstaande punten ter stemming voor de leggen aan de gemeenteraad:
De gemeenteraad vraagt het College van Burgemeester en Schepenen om:
De problemen, die een heropening van het sportbad en instructiebad verhinderen, aan te pakken zodat een heropening op korte termijn mogelijk is.
Bij de onderhandelingen met de eventuele overnemers de uren voor de sportclubs als duidelijke voorwaarde te stellen zodat de werking van de zwaar getroffen clubs gegarandeerd wordt.
De sportclubs actief en op regelmatige basis te informeren over de stand van zaken van de overname en bijhorende voorwaarden.
Met de getroffen sportclubs in overleg te gaan over de financiële gevolgen en een plan uit te werken de clubs financieel te ondersteunen.
Schepen Tom GAUDAEN beantwoordt de vragen:
Raadslid Vincent VAN ACHTER krijgt wederom het woord en merkt op dat het belangrijk is om de eisen en wensen van de betrokken clubs te betrekken in de gesprekken met de nieuwe uitbater. Dat er meer zwemlessen worden aangeboden, is een pluspunt, maar voorkomen moet worden dat deze de beste uren van de week kiest en de clubs alleen in de overgebleven uren iets mogen plannen. Daar zou hij graag de nodige aandacht voor willen hebben in de gesprekken met de beoogde ondernemer.
Schepen Tom GAUDAEN zegt toe dit onderwerp mee te nemen in de onderhandelingen met de nieuwe uitbater. Deze heeft echter al aangegeven te willen samenwerken met de huidige clubs, zodat een gezond evenwicht ontstaat tussen de clubs en individuele bezoekers. Uiteindelijk zal het zwembad veel ruimere openingstijden hebben, zowel voor de clubs als voor de inwoners van Grimbergen.
Raadslid Vincent VAN ACHTER wenst zijn aangehaalde punten alsnog in stemming te brengen.
Schepen Tom GAUDAEN betreurt dat omdat hij alle vragen beantwoord heeft. De meerderheid kan niet anders dan tegenstemmen, omdat het bestek reeds is uitgeschreven en is goedgekeurd.
Schepen William DE BOECK krijgt het woord en benadrukt dat er niet over onwettige zaken gestemd kan worden. De gemeente is al in onderhandeling met partijen en kan de procedure niet meer wijzigen.
Raadslid Vincent VAN ACHTER stelt voor om alleen te stemmen over de punten die niet het bestek betreffen.
De waarnemend voorzitter legt desondanks het gehele voorstel ter stemming voor.
/
Artikel 1.
Kennis te nemen van het toegevoegd punt "Langdurige sluiting Pierebad", ingediend door raadslid Vincent VAN ACHTER, als bijlage bij dit besluit gevoegd.
Art. 2.
Het voorstel van raadslid VAN ACHTER te verwerpen.
De gemeenteraad nam kennis van het toegevoegd punt "Borrekensveld – onveilige situatie en toekomstvisie", ingediend door raadslid Kirsten HOEFS, als bijlage bij het besluit gevoegd.
§ 1. Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden, vermeld in artikel 2.
§ 2. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
§ 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
Een afschrift van elk reglement waarin een strafbepaling of een administratieve sanctie wordt opgenomen, wordt dadelijk verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf dagen vóór de vergadering punten aan de agenda toevoegen. De gemeenteraadsleden bezorgen daarvoor hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de voorzitter van de gemeenteraad.
Een lid van het college van burgemeester en schepenen kan niet gebruikmaken van de mogelijkheid, vermeld in het eerste lid.
De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad onmiddellijk mee aan de gemeenteraadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen.
De notulen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat is gegeven aan de punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen. Ze maken melding van alle beslissingen en het resultaat van de stemmingen. Behalve bij geheime stemming, vermelden de notulen hoe elk lid gestemd heeft. Van die laatste verplichting kan worden afgeweken voor beslissingen die genomen zijn met unanimiteit.
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
(...)
/
Gemeenteraadsleden kunnen punten toevoegen aan de agenda van de gemeenteraad en daarbij moties of voorstellen indienen die men ter stemming wil voor leggen.
De bespreking en beraadslaging van de ingediende motie of voorstel wordt opgenomen in het zittingsverslag, zijnde de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
De uitslag van de stemming wordt opgenomen in de notulen van deze zitting.
Raadslid Kirsten HOEFS krijgt het woord en stelt dat de gemeente op 26 juni 2020 in een bewonersbrief aangaf dat het Borrekensveld zou worden opgeknapt na de verwijdering van de tijdelijke klaslokalen. Het zwerfvuil zou aangepakt worden en de groenvoorziening zou verbeterd worden. De locatie zou een mooie plek worden voor de buurt. Bij de provincie Vlaams-Brabant zou subsidie aangevraagd worden om de plannen voor de site te realiseren. Uiterlijk in 2022 wil het gemeentebestuur het project uitvoeren. Enkele enthousiaste bewoners zamelden € 5.000 in om het terrein aan te pakken. De huidige kwaliteit van de site staat in schril contrast met de mooie plannen. De glascontainers zijn verwijderd, maar het terrein is niet hersteld. Er liggen elektriciteitsleidingen, betonijzers, stukken fundering et cetera. Na zeven maanden is het terrein geheel verloederd, terwijl er veel door kinderen uit de buurt gespeeld wordt, wat tot onveilige situaties leidt.
De fractie CD&V vraagt:
Hoe is het mogelijk dat dit terrein er ondertussen al 7 maanden zo bij ligt?
Wiens verantwoordelijkheid is het herstellen van het terrein in een veilige toestand.
Wat zijn de plannen op korte en middellange termijn?
Kan de stand van zaken van de plannen voor de subsidieaanvraag toegelicht worden?
Zullen deze plannen op een gemeenteraad of commissie worden toegelicht ?
Worden er bijkomende speeltuigen of natuurlijke speelelementen op deze site voorzien?
Welke budgetten worden hiervoor binnen de gemeente vrijgemaakt?
Is de timing voor de realisatie in 2022 nog steeds realistisch?
Raadslid Kirsten HOEFS legt eveneens onderstaand voorstel ter stemming voor:
De gemeenteraad draagt het college van Burgemeester en Schepenen op om:
De onveilige situatie onverwijld te verhelpen en de gemeenteraad hiervan te berichten van zodra deze dringende werken zijn uitgevoerd.
Burgemeester Chris SELLESLAGH antwoordt aan het begin van het schooljaar werd vastgesteld dat er op een andere locatie dringend tijdelijke schoollokalen in containers nodig waren. Deze zijn weggehaald van Borrekensveld en elders geïnstalleerd. Die nieuwe installatie bleek veel meer werk dan gepland en daaraan is prioriteit gegeven. Daardoor is het opruimen van het terrein Borrekensveld blijven liggen. De bedoeling is dat een aannemer in mei het terrein gaat opkuisen. Inmiddels zijn de prijzen hiervoor ontvangen. Daarna wordt de ruimte vrijgegeven voor toekomstige ontwikkelingen.
Schepen Bart LAEREMANS krijgt het woord en vervolgt de beantwoording. De bedoeling is dat het terrein fraai wordt ingericht, in samenspraak met Providentia. Er wordt een traject uitgewerkt, op basis waarvan subsidies worden aangevraagd bij de provincie. Het gaat om subsidie voor buurten met veel sociale woningen. Er is al een participatiemoment gehouden. In de loop van het jaar zal een voorstel worden ingediend, met als doel de plannen in 2022 uit te voeren. De plannen worden uitgewerkt door Providentia. Voor input is gebruik gemaakt van studenten van een hogeschool tuin- en landschapsarchitectuur. De bedoeling is dat de gemeente in overleg met Providentia en de buurt aan de slag gaat met de plannen. Voorheen was het terrein vooral een voetbalveld. Een wens van de buurtbewoners en de gemeente is om de site creatiever in te richten. Er zal zeker voorzien worden in, bij voorkeur natuurlijke, speelelementen. Het budget wordt bepaald op basis van de plannen en mogelijkheden. De provincie voorziet een maximum van € 20.000. De timing voor realisatie in 2022 wordt nog realistisch geacht.
Raadslid Kirsten HOEFS krijgt wederom het woord noemt het frappant dat er voor het opknappen van het terrein nog steeds geen tijd is geweest. Het verwijderen van de containers is door een externe partij gebeurd. Ze vraagt hoe het mogelijk is dat een project op deze manier wordt opgeleverd, terwijl er volgens de rapportage slechts sprake was van enkele kleine opmerkingen. Ze juicht het toe dat met Providentia wordt samengewerkt om het terrein in te richten, maar ze benadrukt dat de buurt uit meer partijen bestaat dan alleen Providentia. Het lijkt haar belangrijk om de gehele buurt bij de ontwikkeling te betrekken.
Burgemeester Chris SELLESLAGH reageert dat de oplevering alleen maar over de containerklassen ging. De verwijdering van de containerklassen stond daar los van, al de rest zijn extra inspanningen die de gemeente heeft gedaan.
Raadslid Kirsten HOEFS trekt haar voorstel ter stemming in.
/
Enig artikel.
Kennis te nemen van de gemeenteraad van het toegevoegd punt "Borrekensveld – onveilige situatie en toekomstvisie", ingediend door raadslid Kirsten HOEFS, als bijlage bij het besluit gevoegd.
De gemeenteraad nam kennis van de mondelinge vragen door de raadsleden op de zitting gesteld en verwijst voor het overige naar het zittingsverslag, oftewel de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
§ 1. Onder voorbehoud van andere wettelijke of decretale bepalingen, beschikt de gemeenteraad over de volheid van bevoegdheid ten aanzien van de aangelegenheden, vermeld in artikel 2.
§ 2. De gemeenteraad bepaalt het beleid van de gemeente en kan daarvoor algemene regels vaststellen.
§ 3. De gemeenteraad stelt de gemeentelijke reglementen vast. Met behoud van de toepassing van de federale wetgeving in verband met de bevoegdheid van de gemeenteraad om politieverordeningen vast te stellen, kunnen de reglementen onder meer betrekking hebben op het gemeentelijk beleid, de gemeentelijke belastingen en retributies, en op het inwendige bestuur van de gemeente.
Een afschrift van elk reglement waarin een strafbepaling of een administratieve sanctie wordt opgenomen, wordt dadelijk verzonden aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan die van de politierechtbank.
Behalve bij de uitdrukkelijke toewijzing van een bevoegdheid als vermeld in artikel 2, § 2, tweede lid, aan de gemeenteraad kan de gemeenteraad bij reglement bepaalde bevoegdheden toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen.
De volgende bevoegdheden kunnen niet aan het college van burgemeester en schepenen worden toevertrouwd:
1° de aan de gemeenteraad toegewezen bevoegdheden, vermeld in afdeling 1 en 2 van dit hoofdstuk.
De gemeenteraadsleden hebben het recht aan de burgemeester en aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen.
Voor het stellen van een vraag als vermeld in het eerste lid, is geen toegelicht voorstel van beslissing vereist.
(...)
De zittingsverslagen van de vergaderingen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, de essentie van de tussenkomsten en van de mondeling en schriftelijk gestelde vragen en antwoorden. De gemeenteraad kan beslissen om het zittingsverslag te vervangen door een audio- of audiovisuele opname van de openbare zitting van de gemeenteraad.
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 28 in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen zittingsverslag opgesteld.
(...)
/
Raadslid Gerlant VAN BERLAER krijgt het woord en vraagt een toelichting op de uitspraak dat het kerkbestuur de gemeentelijke eigendomsrechten van kerken en pastorieën in twijfel trekt.
Raadslid Linda DE PREE krijgt het woord en was blij verrast om in de notulen van 29 maart 2021 te lezen dat er in Strombeek een school zal worden bijgebouwd. De gemeente moet op zoek gaan naar een locatie en overweegt om de crèche in Rijkendal af te breken om daar een school te bouwen. Daar zitten echter 75 kinderen uit Strombeek, waaronder veel inkomensgerelateerde plaatsen. Ze vraagt hoe de gemeente dit wil gaan oplossen: wordt de crèche in de school opgenomen of wordt er een andere locatie gezocht?
Raadslid Jelle DE WILDE krijgt het woord vraagt naar de brug in Humbeek. Er zou gecommuniceerd zijn dat de omleiding van 2010 opnieuw wordt ingesteld. In Kapelle-op-den-Bos zijn echter ook werken bezig. Hij vraagt of dit op elkaar afgestemd is. Ook vraagt hij of er nog andere communicatie gepland is om de inwoners van Humbeek te informeren. Daarnaast heeft hij een persbericht gelezen over het rooien van acht bomen aan de Steenpoeldreef. Hij vraagt waarom dit nodig is.
Raadslid Eddie BOELENS krijgt het woord en:
Raadslid Isabel GAISBAUER krijgt het woord en vraagt naar de situatie in de De Merodestraat. Fietsers zien nog steeds niet waar ze naartoe moeten als het fietspad ophoudt.
Raadslid Vincent VAN ACHTER vraagt de stand van zaken omtrent de Sint-Annalaan.
/
Enig artikel.
Kennis te nemen van de mondelinge vragen door de raadsleden ter zitting gesteld en voor het overige te verwijzen naar het zittingsverslag, zijnde de audio-opname, te vinden op de gemeentelijke website.
Voorzitter Chantal LAUWERS is verontschuldigd wegens ziekte, conform artikel 7, §5, 2° DLB zal de burgemeester het voorzitterschap waarnemen:
“Als de voorzitter om een andere reden dan de redenen, vermeld in het eerste lid, tijdelijk afwezig is, of als hij bij een welbepaalde aangelegenheid betrokken partij is als vermeld in artikel 27, wordt hij met behoud van de toepassing van de nationaliteitsvereiste, vermeld in paragraaf 1, eerste lid, als volgt vervangen:
2° als de voorzitter zijn bevoegdheid niet heeft opgedragen aan een gemeenteraadslid overeenkomstig punt 1°, neemt het gemeenteraadslid met de hoogste rang het voorzitterschap waar. Als dat raadslid de voorzitter niet kan vervangen, wordt het voorzitterschap waargenomen door een ander gemeenteraadslid in volgorde van rang.”
De voorzitter sluit de zitting op 23/04/2021 om 00:00.
Namens GEMEENTERAAD,
Muriel VAN SCHEL
algemeen directeur
Chris SELLESLAGH
waarnemend voorzitter gemeenteraad